Pagina 1 van 40
College aantekeningen recht en psychologie
College 1 12 november 2020
Inleiding recht en psychologie door Janssens + Groepsprocessen door Keizer
Docenten : F. Janssens & K.E. Keizer
Aantal opmerkingen vooraf:
- Bij het boek van Rassin alleen weten hoe de hoofdthema’s worden onderzocht en niet in detail weten de
onderzoeken
- De auteurs van de twee boeken verschillen, die verschillen dien je te kennen
Onderdeel 1 - F. Janssens
Rechtspreken is… - dia 2
- Vaststellen dat de verdachte het gedaan hee0 (of niet);
- Vaststellen dat het bewezenverklaarde feit stra;aar is (of niet);
- Vaststellen dat de dader stra;aar is;
- Tenslo=e : welke straf of maatregel is passend en geboden?
Rechter zijn komt neer op onderzoeken wat de feiten zijn. Het gaat dan om vaststellen dat een verdachte schuldig is,
dat hij straHaar is, dat er een straf moet worden opgelegd. Dus feiten vaststellen en op grond daarvan een oordeel
vellen.
Problema@sch - dia 3
Rechtspreken is vaststellen; iets dat zeker is. Feiten vaststellen is daarentegen erg lasJg, want wat is precies de
waarheid? LasJge acJviteit: je claimt dat je iets als vaststaand feit kunt benoemen. Als rechter denk je de feiten te
kunnen doorgronden, maar dat kan erg tegenvallen. Een kreet die gemeengoed is onder juristen is: ‘geef mij de fiets,
dan geef ik u het recht’. Vanuit de rechtspsychologie een tamelijk loze beloQen. Voor de rechter is iets wat vast en zeker
is de waarheid, en dit is lasJg vast te stellen.
Stelling I: de rechter kan historische feiten niet vaststellen - dia 4
Vaststellen van feiten dat doet de rechter door het stellen van vragen, dus de verdachte te ondervragen. Zonder feiten
kan iemand geen oordeel geven. Rechter stelt vast aan de hand van een relaJef gestructureerd proces. Alle vragen die
beantwoord moeten worden zijn juridisch. Deze vragen zijn erg gericht op de vragen die de strafrechter moet
beantwoorden (art. 350). Dit zijn vier belangrijke vragen, en elke rechter dient deze in iedere zaak te beantwoorden en
ook in de volgende volgorde:
1. Kan het weYge overtuiging bewezen worden dat de verdachte schuldig is aan dat gene wat de officier van jusJJe
hem verwijt ook gedaan heeQ?
• Kan het ten laste gelegde feit worden bewezen - de bewijsbeslissing
2. Zo ja, is dat een bestaand straHaar feit?
• Is het bewezenverklaarde feit een straHaar feit?
3. Is de verdachte straHaar? Is er misschien sprake van een strafuitsluiJngsgrond?
4. Welke sancJe is redelijk?
Deze vragen worden gesteld in een strafrechtelijke context, en niet in een empirische context. De rechter moet
vaststellen wat er is gebeurd volgens de empirie. Rechters zijn hier echter niet op getraind, zij zijn zwak in empirie. Zij
gaan namelijk de verdachte juist te lijf in een juridische context. De rechter hoort de verdachte aan, leest het dossier en
probeert vast te stellen wat er weYg en overtuigend bewezen kan worden. Hij selecteert de feiten alvast met zijn
juridische vragen in zijn hoofd. Hierdoor wordt de mogelijkheid tot het vaststellen van historische feiten erg ingeperkt.
Wat de rechter vaststelt, is slecht een deel van het verhaal (slechts juridische construcJes).
Is dat erg? Nee; normale sociale gedraging die iedereen doet.
Daarbij is de rechter gebonden aan dat wat de officier van jusJJe ten laste legt. Dit kan een heel nauw kader zijn
waarin de rechter feiten moet gaan vaststellen. Je kan zeggen dat de rechter gestuurd wordt door een andere parJj, de
officier van jusJJe. De rechter ziet alleen het ten laste gelegde. De officier van jusJJe reduceert dus ook een deel van
de werkelijkheid.
, Pagina 2 van 40
Feiten dienen ook worden uitgelegd. Die uitleg of interpretaJe zal ook alJjd plaatsvinden in het vooruitzicht van de te
nemen beslissing. Een voorbeeld. Twee buren hebben ruzie en de ene buurman verkoopt de andere buurman een klap
waardoor de buurman zijn neus breekt. In de zaal kan dit kort worden behandeld, de ene buurman geeQ toe dat hij
heeQ geslagen en dus zijn de vragen beantwoord. Maar hierbij is niet nagegaan hoe deze ruzie tot stand is gekomen.
Nu blijkt dat er al jaren ruzie is door geluidsoverlast. Deze achterliggende oorzaken hebben de verachte tot wanhoop
gebracht waardoor hij een klap uitdeelde. Als dit verhaal niet bekend zou zijn, dan zou de verdachte zelf worden
gestraQ voor iets waarvan hij zelf al jarenlang slachtoffer is.
Stelling II: in de rechtszaal wordt de werkelijkheid gereduceerd - dia 6
Wat je niet nodig hebt voor het weYge en overtuigende bewijs, is niet van belang. De rechter is hiervoor aangesteld.
Logisch dus ergens dat er wordt geselecteerd. Toch zijn er valkuilen hierbij.
De rechter selecteert materiaal op grond van wat hem wordt aangedragen. De rechter was er niet bij toen het feit
werd gepleegd; hij moet het daarom hebben van verklaringen van de verdachte, getuigen, deskundigen en
camerabeelden. Voorafgaande handelingen en geschiedenis wordt niet laten zien.
Verklaringen van : - dia 7
- Verdachte : een slachtoffer doet aangiQe, en die wordt vervolgens ook weer geïnterpreteerd door de poliJe - je leest
dan ook vaak dat er op papier iets anders staat dan is aangegeven door slachtoffer
- Getuigen : zelfde geldt voor getuigen
- Deskundigen
- Camerabeelden -> Rechter moet op zijn hoede zijn of beschrijvingen van camerabeelden wel kloppen. Zijn de
beschrijvingen wel adequaat genoeg?
Daarbij wordt het verhaal van de verdachte ook gereduceerd tot overtredingen uit wegenbundel door officier van
jusJJe.
Er is een enorm selecJeproces aan voorafgegaan. Daarvan ziet de rechter het resultaat. De hele werkelijkheid ziet de
rechter dus niet.
Er is geen ‘beste’ manier om de werkelijkheid op te kunnen schrijven. Er zijn wel wijze manieren om beste resultaat te
krijgen, en dat zit hem in logisch en kriJsch nadenken. Op de poliJeacademie leren ze wel verhaal opschrijven (en dus
scholing) en aandacht te hebben voor andere aspecten. Gesprekken op papier krijgen is erg lasJg. Rechters krijgen ook
scholing in kriJsch denken en logisch redeneren, en dienen ook toch te blijven scholen.
Verklaring verdachte - dia 8
Verdachte wordt verhoord door poliJe. Een verdachte is ajankelijk van poliJe. Geven van antwoorden op vragen. De
verdachte zit dan in een dwangsituaJe. Moet vaak onder druk iets zeggen. PoliJe is daarbij ook gedreven in het stellen
van gesloten vragen (‘Je hebt hem geslagen, he?’ in plaats van ‘Wat heb je gedaan? Hoe komt dit dan?’)
In principe is iedere verdachte kwetsbaar omdat zij van hun vrijheid zijn beroofd. Doordat verdachte kwetsbaar is,
komen zij in een situaJe waarin de poliJe hen kan manipuleren door de wijze van vragen. Je kunt te maken hebben met
verdachten die brutaal doen; alles ontkennen hoewel er bewijs is. Valse betekenissen komen ook wel eens voor, omdat
de poliJe dan beloofd dat de verdachte weer naar huis mag. Dit kan omdat er niet alJjd een raadsman aanwezig is;
hierop moet de verdachte dan wachten. Dat wil de verdachte niet alJjd. Er zijn tal van verdachte die hebben bekend
waarbij achteraf bleek dat de verdachte zijn betekenis onder druk tot stand is gekomen: denk aan de Schiedammer
parkmoord en Lucia de Berk. Het gaat dus niet alJjd even goed bij de poliJe.
Maar vaak ook kwetsbaar omdat ze een lager intelligenJeniveau hebben.
Verdachte die naar ziYng komen is vaak sprake van dwangcommunicaJe. De rechters zigen op een plateau boven de
verdachte, hij zit daar alleen op een stoeltje voor de rechter en moet zichzelf verdedigen. Als rechter heb je ene verbaal
overwicht op anderen. Je hebt ook de macht om te beslissen over iemands toekomst. Als rechter dus belangrijk dit te
realiseren. Je moet open stellen voor iemand en kunnen communiceren met elke verdachte die je tegen komt.
, Pagina 3 van 40
De rechter onderzoekt op ziYng; dit is zijn taak. De verdachte zal echter ook enkel selecteren wat hij relevant is. Dit
gebeurt wel vaak; je weet niet of het het hele verhaal is. Je kunt dan bijvoorbeeld naar getuigenverklaringen kijken.
Veronderstelling die wij hebben is dat als de verdachte onschuldig is, hij niet zal bekennen. Dus als de verdachte bekent,
is hij schuldig.
Getuigen - dia 10
- Herinneringen - kan jij je nog herinneren wat er 19 mei 2019 gaande was? Het geheugen is geen harde schijf; niet
alles wordt heel precies opgeslagen. Van invloed zijn o.a. de omstandigheden of iemand veraf staat of dichtbij,
hoeveel impact het heeQ et cetera.
- Taalproblemen
- Beïnvloeding - factoren die de getuigen kunne beïnvloeden
- Kwetsbare getuigen
- Geheugen
Herinneringen invullen. Getuigenverklaring moet dus ook kriJsch bekeken worden door de rechter. Is die
geloofwaardig, betrouwbaar, is de informaJe wel correct?
Verbalisant - dia 11
Verbalisant: onder omstandigheden kan een poliJeverklaring het enige bewijsmiddel zijn. In sommige gevallen is dit
waarnemen van de verbalisant namelijk op grond van art. 344 lid 2 Sv voldoende
Bijvoorbeeld wat neemt poliJe waar op camerabeelden?
Valkuilen rechter - dia 12
- Tunnelvisie
- Bias : aan een scenario blijven hangen
- Dossier te leidend
- Proceshouding verdachte
Er is ook nog een kans dat je als rechter na het lezen van het dossier met een bepaalde houding naar de rechtszaal
gaat: hij zal het wel gedaan hebben. Met een bias / vooroordeel hoor je het verhaal aan. Dit is niet goed! Je sluit
alternaJeven uit. Het beste is om als rechter zonder lezen de ziYng in te gaan. Echter binnen wegelijke kaders niet
mogelijk, heeQ ook met effecJviteit te maken, als jij een open gesprek aan gaat kan dat een hele dag kosten en dat
gaat ten koste van alle andere zaken.
De rechter begint met met een relaMef sterke overtuiging van schuld aan de behandeling van de zaak (zegt Rassin,
2009, p. 43)
De houding van de verdachte kan rechter op het verkeerde been zegen. Iemand zit onderuit
gezakt, brutaal en dat wekt irritaJe op. Verdachte kan dit doen als hij/zij zenuwachJg is of bang. Moet kunnen
schakelen. Als rechter moet je open blijven staan voor tegenwerkende argumenten, en bevesJgende argumenten. Dan
kan het zijn dat je tunnelvisie kantelt en je tot een andere visie op het geheel komen.
Stelling III: het lezen van het dossier voorafgaande aan de ziOng belemmert de ‘waarheidsvinding’ - dia 14
Rechter moet blanco de waarheidsvinding ingaan. Daarom zou het goed zijn als de rechter van tevoren niet het dossier
bestudeerd. De rechter moet eigenlijk niet gaan verifiëren.
Stelling IV: De rechter moet naar zwarte zwanen zoeken - dia 15
De beste manier op de waarheid te vinden zal er niet zijn, maar het beste resultaat kan je wel bereiken door zwarte
zwanen te zoeken. Je kan nooit met zekerheid zeggen dat alle zwanen wit zijn, want kan zo zijn dat zwarte ook opduikt.
Als rechter moet je, daar waar officier van jusJJe stelt de hypothese legt dat de verdachte het gedaan heeQ, heb jij als
rechter de taak om vooral naar alternaJeve scenario’s te zoeken om die stelling te weerleggen. Je wilt als rechter
eigenlijk de tenlastelegging van de OvJ kunnen weerleggen; dan heb je voldoende bewijs. Als het niet mogelijk is om
alternaJeven te vinden, dan is het scenario dat officier heeQ geschetst meest waarschijnlijk! Constant blijven zoeken
naar of iets wel klopt.
, Pagina 4 van 40
Meta-juridische vakken moeten op het curriculum! - dia 16
- sociologie/antropologie
- psychologie
- wetenschapsfilosofie
Onderdeel 2 - K.E. Keizer
Norm & rule influence
Hij is sociaal psycholoog. Gedragspsycholoog - hoe kunnen we gedrag beïnvloeden/sturen en hoe kunnen we zorgen
dat mensen regels meer naleven. Hierbij wordt uitgegaan van de ontvanger zelf.
How can we increase the influence of norms and rules on behavior? - dia 2
De hoofdvraag is eigenlijk hoe kunnen we de invloed van regels en gedrag
beïnvloeden. Regels zijn overal. Ook hier in de college zaal, waar je moet zigen,
hoeveel afstand je moet bewaren.
Deze vraag begint in New York, New York van vorige eeuw. New York was geen
fijne plek om toen te zijn. Veel criminaliteit en geweld dat plaatsvond. Overvallen
waren de orde van de dag. Dit hebben ze geprobeerd aanpassen en interessant
hierin is de enorme daling van criminaliteit.
Broken windows-theorie (Kelling & Wilson, 1982) - dia 5
- New York, Bra=on
- Disorder (?)
- Theory / Mechanism
Bragon is de poliJe commissaris en hij probeert vele te doen aan de criminaliteit die plaatsvind. Hij leest een arJkel van
Kelling & Wilson. Hierin beschrijven zij dat als je kijkt naar de plekken waar veel criminaliteit plaatsvind, dan is daar
vaak ook graffiJ op de muren, gebroken ramen etc. Deze dingen zouden een aanzet kunnen zijn voor crimineel gedrag.
Zij noemen het ook wel de ‘broken windows-theory’. Theorie was dat als mensen leven in een gebied waar gebroken
ramen zijn, zie je de buurt steeds verder afglijden. Bragon las dit en ging de buurten verbeteren.
Echter ook veel kriJek op deze theory, het bewijs is heel mager. Er zijn namelijk ook andere verklaringen/factoren die de
daling van criminaliteit kunnen verklaren. Een bekende is drugs. Ten Jjde van de criminaliteit werd er veel crack
gebruikt (korte kick en dure drugs). Op moment van de daling in de grafiek zie je ook dat er andere soorten (lichtere)
drugs op de markt kwamen, en crack dus minder populair wordt. Dit kan ook een oorzaak zijn voor de daling van
criminaliteit.
Een andere kriJek is, dat ze niet helder zijn over wat een disorder is. En verder ook niet helder over het mechanisme. Er
zin dus grote vraagtekens bij wat is waar en wat is niet waar. Een element waar de docent zich op heeQ gefocust is de
vraag: ‘is het nou zo dat als jij sporen ziet van regelovertredendgedrag, maakt dit dan ook dat je zelf
regelovertredendgedrag iniJeert?
Goal framing theory (Lindenberg & Steg, 2007) - dia 6
- Goals / Doel
- NormaMve (appropriately) - NormaMef (goed gedrag, naleven omdat het hoort)
- Gain (guard/improv.resources) - Winst / toekomst gericht
- Hedonic (feel good) - Goed gevoel willen hebben
- Conflict, weakening of one-other goals of the fore
- The goal to act appropriately is weakened when people observeer that others did not pursue the goal to act
appropriately
Deze theorie zegt dat wij als mensen dagelijks ontzegend veel informaJe op ons atrijgen. We worden geconfronteerd
meer veel situaJes en veel besluiten die we moeten nemen. En toch zien we dat mensen hier erg bepalend is zijn. Hoe
komt dit? Hoe kunnen mensen zo snel afstemmen in een bepaalde omgeving? Wat deze theorie zegt : voorbeeld dit
lokaal. Tijdens dat we hier zigen zijn er sommige dingen die ons opvallen en sommige dingen vallen ons niet op. We