ZINGEVING & LEVENSBESCHOUWING
Zin is de goesting, de richting of de betekenis. Levensbeschouwing is een manier om naar het leven
te kijken, het leven te interpreteren, er zinvolle en minder zinvolle elementen in aan te duiden of
keuzes te maken. Het is de bedoeling om het leven als een geheel te beoordelen, en antwoord te
geven op zinsvragen.
MENSBEELD
Het mensbeeld is het beeld dat mensen hebben over de waarde van een groep mensen en aan welke
normen ze moeten beantwoorden. Het is wat veel mensen spontaan denken over hoe mensen
moeten zijn, denken en handelen of over wat normaal is. Je mensbeeld beïnvloedt bewust en
onbewust hoe je naar jezelf én naar anderen kijkt, wat je van jezelf én anderen verwacht, hoe je hen
behandelt, … Je mensbeeld valt niet noodzakelijk samen met je gevoelens t.o.v. iemand.
VIJF OMGEVINGSCIRKELS
De vijf omgevingscirkels zijn het mensbeeld van Anouck Depuyt. Ze stelt dat mensen pas gelukkig zijn
en tot hun recht komen als ze verbonden zijn met zichzelf, anderen, het materiële, de groep of
samenleving en de natuur.
OEFENINGEN
1) Man: Een mens moet werken en (onder meer) financieel bijdragen aan de staat. Iemand die hulp
krijgt, is minderwaardig. Een Belg (=iemand die woont in het land waarin hij geboren is), is meer
waard dan een vluchteling. Vrouw: Een Vlaamse/blanke is eerlijk en te vertrouwen, een ‘bruine’ is
dat niet. Een blanke is meer waard dan iemand met kleur.
2)Een werknemer moet goed renderen. In de private sector is dat zo, indien niet word je ontslagen.
Ambtenaren zijn veel te weinig efficiënt om in private sector te werken, maar worden (ten onrechte)
beschermd door vaste benoeming.
3) De mens moet beantwoorden aan het schoonheidsideaal in de samenleving, normen van de media.
De mens moet perfect zijn en alles onder controle hebben. Door minimaal calorieën te eten, bewijs
je jezelf en anderen dat jij je kan beheersen, dat je toch iets onder controle hebt.
1
,NORMEN
Normen zijn regels, wetten, overeenkomsten, leefregels, afspraken die mensen zichzelf of anderen
opleggen om op die manier het denken en handelen voor te schrijven. Normen worden ingesteld om
waarden te beschermen en te realiseren (= te laten bestaan, ontstaan want waarden op zich, bestaan
niet).
Normen worden altijd gesanctioneerd ofwel positief (beloning, waardering …) ofwel negatief (straf,
boete, waarschuwing …). Ze zijn expliciet (uitdrukkelijk verwoord, geschreven, gepubliceerd) of
impliciet (men veronderstelt dat je dit uit jezelf weet).
(ON)WAARDEN
Waarden zijn wat mensen spontaan goed of positief vinden, iets wat
ze daarom willen bereiken of behouden. Waarden bestaan nooit op
zichzelf, waarden zijn geen voorwerpen. Waarden zijn er alleen
wanneer mensen ze realiseren.
Onwaarden zijn wat mensen sponstaan slecht of negatief vinden, iets
wat ze daarom willen voorkomen of vermijden.
WAARDESCHAAL
Mensen vinden niet alle waarden even belangrijk. Ze maken bewust
of onbewust een rangschikking van waarden volgens belangrijkheid.
En vanuit die waardeschaal (‘waardeladder’) stellen ze hun
prioriteiten, maken ze keuzes en geven ze de voorkeur aan bepaalde
opties.
Een waardeschaal is een rangschikking van waarden volgens belangrijkheid. Een waardeschaal
beïnvloedt je keuzes, beslissingen en handelen.
REFERENTIEKADER
Een referentiekader is een geheel van kennis, verklaringen en meningen dat mensen helpt om zaken
en ervaringen in het leven te begrijpen (= weten wat het is) en te weten hoe ze ermee moeten
omgaan.
Een referentiekader wordt gevormd door wat je onbewust overneemt uit je sociale situatie, je
opvoeding, onderwijs en tijdsgeest. Of door bewuste keuzes te maken, je verzetten tegen een
bepaald referentiekader of het je bewust eigen maken.
Voorbeeld: Het dragen van een mondmasker is voor mensen in Aziatische culturen al lang
bekend. Het is er een gewoonte geworden om jezelf, anderen en vooral kwetsbaren in de
samenleving te beschermen. Dit geheel van kennis, gewoonten en gebruiken, ervaringen en
motivatie die ze over mondmaskers verworven hebben, behoort tot hun referentiekader.
2
, WERELDBEELD
Een wereldbeeld is wat veel mensen denken over hoe de mens moet of mag staan tegenover de
aarde, de dieren, de natuur, de elementen en de grondstoffen. Het is wat normaal is in de omgang
met de aarde, natuur en dieren. Je wereld beïnvloedt bewust en onbewust, hoe je naar de dieren en
de natuur kijkt, hoe je natuur en dieren behandelt en welk gedrag je van jezelf en anderen op dit vlak
verwacht.
RADICAAL ANTROPOCENTRISME
Iemand die radicaal antropocentrisch denkt, vindt dat de mens het belangrijkste is en dat de natuur
ondergeschikt is aan de mens. De natuur is geen moreel object volgens radicaal antropocentristen.
KENMERKEN
- de mens staat absoluut centraal
- de mens mag de aarde uitbuiten en overheersen als een voorwerp in zijn dienst
- dieren en natuur zijn een gebruiksvoorwerp en geen levende wezens
-een mens die de dieren of de natuur slecht behandeld is geen slecht mens.
GEMATIGD ANTROPOCENTRISME
Iemand die gematigd antropocentrisch denkt, vindt dat de mens mag genieten van de natuur, maar
dat de mens ook respect moeten hebben voor de natuur. Voor deze personen is de natuur wel een
moreel object.
KENMERKEN
- mens is centraal maar niet absoluut
- mens mag van de aarde genieten en ervan leven maar met respect voor natuur
- de aarde is een levend geheel
- dieren zijn een moreel object
RADICAAL ECOCENTRISME / RADICAAL ZOÖCENTRISME
Iemand die radicaal ecocentristisch is, vindt dat de natuur belangrijker is dan de mens. De belangen
van de mens zijn ondergeschikt aan de belangen van de natuur. De natuur is voor deze mensen wel
een moreel object.
Iemand die zoöcentristisch is, vindt dat dieren belangrijker zijn dan de mens. De belangen van de
mens zijn dus ondergeschikt aan de belangen van dieren. De dierenrechten zijn met andere woorden
even belangrijk dan de mensenrechten. De natuur is hier dus ook een moreel object.
KENMERKEN
- maximaal respect voor de natuur
- mens mag aarde en dieren op geen enkele manier overheersen of gebruiken in zijn dienst
- dieren en aarde zijn morele objecten
- wie de aarde en of dieren kwaad berokkent is een slecht mens en veroorzaakt ethisch kwaad
- dieren hebben dezelfde rechten als de mens
3