Children’s Rights
Week 1
Hoorcollege 1 – internationale kinderrechten: opkomst, betekenis en kritische reflecties
Internationale mensenrechten
o Kinderrechten zijn mensenrechten -> relatief jong rechtsgebied
o Twintigste eeuw (WO I & WO II -> League of Nations + United Nations)
o Oorspronkelijk: regulering van verticale relatie tussen Staten en individuen (burgers)
o Gaat tegenwoordig steeds meer over ook de horizontale relatie (tussen burgers onderling)
o Ontwikkeling op VN-niveau en op regionaal niveau (Raad van Europa, EU)
Relevante instrumenten
o Internationaal:
1948: Universele verklaring van de rechten van de mens (UVRM)
1966: International Bill of Human Rights
1966: Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten
1966: Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke rechten (IVBPR)
o Regionaal:
1950: Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM)
Specifieke mensenrechteninstrumenten
1981: Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen
1987: Convention against Torture and Other Cruel, Inhuman or Degrading Treatment or Punishment
(CAT)
1989: Verdrag inzake de rechten van het kind
2006: VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap
Relevante instellingen
o Internationaal
Mensenrechtencomité van de Verenigde Naties
VN-comité voor economische, sociale en culturele rechten
Comité voor de Rechten van het Kind (VN)
o Regionaal
Comité van Ministers (Raad van Europa)
Europees Hof voor de Rechten van de Mens (Raad van Europa)
Europees Economisch en Sociaal Comité
o En ook:
Hof van Justitie van de Europese Unie (art. 24 Handvest van de EU)
Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht
Opkomst kinderrechten
o 1924 – Declaration of Geneva
o 1959 – Declaration of the Rights of the Child
o 1979 – Year of the Child: voorstel van Polen
o 1989 – IVRK aangenomen door VN
Inwerkingtreding: 2 september 1990
Nederland: 8 maart 1995
Twee optionele protocollen in 2000
Derde optionele protocol in 2011 (nog niet voor Nederland)
Het IVRK als ‘living instrument’
o Vraagstukken rondom kinderen veranderen continu: denk aan regels omtrent internet, maar ook andere
soorten ouderschap: meerouderschap, draagmoederschap, ouders van gelijk geslacht
o Het IVRK moet passen bij de wereld van vandaag
,IVRK – algemene kenmerken
o 196 verdragsstaten
o Bijzonder verdrag met burgerlijke en politieke rechten & economische, sociale en culturele rechten
o Erkenning van het kind als:
Rights holder = rechtssubject
Kind in ontwikkeling met bijzondere behoeften
Lid van zijn gezin/familie (kind heeft ook familie nodig om zijn/haar rechten te verwezenlijken)
o Positie ouders (art. 18 IVRK)
Bijzondere overheidsverantwoordelijkheid
Positie ouders is niet absoluut (art. 18 lid 1 IVRK; zie ook art. 9 IVRK)
Evolving capacities (art. 5 IVRK) rekening houden met de ontwikkeling van kinderen
Uitgangspunten
o General principles (de belangrijkste beginselen volgens het VN-Comité):
Art. 2 IVRK: verbod op discriminatie
Art. 3 IVRK: belang van het kind
Art. 6 IVRK: recht op leven en ontwikkeling
Art. 12 IVRK: recht om te worden gehoord
o Definitie van ‘kind’ (art. 1 IVRK)
Kind zijn begint bij de geboorte
o Dynamische rechtspositie van het kind
Art. 6 IVRK: right to development
Art. 5 IVRK: evolving capacities
Art. 12 & art. 14 IVRK: age and maturity
IVRK als juridisch instrument
o Verschillende functies:
Juridisch instrument
Referentiekader voor beleid en praktijk/professionals/ouders
Normatief kader: minderjarigheid en kindbeeld
o IVRK als juridisch instrument
Juridisch bindend
Schakelbepaling – art. 41 IVRK
o Nederland: art. 93 en 94 Grondwet
Doorwerking:
Rechtstreekse werking
Verdragsconforme interpretatie
Kinderen hebben altijd rechten. Maar sommige kinderen (bijv hele jonge kinderen) hebben andere mensen nodig om
deze rechten te kunnen uitoefenen. Maar dat betekent niet dat zij die rechten niet hebben.
Dus als iemand zegt: zijn die kinderen niet te jong om die rechten te hebben?
Dan is het antwoord: Nee! Kinderen hebben de rechten, maar vanwege hun jonge leeftijd hebben ze andere mensen
nodig. En hoe meer kinderen zich ontwikkelen, hoe meer zij die rechten zelf kunnen uitoefenen.
,Literatuur:
M. Freeman: Why it remains important to take children’s rights seriously
Waarom moet je de rechten van kinderen serieus nemen:
o Argument 1: wanneer we bepaalde rechten van het kind niet erkennen, erkennen we daarbij automatische ook
andere rechten niet. Kinderrechten bevatten civiele, politieke, sociale, economische en culturele rechten die
uiteindelijk allemaal met elkaar in verband staan
o Argument 2: het meest fundamentele recht is het hebben van rechten. Door rechten te dragen die erkend
worden kan je deelnemen in de samenleving en kan je zelf invulling aan je leven geven. Ook is het van belang
dat wanneer iemand rechten heeft, deze persoon hier ook daadwerkelijk gebruik van kan maken. Wanneer dit
niet mogelijk is, zijn de rechten enkel symbolisch. Het is dus belangrijk dat volwassenen het belang van
kinderrechten inzien, en deze ook zullen naleven en respecteren, zodat kinderen daadwerkelijk dragers van
rechten worden en deze ook effectief kunnen uitoefenen
o Kinderen hebben rechten omdat ze belangen hebben, en die belangen moeten beschermd worden
o Kern = alleen als je de rechten van kinderen erkent erken je kinderen als actoren in hun leven en kun je ervoor
zorgen dat anderen aansprakelijk gesteld kunnen worden voor de bescherming van kinderen en erken je dus
dat kinderen er toe doen
o Wanneer je kinderen het recht geeft om een eigen beslissing te nemen, dan moet je de beslissing die zij maken
ook accepteren. Dus je moet de mening van het kind aanvaarden, ook als je het hier niet mee eens bent.
o Als je het hebt over rechten van kinderen, dan heb je het over het fundamentele respect wat kinderen zouden
moeten krijgen van anderen (respect voor waardigheid, menselijkheid en integriteit). En op dit respect kunnen
kinderen dan weer aanspraak maken
o Rechten kunnen niet zomaar opzijgeschoven worden door de ‘powerful’ (de staat/de ouders). Rechten zijn niet
zomaar opzij te zetten
o Wanneer je rechten toekent aan een groep personen, dan erken je hen als ‘agents’, als individuen die in staat
zijn om in bepaalde mate te participeren in besluitvorming die over hen gaat = agency
o Rechten zijn een belangrijk instrument om aandacht te vragen voor kinderrechten
o Rechten geven een beargumenteerd standpunt, het geeft je een gegronde reden om kinderen serieus te nemen
o Met rechten kun je een verzoek indienen dat niet zomaar terzijde kan worden geschoven. Want er zijn bepaalde
aanspraken aan verbonden
o Als je kinderrechten niet als uitgangspunt neemt, dan blijven kinderen te afhankelijk van goede bedoelingen en
zorgen, in plaats van dat zij rechtstreeks een beroep kunnen doen als zelfstandige individuen op het
fundamentele recht om rechten te hebben
o Rechten zijn belangrijk omdat ze inclusief zijn: ze zijn universeel en beschikbaar voor alle leden van het
menselijk ras
Reacties van Freeman op stellingen van andere auteurs:
o Auteurs: het is beter om het alleen over bepaalde rechten te hebben die voor kinderen van belang zijn
o Freeman: rechtenbenadering betekent dat je dat op een manier doet die recht doet aan alle rechten van
kinderen. Dus je kiest niet alleen de rechten uit die voor kinderen specifiek van belang zijn
o Auteurs: moeten we het niet juist benaderen vanuit het idee dat volwassenen plichten krijgen tegenover
kinderen (in plaats van kinderen rechten), dus bijv. plicht op: liefde, compassie, goede zorg, bescherming
o Freeman: als je dat doet, dan zet je kinderen niet centraal. Maar dan blijven kinderen afhankelijk van derden
zonder dat ze het fundamentele respect kunnen afdwingen
o Auteurs: kinderen hebben niet de capaciteit om rechten uit te oefenen. Dus hoeven ze deze ook niet te hebben
o Freeman: het is geen kwestie van capaciteit, want dan zou je heel veel volwassenen ook wel rechten kunnen
ontzeggen. Jonge kinderen kunnen ook een situatie begrijpen of een voorkeur laten blijken.
o Auteurs: net als dat de verantwoordelijkheden en tegenslagen uit het volwassen leven in de kindertijd worden
vermeden, is er geen noodzaak om kinderen rechten te geven, nu dat een concept is wat is voorbehouden aan
volwassenen
o Freeman: dit vormt een slechte weerspiegeling van de levens van veel kinderen en adolescenten (die juist vol
zitten met armoede, ziekte, uitbuiting, misbruik etc.)
, K. Hanson: Schools of thoughts in children’s rights
o Rights of children
Protection rights (e.g. against violation or exploitation)
Provision rights (e.g. education of health care provisions)
Participation rights (e.g. freedom of expression or right to information)
o Schools of thoughts
Paternalism:
Kinderen zijn afhankelijke, toekomstige burgers die in het algemeen incompetent zijn om
rationele beslissingen te nemen ze zijn nog geen volwaardige mensen
Kinderen hebben anderen nodig om beschermd te worden (ouders, de staat etc.)
Kinderen hebben speciale rechten nodig die bedoeld zijn om hun toekomstige welzijn te
behouden
Welfare:
Kinderen zijn incompetent, tenzij bewijs van het tegendeel wordt geleverd
1) beschermingsrechten, 2) voorzieningsrechten en 3) participatierechten
Tot op zekere hoogte hebben kinderen gelijke rechten, maar vanwege de specificiteit van
kinderen hebben zij ook speciale rechten
Emancipation:
Kinderen zijn competent, tenzij bewijs van het tegendeel wordt geleverd
1) participatierechten, 2) voorzieningsrechten, 3) beschermingsrechten
Kinderen hebben gelijke rechten, maar in sommige gevallen speciale rechten
Liberation:
Kinderen zijn onafhankelijke, feitelijke burgers die competent zijn om rationale beslissingen te
nemen volwaardige mensen
Kinderen hebben het recht op autonomie/zelfbeschikking en op volledige deelname aan de
samenleving
Kinderen
verdienen
gelijke
rechten als
volwassenen
IVRK: nu vooral welfare, maar gaat wel richting emancipation
IVRK: veel positieve verplichtingen waaruit voortvloeit dat de staat kinderen moet beschermen
IVRK: participatie wordt steeds belangrijker
T. Liefaard: Het belang van het kind en de hooggespannen verwachtingen van het IVRK: pleidooi voor
kinderrechtenbenadering
o Belang van het kind
Minimale benadering = hoe schade aan de ontwikkeling van het kind kan worden voorkomen
Maximale benadering = hoe optimale ontwikkeling van het kind kan worden gewaarborgd