100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten
logo-home
Alle samenvattingen van blok 2 uit de cursus leven met een chronische huidaandoening €5,79
In winkelwagen

Samenvatting

Alle samenvattingen van blok 2 uit de cursus leven met een chronische huidaandoening

2 beoordelingen
 10 keer verkocht

Alle samenvattingen van blok 2 leerjaar 1, alle kopjes vanuit canvas staat hierin verwerkt inclusief foto's

Voorbeeld 4 van de 91  pagina's

  • Nee
  • Alles voor blok b
  • 30 december 2020
  • 91
  • 2020/2021
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (2)

2  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: janneke1612 • 1 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: huidtherapieRobin • 2 jaar geleden

avatar-seller
studentjehuidtherapie123
LEVEN MET EEN CHRONISCHE HUIDAANDOENING BLOK 2

WEERSTAND BASIS

Ziekte ontstaat doordat ons lichaam de gehele dag wordt blootgesteld aan prikkels waarvan
meerdere potentieel schadelijk en uit homeostase raakt. En is afhankelijk van:
Noxe:
- De aard en intensiteit
- De tijd dan men er aan blootgesteld wordt
Afweer:
- Constitutie (erfelijke eigenschappen)
- Conditie (bijvoorbeeld: leeftijd, voedingstoestand etc)

Schadelijke prikkels kunnen o.a. zijn:
- Hondenbeten
- Uitlaatgassen
- Influenza virus
- E-coli

Noxa/Noxe (=schade) → schadelijke prikkel → ziekteoorzaak
Nocisensoren(=pijnzintuigen) gevoelig voor beschadiging

- Endogene noxe (van binnenaf)
o Afwijkende genen of chromosomen
▪ Immuumdeficienties
▪ Enzymdeficenties
o Anatomische afwijkingen
o Bij de embryo in de baarmoeder
▪ Medicamenten, drugs, zuurstoftekort, virusinfecties

- Exogene noxe (van buitenaf)
o Fysisch → natuurkundig
▪ Druk
▪ Thermisch (warmte/koude)
▪ Elektrisch
▪ Straling
o Chemisch → scheikundig
▪ Etsende stof
▪ Gif
o Biologisch → infecties
o Oorzaken gelegen in de voeding
▪ Besmet voedsel
▪ Ziekmakende bestanddelen
▪ Allergieën

Elke ziekte heeft een oorzaak dit kan monocausaal (1 oorzaak) of multicausaal (meerdere
oorzaken). Wanneer de oorzaak niet bekend is noemen we dit idiopathisch.

, LEVEN MET EEN CHRONISCHE HUIDAANDOENING BLOK 2

Normaliter kunnen cellen op prikkels reageren en zich aan de prikkel aanpassen, de cel blijft
in evenwicht met zijn omgeving en er vindt geen verandering plaats in structuur en functie.
Het aanpassingsvermogen in afhankelijk van:
- Soort cel
- Celdelingsfase
- Celleeftijd
- Celconditie

Indien de cel zich NIET kan aanpassen kunnen er veranderingen optreden:
- Groeistoornis/structuur van de cel
o Hypertrofie → cel wordt groter
o Hyperplasie → het aantal cellen neemt toe
o Metaplasie → cellen gaan zich in een andere richting differentiëren
o Neoplasie → autonome celgroei (bijv. oncogene virussen)
- Regressive verandering
Achteruitgang (regressie) in de functie en structuur van de cel
o Degeneratie → abnormale substantie in of tussen de cel
o Atrofie → cel wordt kleiner, weefsel dus ook
o Necrose → celdood/gangreen
▪ Regeneratie
Cellen worden vervangen door gelijkwaardige cellen
▪ Reparatie
Cellen worden vervangen door bindweefsel
▪ Dood treedt in
Teveel cellen zijn doodgegaan

Hoe beschermd ons lichaam zich tegen indringers/noxe?
Afweersysteem, sleutel tot afweer is herkenning
1. Aspecifiek→ aangeboren afweersysteem
o Fysieke barrière (cellen en eiwitten)
▪ Huid en slijmvliezen → fysische barrière
▪ Zweet, talg, maagzuur → chemische barrière
▪ Trilhaarepitheel luchtwegen
o Ontstekingsreactie

2. Specifiek → verworven immuniteit/immuunreactie
Deze immuniteit ontstaat pas nadat het lichaam in contact is geweest met een
bepaalde micro-organisme (virus/bacterie etc.)
o Humorale immuniteit!
▪ B- lymfocyten (B-cellen)
o Cellulaire immuniteit!
▪ T-lymfocyten (T-cellen)

, LEVEN MET EEN CHRONISCHE HUIDAANDOENING BLOK 2




Cellen die betrokken zijn bij afweer:
- Witte bloedcellen (leukocyten) → aspecifieke afweer
onderverdeeld in granulocyten:
o Neutrofiele granulocyten
o Eosinofiele granulocyten
o Basofiele granulocyten
Door de vaatwand heen → fagocytose van bacterien, werking is minder dan dat van
macrofagen

- Monocyten (macrofagen) → aspecifieke afweer
monocyten na enkele dagen in de bloedbaan nestelen zij zich als macrofagen in het
weefsel, macrofagen zijn aanwezig in bindweefsel, huid, darmwand en longblaasjes.
werking: fagocytose, afscheiden cytokine: aantrekken granulocyten en monocyten
antigeen presenteren aan specifieke immuunsysteem, afgifte interleukine →
lymfocyten lokken naar geïnfecteerd weefsel.

- Lymfocyten → specifieke afweer
o T-lymfocyten
Ontstaat in thymus, nestelen zich in lymfeklieren. Cellulaire immuniteit; zijn
als cellen rechtstreeks betrokken bij onschadelijk maken lichaamsvreemde
stoffen. We onderscheiden:
▪ T- regulatorcellen (helper/supressor) → regelt het allemaal!
▪ T- effectorcellen (killer/geheugen)
o B-lymfocyten
Ontstaan in beenberg tot immuun competente cellen, verspreiden zich naar
lymfeklieren, darmwand en tonsillen. Vormen zich tijdens de primaire
immuunrespons om tot plasmacellen. Deze produceren immunoglobulines
(humorale immuniteit)

Immunoglobines → antistoffen→ b lymfocyten zijn hier bij betrokken
functie: deze eiwitten kunnen zich specifiek binden aan membraan van een bacterie of virus,
waardoor zij eenvoudig door macrofagen worden getraceerd en vernietigd.
- IgA
- IgD,
- IgE,
- IgG → geprikt voor opsporen infectie
- IgM → geprikt voor opsporen infectie

Specifieke immuniteit kan ontstaan door:
1. Vaccinaties → verzwakte ziekte word ingespoten

, LEVEN MET EEN CHRONISCHE HUIDAANDOENING BLOK 2


2. Herhaalde infectie → bacterie/virus word sneller door T-geheugencellen in contact
gebracht met B cellen→ snellere vorming plasmacellen en immunoglobuline.




WOND
volgorde van de gebeurtenis:
- Pijn
- Bloeding
- Ontsteking
Bloedstelping = hemostase → het bloeden doen ophouden→ cascade v. stollingsfactoren
- Trombocyten (bloedplaatjes)
o Intrinsieke stolling → vaatwandbeschadiging → door trombocyten
Forforlipiden en Calciumionen
o Extrinsieke stolling → weefselbeschadiging → door weefsel
Collageen en Calciumionen

Hemofilie = onvoldoende aanwezigheid en dus geen stolling!

Einddoel van cascade stollingsfactoren:
Omzetten van fibrinogeen in fibrine → dit vorm fibrine draden→ prop met
fibrinedraden met daarin gevangen erytrocyten = bloedstolsel/korstje




Ontstekingsreactie = een lokale reactie op een weefselbeschadiging.
Vind plaats in het bindweefsel, dit zit overal in het lichaam en kan zich dus overal voordoen!

Dit zijn jouw voordelen als je samenvattingen koopt bij Stuvia:

Bewezen kwaliteit door reviews

Bewezen kwaliteit door reviews

Studenten hebben al meer dan 850.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet jij zeker dat je de beste keuze maakt!

In een paar klikken geregeld

In een paar klikken geregeld

Geen gedoe — betaal gewoon eenmalig met iDeal, creditcard of je Stuvia-tegoed en je bent klaar. Geen abonnement nodig.

Direct to-the-point

Direct to-the-point

Studenten maken samenvattingen voor studenten. Dat betekent: actuele inhoud waar jij écht wat aan hebt. Geen overbodige details!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper studentjehuidtherapie123. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,79. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 63950 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Begin nu gratis
€5,79  10x  verkocht
  • (2)
In winkelwagen
Toegevoegd