Samenvatting Inleiding in de Pedagogihe e Wetenhe aeeen door: Margit Fliehen
Hoodstuk 4: De gehechtheidstheorie van John Bowlby en Mary Ainsworth
Historische context
- Eind van de 19e eeuw verbetering van volksgezondheid door toenemende medische
kennis en betere hygiëne van mensen Hierdoor kwam het idee dat als je je lichaam
gezond kon maken, dat ook mogelijk moest zijn met je geest. Mental Hygiene movement:
vestgde de aandacht o de geestelijke gezondheid.
- Phye oanalyhe ook o komst (Sigmeud Freud). Sigmeud Freud herleidde sychische
roblemen van volwassenen naar echte of ingebeelde gebeurtenissen die laats hadden
gevonden tjdens de kinderjaren. oooral ontwikkeling kinderen werd bestudeert: om deze o
een goede gezonde manier (van geest) te laten o groeien.
- De ontwikkeling van kind tot volwassene wordt voor het grootste gedeelte be aald door je
o voeding werd gedacht. Men had wel gedacht dat o voeding voor wenselijk gedrag kon
zorgen, maar niet dat o voeding de verdere ontwikkeling kon beïnvloeden of schade kon
toerichten. om deze reden werden vaak de ouders (en dan vooral moeders) gezien als de
oorzaak van waar hun kinderen terecht kwamen/ waren gekomen.
- Bij onderzoek naar sychische roblemen werd dan ook vaak naar het gezin gekeken en
daarbij vooral naar de relate tussen kind en moeder.
- 19e eeuw: verbetering volksgezondheid dankzij hygiënisten en toenemende medische
kennis: Mensen ontdekten dat als je goede hygiëne hebt, je minder snel ziek wordt.
Zuigelingensterfe er 1000 levendgeborenen in Nederland
Toename interesse ontwikkeling kinderen
- ooor 1900: o voeding stuurt gedrag kind bij
- Na 1900: o voeding kan kind mentaal gezond maken of mentaal beschadigen
- Moeder: verantwoordelijk voor uitkomst lag aan de moeder of het goedkomt met het
kind
1880: Child study movement:
- G Stanley Hall (1846-1924)
- Amerikaanse sycholoog
- Geïnteresseerd in kinderen, adolescenten en onderwijs
- oragenlijst voor ouders en leraren
- Congressen voor moeders.
, Eind 19e eeuw: sychoanalyse- Freud
Drifenleer: Mens streef rimair naar bevrediging van lusten, zoals eten en voort lanten
oerdringing van emotonele ervaringen naar onderbewuste: energie zoekt uitweg
Retros ectef: gebaseerd o herinneringen eigen kinderjaren, en verhalen van atenten
Taak ouders: kind hel en om im ulsen te beheersen, om te buigen, of uit te stellen.
Mental hygiëne movement (begin 20e eeuw)
- Kwam voort uit kennis hygiënisten
- Algemene interesse voor mentale gezondheid
- Medische klacht misschien andere oorzaak
- Mental hygiëne begint bij vroege jeugd
- Liever voorkomen dan genezen: aandacht voor ontwikkeling kinderen
Behaviorisme komt voor uit conditoneren: klassieke conditoneren conditonering (denk aan Pavlov
en kleine Albert)
Behaviorisme komt voort uit o erante conditonering (Skinner)
Ethologie (jaren ’50)
- Lorentz, Tinbergen
- Observate in de natuurlijke omgeving
- Aangeboren gedrags atronen – im rintng : gans leert dat man zijn moeder is door
im rintng: eerste bewegende object dat gezien wordt, wordt als ouder gezien
- Taak ouders: in kritsche/ sensiteve eriode het kind iets aanleren.
Sociale leertheorie (Bandura)
- De mens is een cognitef wezen en wor dt beinvloed door denk rocessen en verwachtngen
- Nadruk o leer rocessen in gedrag:
Observate (observatonal learning)
Imitate
- Taak ouders: een goed model zijn voor het kind
Gehechtheidstheorie (jaren 60-70)
- Bowlby en Ainsworth
- Gehechtheid: inteme band of relate
- Gehechtheidsgedrag: nabijheid ( roximity) zoeken/houden
- oroege sociaal-emotonele onwikkeling belangrijk voor later zelf
eeld, relates en
vriendscha en
John Bowlby’s vormende jaren
Over Jo n Bowlby:
- Zag ouders be erkt en werd verzorgt door kinderjufrouw
- Kreeg eerst thuis rivéles, vervolgens naar kostschool
- Studeerde medicijnen en sychologie
, ooor zijn studie naar twee rogressieve scholen volgens de sychoanalyse geregeld (wat in
die tjd de meest invloedrijke theorie was binnen de sychologie)
- O die school: affeetielooh kaarakater bij kinderen: Kinderen die niet in staat bleken te zijn een
emotonele band met andere aan te gaan.
- Later werd Bowlby o geleid tot sychoanalytcus. Leerde hij Melanie Klein kennen: zij en
Bowlby hadden verschillende ideeën over oorzaak van ‘geestelijke aandoeningen’:
Klein: ‘deze geestelijke aandoeningen zijn het gevolg van onderbewuste fantasieen uit de
kindertjd’.
Bowlby: ‘de emotonele stoornissen houden verband met feitelijke gebeurtenissen in het
leven van het kind’.
Bowlby beweerde: ‘een scheiding van de moeder in de eerste drie jaar zou leiden tot
emotoneel teruggetrokken en afecteloos gedrag o latere leefijd. door deze afwijkende
mening kwam Bowlby in conflict met anderen (o.a. Klein). Toch bleef hij bij zijn eigen
stand unt.
- Bowlby zocht verklaring voor gedrag dat jonge kinderen laten zien als ze worden gescheiden
van hun moeder of rimaire verzorger. scheiding en het verlies van een moeder s elen
een belangrijke rol in zijn onderzoek. Naast onderzoek, rotesteerde hij ook voor kinderen.
Het onderzoek van de 44 diefeh: Bowlby vergeleek hierbij 44 deliquente jongeren met een
controlegroe van 44 kinderen uit dezelfde kliniek die vanwege dezelfde emotonele
roblemen behandeld werden. uit dit onderzoek werd vastgesteld dat meer dan de helf
van de jongeren (tjdelijk) werd gescheiden van hun moeder, wat zou leiden tot
affectieloosheid (zie hiervoor).
- Bowlby kreeg later een o dracht bij de Wereldgezondheidsorganisate (WHO). Hij deed
onderzoek naar de geestelijke gezondheid van thuisloze kinderen. Hieruit kwam naar voren
dat er nu voldoende bewijs is voor de schadelijke en verstrekkende gevolgen van langdurige
scheiding van jonge kinderen van moederlijke zorg o de karaktervorming en daarmee een
toekomstg leven. onderzoek mijl aal voor Pedagogiek en Psychologie: waar voor het
eerst de schadelijke gevolgen van scheidingservaringen in beeld werden gebracht.
Invloed van psychoanalyse en ethologie op de gehechtheidstheorie
- Over hechtng tussen moeder en kind zegt de sychoanalyse: ‘doordat de moeder
fysiologische behoefen van het kind als warmte en voeding bevredigt, leert het kind dat de
moeder de bron is van alle bevrediging en liefde’ – de theorie van baatzuchtge liefde of
eueboard love t eory.
Andere verkalaringen over de ee ting van moeder en kaind:
- Kind hecht zich eerst rimair aan te el (door borstvoeding) en in tweede stadia as aan de
moeder zelf.
- Kind heef aangeboren behoefe heef tot fysiek contact en vastklam en, een behoefe
onafankelijk van voeding, maar net zo sterk en even belangrijk ; de band met de moeder is
het gevolg hiervan en dus secundair.
, - Kind wil terug naar de ‘moederschoot’ (ofewel baarmoeder).
Phye oanalytihe e verkalaring: ‘de band tussen kind en moeder is slechts het gevolg van rimaire
behoefe van het kind aan voeding, warmte en dergelijke’ Bowlby was het hier niet mee eens:
voor zijn verklaring ging hij zoeken binnen de ethologie.
Et ologen: besturen dierlijk gedrag in de natuurlijke omgeving en stellen daarbij enkele
fundamentele ‘waarom’- vragen, vragen die voor het eerst werden geformuleerd door de
Nederlandse bioloog Tinbergen. Deze vragen gaan over: de functe, oorzaak, individuele ontwikkeling
en de evolute van het gedrag.
Bowlby was het zeer eens met Lorenz die inerenting had onderzocht: jonge dieren (ganzen, kauwen)
herkennen hun eigen soortgenoten na de geboorte niet vlak na de geboorte, maar hebben wel de
sterke neiging om het eerste bewegende object te volgen. volgres ons wordt dat genoemd.
Conclusie uit het bovenstaande onderzoek van lorenz: (in ieder geval bij dieren) een aangeboren
basis voor de relate tussen moeder en kind. Dit ging volledig in tegen de sychoanalytsche of
leertheorie dat die band aangeleerd is.
Bowlby nam aan dat gehechtheidsgedrag vijf verschillende instncteve, aangeboren com onenten
bevat: zuigen, grij en, volgen, huilen en lachen – maar erkende dat er mogelijk meer waren. deze
zorgen voor het behouden of herstellen van het contact met de moeder.
- Hoewel Bowlby nu een theoretsch raamwerk had, ontbrak het hem aan em irische
ondersteuning (eigen waarnemingen) voor zijn beweringen over de fundamentele band
tussen moeder en kind.
Harry Harlow: In zijn ex eriment had hij babya en die moesten kiezen tussen een moederaa
gemaakt van badstoflaken of een van ijzerdraad. Ook maakte hij verschil in welke moederaa
voeding gaf en welke niet. het bleek dat de aa jes een voorkeur hadden voor de badstofen,
warme, zachte moederaa , ook als deze geen eten gaf. Conclusie: er is niet alleen voeding nodig voor
hechtng, maar ook liefde in de vorm van warmte en geborgenheid.
Met dit onderzoek van Harlow werd het em irische bewijs voor Bowlby geleverd tegen de
meest gangbare verklaring van cu board love.
Welke fasen kent de ontwikkeling van een gehechtheidsrelate
- Orientate o mensen (vanaf geboorte): niet o be aalde ersonen gericht
- Orientate o s ecifeke ersonen (tot 6 maanden): herkenning, begin van voorkeur
- S ecifeke gehechtheid (vanaf 7 maanden): herkenning en voorkeur (eenkennigheid), rotest
bij scheiding (scheidingsangst)
- Doelgecorrigeerde gehechtheid (enkele jaren oud) – inleven in de gehechtheidsfguur uitstel
nabijheid mogelijk
Maar… niet alleen aan Bowlby hebben we de gehechtheidstheorie te danken…