Samenvatting Burgerlijk Recht II
Inhoud
Week 1................................................................................................................................................................................... 2
Hoorcollege 1 – Inleiding.......................................................................................................................................... 2
Week 1 en 2......................................................................................................................................................................... 9
Hoorcollege 2, 3 en 4 – Totstandkoming en totstandkomingsgebreken................................................9
Week 3................................................................................................................................................................................ 24
Hoorcollege 5 - Vertegenwoordiging en toerekening van daden en wetenschap van derden....24
Hoorcollege 6 – Nakoming..................................................................................................................................... 28
Week 4................................................................................................................................................................................ 33
Hoorcollege 7 en 8 – Niet-nakoming.................................................................................................................. 33
Week 5................................................................................................................................................................................ 44
Hoorcollege 9 en 10 – Algemene voorwaarden; redelijkheid en billijkheid; meerlagige
rechtsorde en BW...................................................................................................................................................... 44
Week 6................................................................................................................................................................................ 57
Hoorcollege 11 – Koop en andere benoemde contracten..........................................................................57
Hoorcollege 12 – Borgtocht; Ongerechtvaardigde verrijking, onverschuldigde betaling.............61
Week 7................................................................................................................................................................................ 67
Hoorcollege 13 en 14 – Onrechtmatige daad................................................................................................. 67
Week 8................................................................................................................................................................................ 77
Hoorcollege 15 en 16 – Risicoaansprakelijkheden en productaansprakelijkheid...........................77
Week 9................................................................................................................................................................................ 86
Hoorcollege 17 en 18 – Schadevergoeding...................................................................................................... 86
Week 10.............................................................................................................................................................................. 96
Hoorcollege 19 en 20 – Contract en derde...................................................................................................... 96
1
,Week 1
Hoorcollege 1 – Inleiding
Bronnen van verbintenissen
1. Contractueel → nakoming vorderen ex art. 3:296 BW
2. Buitencontractueel → onrechtmatige daad ex art. 6:162 BW
3. Ongerechtvaardigde verrijking → art. 6:212 BW
4. Onverschuldigde betaling → art. 6:203 BW
Art. 6:1 BW: verbintenissen vloeien voort uit (HR Quint/Te Poel):
- Wilsverklaring of gerechtvaardigd vertrouwen
o Eenzijdige verklaring → art. 3:33-35 BW
o Meerzijdige verklaring → art. 6:213 lid 1 BW
- De wet
o Onrechtmatige daad
o Wanprestatie → art. 6:74 BW
o Zaakwaarneming
o Ongerechtvaardigde verrijking
o Onverschuldigde betaling
HR Quint/Te Poel (1959)
Art. 6:1 BW
Zaak: Quint was een aannemer en had een gebouw gebouwd op het terrein van Heinrich te Poel,
maar in opdracht van diens broer Hubertus te Poel. Hubertus betaalde het gebouw niet, maar door
verticale natrekking was Heinrich eigenaar geworden. Quint wilde een vordering instellen tegen
Heinrich, maar hiervoor was geen rechtsgrond, omdat er nog geen bepaling bestond voor de
algemene ongerechtvaardigde verrijkingsactie.
HR: ‘…uit de wet voortvloeit’ in art. 6:1 BW gaat niet alleen om letterlijk in de wet geregelde
gevallen, maar dekt ook de gevallen die in het stelsel van de wet passen en aansluiten bij de wél in
de wet geregelde gevallen.
Overeenkomst
Contracten zijn verbintenisscheppende overeenkomsten. Verbintenissenrecht gaat over
vermogensrechtelijke relaties tussen partijen, waarbij de ene partij een prestatie verschuldigd is en
de andere partij recht heeft op de prestatie.
Art. 6:217 BW: aanbod en aanvaarding daarvan
Dit zijn eenzijdige gerichte rechtshandelingen
Als deze op elkaar aansluiten → meerzijdige rechtshandeling
Art. 6:227 BW: bepaalbaarheid van een ovk
Context en uitleg bepalen of iets als aanbod en aanvaarding kan worden aangemerkt
Stappenplan totstandkoming van een overeenkomst
1. Aanbod en aanvaarding → art. 6:217 lid 1 BW
2. Meerzijdige rechtshandeling, waarbij partijen jegens een ander een verbintenis aangaan →
art. 6:213 BW
3. Rechtshandeling: op een rechtsgevolg gerichte wil die zich door een verklaring heeft
geopenbaard, dus wil en verklaring → art. 3:33 BW
2
, 4. Bij gebrek aan een wilsverklaring kan een beroep worden gedaan op gerechtvaardigd
vertrouwen → art. 3:35 BW
Kwalificatie en samenloop
Speciale contracten: Boek 7 BW, zoals huur, arbeid, koop, opdracht etc.
Dit kan samenlopen met de algemene leerstukken uit boek 6 BW, waardoor een bepaalde
rechtshandeling onder beide kan vallen.
HR Inscharing
Kwalificatie:
1. Wat hebben partijen afgesproken? → uitleg
2. Voldoet dit aan de uitleg van een van de contracten in boek 7? → kwalificatie
3. Anders: algemeen verbintenissenrecht
HR Inscharing (2019)
Kwalificatie van een overeenkomst, wederpartij bij een overeenkomst: met wie wordt
gecontracteerd?
Zaak: Een eigenaar van een paardenfokkerij en een eigenaar van een groot stuk grasland hadden
een mondelinge overeenkomst tot inscharing gesloten voor een aantal jaar, waardoor de paarden
van A op het grasland van B mochten grazen tegen betaling. De rechtsvraag was nu of deze
overeenkomst was te kwalificeren als pacht.
HR: Het is ten eerste niet uitgesloten dat een contractspartij na verloop van tijd plaats maakt voor
een andere contractspartij. Wie kan worden aangemerkt als contractspartij hangt af van hetgeen
partijen jegens elkaar hebben verklaard en over en weer uit elkaars verklaringen en gedragingen
hebben afgeleid en redelijkerwijze mochten afleiden.
De inhoud van een overeenkomst dient te worden beoordeeld aan de hand van de omschrijving
ervan, niet relevant is de bedoeling van de partijen. Het gaat erom of de overeengekomen rechten
en plichten voldoen aan de wettelijke omschrijving van de overeenkomst.
Samenloop
Er is sprake van samenloop als een overeenkomst of handeling valt onder meerdere leerstukken die
door het BW geregeld worden. Welke is dan van toepassing?
Art. 6:215 BW: in beginsel alle regels van toepassing.
Als uitzondering geldt:
1. Keuzevrijheid: niet alle regels kunnen van toepassing zijn, dus er mag worden gekozen welke
regels door de eiser worden ingeroepen
2. Keuzeplicht: soms moet tussen een van de leerstukken worden gekozen → alternativiteit
3. Exclusiviteit: soms gaat één van beide leerstukken voor, door de rechter of wetgever
Samenloop contract en delict
Als er aansprakelijkheid bestaat op de grond van een contract én buitencontractueel, is er sprake van
samenloop.
Hoofdregel is dat er moet worden gekozen.
Uitzonderingen:
- Exoneratie: in het contract kan de delictuele route zijn uitgesloten.
- HR Althuisius’ ladder: als de wetgever exclusiviteit heeft gewild, is buitencontractuele
aansprakelijkheid niet mogelijk. Dit is het geval bij bruikleen.
HR Dierenarts: er is keuzevrijheid tussen de contractuele en delictuele aansprakelijkheid, deze
kunnen in beginsel naast elkaar bestaan.
3
, Vb. Bij dierenarts is er samenloop tussen art. 6:179 en 7:406 BW. Er moet dan worden
bepaald, ex art. 7:406 lid 2, of dit risico buiten de werksfeer valt. Dit is moeilijker te bewijzen
dan de kwalitatieve aansprakelijkheid uit art. 6:179 BW.
Samenloop en eigen schuld
HR Dierenarts: Geen eigen schuld, er geldt gewone risicoaansprakelijkheid ex art. 6:179 BW, ondanks
de samenloop van de overeenkomst tot opdracht en de buitencontractuele aansprakelijkheid.
HR Paardrijles: Onberekenbaar gedrag van het dier komt in beginsel voor rekening van de eigenaar,
maar de inhoud van het contract en overige omstandigheden van het geval bepalen de mate waarin
de gedupeerde zelf moet bijdragen.
HR Dierenarts (2001)
Art. 6:101 en 6:179 BW, samenloop delictuele en contractuele aansprakelijkheid
Zaak: Een dierenarts liep tijdens zijn werk letsel op door een steigerend paard. De vraag is of de
eigenaar van het paard op grond van art. 6:179 BW aansprakelijk kan worden gehouden voor het
gedrag van het paard, nu er tussen beide partijen ook een contract bestond.
HR: Er is sprake van samenloop doordat er zowel een contract is tussen dierenarts en eigenaar van
het paard als buitencontractuele aansprakelijkheid op grond van art. 6:179 BW. Deze beide vormen
van aansprakelijkheid kunnen in beginsel naast elkaar van toepassing zijn. Echter, hetgeen partijen
zijn overeengekomen kan meebrengen dat de buitencontractuele aansprakelijkheid buiten
toepassing dient te blijven.
Art. 6:101 BW inzake eigen schuld is in casu goed meegewogen door het Hof, maar het is terecht
tot de conclusie gekomen dat er geen sprake is van eigen schuld.
HR Althuisius’ ladder (1996)
Art. 6:173 en 7A:1790 BW, samenloop en exclusiviteit
Zaak: Althuisius had een ladder uitgeleend aan zijn loodgieter, Bos. De ladder brak af en Bos had
blijvend letsel. Bos wilde de kosten verhalen op Althuisius. De overeenkomst tot lenen van een
ladder was een bruikleenovereenkomst. Dit is een benoemde overeenkomst uit boek 7A. Kan Bos
een beroep doen op de buitencontractuele aansprakelijkheid van gebrekkige zaken nu er een
benoemde regeling voor is?
HR: De wetgever heeft met art. 7A:1790 BW exclusiviteit beoogd, door aansprakelijkheid bij een
gebrekkige zaak in bruikleen te beperken tot de gevallen waarin de eigenaar kennis had van het
gebrek. Het zou niet stroken met dit artikel om deze aansprakelijkheid uit te breiden en ook bij
onbekende feiten aansprakelijkheid te kunnen aannemen.
Desondanks kunnen de redelijkheid en billijkheid onder omstandigheden een beroep op de
beperkende aansprakelijkheid uit art. 7A:1790 BW onaanvaardbaar maken, maar dat neemt de
subjectieve bekendheidseis niet weg.
HR Paardrijles (2002)
Art. 6:179 en 6:101 BW, buitencontractuele aansprakelijkheid
Zaak: Een vrouw was tijdens een paardrijles van het paard af gevallen en wilde hiervoor
schadevergoeding verhalen op de manege. De manege beweerde dat dit binnen haar eigen risico
viel.
HR: Als de berijder van een paard schade lijdt door onberekenbaar gedrag van dat paard, is het
enkele feit dat de berijder vrijwillig en met toestemming van de eigenaar op het paard is gaan
zitten niet voldoende om de aansprakelijkheid uit art. 6:179 BW te doen vervallen. Of er sprake is
van een omstandigheid die wel in de risicosfeer van de berijder ligt en hem moet worden
toegerekend (= eigen schuld), hangt af van de inhoud van de overeenkomst en de overige
omstandigheden van het geval. Dit is niet anders tijdens een paardrijles. Echter, waar geen verwijt
4