Alles wat je moet weten voor het vak Bestuursprocesrecht (literatuur, hoorcolleges, werkcolleges, arresten). Ik heb zelf met deze aantekeningen een 9 gehaald voor het vak. Het biedt een overzichtelijke samenvatting van het vak.
- Bestuursrechtelijke rechtsbescherming begint bij de gewoner rechter.
- Eerste jaren na de Grondwet van 1815:
- Koning macht (door God) en je kan hier weinig tegen doen
- De burgerlijke rechter acht zich snel bevoegd; Willem I vaardigt het Conflictenbesluit uit,
omdat hij er niet mee eens was. Hierdoor had hij het absolute oordeel had en dus de
beslissing van de burgerlijke rechter kon aanpassen
- Later pas kwam besef dat het geen machtsstrijd was maar dan onafhankelijk orgaan
hierover moet oordelen
- Grote weerstand tegen de civiele procedure in het parlement: te ingewikkeld, kostbaar en
tijdrovend
- De wetgever stelt steeds vaker administratief beroep open, waarbij beroep bijvoorbeeld
gaan doen op Gedeputeerde Staten of de Kroon. De rechter wordt hierdoor eruit gehouden
- Legitimiteit wordt ontleend aan het gezag van het college, niet aan de procedure
Administratie of rechter?
- Wetenschappelijke discussie: Minister Loef tegen professor Struiken
- Minister Loeff --> Minister van Justitie te weinig rechtsbescherming aan de burger. Maakte
wetsvoorstel hoe rechtsbescherming voor de burgers te bewerkstelligen. Administratief
rechtspraak, onafhankelijke rechter
- Hoogleraar Struycken --> Moet je wel rechtsbescherming niet bij de rechter brengen?
Wetsvoorstel was een lege huls. Toen onze vorst een autoritaire vorst was hadden we
rechtsbescherming nodig bij de rechter als tegenmacht. Inmiddels parlementaire democratie
waar wil van het volk is vertegenwoordigd, maar rechters waren voornamelijk mensen van
adel. De macht hoort primaire bij Tweede Kamer te liggen die zijn gekozen. De rechter van
toen zijn dus niet geschikt. Bestuursrechtelijke geschillen hebben inherent politiek element,
zoals beleidsvorming en beleidskeuzes. Juridische normen van bestuursrecht hebben vrije
bevoegdheid met belangenafweging, maar juridische dimensie heel klein. Rechter gaat
alleen juridische norm handhaven en niet politieke keuzes. Wat weten juristen over
veiligheid over natuurbescherming of noodzakelijke vervoersbeslissingen. Je moet dit leggen
bij mensen met expertise. Dit kan wel binnen bestuursorganen. Daarom administratief
beroep beter.
- Struycken kwam eruit als winnaar.
Van enumeratie naar algemene rechtsbescherming:
- De raden van beroep en de Centrale Raad van Beroep worden de eerste onafhankelijke
bestuursrechters van Nederland
- Enumeratie --> Gespecialiseerd rechtscollege en loop van de tijd extra wetten die de
bevoegdheid verbreed
- Erg groot web, maar wat als er niemand bevoegd is?
, - In de jaren 70 ontstaat een algemene aanvullende rechtsgang bij een onafhankelijke rechter
als er geen specifiek orgaan bevoegd is (Wet Arob, afdeling rechtspraak RvS)
- In 1985 oordeelt het EHRM het Kroonberoep in strijd met art. 6 EVRM (Benthem-arrest).
Rechtsbescherming ondergebracht bij rechter en sommige geschillen administratief beroep.
Maar administratief beroep is bij regering en dus Kroonberoep bij Raad van State. Dit is geen
onafhankelijke rechtspraak en dus geen bestuursrechter meer.
- In 1994 treedt de Awb in werking
- Discussie over organisatie blijft
Drie hoogste bestuursrechters:
1. Raad van State (algemene bestuursrechter)
2. Centrale Raad van Beroep (gespecialiseerde rechter)
3. College van beroep voor bedrijfsleven (gespecialiseerde rechter)
- Niks bijzonder geregeld --> Raad van State. Vaak overheid tegen grondbezitters.
- Wel iets bijzonders geregeld --> Andere twee hoogste bestuursrechters. Centrale Raad van
beroep bij ongevallen en arbeiders met een ongelijke strijd. College van beroep voor
bedrijfsleven. Alleen te maken met professionele partijen en grote bedrijven.
- Ze wilde een andere verdeling over de rechters, maar dit concept is vervallen
Kenmerken bestuursprocesrecht:
- Besluit als voorwerp van geschil
- Aanvullende voorziening: besluitvorming en bezwaar zouden geschillen moeten wegnemen
- Rechtmatigheidstoetsing van bestuur en niet politieke kwesties. Ook ex tunc toetsing dus op
het moment dat het werd besloten, was het toen rechtmatig?
- Ongelijke verhouding partijen, want bestuur tegen burger of bedrijf.
- Elk geschil raakt belangen van derden en/of maatschappij (financiële belangen, klimaat,
concurrenten, buren):
- Korte beroepstermijnen
- Laagdrempelige procedure (geen advocaat nodig)
- Materiële waarheidsvinding (feiten die niet juist zijn, mag worden aangepast door de
rechter)
- Niet lijdelijke rechter (rechter mag rechtsgronden aanvullen en onderzoeksbevoegdheden
aanwenden. Dit zorgt ook voor de gelijkheid tussen partijen).
Rechtsvergelijking: bestuursrechter spreekt recht in ander universum:
- Toetsing in plaats van rechtsvaststelling. Rechtsvaststelling wordt gedaan door het bestuur
zelf. Rechter mag niet bestuurlijke taak overnemen. Rechter moet bestuur controle
(discussie Struiken vs. Loeff).
- Rechter heeft beperkt beeld van de praktijk. OM moet alle aanvragen van
omgevingsvergunning behandelen, maar er komen niet heel veel zaken bij bestuursrechter.
Rechter dus terughoudend want hij ziet niet de hele praktijk.
- Besturen vraagt om snelle besluitvorming. Je moet snel weten of je kan investeren voor
plannen. Je moet economische ontwikkelingen stimuleren en niet tegenhouden.
- Besturen is vooruitzien; rechtspreken is achteruit kijken.
Rechtsvergelijking: burgerlijke- en strafprocesrecht:
, - Begunstigend bestuursrecht heeft overeenkomsten met civiel recht
- Civilisatie bestuursprocesrecht: steeds meer een partijenproces. Veel verantwoordelijkheid
bij eiser en verweerder en rechter gaat niet uit de rechtsstrijd.
- Verbestuurlijking civiel geschil: steeds meer regie rechter
- Belastend bestuursrecht heeft overeenkomsten met strafrecht
- Bestuurlijke boetes worden steeds hoer, (bewijs)procesregels geënt op strafvordering
- OM-strafbeschikking is vorm van bestuurlijke afdoening
Beginselen procesrecht:
- Grote overeenkomsten in beginselen, mede door normering artikel 6 EVRM: ook in het
bestuursrecht
- “Burgerlijke rechten” “Vervolging is ingesteld” --> Waar is het bestuursrecht? In beide
begrippen. Dit moet autonoom worden uitgelegd. Burgerlijke rechten of vervolging (criminal
charge) telt ook voor bestuursrecht.
Ontwikkelingen/actualiteit:
- Algemeen:
- Internationalisering
- Digitalisering
- Versnelling van uitspraak
- Rechtsontwikkeling/sturing maatschappij
- Specifiek bestuursprocesrecht
- Al in besluitvorming
- Vertrouwen in overheid en gestrekt been in conflicten en zaken proberen te winnen
- Definitieve geschilbeslechting met definitief probleem
Recours objectif staat in Awb niet centraal --> Primaire doel objectieve recht te handhaven
Recours subjectif --> Primaire doel individuele rechtsbescherming te bieden en handhaving
objectieve recht minder belang.
Bevoegdheid bestuursrechter:
- Beroep staat open (art. 8:1 Awb)
- Voor belanghebbende
- Tegen een besluit
- Mits de verplichte voorprocedure is doorlopen (art. 6:13 Awb)
- Rechtspraak in twee instanties, tenzij (art. 8:6 Awb) voor snelheid. Maar soms meteen naar
hoger beroepsrechter in plaats van rechter. Bijvoorbeeld spoed element.
- Hoger beroep bij de ABRvS, tenzij (art. 8:105 Awb) dan ander gerecht.
Voorwerp van geschil in beroep:
, 1. Besluit in primo: weigering of verlening vergunning/je krijgt bestuursrechtelijk boete
2. Bezwaarfase: je klaagt over het besluit, waarom feiten niet kloppen en dus ander besluit
3. Tweede besluit: beslissing op bezwaar. Bezwaar afgewezen/aanpassen besluit. Hiertegen ga
je mee in beroep.
4. Rechtbank uitspraak in beroep. Rechter kijkt niet naar primaire besluit (aanvraag was niet
goed, er werd niet geluisterd, etc)
5. Hoger beroep. Beroepsgronden gaan over de uitspraak van rechtbank. Dus steeds over iets
anders procederen.
Art. 6:19 Awb stelt dat bestuursorgaan zijn besluit kan terugtrekken en een ander besluit kan
nemen. Dit kan tijdens bezwaar, beroep en hoger beroep. Het rechtsmiddel gaat dan tegen het
nieuwe besluit werken. Dan soms vijf verschillende besluiten.
Bestuursrechter mag alleen oordelen over beschikkingen en a.b.a.s. Dus niet alle besluiten.
Schema rechtsbescherming:
Art. 7:1 Awb --> Eerste bezwaar maken, tenzij sub a-g. Sub g heeft bijlage 1 (rechtstreeks beroep).
Sub d: als afdeling 3.4 van toepassing is --> UOV
sub g: Rechtstreeks beroep --> bijlage 1
Hoofdregel: art. 8:1 Awb --> Belanghebbende (OPERA-criteria) tegen een besluit (art. 1:3 Awb)
instellen bij de bestuursrechter
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper abel-janscheffer. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,16. Je zit daarna nergens aan vast.