Angila Sultani HBO-V PL3 Fontys Hogescholen Eindhoven 2020 MMC dagbehandeling
Ik vind ook dat je een duidelijke groei laat zien. Je koppelt theorie aan praktijk en laat nu ook zien wat
jij nu belangrijk vindt. Je laat zien dat je authentiek bent, daar zit het verschil vooral in.
Groetjes Margo
Opname gesprek uitgewerkt Mw. S.
Ik heb ervoor gekozen om een opname gesprek op te nemen met mijn telefoon, uiteraard met de
toestemming van de patiënt om mijn ontwikkeling aan te kunnen tonen. Met dit bewijslast toon ik
bepaalde gedragscriteria van een aantal canmedsrollen aan, zie hieronder. De literatuur die ik
gebruikt heb, is het boek van Silverman ‘’Vaardig communiceren in de gezondheidszorg; een
evidence based benadering’’, het boek van c.m. ten Have ‘’De verpleegkundige als communicator’’
en het boek van van der Burgt ‘’Patiëntenvoorlichting door verpleegkundigen’’.
Daarnaast komen er relevante theorieën en modellen voor, die ik heb aangeleerd tijdens de
communicatie lessen op school.
Dit opname gesprek is gekoppeld aan de canmedsrollen:
Zorgverlener ‘’De verpleegkundige versterkt (zo ver als mogelijk) het zelfmanagement van mensen in
hun sociale context. Ze richt zich daarbij op gezamenlijke besluitvorming met de zorgvrager en diens
naasten en houdt hierbij rekening met de diversiteit in persoonlijke eigenschappen, etnische, culturele
en levensbeschouwelijke achtergronden en ideologische overtuigingen’’. ‘’Je kan de zorgvrager
ondersteunen met behulp van de principes van zelfmanagement in het realiseren of handhaven van
een zo groot mogelijke autonomie in het dagelijks functioneren’’. ‘’Je past gespreksvaardigheden toe
die bijdragen aan een gezamenlijke besluitvorming met de zorgvrager en diens naasten’’. ‘’Je herkent
hoe de sociale context van de zorgvrager van invloed kan zijn op het zelfmanagement van de
zorgvrager’’ ‘’Je stimuleert de zorgvrager tot zelfmanagement’’.
Communicator ’’De verpleegkundige communiceert op persoonsgerichte en professionele wijze met
de zorgvrager en diens informele netwerk, waarbij voor optimale informatie-uitwisseling wordt
gezorgd’’. ‘’Je herkent non-verbale communicatie en emoties bij de zorgvrager en bent in staat om
hier op een professionele manier mee om te gaan’’.
Samenwerkingspartner ‘’De verpleegkundige gaat een vertrouwensrelatie aan, werkt effectief samen
vanuit het principe van gezamenlijke besluitvorming met de zorgvrager en diens naasten en
ondersteunt hen in het zelfmanagement’’.
De reflectieve EBP ‘’De verpleegkundige reflecteert voortdurend en methodisch op haar eigen
handelen in de samenwerking met de zorgvrager en andere zorgverleners en betrekt hierbij
inhoudelijke, procesmatige en moreel-ethische aspecten van haar keuzes en beslissingen’’.
Organisator: ‘’De verpleegkundige plant en coördineert de zorg rondom de zorgvrager/groep
zorgvragers’’.
In het gesprek = Angila, patiënt (mw. S) en partner (dhr).
Geel = verantwoording van het handelen, literatuur, eigen normen en waarden, kritische houding;
wat beter kon, waarin ik wil ontwikkelen, wat ik meeneem voor de volgende keren.
1
,Angila Sultani HBO-V PL3 Fontys Hogescholen Eindhoven 2020 MMC dagbehandeling
Voorbereiding:
Ter voorbereiding voor het opname gesprek, ging ik mij inlezen in het medisch dossier van de
patiënt. Daarnaast verdiepte ik mij ook in de protocollen die horen bij de desbetreffende ingreep die
deze patiënt onderging. Hierdoor zorgde ik ervoor dat mijn concentratie lag bij deze patiënt en was ik
dus goed voorbereid. Volgens ten Have (2017) zorgt een goede voorbereiding voor een efficiënt
opname gesprek. Efficiëntie is een belangrijke waarde die ik ook uitdraag in mijn verpleegkundig
handelen, ik ben liever vijf stappen voor zodat de zorg soepel kan lopen. Omdat ik voorloop, heb ik
controle over de situatie. Dat geeft mij een rustig gevoel, wat ik belangrijk vind tijdens het werk want
zo werk ik optimaal. Als laatst, zorg ik ervoor dat ikzelf in goede conditie ben door van tevoren naar
de toilet te gaan en ervoor te zorgen dat ik geen honger/dorst heb door op tijd een pauze te nemen.
Mw. S zat samen met haar partner in de wachtkamer. Voordat ik dit gesprek op heb kunnen nemen,
heb ik mij eerst voorgesteld aan hen. Ik begroette hen en vertelde mijn naam en functie
(verpleegkundige in opleiding), hierna vroeg ik of ze mee konden lopen naar een opname
gespreksruimte voor een anamnese gesprek. Zo kreeg de patiënt te weten wie tegenover haar stond
en wat we gingen doen, dat is volgens Silverman (2014) respectvol, wat een goede basis is voor een
vertrouwensrelatie.
Ik heb ervoor gekozen om naar een opname gespreksruimte te gaan omdat ik zag dat mijn patiënt
haar partner had meegenomen. In verband met de huidige situatie, het corona-virus, wil ik zo min
mogelijk ‘’onnodige’’ mensen op de afdeling. De gespreksruimten bevinden zich niet op de afdeling.
Hierbij draag ik mijn steentje bij in de maatschappij tegen het corona-virus. Daarnaast is het ook het
beleid van het ziekenhuis ‘’zo min mogelijk bezoekers’’. Als laatst, vind ik privacy essentieel. Op de
dagbehandeling liggen patiënten meestal met zijn tweeën op één kamer. Bij mw. S, was dit het geval.
Ik wilde geen opname gesprek in de kamer doen omdat dan de buren mee kon luisteren, wat schaadt
op de privacy van mw. S.
Het opname gesprek:
Angila: goedemorgen ik ben Angila, ik ben verpleegkundige in opleiding en met uw toestemming
nemen we dit gesprek op. Ik ga u vandaag verzorgen. We zullen beginnen met een opname gesprek.
U bent op de pré operatieve screening geweest, vanuit daar wil ik u nog een aantal belangrijke
vragen stellen voor vandaag. Daarna zal ik het over uw verblijf hebben op de dagbehandeling met
betrekking tot uw gynaecologische ingreep en als u vragen heeft, kunt u die uiteraard stellen. Een
opname gesprek duurt meestal 20 minuten. Zijn er onderwerpen waar u het over wilt hebben? (Het
eerste contact was al in mijn voorbereiding gelegd. Ik stelde samen met de patiënt de agenda op
door te vragen of de patiënt het nog over andere onderwerpen wilde hebben dan dat ik al heb
voorgelegd. Het bepalen van de agenda geeft structuur aan het gesprek (Silverman, 2014). In het
2
, Angila Sultani HBO-V PL3 Fontys Hogescholen Eindhoven 2020 MMC dagbehandeling
persoonsgericht huis van Vilans staat dat agenda bepalen ervoor zorgt dat je als verpleegkundige
patiëntgericht werkt, dit heb ik gedaan door vanuit de pre operatieve screening vragen te stellen met
betrekking tot haar ingreep. In 2016 beschreef van der Burgt dat zelfmanagement bevorderen onder
andere kan worden gedaan door de patiënt te betrekken in het zorgproces, wat ik ook gedaan heb
door de patiënt de ruimte te geven voor eigen invulling van het gesprek en voor vragen. Ik vind het
belangrijk om de duur van het gesprek te vermelden vanwege de strakke planning van het OK-
programma. Patiënten krijgen hiervoor tijdsbesef en daardoor behoud ik optimale continuïteit van
zorg, waarbij ik dus coördineer. Tijdens dit moment, gaf ik aandacht gevend gedrag (actief luisteren)
door middel van vriendelijkheid uitstralen om een goede basis te bouwen voor onze
vertrouwensband. Dit deed ik door een glimlach te geven en oogcontact te houden met zowel de
patiënt als partner. Ik had een open, professionele en comfortabele houding doordat mijn schouders
ontspannen waren, ik rechtop zat achter de tafel op dezelfde hoogte als de patiënt, wat
gelijkwaardigheid uitstraalt en professionele afstand en mijn armen naast mijn lichaam waren).
Patient: duidelijk en nee hoor, ik heb geen andere onderwerpen, bedankt.
Angila: prima. Ik begin met de vraag; hoe gaat het met u vandaag? (Door deze vraag te stellen, toon
ik oprechte interesse in de patiënt. Interesse en begrip tonen, zijn basisvoorwaarden voor een
vertrouwensrelatie (Silverman, 2014). In de beroepscode van Verpleegkundigen staat o.a. 2.2. Als
verpleegkundige streef ik naar een goede zorgrelatie met de zorgvrager, dat betekent onder andere
dat ik, mij ervan bewust ben dat een goede zorgrelatie een voorwaarde is om zicht te krijgen op de
zorgbehoeften van de zorgvrager. Ik vind het essentieel om te weten hoe mijn patiënten zich voelen
voor de operatie zodat ik hierop kan inspelen bijvoorbeeld, bij angstige patiënten ga ik doorvragen
waarom zij zich angstig voelen en probeer ik vragen te beantwoorden om een stukje angst weg te
nemen. Ook mede deels door deze vraag, krijg ik te weten of de patiënt behoefte heeft aan een
tablet oxazepam; deze mag ik eventueel geven. Apotheek beschrijft in 2020 dat oxazepam angst en
spanning vermindert. Silverman beschreef in 2014 dat ‘’Hoe gaat het met u vandaag?’’ een vrij
algemene openingszin is, waardoor de patiënt vaak niet tot zijn echte gevoel/probleem komt. Ik vind
dat ik beter de vraag kon stellen ‘’Hoe kijkt u tegen deze opname?’’, hierdoor maak ik de vraag
persoonsgericht doordat ik de ingreep erbij betrek. Dit neem ik mee voor de volgende keer).
Patient: ja goed, ik laat het op me afkomen.
Angila: ik zie u er ontspannen bij zitten, bent u ook daadwerkelijk ontspannen? (Ik herkende
ontspannenheid door de non-verbale communicatie van de patiënt (rustige spraak, comfortabele
houding en een ontspannen gezichtsuitdrukking). Ik heb verteld wat ik zag aan de patiënt; ik gaf een
gevoelsreflectie. Silverman beschrijft in 2014 dat het geven van een gevoelsreflectie ervoor zorgt dat
de patiënt zich gehoord voelt en je na kan gaan of je het gevoel goed hebt ingeschat. Ik vind het
tijdens dit moment goed dat ik ook de vraag letterlijk stel om het duidelijk te maken aan de patiënt.
De patiëntencategorie verschilt enorm in leeftijd op de dagbehandeling, door deze stage heb ik
kunnen oefenen met mijn aanpassingsvermogen op patiënten. Door ervaringen, ben ik erachter
gekomen dat ouderen vaak duidelijkere vraagstellingen nodig hebben om de vraag goed te kunnen
begrijpen).
Patient: ja ik ben niet heel gespannen, ik vind het wel een beetje spannend maar het is gezonde
spanning.
Angila: en dat is ook heel normaal. Heeft u wel goed kunnen slapen? (Een van de interventies van de
verpleegkundige diagnose ‘’angst’’ is de patiënt vertellen dat het gevoel normaal is (Carpenito-
Moyet, 2019). Angst is niet hetzelfde als gespannenheid maar dit kan wel gepaard gaan en het hangt
nauw samen (Psycholoog, 2020). Het normaliseren van het gevoel wat patiënten hebben voor een
3