Voorblad verslagen Verpleegkunde Deeltijd
In te vullen door student:
Naam student Minke Bakker
Studentnummer 680772
Klas AMVPKDTGG21A
Locatie Amsterdam
Studiejaar 2023/2024
Toetsperiode Tweede semester
Klinisch redeneren C
Titel werkstuk
Naam toets Klinisch redeneren C
Toetscode 2022DTKR3A
Naam docent (les gehad van)
Naam coach
Kans Regulier / herkansing*
Indien her 1e kans nagekeken door
Indien her 2e kans nagekeken door
Indien her 3e kans nagekeken door
Indien her 4e kans nagekeken door
Bewijslast Beoordeling vanuit de praktijk
Video/geluidsopname Ja/Nee*
CGI aanvraag Ja/Nee*
Ik verklaar dat ik bij het onderzoek voor en het schrijven van dit werkstuk niet heb
Verklaring student geplagieerd, gefraudeerd of anderszins in strijd met de Onderwijs- en Examen
Regeling (OER) heb gehandeld.
Datum
Handtekening
(* doorhalen wat niet van toepassing is, svp in voorwoord hierop een toelichting geven)
1
, Klinisch redeneren C
Minke Bakker
680772
AMVPKDTGG21A
24-07-2024
Voorwoord
In dit verslag is gewerkt met een casus in een palliatieve situatie om te bewijzen dat de beoordelingscriteria
voor de leeruitkomst ‘Klinisch Redeneren (KR) C’ zijn behaald. Sinds dit studiejaar is de vorm van de duale
opleiding verpleegkunde omgezet naar de gepersonaliseerde gestructureerde deeltijd, waarin zeven
2
,leeruitkomsten op niveau A, B en C behaald moeten worden om een diploma te kunnen krijgen. Voor ‘Klinisch
Redeneren A en B’ heb ik een vrijstelling gekregen, dus bij deze schrijf ik het laatste verslag voor de
leeruitkomst ‘Klinisch Redeneren’. In de voorgaande verslagen voor deze leeruitkomst is gewerkt met een acute,
chronische en geriatrische situatie. In de bijlage 1 zijn twee beoordelingsformulieren van deze verslagen te
vinden.
In deze casus zal het klinisch redeneren worden vormgegeven volgens de zes stappen van ProActive Nursing
(PAN) (Bakker & van Heycop ten Ham, De zes stappen nader bekeken, 2016).
Graag wil ik mijn collega’s bedanken voor het meedenken gedurende het schrijven van dit verslag.
3
, Leeswijzer
In deze leeswijzer is uitgelegd onder welk paragraaf de leeruitkomst te vinden is.
Leeruitkomst Paragraaf
Kernbegrip: Klinisch redeneren
De student kan in elke fase van het verpleegkundig proces de gemaakte keuzes toelichtend 1.1, 1.2, 1.3
en verantwoorden (bijv. risico-inschatting, vroegsignalering, probleemherkenning, keuze en 2.1
resultaat, interventiemonitoring en evaluatie). De student verzamelt en analyseert daartoe
informatie, in samenspraak met de zorgvrager en zijn/haar omgeving.
De student maakt bij het klinisch redeneren gebruik van zorgvrager-gerelateerde informatie 3.1, 4.1 en
ten aanzien van het menselijk functioneren en houdt hierbij rekening met de persoonlijke 4.2
beleving, wensen en behoeften van de zorgvrager en diens naasten. De student kan hierbij
toelichten en verantwoorden welke relevante verpleegkundige classificaties, modellen,
meetinstrumenten, E-health-methoden zijn toegepast op basis van richtlijnen, standaarden
en/of andere wetenschappelijke inzichten. Onderliggende kennis van o.a. anatomie,
fysiologie, pathologie, psychologie, farmacologie, palliatieve zorg en gerontologie kan hierbij
worden afgeleid.
Kernbegrip: Gezamenlijke besluitvorming
De student kan toelichten en verantwoorden hoe samen met de zorgvrager methodisch tot 2.1
gezamenlijke besluitvorming is gekomen mb.t. de aard en doelstelling van de te verlenen
zorg. Dit doet de student op basis van gedegen kennis van empowerment en methodische
gedragsbeïnvloeding. De student houdt rekening met etnische, culturele en
levensbeschouwelijke diversiteit en kan relevante ethisch dilemma(s) signaleren en
formuleren.
Kernbegrip: Zelfmanagement ondersteunen
De student ondersteunt de zorgvrager in het handhaven en versterken van zijn/haar 2.1.9
autonomie in het dagelijks functioneren waarbij het (psycho-) sociale netwerk wordt
betrokken. De student gebruikt hierbij opgedane kennis van de principes van
zelfmanagement, psychologie, ziektebeelden en coping.
De student past op stimulerende wijze gespreksvaardigheden en/of benaderingswijzen toe 2.1.9
om het zelfmanagement van een zorgvrager te handhaven en versterken. De student maakt
daarbij het belang en de functie van zelfmanagement aan de zorgvrager en zijn/haar naasten
duidelijk.
Kernbegrip: Indiceren van zorg
De student kan verdedigen hoe de geïndiceerde zorg wordt gemonitord en gerapporteerd. 1.2
De student beschrijft deze op transparante wijze met behulp van een methodisch
rapportagesysteem (b.v. soap, SBAR e.d.)
De student kan verdedigen hoe er geprioriteerd is op basis van triage. De student indiceert 2.2, 4.1, 4.2
relevante hulpmiddelen, wijst de zorg toe aan zorgverleners en/of beschikbare sociale en 4.3
voorzieningen met de passende expertise en het juiste deskundigheidsniveau in het eigen
toewijzingsgebied en is op de hoogte welke financiële ondersteuning hierin mogelijk is.
4
