100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
3.3-3.4 College de volledige vp €6,49   In winkelwagen

College aantekeningen

3.3-3.4 College de volledige vp

 18 keer bekeken  0 keer verkocht

College de volledige vp

Voorbeeld 2 van de 7  pagina's

  • 20 oktober 2019
  • 7
  • 2017/2018
  • College aantekeningen
  • Onbekend
  • Alle colleges
Alle documenten voor dit vak (36)
avatar-seller
suusjevan
Cyclus 3.3-3.4: herstel van occlusie – college de volledige gebitsprothese – de basis
 Patiëntfactoren spelen de grootste rol in het proces.
 Het lab voert erg veel werk uit voor de prothese, 3x zoveel meer tijd stoppen zij erin. Samenwerking en communicatie met hun
is erg belangrijk.
 Het hele verhaal begint met anamnese en diagnostiek.
o Wat is de geschiedenis van de prothese, bewerkingen / functie  eerst heel beeld krijgen van de patiënt voordat je
aan de slag gaat. Wordt snel over het hoofd gezien.
o Goede communicatie met de patiënt is belangrijk.
 Goed weten wat de patiënt wil en wat hij van je verwacht.
 Je bouwt een relatie op met de patiënt. Er zitten beperkingen aan wat je maakt.
 Vervanging prothese
o Slijtage
o Breuk elementen of prothese
o Verkleuringen
o Pasvorm niet meer goed.
 3 vlakken van de prothese
o Occlusale vlakken
 Hoe je de kiezen op elkaar krijgt speelt een rol bij stabiliteit.
 Invloed van de occlusie en articulatie op de stabiliteit van de prothese.
 Normaal heb je cuspidaat geleiding, bij prothese altijd groepsgeleiding.
 Grootste invloed tandtechnicus.
o Gepolijste vlakken
 Fixatie van de prothese, spieren en omgeving erg belangrijk.
 Spieren moeten kunnen ingrijpen op de prothese, dus de buitenkant speelt ook mee.
 Wang en tong kunnen stabiliserend werken.
 Vormgeving buitenkant correct stabiliseert zich de buitenkant ook.
 Dislokerende spieren, die het juist los willen trekken (kauwspieren en de m. mentalis bijvoorbeeld) en
fixerende spieren.
 Grootste invloed TTL, maar de tandarts ook want die maakt de afdruk.
 Die moet rekening houden met alle structuren die er in de mond aanwezig zijn.
 Tandtechnicus met vormgeving ook wel degelijk een rol.
o Basis, binnenkant of intaglio
 Binnenkant gemaakt door tandarts, buitenkant door tandtechnicus.
 Binnenkant: moet rekening houden met aanhechting spieren.
 Oppervlakte moet zo groot mogelijk zijn.
 Druk wordt verdeeld over zo’n groot mogelijk deel van de kaak.
 Echter zonder geweld te doen aan het voorgaande, we kunnen niet de hele kaak gebruiken helaas.
 Je moet rekening houden met alle spiertjes en aanhechtingen die er zitten.
 Processus alveolaris steeds smaller en kleiner. Kaak verandert heel snel en hij wordt steeds scherper.
 Aan de binnenkant zit de m. mylohyoideus, de aanhechting van de mondbodem.
 Daar wordt het bot minder resorbeert omdat daar een aanhechting zit.
 Scherpe botrand die bij edentate patiënten prominenter wordt.
 Foramen mentale komt ook weleens op de oppervlakte te liggen, als je daar met een prothese op drukt
(drukplek), dan doet dat erg pijn.
 Soms komt ook de canalis bloot te liggen maar dat is vrij zeldzaam.
 Het oppervlakte veranderd door de jaren heen.
 Prothese die in het begin gemaakt is past na een aantal jaren niet meer.
 De kaak verandert, aanhechting van de spieren worden vaak prominenter, volume van de kaak
verandert, processus verdwijnt heel sterk.
 Cawood classificatie heb je hiervoor om de resorptie
van de kaak te classificeren.
 Betande situatie nummer 1, als er
geëxtraheerd is nummer 2, kaak wordt steeds
kleiner en spitser. Zo’n scherpe punt als daar
een prothese op drukt is niet fijn.
 Je kunt het chirurgisch corrigeren. Processus
steeds kleiner en aanhechting van de
mondbodem wordt steeds prominenter.
 Waar de spieren zitten, functioneel nog van de
kaken dus minder resorptie, dat blijft sterker
zitten en dus prominenter.
o Doel: prothese zo gelijkmatig belast
 Fixatie van prothese
o 3 aspecten van de fixatie van de prothese
 Retentie
 Prothese blijft op zijn plek door pasvorm (stukje stabiliteit), occlusie en vacuümzuigen (zeker bij
boven prothese; moet tegen zwaartekracht in werken).
o In OK vooral steun en stabiliteit belangrijk.
 Zwaartekracht wordt tegengegaan tegen vacuüm (zuigt zich vast), spieren proberen hem op zijn
plek te houden (tong, wang en lippen), kiezen die op elkaar komen (dan valt hij ook niet naar
beneden), implantaten om retentie te verhogen, kleefpasta.
 Stabiliteit

,  Occlusie en articulatie goed  zorgt voor stabiliteit van prothese  minder schuiven 
krachten worden opgevangen door de basis.
 Spier aangrijping speelt mee en ook de vorm van de kaak.
 Steun
 Steun van prothese op het kaakbot via de mucosa  goed beeld krijgen van hoe je steun aan de
prothese kunt geven.

 Fixatie van prothese: interactie van anatomie met vormgeving van de prothese
o Dislokerende spieren: spieren die de prothese willen losdrukken.
 O.a. m. masseter, m. metalis (drukt prothese omhoog), mondbodem spieren (drukt prothese omhoog)
o Fixerende spieren: houden prothese op zijn plek.
 Een van deze spieren: de tong, spieren van de lippen
 Oppervlakte zo groot mogelijk, echter zonder geweld te doen aan het voorgaan
o Zo groot mogelijk steunvlak om prothese daarop te laten steunen  maar zonder geweld te doen aan voorgaande.
o Anders kans op drukpunten
o Fijn als processus alveolaris nog enigszins aanwezig is  bij laterale bewegingen kan de prothese zo stabiel blijven.
 Dragende vlakken: ‘de ideale kaak’:
o Groot glad oppervlak
o Gunstig hoog profiel
 Zonder: ondersnijdingen, scherpe botkammen, exostosen
 Voorkom ondersnijdingen  elke ondersnijding zorgt ervoor dat prothese eruit wil en er
vervolgens weer inklikt.
 Scherpe randen  drukt op periost  pijn
 Exostosen  binnenkant of buitenkant kaak
o Gezonde mucosa van gelijkmatige dikte
o Afwezigheid hoge spieraanhechting of frenula
 Vacuüm anders niet ideaal.
o Gunstige intermaxillaire relatie
 Anatomie
o Vb. smal lopende processus: is lastig voor prothese: minder stabiel en schuifmogelijkheid voor prothese
o Houdt rekening met foramen mentale: kan boven aanwezig zijn bij een ver geresorbeerde kaak. in de ergste
gevallen komt de zenuw bovenop te liggen.
o Cawood classificatie
 Verlies element: alveole wordt eerst opgevuld met stollingweefsel.
 Vervolgens botingroei en kaak wordt kleiner en kleiner en gaat slinken.
 Spieraanhechtingen blijven op dezelfde plek zitten want hier wordt actief aan getrokken.
 Processus wordt heel klein, linea mylohyoïdea blijft intact.
 Kaak wordt vooral lager en smaller.
o Weet welke spieren er zitten
 Mondbodemspieren o.a.
o In LC: filmpje anatomie: intra-orale inspectie wordt hier gedaan
o Soms m. Mentalis aanhechting teveel tegendruk op prothese
o Ook aanhechting van m. Masseter kan in de weg zitten
o Ook rekening houden met frenulum, tongbandje etc.
 Diverse kaakvormen
o Brede kaak met veel bot of juist vlak met scherpe botkammen.
o Naarmate patient langer edentaat is, verandert het bot meer en meer.
o BK: Vlak of puntig etc.
o OK: smalle of hoge processus, hoge aanhechting tongbandje kan ook.
Lage kaak is lastiger voor stabiliteit.
 Begin: mal van de kaak maken als basis voor prothese
o Vorm van kaak vastleggen en gebied vastleggen waar prothese moet
stoppen rekening houdend met alle aanhechtingen.
o Omslagplooi niet als omslagplooi kaak maar omslagplooi om ruimte te
hebben voor de prothese. Je wilt niet het maximaal rekbare hebben, maar
rekening houden met aanhechting weefsels.
o Modellen
 Lepels maken die al bijna de vorm hebben van de prothese en
deze finetunen.
 Afdruk procedure
o Beginafdrukken: zo goed mogelijk steunweefsels vastleggen.
 Doen door afdruk te maken met heel stug materiaal: alginaat.
 Bij prothese veel stugger alginaat dan bij afdrukken die wij hebben
gemaakt  doel: meer oprekking zodat o.a. omslagplooi goed erin
gekregen kan worden.
 Zo kun je goed de basis beoord elen.
 Doel: realiseren van een replica van de edentate kaak met daarin het
beschikbare oppervlak waarop de prothese afgesteund dient te worden.
 Model is heel anders dan model waar uiteindelijk een prothese op
gemaakt wordt  veel dieper gelegen omslagplooien doordat je
stugger alginaat gebruikt en dus de wangen ver opzij rekt.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper suusjevan. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 72042 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,49
  • (0)
  Kopen