Hoofdstuk 13. De twee werelden: De grotvergelijking (Politeia 7.514a1-518b6) (blz. 182-
211)
Achtergronden
-de ideale staat volgens Socrates verdeeld in de wachters die de staat besturen en de helpers
die bevelen navolgen. De derde groep is werkende klasse (materiële behoeften voorzien) +
wachters hebben geen bezit of gezin. Ze zijn soort communistisch.
-Socrates die voor Plato praat zegt dat er geen interne conflicten zijn omdat de staat
harmonisch is en ieder een functie vervult. Alle deugden zijn er (σοφια voor de leiders;
ανδρεια voor helpers; σωφροσυνη voor de harmonie) en ieder moet zijn taak uitvoeren
-de mens en staat zijn als het ware dezelfde onderdelen hebbende. Er zijn delen van de ziel
die Plato onderscheidt
1. λογιστικον: redelijke deel, keuzes maken, denken
2. θυμοειδες: energie, moed en emoties zetelen hier en ondersteunen de rede en
komen in conflict soms met begeerten
3. επιθυμητκον: begeerten naar primitieve instincten
---sofia zetelt in 1, andreia in 2, soofrosunè zorgt voor ondergeschiktheid in
lagere delen aan de reden en harmonie rechtvaardigheid is een evenwichtige toestand
van dit
-vrouwen en mannen zijn voor dezelfde taken geschikt, zegt S
-Glauco twijfelt aan de verwezenlijkenheid van zo’n staat S zegt ernaar te streven
-de filosoof kan de staat leiden omdat hij van de Vormen kent
-Socrates in gesprek met de broers van Plato: Glaucon en Adeimantos
Uit 13.4ij
-de zichtbare wereld is de gevangenis en het licht van vuur is onze zon. De weg omhoog staat gelijk
aan de opgang van de ziel naar de wereld van het kenbare. Iemand die dan inzicht heeft gekregen
bedenkt dan dat het zicht wordt vertroebeld door van licht naar de duisternis gaan, maar ook
andersom. Dit gebeurt ook bij de ziel. En hij zou de ziel ongelukkig prijzen die van de heldere naar de
duistere weg is gegaan, en gelukkig prijzen die van de duistere naar de heldere weg is gegaan
Paragraaf 5: De twee werelden en de filosoof
Er zijn 3 punten van vergelijking
1. Zichtbare wereld – verblijf in de grot; schaduwen van onszelf en anderen en
dingen die achter ons worden gedragen, echo’s
2. Het vermogen van de zon - het licht van het vuur in de grot
3. Opstijgen van de ziel naar de
de wereld van het kenbare – afleggen van de weg omhoog en aanschouwen van de wereld
boven de grot
68
,Er zijn 2 stadia in de grot
1. Vastgebonden en alleen schaduwen zien
2. Het zich omdraaien en het rondlopen in de grot en het zien van concrete voorwerpen.
In de grot is het donker, niet vrij en een schijnwerkelijkheid. Buiten de grot is het licht, niet
gevangen, echte werkelijkheid vd Vormen
Deze kloof is overbrugbaar, zij het onder dwang: de mens kan met/dankzij het logistikon van
de ziel in de Vormenwereld komen, met de Vorm van het Goede als ultiem doel, die de
oorzaak is van alles wat juist en passend is, de voortbrenger van de zon in de zichtbare wereld
en zelf de oorzaak van de waarheid en de nous, dus heer en meester in de Vormenwereld,
zoals de zon in de zichtbare.
-De meeste mensen kijken naar schaduwen, zijn zich alleen bewust van verschijningen van de dingen
en niet van de dingen zelf(als kunstenaars die zo een nabootsing van een nabootsing maken). Ze
hebben alleen vermoeden εικασια (tweede hand info) en moeten vertrouwen in de concrete dingen
die de schaduwen werpen, πιστις (eerste hand info)
-Het is ook politiek te duiden: het volk heeft zijn informatie uit de tweede hand(redenaars, politici,
sofisten) en neemt niet de moeite de feiten zelf te bestuderen en zo een eigen idee te vormen van
wat goed of slecht is. Vergelijk de invloed van bijv.de televisie: ieder oordeelt op grond van 2ehands
feiten (beelden, hooguit life) vanuit de huiskamer over goed en fout…Ook zonder al te veel kennis
van Plato’s filosofie, kunnen we hier inzichten uit halen voor onze manier van leven. De gevangenen
denken dat ze hun eigen leven leiden en hun eigen beslissingen nemen, maar ze ‘leven’ helemaal niet
echt. Ze leven in een illusie.
Ze denken de touwtjes in handen te hebben, maar ze zien niet waar ze zich bevinden.
Misschien is dat ook iets wat wij in onze maatschappij kennen. Denk ook aan de film The
Matrix, waarin hetzelfde principe naar voren komt. Neo wordt opeens wakker in een bak met
slijm en hij beseft dat hij al die tijd gedroomd heeft, om te ontdekken wat de ‘werkelijke’
dimensies zijn.
-De wereld buiten de grot is de wereld van de Vormen. Degene die eruit genomen is zal eerst alleen
de schaduwen kunnen zien en weerspiegelingen in het water (zie ook tekst 13.4f!)
1. διανοια is de een na hoogste vorm van denken: redeneren. Dit staat gelijk aan hoe een
wiskunde redeneert; want hij moet eerst wat hij ziet analyseren om vervolgens een berekening mee
te doen (à la, bewijzen dat een driehoek een driehoek is, eerst moet je kijken naar de driehoek zelf)
de wiskundige gebruikt stellingen maar bewijst die niet. Een filosoof doet moeite om stellingen
aan te tonen! AFLEIDEN UIT HOGERE HYPOTHESEN TOT EEN ONHYPOTETISCH BEGINSEL (vorm…)
2. νοησις is de hoogste mentale activiteit: geestesoog-activiteit, je hebt onmiddellijk inzicht in
een voorwerp; er is geen redenering meer nodig
-het doel van de weg omhoog uit de grot = filosofisch denken en het Goede aanschouwen. Filosofen
zijn licht en verheven, de niet-filosofen op aarde zijn geketend zoals de Grotmensen
-de weg naar het Goede vlg Plato: 10 jaar exacte vakken + muziekles dan krijg je dianoia (zie 1.)
vijf jaar filosofie daarna bestuurszaken op je nemen
- als je 50 bent zul je naar het Goede gaan maar je moet terug de ‘Grot’ (onze wereld) in
ze zullen filosoof blijven om gelukkig te blijven
69
, -Vormenleer is complex en niet consistent
1. Vormen vormen (hahaha grappiggg) een werkelijkheid die boven de onze uitstijgt. Wij
wonen in het afgeleide ervan. Dualistisch principe; ware wereld/afgeleide ervan
2. kennis kan niet in de zintuigelijke wereld waarneembaar zijn want die is veranderlijk. De
Vormen vormen de ware kennis. In onze wereld kunnen uitspraken waar/onwaar zijn, daar niet.
3. Vormen vormen de ideale standaard
4. Vormen vormen de verklaring voor algemene begrippen (bv. Stoel, omdat er een Vorm
stoel is. Daarom noemen wij alle stoelen op onze wereld stoel, snap je??)
MAAR: is er van alles dat vervaardig is en kan worden een Vorm?
5. Vormen vormen de oorzaak voor het feit dat dingen zijn zoals ze zijn
Werkvertalingen + samenvattingen/interpretatie
4A Mensen zijn van jongs af geketend in de grot (Politeia 514a1-b8)
1 Μετὰ ταῦτα δή, εἶπον, ἀπείκασον τοιούτῳ πάθει τὴν
1 Na deze dingen nu, zei ik, vergelijk onze aard met een dergelijke toestand
2 ἡμετέραν φύσιν παιδείας τε πέρι καὶ ἀπαιδευσίας. Ἰδὲ
70