Sørensen & Christiansen (2013: 39-49): The Theory of
Second Modernity: Ulrich Beck’s Diagnosis of
Contemporary Modernity
Check dit voor refs:
https://web.a.ebscohost.com/ehost/ebookviewer/ebook/bmxlYmtfXzQ3OTcyNl9fQU41?sid=3e
b2ab7a-8ce5-417f-9821-087f661fe216@sessionmgr4007&vid=0&format=EB&rid=1
3. The Theory of Second Modernity: Ulrich Beck’s diagnosis of contemporary Modernity
- Theory of Second Modernity → Beck’s attempt at solving the problem of social
diagnostics with which sociology has been struggling since the 1970s
- Lyotard → schreef een artikel over kennis in sterk ontwikkelde maatschappijen, opende
een discussie over de tijd waar we in leven: leven we nog in moderniteit of is
moderniteit op
- Lyotard: the grand narrative of progress, science and liberation that had been
supporting and providing the basic foundation for the entire modern era, had come to
lose its efficiency, status and ability to function as a shared point of social reference.
- Wetenschap ging niet meer over waarheid, maar over het nut van een bepaald
onderzoek, is het verkoopbaar, is het efficiënt? Etc.
- Filosofen, sociologen en theoretici → adapteerde het idee van Postmoderniteit
- 1980s: Postmoderniteit verspreidde zich, vooral in de kunsten
- Bauman: boek over moderniteit en de holocaust, zei dat de holocaust een kind van de
moderniteit was
- Weinig consensus over wat Postmoderniteit was → wat definities wel gemeen hadden
was dat het een break was van moderniteit.
- Beck: schreef zijn boek tijdens de piek van het postmodernisme-debat
- Beck: Risk Society ⇒
- Wilde een post-skeletal structure animeren, dit was het laatste ding wat nog
stond over de discussie over Postmoderniteit
- ‘Post’ is het sleutelwoord van zijn boek, dit gaat Beck ontleden
- Beck wil een resolutie tussen modernisten en postmodernisten in de
sociologie
- Habermas: modernist, zegt dat m oderniteit een incompleet project is
- Beck: middenpositie → Although he a cknowledges the diagnosis – that,
through recent years, society has undergone such radical changes that it no longer
makes sense to attempt to understand it from a modern point of view – he also makes
an argumentative point out of the fact that distinctly modern ideas, such as human
rights, rationality and science, are still very prevalent and still influence many aspects of
our society and times, albeit in new ways.
- Moderniteit wordt getransformeerd volgens Beck, discontinuïteit en
continuïteit tegelijk
, - Beck is tegen postmodernisme, maar zegt dat er breaks zijn binnen
modernisme zelf
- Beck: transitie van ene naar andere fase van moderniteit, eerste moderniteit
naar tweede moderniteit → westerse maatschappijen zijn nog steeds modern,
maar er is een transformatie van basic instituties van moderniteit (denk aan
natiestaat, nucleaire familie)
Industriële maatschappij en moderniteit
- Traditioneel: sociologie koppelde moderniteit aan industriële maatschappij
- Meeste gappies zijn het eens dat moderniteit een historische periode is die begon
tijdens de Verlichting (vroege 1700s)
- Moderniteit is founded op de idealen uit deze tijd: rede, vrijheid, wetenschappelijke
vooruitgang
- Mensen hadden controle over de natuur en dit kon je ontdekken door rede en
wetenschap
- Moderniteit en industrialisatie gingen hand in hand
- Beck: second moderniteit is los van industrialisatie. → only the society of first
Modernity can be called industrial, as the transition towards Second Modernity is
actively shifting us towards a new kind of society: the risk society.
Premises van de eerste moderne maatschappij
Basic premises (Beck) vormen de fundering voor de eerste moderne maatschappij →
1. Society as nation-state society → eerste moderne maatschappij is gedefinieerd door
territoriale grenzen. Natiestaat is een container met een maatschappij, bepaald soort
mens. Sociale instituties van de eerste moderniteit zijn verbonden aan de natiestaat als
institutie en als principe voor organisatie.
2. Programmatic individualization → gecontroleerde individualization. Vrijheid en
gelijkheid zijn gevormd door sociale instituties, zoals de nucleaire familie, hun klasse en
hun natie, sociale positie van een individu is vooraf bepaald. Seksuele verdeling van
arbeid: man werkt, vrouw zorgt voor kinderen, zorgde voor dominante positie van man
in arbeidskrachten.
3. Society as employment society / grainful employment society → full employment
society => status, consumptie en sociale zekerheid komen voort uit participatie in de