Samenvatting Psychologie
College Stress: oorzaak en gevolg
Inhoud college:
- Wat is stress?
- Welke componenten spelen een rol bij stress?
- Stressoren (belasting)
- Cognitieve appraisal
- Copingmiddelen (belastbaarheid)
- Hoe reageert men bij stress?
- Fysiologisch: Acute stressreactie en chronische stressreactie
- Psychologisch
- Hoe kan stress gemeten worden?
Wat is stress:
Stress is een stimulus (stressor/prikkel) uit de omgeving. Veeleisend werk/ pijn/
beperking (gezondheidsprobleem).
Stress is een reactie op een stressor -> emoties, bonzend hart, droge mond,
transpireren, spierspanning etc.
Stress is een proces: transacties tussen persoon en zijn omgeving. De persoon is
hierin actief en kan invloed op de impact van een stressor uitoefenen door gedrags-,
cognitieve en emotionele strategieën.
Belasting:
Eisen situatie (stressor)
(fysiek/psychologisch/sociaal) -> wat
van het lichaam gevraagd wordt.
Belastbaarheid:
Persoons (hulp)middelen voor coping -> Wat je aan kan
Cognitieve appraisal (Lazarus) -> beoordelingsproces genaamd cognitieve
beoordeling.
Inschatting/evaluatie situatie -> primaire taxatie (beoordeling): wat voor situatie is
het (ongevaarlijk, bedreigend, uitdagend). de betekenis van de potentieel stressvolle
situatie voor ons welbevinden. De conclusie kan zijn dat het irrelevant, goed of
stressvol is.
Secundaire taxatie (beoordeling): Kan ik er iets aan doen (aanwezige coping
middelen). Refereert aan onze (voortdurende) beoordeling van de bronnen die
beschikbaar zijn om ermee om te gaan. Hoe groter de discrepantie tussen benodigde
en beschikbare bronnen, hoe meer stress.
Stress:
Als (eigen) opgelegde belasting hoger is dan de belastbaarheid
Psychologische eisen: eisen die iemand zichzelf oplegt, hoeven niet echt te zijn
Componenten van stress Stressoren (belasting):
1
,Situatiegebonden stress vind je bijvoorbeeld bij gebeurtenissen die hele hoge eisen
stellen en op korte termijn.
Persoon:
- Ziekte (ernst en leeftijd)
Oudere: minder vechtlust
Kind: minder appraisal
- Conflict (keuzes maken):
Meerdere /tegengestelde keuzemogelijkheden
Verkeerde keuze negatieve en ernstige gevolgen
Leeftijd:
- Mogelijkheid lichaam om te vechten tegen ziekte verminderd bij ouder worden
- Betekenis ernstige ziekte veranderd met leeftijd (kind begrijpt minder: appraisal
minder toekomstgericht)
Conflict stressvol bij: meerdere keuzemogelijkheden, tegengestelde gelijke
motivatiekrachten, verkeerde keuze kan leiden tot negatieve en ernstige gevolgen
(condities die vaak voorkomen bij grote beslissingen over gezondheid)
Sociale omgeving:
- Familie:
- nieuw familielid (bijv. huilbaby)
- scheiding:
- ziekte en dood
- misbruik
- Omgeving/cultuur/maatschappij:
- thuis/werk/school
- (natuur)ramp
Scheiding: veranderingen sociaal, woonomgeving, fnancieel
Chronisch ziek kind: verzorgingstijd, verminderde vrijheid, moeilijke beslissingen,
dure medische kosten, andere kinderen minder aandacht
Zieke volwassene: kostwinner (fnanciële problemen), verminderde tijd en
persoonlijke vrijheid (verandering sociale contacten), verandering familierollen.
Ernstig zieke volwassene/sterven familielid: leeftijd zieke (dwarsbomen hoop,
verwachtingen voor de toekomst, verlies rol/identiteit), leeftijd kinderen (verschillend
begripsniveau)
Werk: eisen (hoeveelheid, duur en soort werk, evaluatie werkprestaties),
verantwoordelijkheid mensenlevens, fysieke omgeving, ervaren onvoldoende
controle, slechte sociale contacten, ervaren onvoldoende erkenning/bevordering,
verlies van werk, pensioen
Omgeving: veel mensen in lawaaierige omgeving, vervuiling/bedreiging,
natuurrampen, gijzeling/kindermishandeling
Natuurramp: levensbedreigend, oncontroleerbaar, ongrijpbaar
Cognitieve appraisel: Gebeurtenis -> gedachten -> reactie (emoties/ gedrag).
Stressreactie in belangrijk mate afhankelijk van de gedachten over de gebeurtenis
Componenten van stress:
Coping -> omgaan met stress: Manier van managen/omgaan met de
stressgebeurtenis:
Ingeschatte echte/ervaren verschil (appraisal) tussen belasting (eisen) en
belastbaarheid (copingmiddelen).
Belastbaarheid (coping middelen):
- Fysiek (geld, zorg)
- Persoonlijk (vaardigheden)
- Sociaal (netwerk)
2
, Lazarus: coping heeft 2 functies. Het kan het probleem dat de stress veroorzaakt
veranderen of het kan de emotionele reactie op het probleem reguleren.
Coping:
•Emotie georiënteerd (E-coping) -> ontwijken, ontkennen, afeiding
zoeken: Gericht op controle over de emotionele reactie op een stressvolle situatie.
- Cognitieve benadering: hoe mensen denken over situatie:
- Gedragsbenadering: Deze aanpak wordt vaak gebruikt als mensen het gevoel
hebben toch niets aan de situatie te kunnen veranderen (ongezond gedrag)
•Probleem-georiënteerd (P -coping) -> hulp zoeken, directe actie, info
zoeken: Gedrag gericht op zoeken oplossing (handelen) → als situatie te veranderen
lijkt. Bij probleemgerichte coping probeert men het probleem op te lossen. Bij
emotiegerichte coping probeert men de gevoelens die het probleem veroorzaakt te
veranderen.
Mensen van middelbare leeftijd, mannen en mensen met hoog inkomen zijn meer
probleemgericht, ouderen en vrouwen juist meer emotiegericht. Dit komt door het
soort problemen en het geloof over de veranderbaarheid van de situatie. Ouderen
ervaren alles meer als onveranderbaar.
•Actieve stijl:
- Informatie/ steun zoeken
- Instelling veranderen
•Passieve stijl:
- Lijdzaam ondergaan
•Vermijdende stijl:
- Kop in het zand steken
Als een passieve en vermijdende copingstijl gepaard gaat met het niet uiten van
gevoel, kan dit leiden tot allerlei lichamelijke reacties zoals een verhoogde hartslag,
bloeddruk en spiertonus, meer transpireren, een grotere gevoeligheid voor pijn en
minder pijntolerantie, meer hormoonafgifte en minder goed werkend
immuunsysteem.
Stressreacties- >
Acute stressreactie: Adaptief alarmsysteem bij (dreigend) controleverlies →
overlevingsmechanisme bij noodsituaties. Deze lichamelijke stressreactie zorgt
ervoor dat er zoveel mogelijk energie vrijgemaakt wordt voor een vecht- of
vluchtreactie.
Fysiologische reactie: Versnelde HF en ademhaling, stijging RR, transpireren en
verhoogde spiertonus etc. -> Reactieve respons autonome ZS en endocriene
(hormoon) stelstel
Mensen met chronische stress vertonen verhoogde reactiviteit en de terugkeer naar
de basiswaarde duurt langer. Arousel wordt veroorzaakt door het sympathisch
centrale zenuwstelsel en het endocriene systeem.
Drie manieren van acute stress:
Gedragsmatige reacties
Fight (vechten): controle behoud
Flight (vluchten): verminderen controleverlies
Fright/ Freeze: shock (noodsituatie)
Je denkt niet na, maar handelt. Manier waarop fght-or-flight respons verloopt
afhankelijk van aangeleerde manier van hanteren dreiging (cultuurbepaald) en
aangeboren programmering in hersenen (onbewust)
Shock bij acute traumatische situatie: angst heeft overhand waardoor reflectieve
shock (overweldigd, versuft en gedesoriënteerd) met beperkte
beoordelingsprocessen.
Noodsituatie: stress als reflexreactie, zonder cognitieve appraisal.
Stressreactie hierbij vaak een status van shock: persoon minuten/uren/langer
verdoofd, verdwaasd, gedesoriënteerd waardoor cognitieve inschatting verminderd
3