Hoofdstuk 1 Wat is wetenschappelijk onderzoek
1. Probleemstelling, kan zijn beschrijvingsprobleem,. Verklaringsprobleem en
ontwerpprobleem.
2. Systematisch
3. De onderzoeker is onafhankelijk
4. Openbaarheid
5. Weerlegbaarheid
Onderzoek vindt plaats in stappen, empirische cyclus
1. Probleemstelling
2. Informatieverzameling
3. Inductie, afleiden van een theorie uit de verzamelde informatie.
4. Deductie, een voorspelling vanuit de theorie. Wat gaat er gebeuren als we een bepaalde
maatregel
nemen.
5. Toetsing en evaluatie
Wanneer staat vast dat er sprake is van causaliteit, dat het een het ander veroorzaakt.
1. Samenhang tussen X en Y
2. X vindt eerder plaats dan Y
3. Niets naders kan de verandering verklaren
Methodologie, geeft aan welke vorm van onderzoek , dataverzameling en data-analyse past
bij een
probleemstelling.
Hoofdstuk 1 Wat is wetenschappelijk onderzoek
1. Probleemstelling, kan zijn beschrijvingsprobleem,. Verklaringsprobleem en
ontwerpprobleem.
2. Systematisch
3. De onderzoeker is onafhankelijk
4. Openbaarheid
5. Weerlegbaarheid
Onderzoek vindt plaats in stappen, empirische cyclus
1. Probleemstelling
2. Informatieverzameling
3. Inductie, afleiden van een theorie uit de verzamelde informatie.
4. Deductie, een voorspelling vanuit de theorie. Wat gaat er gebeuren als we een bepaalde
maatregel
nemen.
5. Toetsing en evaluatie
Wanneer staat vast dat er sprake is van causaliteit, dat het een het ander veroorzaakt.
1. Samenhang tussen X en Y
2. X vindt eerder plaats dan Y
3. Niets naders kan de verandering verklaren
Methodologie, geeft aan welke vorm van onderzoek , dataverzameling en data-analyse past
bij een
probleemstelling.
,Samenvatting Lessen in
Onderzoek
Hoofdstuk 1 Wat is wetenschappelijk onderzoek
Vijf kenmerken van wetenschappelijk onderzoek:
1. Probleemstelling: een nauwkeurig geformuleerde vraag waarop we een antwoord
willen hebben.
a. - Beschrijvingsprobleem: wat is? (beschrijven van een situatie)
b. - Verklaringsprobleem: hoe komt het dat? (variabele erbij: verklaren)
c. - Ontwerpproblemen: wat is er aan te doen? (idee voor oplossing)
d. - Onderzoeksplan: alle tijdens het onderzoek te nemen stappen of
beslissingen opgeschreven en onderbouwd voor het onderzoek begint.
e. - Onderzoeksopzet: hoe wordt de probleemstelling beantwoord?
2. Systematiek: wetenschappelijk onderzoek is systematisch.
3. Onafhankelijkheid van de persoon: resultaat moet altijd hetzelfde zijn, ongeacht wie
het onderzoek uitvoert.
4. Openbaarheid (verslaglegging): er moet verslag gemaakt worden van
wetenschappelijk onderzoek. Het moet in principe mogelijk zijn om het te
herhalen/controleren.
5. Weerlegbaarheid: alles moet zo geformuleerd worden dat het mogelijk is om te
controleren of het juist of onjuist is.
Wetenschappelijk onderzoek: op basis van waarnemingen probeert men ware en algemene
uitspraken te doen over de werkelijkheid.
!! Het verschil van onderzoek in het dagelijks leven en wetenschappelijk onderzoek is de
weerlegbaarheid of falsifieerbaarheid.
Weerlegbaar: dat het in principe mogelijk is om vast te stellen of zij juist of onjuist zijn. Niet-
weerlegbaar: uitspraken die altijd kloppen.
Empirische cyclus:
de volgorde van stappen die in een onderzoek kunnen worden onderscheiden.
1. Probleemstelling: wat ga ik onderzoeken
2. Informatieverzameling: literatuuronderzoek of zelf onderzoek doen =
beschrijvingsprobleem)
3. Inductie: afleiden van theorie uit verzamelde informatie of zoeken naar theorie die
bij verzamelde informatie past = verklaringsprobleem)
4. Deductie: een of meer hypothesen afleiden uit theorievoorspellingen afleiden uit
theorie over wat gebeurt in praktijk bij maatregel = ontwerpprobleem
5. Toetsing/evaluatie: komt de voorspelling uit of niet en waarom.
!! Niet alle stappen van de empirische cyclus worden doorlopen. Dit is afhankelijk van het
onderzoek dat je uitvoert.
Hypothese: een op basis van de bestudeerde theorie mogelijk antwoord op de
probleemstelling/onderzoeksvraag.
,Volgorde van onderzoek: (alle fases altijd doorlopen)
1. Formuleren van de probleemstelling
2. Uitwerken van de onderzoeksopzet
3. Verzamelen van gegevens
4. Verwerken van gegevens
5. Interpreteren en conclusies trekken
6. Rapporteren
!! Fundamenteel wetenschappelijk onderzoek: wetenschappelijk onderzoek gericht op
ontwikkeling en toetsing van theorieën die een brede algemene geldigheid hebben en niet
alleen van toepassing op één situatiebieden vaak handvatten voor praktijksituatie. Bijdrage
leveren aan wetenschappelijke kennis.
!! Praktijkgericht onderzoek: startpunt is probleem dat opgelost moet worden, vaak onderzoek in de
theorie voor interventies in de praktijk. Oplossing vinden van een praktisch probleem. (Het eerste
doel is de ontwikkeling, uitvoering en evaluaties van oplossingen voor aanwijsbare
groepen/personen buiten de wetenschap.
Voorwaarden van causaliteit (oorzakelijkheid):moeten alle 3 aanwezig zijn.
1. Samenhang tussen x en y (als x verander, verandert y ook)
2. X moet voorafgaan aan y in de tijd (oorzaak, gevolg)
3. Geen 3e waarde dat ook de samenhang tussen x en y kan verklaren.
Causaliteit is moeilijk vast te stellen.
Er zijn drie mogelijkheden bij samenhang x en y.
1. XY = (x veroorzaakt y)
2. YX = (y veroorzaakt x)
3. ZX&Y = (Z veroorzaakt het verband tussen x en y)
(Quasi) Experiment: causale verbanden onderzoeken, duidelijk van elkaar gescheiden tijdstippen
voor interventies, vaak 1 experimentele en 1 controlegroep, random onderzoekseenheden,
voormeting en nameting oen, omstandigheden en meetinstrumenten op verschillende momenten
moeten hetzelfde zijn.
Survey-onderzoek: systematisch verzamelen van gegevens van individuen, o.a. onderzoekseenheden
waarna m.b.v. statistische technieken wordt beschreven of geanalyseerd, aselecte
steekproef/dwarsdoorsnede populatie, vaak met enquêtes, opinieonderzoek op 1 tijdstip.
Case-study: intensief onderzoek van 1 geval dat in al zijn complexiteit wordt onderzocht,
individu/gebeurtenis/organisatie/cultuur/samenleving, niet cijfermatig maar vooral gesproken
woord, vervlechten van waarnemen en analyse. Er zijn twee varianten
Actie onderzoek: participatie van onderzochten wordt sterker benadrukt, bewustwording
van de betrokkenen en stem geven, zo zuiver mogelijk waarnemen als onderzoeker.
Ontwerpgericht onderzoek: interventie herhaaldelijk doorlopen en aanpassen/bijstellen,
heeft 2 wegen, te weten procesevaluatie (wat gebeurt tijdens invoering) en productevaluatie
(wat is effect).
Quasi Experimenteel Survey Case-study
Tijd Meerdere, duidelijk 1 tijdstip/periode Continu proces
gescheiden tijdstippen
Interventie Manipuleren van de Geen manipulatie van Manipuleren van de
interventievariabele de werkelijkheid subjectieve rol
onderzoeker
, Onderzoeksfasen Gescheiden Gescheiden Fluïde
Dataverzamelmethode Observatie, tests en Enquête Interviews,
n lees- en rekentoetsen focusgroepen,
delphimethode,
participerende
observatie
Belangrijkverschil = tijdstip van meten.
Onderzoeksfasen Gescheiden Gescheiden Fluïde
Belangrijkste verschil = tijdstip van meten
Methodeologie/methodeleer = de theorie over hoe onderzoek dient te worden uitgevoerd. (De taak
van de wetenschap die aangeeft welke onderzoeksstrategieën en dataverzamelingsmethoden men
kan hanteren om tot bepaalde conclusies te komen.)
Methodeologie wordt ook gebruikt voor hulpmiddelen en technieken voor het verkrijgen en
analyseren van gegevens:
Dataverzamelingsmethoden: vragenlijsten, interviews, tests, toetsen, attitudeschalen,
rangordenen, observatiemethoden.
Data-analysemethoden: kan zowel met als zonder statistieken.