Samenvatting Bevolkingsgeografie en
duurzaamheidsvraagstukken
Modules Bevolkingsgeografie & Migratie:
Er wordt van je verwacht dat je de orde van grootte kent van een aantal kerncijfers voor
respectievelijk: een ontwikkeld land, een ontwikkelend land en een ontwikkelingsland. De
VN spreekt in dit verband over: More developed, Less developed / developing dan wel Least
developed Countries.
Deze kerncijfers zijn: Geboortecijfer, sterftecijfer, TFR, levensverwachting.
Goede voorbeeldlanden voor deze drie categorieën zijn: Nederland / Japan, Brazilie / India,
Nigeria / Congo.
Geboorte Sterfte TFR Levens Groene Grijze Demografische
cijfer cijfer verwachting druk druk druk
Nederland 11 (1,66) 9 1,77 82 37% 33,3% 70,3%
/ Japan 84
India / 18,7 (2,2) 7 2,35 68
Brazilië 13,9 (1,74) 75
Nigeria / 35,2 (5,46) 9,6 6 54
Congo 60
We gaan er daarbij ook vanuit dat je de meeste (enigszins bekende) landen of regio's in een
van deze categorieën kunt plaatsen. Er wordt van je verwacht dat je zelf eenvoudige
berekeningen kunt doen met de hierboven genoemde kerncijfers, alsook met groene, grijze
en demografische druk.
Overige cijfers hoef je niet uit je hoofd te kennen, bij vragen hierover krijg je de betreffende
tabel / diagram erbij. Vragen die dan gesteld worden, gaan over oorzaken, verbanden,
verklaringen, trends, gevolgen. En er kan gekeken worden of je figuren kunt beoordelen op
statistische validiteit.
Leerdoelen bij deze cursus:
1. De student beheerst geselecteerde inhouden met betrekking tot de
bevolkingsgeografie. Zie Canvas voor een specificatie van deze leerinhouden.
2. De student kan deze inhouden toepassen op diverse regio’s, op diverse schaalniveaus
en in diverse contexten.
3. De student kan deze inhouden met elkaar in verband brengen en aan elkaar
relateren en daarbij wisselen van schaalniveau.
4. De student kan bevolkingsgeografie relateren aan diverse vraagstukken rond
schaarste en verdeling van natuurlijke hulpbronnen.
5. De student kan uitleggen wat een vraagstukbenadering is en hoe deze in actueel
aardrijkskundeonderwijs naar voren komt.
1
, 6. De student kan gebruik maken van beschrijvende statistiek en van enkele statistische
databases.
Bevolkingsgeografie
De volgende begrippen worden vanuit de Kennisbasis Bachelor bekend verondersteld:
Algemeen vruchtbaarheidscijfer
Het aantal levendgeborenen per duizend van het gemiddeld aantal vrouwen van 15 tot 50
jaar in een bepaalde periode (meestal een kalenderjaar).
Allochtone bevolking NB en hoe we dit nu aanduiden!
Op 1 december 2020 had 24,6 procent van de bevolking een migratieachtergrond.
Daaronder vallen zowel mensen die in het buitenland zijn geboren (de eerste generatie), als
degenen die in Nederland geboren zijn en van wie ten minste een van hun ouders immigrant
was (de tweede generatie). De herkomstlanden zijn heel divers, en de migranten zijn al heel
lang of nog maar kort in Nederland.
Autochtone bevolking NB en hoe we dit nu aanduiden!
Een autochtoon is doorgaans de inheemse bevolking, in tegenstelling tot een allochtoon die
permanent woonachtig is buiten het geboorteland of dat van recente voorouders.
In Nederland hanteert het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) als definitie:
beide ouders zijn in Nederland geboren, ongeacht het land waar iemand zelf is geboren.
Volgens deze definitie kan het binnen Nederland gebeuren dat autochtone personen
allochtone zoons of dochters krijgen. Ook is het mogelijk dat allochtone personen in het
buitenland een kind krijgen dat in Nederland autochtoon is. De CBS-definitie wijkt op een
aantal punten af van wat doorgaans onder autochtoon of allochtoon wordt beschouwd.
De definitie van het CBS wijkt af van het praktisch gebruik van de term autochtoon. In de
omgangstaal wordt in Nederland namelijk meer gedoeld op mensen met de Nederlandse
etniciteit.
Bevolkingsbeleid welke soorten?
Bevolkingsbeleid kan verschillende vormen aannemen: geboortebeperking, bijvoorbeeld
bevorderd door voorlichting, gratis voorbehoedsmiddelen, economische premies en
sancties; het stimuleren van binnenlandse migratie naar minder bevolkte gebieden, vaak
met economische prikkels en soms met dwang (China, Rusland, Indonesië, Brazilië);
emigratie, zoals na 1945 vanuit Nederland naar Canada en Australië; en de spreiding of juist
concentratie van bevolkingsgroepen, bijvoorbeeld omdat er zo minder problemen zouden
ontstaan tussen allochtone en autochtone groepen.
Bevolkingsdiagram (bevolkingspiramide)
Een bevolkingspiramide is een grafiek of diagram van de leeftijdsopbouw van
een bevolking in de vorm van een rug-aan-rug-histogram voor mannen en vrouwen.
2
, Bruto geboortecijfer
In de demografie is het bruto geboortecijfer van een bepaalde bevolkingsgroep het aantal
bevallingen per 1000 personen per jaar. Dit cijfer varieert naargelang het land en het jaartal
tussen ongeveer 6,5 en 48 geboorten/1000 inwoners.
Bruto sterftecijfer
Verhouding van sterfte-aantallen tot het aantal inwoners, vaak uitgedrukt als aantal
overlijdens per 1.000 of 100.000 inwoners.
Gestandaardiseerde sterftecijfers houden rekening met de leeftijdssamenstelling van de
bevolking. De vergrijzing van de bevolking kan de brutosterftecijfers immers sterk
beïnvloeden. Door de sterftecijfers te standaardiseren voor leeftijd (dat is de sterfte
berekenen zoals die zou zijn als de leeftijdsverdeling van de bevolking jaar na jaar dezelfde
zou blijven) verkrijgen we een direct gestandaardiseerd cijfer of ASR-E (Age Standardized
Rate op Europese Standaardbevolking).
Demografisch transitiemodel
Demografische druk
De verhouding tussen de productieve leef- tijdsgroep (20-64) en de niet-productieve leef-
tijdsgroepen (0-19) en 65+ De demografische druk wordt uitgedrukt in een percentage. Dit
wordt als volgt berekend:
Draagkracht
In de ecologie is er sprake van overbevolking als een soort de draagkracht van
haar habitat uitput. Meestal verwijst de term specifiek naar de verhouding van menselijke
bevolking tot de planeet Aarde. Het gaat hierbij niet om het aantal mensen of dieren, maar
3
, om de verhouding tussen het aantal dieren of mensen in vergelijking met de middelen die zij
moeten hebben om te overleven.
Geboortebeperking
Het bewust beperken van het geboortecijfer of de natuurlijke vruchtbaarheid door
onthouding van seksuele betrekkingen of door voorbehoedsmiddelen (condoom, pil) die
bevruchting bij het geslachtsverkeer moeten voorkomen.
Gemiddelde levensverwachting
Het gemiddeld aantal nog te verwachten levensjaren op een bepaalde leeftijd, meestal bij
geboorte. Bij de berekening van de levensverwachting op een bepaald moment (bijv. bij de
geboorte) nemen we aan dat de kans om op een bepaalde leeftijd te sterven voor de
toekomst gelijk blijft.
Grijze druk
De verhouding tussen het aantal personen van 65 jaar of ouder en het aantal personen van
20 tot 65 jaar. Dit wordt als volgt berekend:
Groene druk
De verhouding tussen het aantal personen van 0 tot 20 jaar en het aantal personen van 20
tot 65 jaar. Dit cijfer geeft inzicht in de verhouding van de jeugd tot het werkende deel van
de bevolking. Dit wordt als volgt berekend:
Leeftijdsspecifiek sterftecijfer
Aantal sterfgevallen in een bepaalde leeftijdsgroep en periode gerelateerd aan het
gemiddelde aantal personen in die leeftijdsgroep in die periode.
Leeftijdsspecifiek vruchtbaarheidscijfer
Het aantal levendgeboren kinderen dat uit vrouwen in een bepaalde leeftijdsgroep in een
bepaald jaar wordt geboren gedeeld door het gemiddeld aantal vrouwen in die
leeftijdsgroep in dat jaar. Ze drukken dus als het ware uit hoeveel kinderen 1000 vrouwen
van leeftijd x voortbrengen in een bepaald jaar.
Natuurlijke groei
Met natuurlijke groei ook wel natuurlijke aanwas genoemd, worden alle veranderingen in de
omvang van de bevolking bedoeld voor zover die het gevolg zijn van geboorte en sterfte. De
natuurlijke bevolkingsgroei wordt bepaald door het geboortecijfer te verminderen met het
sterftecijfer.
Overbevolking
Overbevolking (synoniem: overpopulatie) is een begrip dat gebruikt wordt om aan te geven
dat er te veel mensen wonen, leven of aanwezig zijn in een land, gebied, stad, op een
4