Samenvatting Linguïstiek
1. Geschiedenis van de hedendaagse linguïstiek
1. Taalonderzoek in haar sociaal-politieke context (18e-21e Eeuw)
Christendom (religie) Verlichting (denk-stroming)
Hoogste goed God Rede (intellect), alles dient
natuurwetenschappelijk
bewezen te zijn, enkel feiten
Houding tov andere Intolerant Intolerant
opvattingen
Geboorte Mens met zonden, streven Mens is onwetend (tabula
naar beter doorheen leven rasa), streven naar meer
(beter mens worden), mens kennis, een becijferderende,
voldoet niet mens voldoet niet
Oorsprong Het intellect van
Natuurfilosofen maar:
natuurfilosofen = intellect &
deugd + verschillende
vormen van kennis (niet
enkel mathematisch)
• Doorheen eeuwen religieuze stroming die invloed had politiek
• Intolerant: negatief tegenover andere ideeën/ Godsdienst
• Mathematisch: feiten bewijzen
2. Taalonderzoek van Wallace tot Chomsky (19e -20e Eeuw)
1. Alfred Russell Wallace
• Tot 13jaar naar school (vader financiële problemen)
• Engelse autodidact – natuurhistoricus
• Interesse in evolutietheorie (hoofdzakelijk: hoe taal ontwikkeld
• 1848: met H. Bates naar Amazonewoud (Brazilië) om gedurende 2 jaren diersoorten te
verzamelen
• Tussen 1854 en 1862: reis naar de Indische Archipel
o Ontwikkelde een eigen theorie over ontwikkeling van soorten onder invloed van
natuurlijke selectie
o Basis evolutietheorie
o Schip met bewijzen zinkt
• 1858: Wallace stuurt Charles Darwin zijn essay
o Vroeg afgeven aan machtige Charles Lyell
o Op aanmoedigen Lyell, publiceert Charles Darwin de essay in een boek
2. Charles Darwin
• Autodidact
• 1850: Eerst publicatie: ‘On the origin of species’
• Evolutietheorie: ‘de mate waarin organismen zich aanpassen aan de omgeving’=
veranderingsidee
• Evolutie betekent niet meteen ‘succes’! Opdeling in hoger en lager is onzin
o Sprak over verandering evolitie, maar geen goed/ slecht aan gekoppeld
, o Verandering is niet meteen gelijk aan verbetering (misvatting)
3. Herbert Spencer
• ‘Survival of the fittest’
• ‘fittest’ = succes, de sterkste (belangrijke aanvulling op veranderingsidee)
• Basis van Sociaal-Darwinisme
o = maatschappij als levend organisme dat aan evolutie onderhevig is
o & waarvan afzonderlijke cellen (sociale klassen en rassen) ziek of gezond zijn
(fittest’).
o = de beïnvloeding op de politiek
• Eugenetica als sociaaldarwinistische praktijk: voortplanting sterksten aanmoedigen & die van
minderwaardigen beperken
o Met dit idee racisme enz rechtvaardigen
o 19e- 20e Eeuw: Kolonisatie, immigratiewetten, rassenwetten (bv. nazi’s),
• ‘poor law’ (Groot-Brittanië)
o 21e Eeuw: spermashopping, ‘meten is weten’, sciëntisme (= vandaag heel dominant)
4. Vervolg kader
Christendom (religie) Verlichting (denk-stroming)
De maakbare mens? onveranderlijk Veranderlijk, maakbaar
Nature/nurture Nature Nurture
Geboren met identiteit Geboren als tabula rasa
‘Mens is slecht’, alleen (omgeving vult in)
verbeteren met strenge Omgeving is schuld van
opvoeding mislukking, slechte
Alles ligt vast in genen, ‘wij vrienden, slechte voeding, ..
zijn het brein’, idem voor Vrije wil, keuzemogelijkheid
sociale verhoudingen
Selectie Selectiedruk op individu Selectiedruk op sociaal
gedrag
• Overtuigingen volgen mekaar snel op, elk met belofte ‘nieuwe betere wereld’, de hemel op
aarde, inspanningen leveren om beter te worden:
o Socialisme
o Communisme
o Fascisme
o Liberale democratie
• Sciëntisme
o = opvatting wetenschappen tot waardevolle kennis over wereld leidt & filosofie
alleen zinvol als ze wetenschappelijke methode hanteert
o Alternatieve kennisbronnen (kunst, godsdienst, intuïtie) = zinloos
o Gevaar: ‘science wars’
▪ Veel eeuwen niet toelaten denken over taal ontwikkeling
▪ = elkaar bestrijden in ontdekking hoe taal ontstond (nog steeds)
5. Oorsprong taal volgens Darwin
• Stellingen obv observaties (vnl honden)
• Geen experimenten
• Geen kardinaal onderscheidt tussen mens en dier
, o Taal komt voort uit liedjes die vogels zingen tijdens broedseizoen
▪ Mens imiteert vogel
▪ Paringsdans mannetjes
▪ Mens: vrouw imiteert man
o Moreel besef
▪ Bv. hond biedt troost aan ziek baasje door likjes
o Abstract denken
▪ ‘hond 1 ziet hond 2 in verte (= in abstracte zin) – gedrag van hond 1
verandert naarmate hond 2 nadert (=abstractie neemt af)
▪ Koppeling prosodie-semantiek: ‘Hé daar, waar is het?’ – hond vat dit op als
teken dat er op iets moet worden gejaagd (= abstract concept jagen op iets)
• Evolutietheorie had de intellectuele-status-strijd gewonnen
o Gesteund door Lyell en Huxley
o Darwin werd op niveau geplaatst van Isaac Newton
o Invloed evolutietheorie op historische, sociale en artistieke kwesties
• Eind 19de eeuw: uitdoving Darwinisme
o Darwin stierf (1882): hartaanval
o Zijn pr-club (de x-club) bestond uit personen op leeftijd en stierf uit
6. Gregor Johan Mendel
• Oostenrijks monnik (Augustijns klooster)
• Tijdgenoot Charles Darwin (kenden mekaar niet)
• Stelling op basis van wetenschappelijke experimenten (geen observaties)
• Ontdekte patronen in generaties erwtenplanten
o Vormde hiermee basis van de ‘genetica’ (Mendeliaanse genetica)
• 40jaar rust in onderzoek
7. Moderne synthese
• 1920/1930: annexatie van de genetica bij de evolutietheorie
o Betekende na 40 jaar comeback darwinisme
o Mendels theorie werd een instrument van darwinisme
• Ontstaan van ‘moderne synthese’
o Belangrijkste geneticus: Theodosius Dobzhansky
o In deze periode werd iedereen die oorsprong taal wilde onderzoeken afgeschreven
➔ Taal als harde wetenschap = taaltechnologie
➔ Taal als zachte wetenschap = klinische linguïstiek
• Revalidatie ontstaan in WO door trauma’s op taalvlak en motoriek
Taal als harde wetenschap
• Morris Swadesh (1909-1967)
• Linguïst, trok rond en bestudeerde talen
• 1940-1945: in leger (vertalen + spionage)
• Doel: chronologie talen vastleggen ahv verandering in grammatica, de syntaxis, de spelling,
het vocabularium
Taal als zachte wetenschap
• David Crystal
• Jaren 70: klinische linguïstiek nieuwe stroming binnen linguïstiek
, • = toepassing van theorieën, methoden en bevindingen van linguïstiek (met inbegrip van
fonetiek) voor studie van deze situaties waar taalhandicaps worden gediagnosticeerd en
behandeld
• Systematische beschrijving & analyse van linguïstisch gedrag plaatsvindt in interactie tussen
patiënt en therapeut
• Classificeren en beoordelen van taalgedrag van patiënt tegenover normatieve gegevens
• Het formuleren & evalueren van therapeutische hypothesen
• Studie van afwijkend taalgedrag als een manier om bepaalde theorieën te gaan toetsen op
hun geldigheid
Noam Chomsky
• Moderne talen en linguïstiek
• Eerste harde wetenschap dan afgezwakt zachte wetenschap nu tussenin
• Universele grammatica
o Taal leer je niet
o Geboren met ingebouwd taalorgaan
• Waar ook geboren, dezelfde grammaticaal vermogen
o Het is omgeving die verandering brengt
• Alle talen zijn dezelfde, met elk een eigen dialect
• Hypothese van cognitieve en neurale structuren
• 2002: wet van de recursie
o ‘één zin, één gedachte binnen een andere te plaatsen in een reeks die, in theorie,
eindeloos kan zijn’
o In een zin een andere gedachte plaatsten (dit onderscheidt ons van dieren)
3. Taalonderzoek: Chomsky versus Daniel L. Everett (20e - 21e Eeuw)
1. Daniel L. Everett
• Huwde dochter van twee predikanten
• Schoonouders loodsten universiteit binnen
• Studeerde en doctoreerde in de linguïstiek
• Had werkkamer tegenover Chomsky
• Steunde op dat moment Chomsky volledig
• Doctoraat was een hommage aan Chomsky
• Ontdekking tijdens studies de stam Pirahã (diep geïsoleerd Amozonegebied)
o Aangemoedigd stam bekeren
o Dus verdiepen in taal → leidde tot inzichten die afweken van Chomsky
o Groeide tot aanval tegen Chomsky
o Taal Pirahã geen recursie → dus wet Chomsky enkel voor Westerse talen
o Unieke cultuur vormt de taal Pirahã dus niet universele grammatica
Kenmerken taal Pirahã
• Exotische vogels, melodieus gekwebbel dat niet als menselijke spraak te herkennen is
• Esoterische (eigen aan ingewijden), grammaticale constructies, waaronder betekenisvolle
glottisslagen en veranderingen in toon, versie bestaat uit vogelgeluiden en fluiten (prooi
foppen bij jagen)
• Enkel tegenwoordige tijd, geen woorden voor morgen of gisteren
• Geen voorstellingen van vandaag iets maken en morgen gebruiken
• Geen slaapwel → niet slapen voor slangen