100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting een praktijkgerichte benadering van Organisatie en Management (M&O) H.1 t/m 10 (Hele boek!) €9,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting een praktijkgerichte benadering van Organisatie en Management (M&O) H.1 t/m 10 (Hele boek!)

3 beoordelingen
 74 keer bekeken  10 keer verkocht

Deze samenvatting heeft betrekking op de hoofdstukken 1 t/m 10 van het boek praktijkgerichte benadering van organisatie en management.

Voorbeeld 4 van de 165  pagina's

  • Ja
  • 3 februari 2019
  • 165
  • 2018/2019
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (1)

3  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: nienkeliefting • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: cr2000 • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: lafarrem • 5 jaar geleden

avatar-seller
studentbedrijfseconomiee
H.1 Denken over organisatie en management

1.1 Introductie
Organisatie: elke vorm van menselijke samenwerking voor een gemeenschappelijk
doel
Organisatiekunde: een interdisciplinaire wetenschap die zich bezighoudt met het
bestuderen van het gedrag van organisaties alsmede de factoren die dit gedrag
bepalen en de wijze waarop organisaties het meeste doeltreffend bestuurt kunnen
worden. (andere naam voor het vakgebied)
‘Het gedrag’ van organisaties: wijze van optreden en reageren van organisaties.

De definitie van organisatiekunde omvat 2 aspecten van het vakgebied:
1. Een descriptief aspect
Beschrijving van het gedrag van organisaties met de motieven en gevolgen.
2. Een prescriptief aspect
Advies over de te volgen handelswijze en organisatie-inrichtingen.

Organisatiekunde is toepassingsgericht en pragmatisch ingesteld.
Pragmatisch: een methodologisch juiste onderbouwing en bewijsvoering wordt
minder belangrijk geacht dan de betekenis voor de praktijk.

Interdisciplinariteit: organisatiekunde bevat veel elementen van andere
wetenschappen.
Multidisciplinaire aanpak: bij het besturen van organisaties spelen vele
wetenschappen een rol. Het verzamelen van alle bijdragen uit de vakgebieden die
nodig zijn voor een onderzoek of project. (oude disciplines zijn herkenbaar)
Interdisciplinaire aanpak: de verschillende bijdrage uit verschillende wetenschappen
worden naar hun specifieke belang afgedwongen en gebruikt voor de ontwikkeling
van een nieuwe benadering.
Ambitieuze aanpak: de oude disciplines komen niet meer herkenbaar naar voren.
Het is een doel waar voortdurend na wordt gestreefd, een ideaalbeeld.

Besturing: ‘pogingen tot gerichte beïnvloeding’. Het richting geven aan processen die
in een organisatie plaatsvinden. Deze richting wijst naar een doel, dat vooraf bepaald
moet worden. De processen vinden plaats in een structuur → vormgeven en
aanpassen van de structuur zijn van belang.

Doeltreffend/effectiviteit: de mate waarin de besturing slaagt.

Dat het in de organisatiekunde gaat om het verkrijgen van een totaalbeeld van een
organisatie, een organisatieprobleem of een project, betekent dat er vaak naar het
geheel moet worden gekeken en details ondergeschikt zijn. Een
organisatiedeskundige is vaak in de diverse vakgebieden minder goed thuis dan een
specialist.

Organiseren: het tot stand brengen van doelmatige verhoudingen tussen mensen,
middelen en handelingen. Het op een bepaalde wijze beheersen en besturen van
productiefactoren dat de organisatiedoelen worden gerealiseerd.

,1.2 Ontstaan van het vakgebied
Na de 2e wereldoorlog → bedrijfsorganisatie, was sterk technisch van aard.
Jaren 60 en 70 → organisatiekunde (zoals we het nu kennen)
De achterliggende reden voor introductie was het complexer en groter maken van
ondernemingen. Er was behoefte aan mensen die de bijdrage van diverse
vakgebieden konden overzien, integreren en hieruit een conclusies konden trekken
→ totaalvisie. Eerst ontstond deze behoefte binnen het bedrijfsleven → bedrijfskunde.
Later ook bij andere organisaties.

1.3 Ontwikkeling van handel en ontstaan van multinationale ondernemingen
De basis van (internationale) ondernemingen is altijd een combinatie geweest van
handel tussen verschillende stammen in verschillende geografische regio`s. De
eerste internationale handel ging via handelsroutes.
Zijderoute: oudste handelsroute (opgericht in 2 v. Chr.), het verbond Europa, het
Midden-OoSten en Azië en hierdoor de grote Romeinse en Chinese beschavingen.

De eerste internationale handelsondernemingen/multinationals waren opgericht en
gesubsidieerd door nationale overheden → met als doel hun koloniale handelsbeleid
te ondersteunen.

Sinds het ontstaan van internationale handelsbedrijven tot het begin van de 20 e eeuw
→ aantal en omvang van multinationale ondernemingen nauwelijks toegenomen.
Vanaf de 20e eeuw is er sprake van een grote toename, dit omdat:
- Nationale overheden hadden de meeste macht en invloed, maar ze hebben dit
voor een gedeelte opgegeven.
- Technologische ontwikkelingen → verkorten van afstand (transport),
optimaliseren van communicatie tussen mensen op diverse locaties, meer en
betere knowhow beschikbaar over verschillende markten en afnemersgroepen
- Ondernemingen kunnen sneller inspelen op mondiale ontwikkelingen door het
beschikbaar maken van financiële middelen.

Multinationale ondernemingen: als de onderneming internationaal werkt.

1.4 Denkrichtingen en persoonlijkheden
De belangrijkste personen uit de geschiedenis van de organisatiekunde,
vertegenwoordigen vaak een bepaalde stroming of denkrichting. In de kern gaat het
steeds om de vraag hoe men door gezamenlijke inspanning doelen kan bereiken.

1.5 Periode voor de industriële revolutie (400 v.chr. – 1900 na chr.)
Het denken over leidinggeven, management en de inrichting van de organisatie →
geordende verhandelingen op dit gebied waren zeldzaam in de 20e eeuw, toch
treffen we deze aan bij de Grieken Socrates en Plato en later ook bij de Italiaan
Niccolo Machiavelli.

In Machiavelli zijn boek II Principe geeft hij richtlijnen die vorsten en andere leiders
van nut kunnen zijn. Deze zijn vooral gericht op het behoud van macht en de
uitbreiding ervan, opportunistisch van aard, gebaseerd op eigenbelang en
gewetenloos gebruik maken van mogelijkheden die de situatie biedt.

,Tot in de tweede helft van de 18e eeuw → overheerst het mercantilisme als
economische denkrichting.
Mercantilisme: stelt het bezit aan geld en goud de enige welvaartsbron is.
Adam Smith veranderde dit met zijn boek: An inquiry into the nature and causes of
the wealth of nations. Hierin stelt hij dat productieve arbeid de bron van welvaart is
en dat door arbeidsverdeling de productiviteit van arbeid sterk kan worden verhoogd.
→ bedrijfsvoering wordt systematischer en er is meer aandacht voor efficiency.

18e eeuw → uitvinding van stoommachine & van steenkool als brandstof.
Hierdoor werd massafabricage mogelijk in grote fabrieken ipv productie door
thuiswerkers of in kleine werkplaatsen.
Dit trok veel arbeiders aan vanuit het platteland. De westerse samenleving
veranderde van een agrarische naar een industriële.

Einde 19e eeuw → bedrijven in de VS namen enorm in omvang toe, door de
voortdurend groeiende afzetmarkten. De bestaande beheersings- en
besturingsmethoden waren hierop niet berekend. De bedrijfsleiders eiste van de
arbeiders een zo hoog mogelijke productie. De arbeiders verzetten zich door
systematisch en georganiseerd tijd rekken.
Er was behoefte aan een meer gestructureerde en systematische aanpak → Winslow
Taylor zette zich hiervoor in.

1.6 Frederick Taylor en het scientific management (1900)
Hij is de grondlegger van het Scientific Management.
Scientific Management: systematisch, samenhangend bedrijfskundige benadering
voor de wijze waarop de productie georganiseerd zou moeten worden. Een leider
moet een brede visie hebben op zijn taak in de organisatie, die bestaat uit plannen,
coördineren, toezicht uitoefenen en controleren van resultaten.

Hoofdpunten uit zijn theorie:
- Wetenschappelijke analyse van werkzaamheden en uitvoeren van
bewegingsstudies → resultaten kunnen leiden tot standaardisatie en
normalisatie van her productieproces.
- Vergaande taakverdeling en training van arbeiders, waarbij elke handeling is
voorgeschreven → arbeider veel routine → hogere productienormen.
- Vriendschappelijke samenwerking tussen leiding en arbeiders.
- Leiders zijn verantwoordelijk voor het analyseren, werkmethoden zoeken en
scheppen van productievoorwaarden.
- Juiste man op de juiste plaats, door zorgvuldige selectie.
- Prestatiebeloning → lagere productiekosten

De arbeidsverdeling van de leiding van de productieafdeling of werkplaats bestaat uit
8 functies, elke werd door een aparte functionaris uitgevoerd → achtbazenstelsel
1. Tijd en kosten
2. Werkinstructies
3. Bewerkingen en hun volgorde
4. Werkvoorbereiding en uitgifte
5. Onderhoud
6. Kwaliteitscontrole
7. Technische leiding

, 8. Personeelsbeheer
→ Toch waren er afstemmingsproblemen tussen de leider en onduidelijkheid

Waar Taylors principes werden toegepast → ging de productiviteit omhoog. Taylor en
zijn Scientific Management werden verbonden aan het idee van de mens als
verlengstuk van de machine, monotone arbeid, beperking van vrijheid en verdwijnen
van plezier in werk. Het bestuur en beheer van productieafdelingen werden
verbeterd, daarna werden ook de administratie en verkoop volgens de methode
benaderd. Ook normen voor de productie en materialen werden ontwikkeld, net zoals
planningstechnieken en voortgangscontroles.


1.7 Henry Faylor en de general management-theorie (1900)
General Management-theorie (onderwijsmodel): samenhangend stelsel van
opvattingen over de wijze waarop organisaties in hun geheel bestuurd zouden
moeten worden. Hij meende dat algemene principes overal konden gelden waar
mensen samenwerken en dat deze ook aangeleerd konden en moeten worden.
6 managementgebieden:
1. Technisch
2. Commercieel
3. Financieel
4. Zelfbescherming (veiligheid van mensen en eigendommen)
5. Boekhouding
6. Besturing

5 taken van besturing:
1. Plannen of vooruitzien: actieplan opstellen voor de toekomst.
2. Organiseren: organisatie-opbouw met mensen en middelen.
3. Bevel voeren: zorgen dat mensen werken.
4. Coördineren: onderling afstemmen van activiteiten.
5. Controleren: toezien op de overeenstemming van de resultaten en het plan.
→ Besturing zorgt voor samenhang

Het enige structureringsprincipe: eenheid van commando, iedere werknemer heeft
één baas.
Fayol benadrukt in zijn opvattingen het universele karakter van management en zijn
ijver voor het doceren van management als vak. Door zijn invloed → meer aandacht
voor de taken van managers.

1.8 Max Weber en de theorie van de bureaucratie (1920)
Weber hielt zich bezig met overheidsorganisaties en grote bedrijven vanuit een
sociologische invalshoek. Grote organisaties hadden volgens hem de volgende
kenmerken:
- Sterk doorgevoerde taakverdeling
- Hiërarchische bevelstructuur
- Nauwkeurig afgebakende bevoegdheden en verantwoordelijkheden
- Onpersoonlijke relaties tussen functionarissen (functie belangrijker dan
persoon)
- Werving op basis van bekwaamheid en kennis ipv vriendjespolitiek
- Bevordering en beloning op basis van objectieve criteria en procedures

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper studentbedrijfseconomiee. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 73918 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€9,99  10x  verkocht
  • (3)
  Kopen