Analyse Methoden en -technieken
deeltoets 1 samenvatting
De Deeltoets betreft:
● de inhoud van de hoor- en werkcolleges week 1 t/m 3 m.b.t. kwalitatieve en
kwantitatieve onderzoeksmethoden
● Hoofdstukken 1 t/m 10, 12, 15 en 17 uit het boek van Burns & Burns
● SPSS vaardigheden zoals behandeld in de practica.
Deze samenvatting is opgedeeld in drie weken. Per week is er een overzicht van de stof die
behandeld is, gevolgd door een samenvatting van de bijbehorende Burns hoofdstukken.
Aan het eind van de samenvatting is een overzicht met kennis die nodig is voor alle quizes van
week 1 t/m 3. Gevolgd door een cheat sheet voor SPSS.
Week 1
Onderwerpen
● Hoorcollege: Introductie AMT (vak) en Introductie statistiek en kwalitatief onderzoek.
● Werkcollege: Positivisme, interpretivisme, inductie, deductie.
● SPSS: Kennismaken met SPSS Creëren van tabellen en grafieken
Leesstof B&B
● Doorlezen Hoofdstuk 1 t/m 5,
● Beheersen Hoofdstuk 6 (96-98)
● Beheersen Hoofdstuk 7 (121-133)
● Beheersen Hoofdstuk 17 (betrouwbaarheid en validiteit)
B&B Hoofstuk 1 t/m 5: overzicht
H1 basis statistiek uitgelegd
Onderzoek: Proces van systematisch bekijken/ondervragen van een specifiek probleem dat uiteindelijk
leidt naar meer kennis.
De algemene betekenis van statistiek is: een tak van de wiskunde die zich bezighoud met het faciliteren
van het faciliteren van beslissingen in onzekere omstandigheden. Statistieken helpen ons “de
variabiliteit van de wereld” te verklaren.
,Beschrijvende (Discriptieve) statistieken: Het collectecteren, presenteren, samenvatting and
beschrijven van data, zodat de data beter te begrijpen is. Definitie hoorcollege: maakt patronen
zichtbaar verborgen in ongeorganiseerde data.
Een voorbeeld hiervan is onze dataset van SPSS. We hebben het gemiddelde van een variabele
uitgerekend. De meetmethodes mean, median, and mode(de 3 m’s) zijn beschrijvende meetmethodes.
Inferentiële of analytische statistieken: Gaat over het doen van uitspraken of voorspellingen van wat
zich in de hele populatie afspeelt op basis van een steekproef.
H2 over verschillende onderzoeksmethodes:
Positivistische onderzoeksparadigma Interpretatieve onderzoeksparadigma
kwantitatieve onderzoeksmethode Kwalitatieve onderzoeksmethode
Parametrische testen Non parametrische testen
Objectieve wereld, kwantitatieve deductie Subjectieve wereld, Kwalitatieve inductie
De deductieve aanpak begint bij een theorie en Inductieve aanpakken zijn bottum-up, ze werken
bepaalde testbare hypothesen om te kijken of de met data om patronen te zoeken en hiermee
theorie geldig is onder bepaalde uiteindelijk theorieën vormen.
omstandigheden. Deze aanpak is consistent met
de wetenschappelijke aanpak en reflecteert de Inductie is een centraal kenmerk van de
positivistische paradigma. kwalitatieve studies en reflecteert de
interpretatieve onderzoeksparadigma.
Voorbeeld: voetbalwedstrijd Ajax - Chelsea,
Een voetbalwedstrijd, 2 x 11 mensen op het veld Voorbeeld: voetbalwedstrijd Ajax - Chelsea, er
(sorry, daarna 9 voor ajax), die tegen een bal werd in de ogen van Ajax slecht gefloten. Maar
aantrappen. Er wordt dus niet gekeken naar door de fans van Chelsea werd dat anders
interpretatie van mensen over de wedstrijd (bijv. geïnterpreteerd. Die vonden het een Prima
partijdigheid). wedstrijd.
, H3: Over ethiek binnen onderzoek
Ethiek: toepassen van morele principes die ons gedrag sturen in relaties met andere mensen.
Bijv. andere principes: Experimenten uitvoeren op gevangen kan vandaag de dag niet. Vroeger kon dit,
volgens de romeinen, wel.
H4: Beetje PAV-achtig hoofdstuk over literatuur zoeken voor onderzoek
The literature review: Dit is een zoekopdracht naar secundaire databronnen
Boolean logic operators: voor zoekopdracht AND OR NOT
H5: Over theorie als basis voor een onderzoek (behandeld formuleren onderzoeksvragen,
frameworks, variabelen)
In het kort:
● Startpunt onderzoek is theorie (bijv. Darwin’s theory).
● Theorie legt verbanden tussen abstracte c oncepten.
● De theorie wordt vervolgens in een conceptueel framework gestopt.
● Variabelen worden toegepast op het conceptuele framework.
● Hierdoor ontstaat een theoretische framework.
● Theoretisch framework wordt gebruikt om een hypothese te formuleren.
Variabelen reflecties van concepten op een empirisch, meetbaar niveau.
Operalizatie het omzetten van concepten in meetbare variabelen door het definiëren
van variabelen in termen van de procedure die gebruikt is om ze te
meeten.
onafhankelijke de variabele die gemanipuleerd wordt.
variabele
De afhankelijke de variabele die gemeten or geobserveerd wordt om veranderingen te
variabele detecteren die veroorzaakt zijn door het veranderen van de
onafhankelijke variabele.
De modererende beinvloed de relatie tussen de onafhankelijke en afhankelijke variabele.
variabele
Between groups twee onafhankelijke samples worden randomly gekozen, één voor elke
design behandelings conditie en vaak vergeleken in een controlerende en
experimentele contrast.
Repeated één sample is gemeten met beide behandelings condities - een voor en na
measures design aanpak.