100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
College aantekeningen Verdieping Criminologie (RGBUSTR011) €4,49
In winkelwagen

College aantekeningen

College aantekeningen Verdieping Criminologie (RGBUSTR011)

 27 keer bekeken  1 keer verkocht

Aantekeningen van College 1 tot en met 8 van het vak Verdieping Criminologie (RGBUSTR011), gevolgd in jaar . Succes met leren!

Voorbeeld 3 van de 30  pagina's

  • 1 februari 2021
  • 30
  • 2020/2021
  • College aantekeningen
  • Meerdere docenten
  • Alle colleges
Alle documenten voor dit vak (8)
avatar-seller
melissa_vg
VERDIEPING CRIMINOLOGIE
H O O R C O L L E G E A A N TE K E N I N G E N




HOORCOLLEGE 1 – 10 NOVEMBER 2020
De drugshandel wordt tot een bepaald deel van de onderwereld gerekend waarbij er connotaties
worden gelegd met betrekking tot drugsafval (zoals chemicaliën) en geweld. Hoe criminaliteit zich
ontwikkeld, is zeer geankerd in verschillende invalshoeken en verschillende conceptuele
raamwerken. Het belang hiervan is dat de manier waarop criminaliteit begrepen wordt ook
gevolgen heeft op de manier waarop mensen om willen gaan met criminaliteit.




Er wordt veel
geschreven over drugscriminaliteit in Nederland, waarbij steeds vaker de berichtgeving dusdanig is
dat het lijkt alsof Nederland een grote rol speelt in de export van drugs en het witwassen van het
drugsgeld. Dit komt grotendeels door het economische systeem dat Nederland kent, maar ook de
ligging en het relatief stabiele politieke zorgen ervoor dat drugs een rol heeft in de Nederlandse
drugscriminaliteit. Beleidsmakers lijken zich ook steeds meer bewust te zijn van de vage grenzen
tussen de onder- en bovenwereld; het is zo’n grote omvang dat het idee van uitroeiing van
drugshandel steeds meer wordt gezien als twijfelachtig wanneer het gaat om de haalbaarheid. Aan
de hand van de bovenstaande quotes blijkt dat er eigenlijk niet heel veel bekend is over
drugscriminaliteit. De vragen die cruciaal zijn, zijn “hoe wordt dan die criminaliteit begrepen en wat
kunnen wij daar vervolgens mee doen?”.

Het afgelopen decennium heeft er een ontwikkeling plaatsgevonden waarbij het drugsbeleid niet
tot doel heeft om het gebruik onder verdenking te plaatsen, maar er moet worden behouden dat
gebruik niet strafbaar is. Tegelijkertijd moet de drugscriminaliteit wel zonder mededogen worden
aangepakt; dit maakt het een ingewikkelde manoeuvre want hard en repressief optreden tegen de
georganiseerde criminaliteit hangt niet per se goed samen met preventief naar gebruikers en niet-
gebruikers en er moet sociaal worden gedaan tegen kwetsbare groepen. Dit laatste wordt vooral
op lokaal niveau gezien waarbij beleidsmakers vooral proberen om jongeren op het “rechte pad” te
houden door onderwijs aan te moedigen of legale beroepen.

Het criminologische vraagstuk heeft dus betrekking op:
 Op basis waarvan formuleren deze onderzoekers conclusies?
 Wat voor theorieën gebruiken zij?
 En wat betekent dit voor hun advies?



Page 1 of 30

,Als je begrijpt wat voor theorieën er zijn en welke er gebruikt worden om verschillende
criminologische fenomenen aan het licht te brengen, dan kan men kritischer zijn over de sterke
kanten en zwakke kanten van de manier waarop een criminologisch fenomeen wordt
gepresenteerd. De beperkingen van verschillende theorieën kunnen worden gebruikt om recente
casussen beter te begrijpen.

Het uitgangspunt van verschillende theorieën is in principe wel hetzelfde, iedereen wil immers
minder criminaliteit. Er moet gekeken worden naar welke maatregelen worden aangehaald om dit
te bereiken; zijn de maatregelen niet erger dan het kwaad dat zij willen bestrijden. We doen dit
door het lezen van literatuur en tegelijkertijd kritisch te zijn op wat er wordt gelezen. Daarnaast
passen we begrippen en invalshoeken toe op moderne contexten en de eigen leefomgeving.
Criminologie is multidisciplinair en ontleent haar methoden en kennis uit andere disciplines zoals:
 Antropologie.
 Biologie.
 Economie.
 Filosofie.
 Politicologie.
 Psychologie.
 Sociologie.
Edwin Sutherland beschreef het domein van de criminologie als volgt: “Criminologie is de
wetenschap die (A) zich bezighoudt met het tot stand komen van regels en wetten, die (B)
onderzoekt wie er op welke wijze zulke overtredingen en misdrijven plegen, evenals (C) de reacties
daarop van de overheid en de bevolking en die (D) hierover theorieën formuleert”. Veel
criminologen verwerven informatie over misdaad aan de hand van empirisch onderzoek. Door
middel van empirisch onderzoek worden toetsbare hypothesen ondersteund of juist weerlegd. Dit
onderzoek vormt de basis voor begrip, uitleg, voorspelling, en het preventieve en strafrechtelijke
beleid. Kwalitatief onderzoek kijkt naar de betekenis en werking van criminaliteit en hoe dit kan
worden begrepen, door bijvoorbeeld interviews of participerende observaties. Kwantitatief
onderzoek kijkt vooral naar verklaringen en verbanden van criminaliteit aan de hand van cijfers
en (effecten van) maatregelen. Criminologie is wel degelijk wetenschappelijk, maar er is ook zeker
sprake van een invloed van de politiek in de onderzoeken en de aanvragen; wie betaalt, bepaalt?
De definitie van criminaliteit is ook iets waar men over kan discussiëren met betrekking tot de
onafhankelijkheid of afhankelijkheid. De manier waarop criminaliteit wordt gedefinieerd is ingebed
in grotere sociaal maatschappelijke ontwikkelingen en de media discours.

De huidige criminologie beweegt zich steeds meer in de richting van een meer uitgestrekte
criminologie die criminaliteit ziet als schade, ongeacht wat de regelgevende wet op dat moment
ziet als criminaliteit (“harms perspectief”). De vergelijkende en wereldwijde criminologie beweegt
zich in de richting van de erkenning van de onderlinge verbondenheid van mensen in verschillende
landen en culturen.


KLASSIEKE THEORIEËN EN RATIONELE KEUZE


Er bestaan grote verschillen binnen de criminologie als wetenschappelijke discipline, wat overigens
niet uitzonderlijk is voor de wetenschap. Criminologie kent net als vele andere disciplines een
controversiële geschiedenis en een politiek belang. Binnen de verschillende visies van criminologie
zijn er grote verschillen te zien in de onderzoeksvragen en de antwoorden die hierop kunnen
worden gegeven. Bepaalde thematische invalshoeken en conceptuele theoretische focussen
kunnen bepalend zijn voor hoe criminaliteit wordt begrepen. Vaak wordt er echt gekeken naar het
moment van de criminaliteit (de daad – het moment van criminaliteit is selectief); daderschap en
slachtofferschap zijn belangrijke momenten binnen de criminaliteit. Het draait als het ware om het
moment dat iemand is “snapped”, wat gezien kan worden als de druppel die de emmer deed
overlopen.

In het boek worden er sociale categorieën gemaakt van fatsoen, met aan de ene kant de
fatsoenlijke armen (mensen die lijden aan ziekten, gewonde soldaten, mensen met een handicap
en bejaarde armen) en aan de andere kant de onfatsoenlijke armen. De fatsoenlijke armen zijn
mensen die er niets aan kunnen doen dat zij arm zijn. Onder onfatsoenlijke armen vallen
vagebonden, migranten, daklozen, bedelaars en losbandige vrouwen. Aan deze laatste groep wordt
een soort negatieve keuze toebedeeld; het wordt toegerekend alsof het een keuze is om tot die
categorie te behoren. Op den duur vond er een verandering plaats in de beschrijving van het

Page 2 of 30

, straffenstelsel. Het uitgangspunt dat iedereen gelijk zou zijn, werd niet langer gezien als realistisch
om als uitgangspunt te nemen. Men begon steeds meer in te zien dat er al een sterke ongelijkheid
was in het politieke en juridische systeem, wat ook door het systeem in stand wordt gehouden
waardoor men zich begon af te vragen of het wel logisch was om iedereen vervolgens te zien als
gelijken en of straffen voor iedereen dezelfde functie bedroegen. In De Verlichting ontstond het
idee dat strafrecht ook moet aansluiten op een soort eerlijker, gelijker en meer humanitair
systeem. Dit was in eerste instantie vooral een filosofisch idee, maar het was ook een
criminologisch idee wanneer er werd gekeken naar de aansluiting op strafrecht.

Er zijn 2 theoretici, namelijk:
 Cesare Beccaria (1738-1794) hield zich bezig met het sociaal contract; de legitimiteit van
het gezag van de staat over het individu komt voort uit een contract dat tussen beide
partijen is afgesloten.
o Bepaalde vrijheden worden door individuen opgegeven, waaronder het recht om
voor eigen rechter te spelen, in ruil voor bescherming van de staat. Misdaad breekt
het sociale contract. Straf werd gezien als iets om de onschuldigen te beschermen
en de schuldigen te veroordelen. De staat heeft de verantwoordelijkheid om de
onschuldigen tegen misdaad te beschermen en de schuldigen te veroordelen.
o In deze visie kan de staat nooit wat fout doen, en niet het sociale contract breken.
In de realiteit blijkt dat dit wel degelijk een optie is, maar in eerste beginselen van
wat criminaliteit is wordt er vooral gericht op het individu, niet op de staat. De
wetgeving moet zeer inzichtelijk zijn en geschreven worden in de taal van het volk.
 Vrijheidsgedachte.
 Subsidiariteitsbeginsel.
 Proportionaliteitsbeginsel.
 Legaliteitsbeginsel.
 Kosten en baten afwegen.
o Beccaria stelt dat mensen rationele wezens zijn waarbij wetten schadelijk gedrag
moeten verbieden om het geluk van de gemeenschap te vergroten. Hij wordt als
de grondlegger van de utilitaristische school gezien omdat hij zoveel mogelijk keek
naar het nastreven van geluk en het vermijden van slechte ervaringen. In het geval
van recidivisten moeten de straffen hoger worden.
 Jeremy Bentham keek vooral naar welke straf proportioneel was in verhouding met het
uitgevoerde delict.
o Het gaat heel erg om het maximaliseren van zoveel mogelijk geluk van de
gemeenschap; aangezien straffen ook schade toebrengen, is dit enkel rechtvaardig
als het een groter kwaad reduceert. Er moet dus sprake zijn van een balans tussen
de kosten en baten.
o Bentham verwierp de doodstraf omdat dit meer kwaad dan goed zou doen en
daarom dus in strijd is met het utilitarisme principe.
o Bentham was van mening dat er een rationeel systeem moest ontstaan om zo
toezicht te houden; hij is vooral bekend geworden door de ontwikkeling van het
Panopticum. Het idee hiervan is dat een gevangene in een gevangenis de bewaker
niet kon zien, maar wel constant gesurveilleerd kon worden (ook al hoefde deze
surveillance helemaal niet permanent plaats te vinden). Dit idee van constante
surveillance zou moeten leiden tot een internalisering van goed gedrag.

Kritiek op deze klassieke theorieën heeft onder andere betrekking op de vraag of individuen gelijk
worden behandeld op basis van intellectuele vermogens, leeftijd, mentale capaciteit en gender in
deze tijd? Er kan ook bekritiseerd worden of dit wel past in een systeem waarin een aantal mensen
meer welvaart ontvangen, terwijl alle personen formeel gezien gelijk zouden zijn. Een andere vraag
die een belangrijk kritiekpunt vormt, is waarom sommige mensen meer misdaden plegen dan
anderen, terwijl zij in principe allemaal evenveel verstand zouden moeten hebben. De rationele-
keuze theorie stelt te verklaren hoe sommige mensen bewust en rationeel kiezen om strafbare
feiten te plegen. Het idee van de vrije wil is eigenlijk de afweging van kosten en baten;
omstandigheden kunnen invloed hebben, maar uiteindelijk ligt de keuze alsnog bij het individu. Er
is veel kritiek geuit op de rationele keuze theorie met als gevolg dat er meer situationele en
gelegenheidstheorieën ontstonden. Kosten en baten waren niet voor iedereen gelijk, maar een
dader wordt ook beïnvloed door bepaalde gelegenheden en emoties die niet voor iedereen gelijk
zijn; de manier waarop mensen een ervaring hebben van de omgeving kan de gelegenheid om een
misdaad te begaan verminderen of juist verhogen. Architectuur kan hier een grote rol spelen,
bijvoorbeeld door het plaatsen van veel ramen met winkels en bewoners bij elkaar, wat kan zorgen



Page 3 of 30

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper melissa_vg. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 55628 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49  1x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd