Politicologie en de veranderende politiek
Philip van Praag
Deel 1 Algemene politicologische thema’s
Hoofdstuk 1 Politiek en macht
1.1 Inleiding
Politiek gaat over conflict, strijd, besluitvorming, en over macht en invloed.
Macht en politiek zijn centrale begrippen, maar bestaan geen algemeen geaccepteerde definities
1.2 Wat is politiek
Geen algemene definitie van politiek. Wel drie cruciale elementen
1. Besluitvorming (met bindend karakter)
2. Conflict
3. Macht
1. Besluitvorming
Besluitvorming niet voor individuele beslissingen, want bij politiek gaat het altijd om zaken die voor een
groep mensen worden geregeld.
Je kan je er niet aan onttrekken als je het er niet mee eens bent
- Domeinbenaderingen – benaderingen die politiek definiëren als alleen betrekking hebbend op het
domein van overheden of de staat
o Bezwaar
§ Sommige problemen niet de verantwoordelijkheid van de overheid
§ Begrip van politiek is hierdoor te beperkt (vb: een universiteit mag ook dingen
beslissen, maar is niet per se een politiek besluit)
- Aspectbenadering – benaderingen die politiek definiëren aan de hand van bepaalde aspecten van
menselijk handelen, los van het domein waarbinnen dit handelen plaatsvindt
2. Conflict
Hoe groter de groep, hoe moeilijker het is unanieme besluiten te nemen à leidt tot conflicten
- Conflicten verdelen de samenleving
- Conflict en samenwerking onlosmakelijk met elkaar verbonden
3. Macht (verwant: invloed)
Wanneer ene groep uiteindelijke besluit weet te bepalen, heeft die meer invloed dan de andere groep
- Stellen van macht als definitie van politiek wordt het begrip te breed
à Conclusie: David Easton beste uitleg.
Politiek – ‘Those interactions through which values are allocated authoritatively for a society’
- Gaat om interacties tussen meerdere personen
- Gezaghebbende toedeling van waarden
o Bindend karakter
- Zaken worden geregeld voor de samenleving (samenleving moet breed worden opgevat)
Conceptualiseren – nader omschrijven en uitwerken van begrip met als doel tot een heldere definitie te
komen
,1.3 Macht, machtsbronnen en invloed
Macht lastig te definiëren, maar in ieder geval relationeel
- Relationeel – relatie tussen twee actoren
o Vb. Dahl – ‘succesvolle poging van A om B iets te laten doen wat hij anders niet zou doen’
§ Echter vraagtekens bij handelen en doelbewustheid
Handelen
Echter is het niet altijd meteen macht, maar uitoefening van macht
- Vb. Dahl – handelingen van A sturen het handelen van B gedeeltelijk (pas bij het bevel is het macht,
maar het vermogen om iemand iets te laten doen wat hij anders niet zou doen is het uitoefenen
van macht)
Doelbewustheid (succesvol)
Handelen van B wordt gestuurd door A, zonder dat daar enig intentioneel gedrag van A aan vast zit
- Macht wordt uitgeoefend zonder dat degene die macht uitoefent succesvol is in het sturen van de
handelingen van anderen
Wie veel macht heeft, is grotendeels autonoom
Macht – ‘het vermogen van actoren (personen, groepen of instellingen) om het samenstel van gedrags- of
keuzealternatieven van andere actoren geheel of gedeeltelijk vast te leggen of t veranderen’ (Mokken en
Stokman)
- Implicaties
o Macht is relationeel. Machtsverhouding – vaak ongelijk, nooit sprake van absolute macht
o Macht is gebaseerd op machtsbronnen – zijn instrumenten die actoren kunnen inzetten om
gedragsalternatieven van anderen deels vast te leggen of te veranderen (= macht uitvoeren)
§ Geweld, kapitaal, netwerken en relaties, kennis en formele gezagspositie
• Gezag (of autoriteit) is een zeer specifieke bron van macht
o Formele bevoegdheid ontlenen aan positie om binnen een specifieke
context macht uit te oefenen
§ Wordt echter niet altijd als legitiem of sterk opgevat, moet
vaak i.c.m. andere machtsbron gebruikt worden
o Machtsrelaties sterk afhankelijk van specifieke context, kan niet altijd worden ingezet
Macht en invloed ook te scheiden, op basis van de keuzes die actoren hebben en de keuzes die zij maken
- Macht – vastleggen van keuzealternatieven, ofwel op de keuzes die een actor heeft
o Te maken met vrijheidsbeperkingen of verruimingen
- Invloed – bepalen van de keuzes die een actor maakt
o Keuzes worden gestuurd, maar keuzemogelijkheden veranderen niet
o Dus…. Invloed – actoren bepalen het gedrag of de keuzes van andere actoren binnen een
voor die actoren beschikbaar samenstel van gedrags- of keuzealternatieven
1.4 Onderzoek naar macht en elites
Elite – een groep bevoorrechte personen à machtige actoren
- Bijzondere/uitmuntende competenties
- Financieel kapitaal
- Sociale herkomst
- Invloedrijke positie
Onderzoekstradities waarbij de nadruk steeds ligt op ander aspect van macht
Positionele benadering – op basis van invloedrijke positie
Reputatiebenadering – op basis van beoordelingen van betrokkenen
, Besluitvormingsbenadering – op basis van proces van besluitvorming analyseren en daarmee te bepalen
welke actoren het beste in staat zijn hun belangen te laten prevaleren
Netwerkbenadering – richt zich op samenhang tussen personen en instituties
à alle benaderingen vormen bron voor twistpunt: elitisten en pluralisten
Elitisten
Elitistische opvatting – er is een samenhangende of eensgezinde machtselite die de maatschappij
domineert
- Positionele benadering – elite ontleent macht aan positie die ze bezetten in top van grote
organisaties
- Netwerkbenadering – door relationele samenhang is elite in staat om als groep de belangrijkste
besluiten in de maatschappij te nemen
- Reputatiebenadering – op basis van lijst werd bepaald wie macht in handen had
Belangrijk kenmerk elite: groep personen met enige samenhang en de leden herkennen elkaar
- Ontstaan van groepsidentiteit die onderscheid maakt zullen het wel of niet behoren tot elite
- Max Weber – Elite = statusgroep
Pluralisten
Pluralisten niet eens met reputatiebenadering (niet vragen wie macht heeft, maar of er sprake is van
machtselite)
- Stellen dat elite niet uniform, maar pluriform is (veel onderlinge verschillen)
- Door teveel pluriformiteit is er te weinig samenhang om te kunnen spreken van machtselite
Besluitvormingbenadering – onderzoeksaanpak richt zich op besluitvorming over centrale politieke
strijdpunten, waar sprake is van observeerbare belangentegenstellingen en conflict
1.5 Twee gezichten van macht
Peter Bachrach en Morto Baratz, niet eens met pluralisten
- Macht kent twee gezichten
1. De reeds in gang gezette besluitvormingsprocessen
2. Bepalen van de agenda, belang komt niet op politieke agenda en dringt daarmee niet in het
besluitvormingsproces – non-decision – non-beslissingen
1.6 De derde dimensie van macht
Steven Lukes – derde dimensie van macht
Derde dimensie van macht – er kan ook sprake zijn van macht zonder dat er observeerbare conflicten zijn
- Vb. A krijgt B zover verlangen te hebben naar wat A zou willen dat B heeft
1.7 De Amsterdamse netwerkbenadering in machtsonderzoek
Mokken en Stokman – machtsvraag gaat juist over de mate waarin individuele ‘leiders’ met elkaar
verbonden zijn in een belangengemeenschap van hun organisaties en instellingen à verbreed het
onderzoeksveld
à Uitkomst na netwerkbenadering: in NL is er sprake van één hechte samenwerkende elite
1.8 Machtsonderzoek in de 21ste eeuw
Theoretische en methodologische discussie tussen pluralisten en elitisten nog steeds van invloed
Macht en invloed spelen een grote rol in onderzoeksthema’s