100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Praktische Filosofie 1 HC's 1 t/m 12 (alle hoorcolleges) 2018/2019 €4,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Praktische Filosofie 1 HC's 1 t/m 12 (alle hoorcolleges) 2018/2019

2 beoordelingen
 265 keer bekeken  12 keer verkocht

Alle hoorcolleges van het vak Praktische Filosofie 1: Ethiek aan de Universiteit van Amsterdam uit collegejaar 2018/2019. Met normatieve ethiek: Welzijn en geluk, utilitarisme, deontologie (Kantianisme), deugdethiek, contracttheorie. Kritiek: feminisme, zorgethiek, Nietzsche. Meta-ethiek: subjectiv...

[Meer zien]

Voorbeeld 3 van de 27  pagina's

  • Onbekend
  • 17 oktober 2018
  • 27
  • 2018/2019
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (1)

2  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: s0054340 • 1 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: palluuk • 5 jaar geleden

avatar-seller
JulietteHaas
Praktische filosofie

HC 1 – deel I Ethiek

(Consequentialisme) Utilisme 1 & 2

Bentham, Mill Sidgwick, Moore, Singer → gaan axomiaal te werk, één manier om alle
morele oordelen te kennen. Intuïtie is ondergeschikt.

Consequentialisme → plichtenleer: de handeling kiezen, die de beste gevolgen
heeft. Dat is het kenmerk van de juiste handeling, andere kenmerken handeling doen
er niet toe. Eerst vaststellen, wat is het intrinsiek waardevolle, daarna hier zoveel
mogelijk van waarmaken (dat is juist, plicht). Dus zoveel mogelijk X genereren.
- Als bijvoorbeeld blijkt dat tolerant waardevol is, moet je zelf niet tolerant zijn
tegenover iedereen, je moet zorgen dat er zoveel mogelijk tolerantie is.
- Consequentialisme: maximaliseer X onder alle omstandigheden, ook als
anderen daarin falen.

Belangrijk verschil met deontologie: Kant: bepaalde morele verantwoordelijkheid
die van jou is, heeft niets te maken met de rest. Je moet zelf je plicht nakomen.

Het consequentialisme maakt geen onderscheid tussen doen veroorzaken en laten
gebeuren. Gezien het consequentie hetzelfde is als je niks doet/niet ingrijpt, maakt
het niet uit of iets jouw schuld is, je moet het zelf verhelpen.

Utilisme (ethiek van de verlichting): Heeft op de plaats van X waarde, welzijn of
geluk. Utilitas = nut. Dat is de utilistische waardenleer.
Utilitische plichtenleer: handel zo dat je de grootst mogelijke hoeveelheid welzijn
teweeg brengt – iedereen telt voor 1 en niemand voor meer dan 1.

De utilistische calculus
1. Je hebt een aantal handelingsmogelijkheden, aan ieder van die alternatieven
heb je verschillende welzijnspunten
2. Je moet iedereen meenemen in de consequenties van je handeling, in
waarschijnlijkheden van de consequentie
3. Vermenigvuldig per alternatief de waarschijnlijkheid van de gevolgen met de
waarde van de gevolgen
4. Kies de handeling met het hoogst mogelijke ‘nut’

Overzicht van problemen en bezwaren
1a. Wat heeft nou eigenlijk intrinsieke waarde?
- Is welzijn nou echt de meest fundamentele intrinsieke waarde? Een gevoel?
Ervaring?
- Is geluk of welzijn, wel de enige of ultieme intrinsieke waarde?

1b. Wat heeft waarde: welzijn of het wel van de zijnden (bestaande). (average or
aggregate). Moet je meer kinderen blijven nemen? Dan heb je meer leven dus meer
welzijn, maar het gemiddelde geluk in je familie gaat omlaag.

, 2. Schizoïde utilisme: is de befaamde neutraliteit van het utilisme eigenlijk
wel consistent (wenselijk)? (sadisme, racisme, seksisme)
Utilisme stelt: pijn bestrijden is waardevol (objectief) Sadist stelt: pijnigen is
waardevol (subjectief) Dan reproduceert de calculus alles wat de leer afzweert.

3. Utilisme is zelf-ondermijnend
‘Als iedereen als utilist te werk zou gaan, dan zou de wereld in een onheilsplaats
veranderen, waarin niemand gelukkig zou worden’
→ 1. Je weet niet meer wat je kan verwachten.
→ 2. Omdat we niet meer uit andere dingen, dan uit plichtsbesef kunnen handelen
(liefde, vriendschap)
- Je kan alleen maximaliseren als je ook weet wat de ander gaat doen
(bijvoorbeeld in het verkeer) → strategisch interactie probleem
- Hoe kan je maximaliseren? → indirect utilisme: coördinerende (vuist)regels
Waardoor we wel weten wat we kunnen verwachten. Er moet sociale structuur,
wetgeving, sociale regels. Utilist in de kleedkamer, deontoloog op het veld. In
situaties moet je uitzondering maken: daarom zijn het vuistregels. Coördineren
verwachtingen, maar zijn niet sluitend.

3.2 Speciale relaties als bron van welzijn: een probleem voor de
plichtenleer.
Normaal: drie keuzes handeling → geboden, verboden, moreel neutraal (koffie/thee)
→ Maar; als je iets in de calculus stopt, komen er alleen dingen uit plichtbesef uit. Als
dingen alleen uit plicht worden gedaan, gaat de liefde ervan af. Bronnen waaruit wij
onze speciale relaties halen raken op. Als we iedereen gelijk moeten behandelen
zullen er ook geen speciale banden meer zijn. Hoe wordt je dan gelukkig?
→ Dus: nutsmaximalisatie als universeel oogmerk van alle handelingen berooft en
vervreemdt de mensheid van de belangrijkste bronnen van geluk:
(vriendschap/relaties) → de onpartijdigheidseis van het utilisme vergt te veel, daarom
zelf ondermijnend.

Bentham → Inderdaad: het principe toepassen, ondermijnt dat het geluk behaald kan
worden. Dus de utilist heeft een serieus probleem.

Antwoord: indirect utilisme →
We hebben een motief voor onze handeling en de rechtvaardiging voor de handeling.
Dus je handeling kan gerechtvaardigd worden, ondanks dat het vanuit je eigen motief
kwam. Je mag handelen uit spontane motieven, maar in grenzen. Er wordt
onderscheid tussen publiek en privaat getrokken. Hoe groot die ruimte is, wordt
collectief of politiek besloten. In privaat mag je handelen uit spontane motieven
omdat dit het collectieve nut maximaliseert.
→ Dus er zijn allemaal vormen van indirect utilisme, niet het utilisme zoals Bentham
het ooit verzonnen had. Wordt meer een politieke theorie dan ethiek.

Samenvattend: Indirect utilisme kan proberen ruimte te maken voor vuistregels om
optimale coördinatie mogelijk te maken.
- Het kan onderscheid maken tussen wat een handeling motiveert en wat een
handeling rechtvaardigt, om zo ruimte te maken voor motieven die voortkomen
uit speciale relaties/projecten.

, HC 2 – Utilisme 2

Tot nu toe interne vormen van kritiek, de doelstelling wordt niet gerealiseerd als
mensen zelf de theorie zouden toepassen. Nu komen de externe vormen van
kritiek:

4. Strijdig met morele intuïties
1. De uitkomsten zijn soms onrechtvaardig
2. Het kan geen ruimte maken voor speciale relaties als bron van verplichting

Verwijt: onrechtvaardigheid → utilisme kan alles goedpraten, als juiste handeling (als
bijvoorbeeld plezier groter is dan leed, cumulatief): moorden, martelen, beloftes
breken.

Antwoord 1 ‘Regel-utilisme’ → Handel volgens de regel die, wanneer algemeen
gevolgd, de beste resultaten zou hebben.
- Dus omdat moorden in het algemeen geen goede resultaten heeft: niet
moorden (ook niet bij uitzondering)
→Dit antwoord deugt niet: dit is een incoherent antwoord.
Wat nou als die regel niet algemeen nageleefd wordt? Dat is niet altijd mogelijk.

Daarom: antwoord 2 → vuistregel
- Moorden heeft doorgaans geen goede resultaten, maar als er een uitzondering
is heb je morele volwassenheid nodig om de regel gewoon te breken.
- Uitzonderlijke situaties vergen uitzonderlijke reacties → soms is een zwakke
maag een morele ondeugd (niet durven ingrijpen in een situatie die morele
volwassenheid vergt.


Verwijt: geen ruimte voor speciale (partijdige) verplichtingen
- Je zal nooit je moeder mogen redden in plaats van iemand die een grote
weldoener is uit een brandend huis: je hebt dus geen verplichting aan je
moeder, en wel aan vreemdelingen.

Antwoord: indirect functionele partijdigheid:
- Het is, in termen van het resultaat, veel efficiënter als iedereen zich verplicht
voelt zich te bekommeren om zijn naasten, dan om de rest van de wereld.
- Volgens de morele arbeidsdeling bij een rechtszaak is de advocaat is partijdig
t.o.v. de verwachte, de openbaar aanklager t.o.v. de staat, maar deze
partijdigheden samen geven de garantie voor het beste resultaat. Hoewel het
speciale plichtsbesef dus partijdig is gemotiveerd, wordt het onpartijdig
gerechtvaardigd. Laat iedereen dus goed zorgen voor sociaal nabije personen.

→ Dit antwoord is weer incoherent. Want het moet wel de kenmerken van een
vuistregel hebben, dus het zou een morele volwassenheid zijn om je moeder te laten
branden + bij de verplichtingen die voortkomen uit speciale relaties verliest het
onderscheid tussen motivatie en rechtvaardiging zijn geldigheid.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper JulietteHaas. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 62491 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,99  12x  verkocht
  • (2)
  Kopen