100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
volledig overzicht/samenvatting economie VMBO 4 eindexamens €8,49
In winkelwagen

Samenvatting

volledig overzicht/samenvatting economie VMBO 4 eindexamens

 49 keer bekeken  1 keer verkocht

hierbij deel ik jullie mijn volledige samenvatting van eco

Voorbeeld 3 van de 19  pagina's

  • Ja
  • 12 april 2024
  • 19
  • 2023/2024
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
  • Middelbare school
  • VMBO
  • Economie
  • 4
Alle documenten voor dit vak (243)
avatar-seller
vandendriesjennifer
Economie samenvatting - H1
1.1
Het vak economie gaat over de behoefte die mensen hebben en de keuzes die zij maken om in hun
behoeften te voorzien. Met behoeften bedoel je alles wat je nodig hebt of graag wilt hebben. De
noodzakelijke behoeften zoals voeding, kleding en woonruimte zijn primaire behoeften. Alles andere
behoeften om je leven aangenamer te maken noem je secundaire behoeften. Voor het vervullen van
die behoeften heb je middelen nodig, zoals tijd, geld en bezittingen. Vaak heb je meer behoeften dan
middelen. Daarom moet je prioriteiten stellen: kiezen welke behoeften belangrijker zijn dan andere.
Bij economie betekent schaars dat er (productie) middelen zijn opgeofferd om het product te maken.
Voor schaarse goederen betaal je een prijs. Daar staan vrije goederen, zoals zon, zeewater, wind of
de vrije natuur tegenover. Je kunt er gebruik van maken zonder ervoor te betalen. Commerciële
bedrijven richten zich vaak op een doelgroep. Voor veel bedrijven zijn jongeren een interessante
doelgroep want:

 Ze hebben over het algemeen veel geld vrij te besteden.
 Ze hebben invloed op de koopbeslissingen bij hen thuis.
 Ze blijven vaak trouw aan een bepaald merk of bedrijf.

In de loop van der tijd verandert je koopgedrag. Dat kan te maken hebben met:

 Commerciële beïnvloeding
 Sociale beïnvloeding
 Je leeftijd
 De ontwikkeling van je inkomen
 De tijd waarin je leeft
 Technologische ontwikkelingen
 Je kennis van producten

Een bedrijf kan verschillende marketinginstrumenten gebruiken. Je noemt ze ook wel de P’s. De
manier waarop een bedrijf meerdere P’s tegelijk gebruikt, noem je de marketingmix. Winkels
gebruiken van de volgende zes P’s.

 Productbeleid (Verpakking? A of B merken? verschillende soorten?)
 Prijsbeleid (Prijs? Kortingsacties?)
 Plaatsbeleid (Waar kopen? Online? Winkel? Dure of goedkope locatie?)
 Promotiebeleid (Reclame? Sponsoring?)
 Personeelsbeleid (Goed en vriendelijk? Wat voor personeel?)
 Presentatiebeleid (Uitstraling van de winkel? Hoe wordt het gepresenteerd?)


1.2
Welvaart is de mate waarin je met je beschikbare middelen in je behoeften kunt voorzien zoals, een
veilige omgeving, schone lucht, vrije tijd, enzovoort. Je welvaart kan toenemen door:

 Het kopen van goederen en diensten
 Zelfvoorziening
 Collectieve goederen (die de overheid produceert)

Bij welzijn kijk je meer hoe gelukkig en tevreden je met je leven bent.

,Het bbp (bruto binnenlands product) is de totale waarde van alle geproduceerde goederen en
diensten in een land. Als het bbp toeneemt, neemt ook de welvaart van het land toe. je kunt op
verschillende manieren een inkomen verdienen. De belangrijkste inkomensvormen zijn:

 Inkomen uit arbeid, zoals salaris, vakantiegeld, loon in natura en de winst uit een eigen zaak.
 Inkomen uit bezit, zoals rente over spaargeld en aandelen.
 Inkomen uit overdrachten, zoals zak- en kleedgeld, uitkeringen (je ontvangt geld zonder een prestatie te leveren).

Voor inkomensverschillen zijn verschillende oorzaken, de hoogte wordt beïnvloed door:

 Leeftijd
 Je opleiding
 Ervaring
 Je prestaties
 De mate van verantwoordelijkheid
 De zwaarte van het beroep
 De vraag naar bepaald werk

De verdeling van het totale inkomen in een land over de inwoners, noem je de personele
inkomensverdeling. De optelsom van alle inkomens uit arbeid en bezit, zoals loon, rente, winst, huur
en pacht, vormen het nationaal inkomen. Omdat per land het aantal inwoners flink kan verschillen,
zegt het nationaal inkomen niet zoveel. Daarom kun je beter kijken naar het inkomen per hoofd van
de bevolking. Dat is het gemiddelde inkomen per inwoner van een land en zegt iets over de welvaart
in dat land.

1.3
Je koopkracht is de hoeveelheid goederen en diensten die je met je inkomen kunt kopen. Je
koopkracht wordt bepaalt door:

 De hoogte van je inkomen
 De hoogte van de prijzen

Een algemene prijsstijging van goederen en diensten noem je inflatie. Het tegenovergestelde van
inflatie is deflatie. Dat betekent dat de prijzen van goederen en diensten dalen waardoor je
koopkracht toeneemt. Het inkomen dat je in euro’s verdient, is je nominaal inkomen. Als je rekening
houdt met de gevolgen van inflatie voor je inkomen, spreek je van reëel inkomen. Als de lonen net
zoveel stijgen als de prijzen, noem je dat prijzencompensatie. Als de prijzen stijgen, willen
werknemers weer loonsverhoging, enzovoort. Dit verschijnsel noem je de loon-prijsspiraal en die
zorgt voor voortdurende inflatie. Loonstijgingen kunnen dus een oorzaak van inflatie zijn. Er zijn ook
andere oorzaken van inflatie, zoals:

 Hogere grondstofprijzen, zoals van olie, graan of katoen.
 Meer vraag naar goederen en diensten, of juist minder aanbod ervan. Als de vraag naar producten meer
toeneemt dan het aanbod ervan, zal de prijs stijgen.
 Hogere belastingen of andere heffingen door de overheid. Een hoger btw-tarief bijvoorbeeld maakt producten
duurder.

De inflatie mag echter niet te hoog zijn. Het is dan ook de belangrijkste taak van de Europese
centrale bank (ECB) om de inflatie beperkt te houden, zodat de euro zijn waarde behoudt.

, 1.4
Het CBS (centraal bureau voor de statistiek) houdt in Nederland de ontwikkeling bij van alle prijzen
vaan goederen en diensten. Het CBS gebruikt daarbij indexcijfers. Een indexcijfer laat een
procentuele verandering zien ten opzichte van een afgesproken periode. Die periode noem je het
basisjaar. De gegevens in het basisjaar hebben het indexcijfer 100. Het cpi
(consumentenprijsindexcijfer) is een indexcijfer dat de ontwikkeling van consumentenprijzen
weergeeft. Een samengesteld ongewogen prijsindexcijfer noem je zo omdat:

 Samengesteld omdat het gemiddelde prijsindexcijfer is samengesteld uit verschillende artikelgroepen
 Ongewogen omdat iedere artikelgroep even zwaar meetelt

Omdat een huishouden niet aan iedere artikelgroep evenveel geld uitgeeft, werkt het CBS met een
wegingsfactor. Omdat het CBS aan iedere artikelgroep een ander gewicht geeft, is het cpi een
samengesteld gewogen indexcijfer omdat:

 Samengesteld omdat het cpi is samengesteld uit verschillende artikelgroepen.
 Gewogen omdat iedere artikelgroep een andere weging heeft en daarom verschillend meetelt in de berekening
van het cpi.


Economie samenvatting - H2
2.1
Als je geld gebruikt om er goederen en diensten mee te kopen, dan is dat indirecte ruil. Je kunt geld
indelen naar de functies die het heeft. De geldfuncties zijn:

 Ruilmiddel: je koopt of verkoopt goederen of diensten met geld.
 Rekenmiddel: je kunt de waarde van verschillende producten met elkaar verglijken.
 Spaarmiddel: je geeft een deel van je inkomen niet uit, zodat je het later kunt gebruiken.

Je hebt twee soorten geld: chartaal geld en giraal geld. Alle munten en briefjes die consumenten en
bedrijven (behalve banken) bezitten, horen bij chartaal geld. Oftewel contant geld of cash. Giraal geld
bestaat uit tegoeden die mensen en bedrijven op hun betaalrekening hebben. Bij online aankopen
betaal je bijvoorbeeld via iDeal, PayPal, Afterpay of via Creditcard. Het bedrag dat op je bankrekening
staat, is je saldo. Een positief saldo noemt de bank een creditsaldo. Je staat dan ‘in de plus’, je hebt
geld tegoed. Als je meer geld uitgeeft dan je op je rekening hebt, ontstaat er een tekort. De bank
noemt dat een debetsaldo. Je staat dan ‘in de min’ of ‘rood’, je saldo is negatief. Banken hebben een
belangrijke rol in het geldverkeer. Banken bemiddelen tussen de vraag naar geld en het aanbod van
geld.

2.2
Sparen betekent dat je een deel van je inkomen niet uitgeeft. De meeste mensen zetten hun
spaargeld op een spaarrekening. Je kunt verschillende redenen hebben om te sparen. Je noemt dit
spaarmotieven:

 Sparen voor rente
 Sparen voor een bepaald doel
 Sparen uit voorzorg

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper vandendriesjennifer. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 52355 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,49  1x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd