Fysische geografie - hoorcollege 1
Holden basisboek (2022)
Tentamen in Nederlands
Oefenvragen op Brightspace na elk college
Wat is fysische geografie
Atmosphere = gassenlaag rondom aarde
Biosphere = het leven
Lithosphere = steen
Hydrosphere = water
Grieken en romeinen: basis (kaart en berekeningen) Herodotus, Strabo, Ptolemaeus 150 AD
- Kaarten uit verhalen
Middeleeuwen: vooral Arabische geografen en geen EU-geografie (gebaseerd op eigen
observaties)
China: geavanceerde kaarten, triangulatie, 14e eeuw
FG in de renaissance
Gebaseerd op kennis Grieken, Romeinen en via de Arabieren
Ontdekkingsreizen: nieuwe meettechnieken: tijd, longitude (lengtegraad) en latitude
(breedtegraad)
Basis voor kennis was ervaring en observatie vs Aristoteles lezen
In kaart brengen hoort bij koloniseren
Kant’s physische geographie
‘Beschreibung und erklarung van oberflachen phanamenen der erde … systhematische
darstellung der drei ‘Reche der Natur’ als ‘Produkten’ der erde: Tiere, Pflanzen und
mineralien’
- Kwam nooit buiten zijn eigen stad, wel boek over hele fysische geografie geschreven
Alexander von Humboldt (1800)
- Niet meer alleen koloniaal project maar ook weten om te weten, wetenschappelijk
- Gedetailleerd opgeschreven wat hij tegen kwam en verklaren waarom
- Waarom deze hoogte en breedtegraad
- Probeerde alle kennis en recente inzichten van alle wetenschappers bij elkaar te
brengen: ‘kosmos’
Fysische tussen 1800-1950
- 1800: geloof ontstaan aarde ±4004 BC
- Hoe aarde eruit zag was te danken aan catastrofes (zondvloed), pieken en dalen,
plekken die niet perfect zijn
- Inzicht: langzaam veranderen landschap vs plotselinge catastrofe
- Hutton & Playfair: ‘the present is the key to the past’ – theory of the earth
- Zelfde processen die nu gebeuren zijn zo ook in het verleden gebeurd
- Om oude landschap te begrijpen, moet je in het nu observeren, meten, processen
bekijken, reconstrueren
, • Tijd verwering (rivieren, landschap)
• Hutton: aarde is miljoenen jaren oud
• Sinds 1900 ontdekking radioactiviteit schatting ouderdom aarde
• 4,6 miljard jaar oud
• Oudst gevonden gesteente 3,9 miljard jaar oud
FG en Darwin
- Origin of species (1859): graduele veranderingen
- Landschappen maken ook ontwikkeling door
- ‘Change through time’ = begrip ontstaan landvormen
- Levenscyclus geomorfologie
- Davis (1889) – erosiecyclus (tekenen wat je ziet)
- Davis cyclus te descriptief: meten en verklaren
- Arthur Strahler: metingen
• FG examines the natural processes occurring at the earth’s surface that
provide the physical setting of human activities.
- Hack (1960) ‘dynamic equilibrium’
• Dynamic
• Steady state
• Steady time
FG en wetenschappelijke methoden
- Richards (1997) Realisme
• Mechanismen = onderliggende processen dat
dingen gebeuren
• Gebeurtenissen = echte dingen die gebeuren
• Observaties = dingen die we zien
- Geen eenvoudige methode?
FG volgens Berendsen & Zonneveld
‘Het studieobject van de fysische geografie is het landschap, en de geofactoren die in dit
landschap van betekenis zijn: gesteente, reliëf, klimaat, bodem, water, lucht, planten, dieren
en mensen.’
FG volgens Stouthamer et al
- Landschap centraal
- Substraat en klimaat: conditionele factoren, bepalen speelveld
- Water, bodem, lucht, flora en fauna: sturende factoren
- Interactie tussen factoren
- Dimensie tijd
FG en toepassing
- Mens-omgeving interacties
- Begrip omgeving
- Relatie mens
- Feedback, relaties, andere processen en beleid
- Schaal, tijd en context
- Vb rivierverleggingen ihkv beslissing dijkversterking
, Hoorcollege 2 – tektoniek, erosie en bodem
Vulkaan IJsland (IJslandse eruptie) magmakamer onder de grond, druk opgebouwd, grond
omhoog, breuken in gebied er omheen, stromen onder de grond, lavastroom richting
oppervlakte
- Volume magmakamer wordt gemonitord
- Dike = magma in holte van bestaand
gesteente, residuen als gesteente is
geërodeerd
- Geleidelijke druk
Vulkaanerupties
- Te maken met sloten water, veel druk,
water zet uit, onvoorspelbaar
Vulkanisme wereldwijd
- Patroon door platentektoniek
De aarde in lagen
- Zwaartekracht is ordende factor
- Hoe dichter bij de kern, hoe hoger de dichtheid
- Kern is zwaarste, hoogste dichtheid, daarbuiten lichtere lagen
- Dichtbij zon meer stenige, vaste planeten
- Binnenkern is heet en hard, daaromheen mantel die beweegt
- Magnetisme door beweging mantel
- Magnetisch veld dikste bij de evenaar, dunste bij de noordpool
- Magnetische Noordpool is niet altijd zelfde als geografische Noordpool
- Magnetische deeltjes in magma/lava richten zich naar de magnetische Noordpool
vanaf het midden naar de rand zie je streepjescode waar ze aangetrokken werden
naar welke magnetische pool, evenwijdig vanuit het midden beide kanten op
- Straling verder de dampkring in bij polen, Noorderlicht
- Korst drijft om mantel heen omdat dichtheid lager is
- Dikte continentale en oceanische plaat verschilt
Oceanische plaat = basalt, snel afgekoeld, duikt onder continentale plaat
Continentale plaat = graniet, minder ingekrompen, hogere dichtheid, ouder
Ocean floor spreading = jongste gesteente van de plaat in het midden van MOR, einde
schuift die onder de continentale plaat
- Alfred Wegeners 1912 – ‘continental drift’
Bodemlaag en fossielen uit Afrika en Zuid-Amerika zelfde, idee dat alle platen
ooit verbonden waren
- Plausibel verhaal toen duikboten kwamen, in Atlantische oceaan bergketen
- 1950 – paleomagnetisme
Vroeger: ‘convectiestromen’ in de mantel convectiestromen leiden
- Ridge push en slab pull