Samenvatting van de gehele cursus, waarmee ik het tentamen heb gehaald! De samenvatting bestaat uit alle informatie uit het boek, werkgroepaantekeningen en hoorcolleges
Beslissingsschema
Een strafbaar feit is Materiële vragen: Art. Einduitspraken: Art. 352
350 Sv Sv
Een gedraging onder 1: Kan het Nee vrijspraak
bepaalde tenlastegelegde worden (bewijsverweer)
omstandigheden, evt. met bewezenverklaard?
een bepaald gevolg
Die valt binnen de 2(a): Kan het Nee OVAR
grenzen van een bewezenverklaarde (kwalificatieverweer)
wettelijke worden gekwalificeerd?
delictsomschrijving
Die wederrechtelijk is (in 2(b): Is het feit ook in Nee OVAR
strijd met het objectieve casu strafbaar? (rechtvaardigingsgrond)
recht)
En verwijtbaar is aan de 3: Is de verdachte Nee OVAR
verdachte strafbaar? (schulduitsluitingsgrond)
Welke sanctie moet Art. 351 Sv + Art. 9a Sr
worden opgelegd?
Er kan geen sprake zijn van een strafbaar feit zonder daderschap, dat wil zeggen
zonder dat een strafbare dader kan worden aangewezen die aansprakelijk is voor het
desbetreffende delict (vraag 1 art. 350 Sv)
HR Laadbak (functioneel daderschap)
Feiten
De afvalstoffenverordening van de gemeente Amsterdam verbiedt in het weekend
een laadbak op of aan de weg te plaatsen of te hebben. Het containerbedrijf dat de
laadbak verhuurd wordt vervolgd wegens overtreding van deze bepaling. Hij beriep
zich erop dat niet hij, maar degene aan wie de laadbak verhuurd was in strijd
handelde met de verordening
Rechtsvraag
Wie kan op de overtreding van de verbodsbepaling worden aangesproken, de
huurder van de laadbak of ook het containerbedrijf dat de laadbak heeft verhuurd?
Overweging
- De HR oordeelt als volgt: een redelijke wetsuitleg brengt met zich mee dat in
een rechtsverhouding tussen verhuurder en huurder het in beginsel de
huurder is die krachtens het huurcontract feitelijk de zeggenschap heeft over
het gehuurde object. Dit brengt mee dat de huurder moet worden beschouwd
als de adressaat van de strafbepaling die een bepaalde handeling met
betrekking tot dit object verbiedt (r.o. 5.2.2)
,Het legaliteitsbeginsel
Art. 1 Sr: Geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane
wettelijke strafbepaling
Het legaliteitsbeginsel kent een aantal deelnormen:
Lex certa
- De wet moet duidelijk geformuleerd zijn
Gebondenheid van de rechter aan de wet
Verbod van analogie
- Uit een bestaand wettelijk voorschrift wordt een grondregel
gedestilleerd en toegepast op een geval dat strikt genomen niet onder
dit voorschrift valt maar dat niet essentieel verschilt van een geval
waarvoor het voorschrift wel bedoeld is te gelden
Lex scripta
- Het gewoonterecht is geen directe bron, want een bron moet
geschreven zijn
Het verbod van terugwerkende kracht
Nulla-poena regel
- Er mogen geen onbekende straffen worden toegepast
Noodzaak om de wet te leren kennen
- Het niet kennen van de strafrechtelijke voorschriften is in strijd met de
rechtszekerheid en met de generaal-preventieve dimensie
Moreel geluk
Het feit dat ons moreel geluk oordeelt bij straffen lijkt af te hangen van toevallige en
irrelevante feiten
1. Constitutive luck: toeval afhankelijk van je karakter, capaciteiten en
temperament
2. Circumstantial luck: toeval afhankelijk van de situatie waarin men zich bevindt
3. Luck by antecedent circumstances: toeval afhankelijk van hoe iemand
bepaald is door zaken die hebben plaatsgevonden
4. Luck by result: toeval doordat iets anders uitpakt dan gepland
Jurisprudentie
HR Melk en water (AVAS)
Feiten
Een veehouder lengt melk met water aan en verkoopt deze aangelengde melk via
een knecht, die hier niet van op de hoogte is. Door een stof toe te voegen aan de
melk handelt de veeboer in strijd met art. 303 APV (art. 47 lid 1 sub 1 Sr). De knecht
en de veehouder werden vervolg voor overtreding van de APV.
Rechtsvraag
Is de knecht schuldig aan het overtreden van de APV nu hem geen schuld valt te
verwijten?
,Overweging
- De rechtbank was van mening dat de knecht niet geacht werd te testen
of de melk was aangelengd en oordeelde dat de veeboer schuldig was
aan het afleveren van aangelengde melk door middel van ‘doen plegen’
- De HR oordeelde dat er in de bepaling van de APV niet stond
opgenomen dat er enige schuld aanwezig moet zijn. Omdat wij het
adagium ‘geen straf zonder schuld’ in ons rechtssysteem kennen, had
er voor strafbaarheid van de knecht uitdrukkelijk in de bepaling moeten
zijn opgenomen dat er ook sprake zou zijn van een overtreding indien
er geen schuld aanwezig was
Rechtsregel
De HR introduceert de ongeschreven strafuitsluitingsgrond ‘afwezigheid van alle
schuld’. Als een verdachte een daad heeft verricht, maar deze is hem niet te
verwijten dan kan de verdachte ontslagen worden van alle rechtsgevolgen.
HR Huizense Veearts (ontbreken van materiële wederrechtelijkheid)
Feiten
Tijdens een epidemie van mond-en-klauwzeer heeft een veearts opzettelijk een
zevental koeien besmet met deze zeer besmettelijke ziekte. De veearts had dit
gedaan om de resterende koeien een milde vorm van symptomen te laten doorstaan
door ze te infecteren gedurende een gunstige periode, namelijk de periode dat de
koeien ‘droog’ stonden. De besmetting leidt ertoe dat antistoffen worden ontwikkeld/
door het met opzet besmetten van de koeien pleegde hij een strafbaar feit volgens
de Veewet. Volgens de veearts was de besmetting een wetenschappelijk
verantwoorden manier om uiteindelijk de gezondheid van het vee te bevorderen.
Rechtsvraag
Is het opzettelijk besmetten van vee in strijd met art. 82 Veewet wanneer door deze
handeling, het doel dat de wettelijke bepaling beoogt, beter wordt gediend?
Overweging
- Het hof bevond de veearts schuldig aan de overtreding van de Veewet,
omdat aan de veearts door de Veewet geen taak is toevertrouwd om de
algemene gezondheidstoestand te bevorderen
- De HR besliste echter anders en vond dat een veearts wel degelijk de
taak mag hebben om de gezondheidstoestand van het vee te
bevorderen, ook al was dit in strijd met art. 82 Veewet. De arts handelt
hiermee in lijn met de eisen voor het uitoefenen van zijn beroep.
Daarom kon hij niet gestraft worden
Rechtsregel
De HR introduceerde de ongeschreven rechtvaardigingsgrond: het ontbreken van
de materiele wederrechtelijkheid
De dader van een strafbaar feit is niet strafbaar indien door het overtreden van de
strafrechtelijke norm de doelstelling van die norm juist beter wordt nageleefd, ook als
is de daad formeel gezien wel wederrechtelijk
, HR Zwarte ruiter (straf zwaarder dan schuld)
Feiten
De rechtbank veroordeelde de ‘Zwarte ruiter’, een zeer gevaarlijk en geestelijk
gestoorde overvaller, ondanks sterk verminderde toerekeningsvatbaarheid, tot een
relatief lange gevangenisstraf (15 jaar), voorafgaand tbs. De reden hierachter was
dat de rechtbank geen vertrouwen had in de beveiligende werking van tbs en de
maatschappij tegen de gevaarlijke ‘Zwarte ruiter’
Rechtsvraag
Is het mogelijk om een lange gevangenisstraf in combinatie met tbs op te leggen aan
een persoon die in verminderde mate toerekeningsvatbaar is?
Overweging
- De HR overwoog, dat de rechtbank deze omstandigheid bij haar
strafbepaling in aanmerking mocht nemen, daarbij zich baserend op
haar wetenschap omtrent de wijze waarop de maatregel van tbs ten
uitvoer wordt gebracht. Met andere woorden, de HR gaf de rechtbank
gelijk. De rechtbank mocht deze zwaardere straf toepassen omdat
alleen tbs voor een dergelijke crimineel onvoldoende zou zijn. In het
Nederlandse recht wordt er geen steun gevonden voor de rechtsregel
dat er geen straf mag worden opgelegd die zwaarder is dan door de
schuld van de dader wordt gerechtvaardigd.
Noot van W.P.J. Pompe
Er zijn twee fouten gemaakt in de veroordeling van de Zwarte ruiter
1. Aan een verminderd toerekeningsvatbare man kan geen straf worden
opgelegd die zo dicht bij de maximale straf ligt (destijds 20 jaar)
2. Het is ontoelaatbaar dat er bij de bepaling van de straf rekening wordt
gehouden met de wijze waarop de maatregel tbs ten uitvoer wordt gelegd. Bij
de straf gaat het om een reactie op schuld, om de bestraffing, terwijl het bij tbs
gaat om bescherming van de samenleving door genezing en reclassering van
de veroordeelde
HR Taxibus (Garantenstellung)
Feiten
Een chauffeur van een personenbus laat een moeder en haar zoontje, die aan het
fietsen is, voorgaan op een oversteekplaats. De chauffeur merkt door de hoogte van
de bus en zijn betrekkelijk kleine gestalte niet op dat het jongetje voor de bus van zijn
fiets valt. De chauffeur denkt dat de kust veilig is en trekt op. De moeder probeert de
chauffeur tegen te houden door met haar handen te zwaaien, maar de chauffeur
interpreteert de beweging van de moeder verkeerd. Hij overrijdt het jongentje en
deze overlijdt later aan zijn verwondingen. De HR overwoog dat de chauffeur jegens
de moeder onrechtmatig heeft gehandeld op grond van de verkeers- en
zorgvuldigheidsnormen. De moeder heeft ernstige gevolgen ondervonden door het
ongeval en kampt derhalve met erge geestelijke klachten
Rechtsvraag
Is het in casu mogelijk dat de vrouw een vergoeding voor haar shockschade krijgt
uitgekeerd?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller noavanderweegen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.