Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting sociale psychologie €6,39
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting sociale psychologie

 63 vues  3 fois vendu

18/20 GEHAALD!! Volledige samenvatting sociale psychologie (1e jaar orthopedagogie in Hogent) aan de hand van lessen, powerpoints en aangevuld met het boek.

Dernier document publié: 2 année de cela

Aperçu 4 sur 50  pages

  • Non
  • H1, h2, h3, h4, h6; h7, h8: sociale cognitities, attributie, sociale beinvloeding, hulpverlenen, in
  • 11 mai 2022
  • 11 juin 2022
  • 50
  • 2021/2022
  • Resume
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (57)
avatar-seller
keylaacke
INLEIDING

WAT IS SOCIALE PSYCHOLOGIE?
= De wetenschapsstudie van onze gedachten, gevoelens en gedragingen zoals die worden beïnvloed door
werkelijke of ingebeelde anderen

= Probeert het denken, voelen en gedrag van mensen te verklaren vanuit de interactie tussen mensen,
individueel en in groep, de sociale situatie en de historiek die daaraan voorafgaat of wat erop volgt

• Sociologie kijkt naar de groep/verzameling van personen
• psychologie kijkt naar individu/persoon
• sociale psychologie kijkt naar beiden: hoe verhoudt een individu zich in een groep? welke invloed heeft
de relatie op het denken/voelen? wisselwerking

Freud: eigenlijk is er geen individuele psychologie op zich, maar alles is sociale psychologie
• Je kan de mens niet zien apart van de groep, je moet de mens altijd in zijn sociale relaties zien
• Om de groep te bekijken (sociologie), moet je ook naar het individu kijken (psychologie)




Geschiedenis

Voor en na de tweede oorlog een sterke ontwikkeling

1961 Milgram’s obedience experiment: gehoorzaamheid met schokgenerator – mensen aanzetten om
anderen een elektrische shock te geven
1992 Stanford Prison Experiment – Zimbardo: groepen indelen van gevangen en bewakers
→ Waarom gaat men zo ver in het uitvoeren van zijn rol dat er onmenselijke dingen worden
aangedaan tegenover anderen?
1992 Freud - Massapsychologie en ik
→ poging om verklaring te bieden van ontstaan fascisme en nazisme: grote massa’s die geleid
worden door Fürhrer/leider


MAAR ook al in de eerste wereldoorlog!

1895 G. Le Bon - Psychologie des Foules (= psychologie van de massa)
• Tijdens de industriële revolutie worden grote groepen arbeiders, die van het plattenland naar
de steden gaan wonen, een massa → bestond ervoor niet, er waren groepen, maar nog geen
sprake van een massa
• Sociale psychologie ontstaat om daar groep op te krijgen: wat is de massa? hoe verhoudt
individu zich tegenover de massa?
1

,Oorsprong: stuk wantrouwen en angst voor de groep (massa), individu moet ervoor gewapend worden angst
voor revolutie (Le Bon, Milgram en voor een stuk ook Zimbardo)

↔ andere theoretische perspectief: de groep/het sociale is vormend, constructief voor zowel individu als
maatschappij (Freud)

→ in de praktijk: individualiseren of socialiseren?




SOCIALE COGNITIES


INLEIDING
Cognitieve psychologie (sociaal cognitivisme) ontstond als reactie op Black-Box-visie van Behaviorisme



wel kijken in het hoofd van de mens, daar speelt het denken zich af • bepaalde prikkel/stimulus →
→ denken in kaart brengen, beïnvloeden, experimenten mee doen reactie
binnen het sociale aspect • mens = black box, je kan er niet in
kijken, dus we kijken naar het
gedrag/reactie van prikkels



Cognitivisme Sociaal cognitivisme
De wereld geeft → Informatieverwerking en → Bekijken op het niveau van de groepen: hoe denkt een
informatie IN cognitieve processen in het OUT
mens? Hoe denken andere mensen? hoe beïnvloedt dat elkaar?
hoofd van de mens Hoe zorgt dat ervoor dat er groepsprocessen ontstaan?
(computer)
→ mensen die op dezelfde manier denken vormen
een groep (vb. anti-vaxers)



↔ sociaal constructivisme: de wereld is op zich al gevormd door manier van sociaal omgaan, wat er speelt er
tussen de mensen zich af via de taal en het sociale aspect (i.p.v. het denken in het hoofd)

Processen waarbij we informatie verwerven/opslaan/integreren/organiseren/interpreteren over mensen

➢ anderen = sociale perceptie
➢ zichzelf = zelfperceptie

Actief met informatie aan de slag om beeld te vormen van wie anderen zijn (≠ passief waarnemen)
Bij welke groep horen ze? welke karaktertrekken? Vinden we ze leuk en vinden ze mij leuk? Hoe kan ik met hen communiceren? Waarom
doen ze iets?


2

, SCHEMA’S
= cognitieve structuur waarin eerder verworden kennis over een stimulus/concept is gerepresenteerd

↘ over personen, opvattingen, fysieke daden, kenmerken, relaties tussen die kenmerken…


Sociale schema’s

• Wat/hoe we denken over anderen
• Wat/hoe we denken over onszelf (zelfschema)
• Wat/hoe we denken dat anderen over ons denken
o sociale cognitie heeft invloed op ons zelfbeeld
o sociale context heeft invloed op ons handelen



Voorbeelden

• Prototype: soort gemiddelde v/e specifieke groep mensen met vage grenzen - meest typische v/e groep
• Script: verloop van gebeurtenissen in bepaalde situaties → voorspelt en opeenvolging van acties
o Gedrag conform aan script = nauwelijks informaties
o Gedrag niet conform aan script krijgt grotere diagnostische waarde, meer info die je op op een
andere manier moet veerwerken → prototype wordt aangepast of je negeert het en doet
ermee verder



Kenmerken

• Associatief verbonden in een netwerk
Prototype over politie: blanke man → er komt een vrouw van kleur binnen: spreekt het prototype tegen, andere schema’s
worden geactiveerd: schema’s van vrouw en gekleurde persoon

• Gestalt: som van de delen is meer dan de aparte delen
• Top-down of theory-driven: het schema bepaalt hoe je met informatie omgaat
o Sturen persoonsperceptie, vooral aandacht voor wat pas binnen geactiveerd schema
Je leert over ADHD, je vorm een schema over de kenmerken in je hoofd → je interpreteert de dingen aan de hand van

die theorieën in je hoofd → label ADHD onterecht/te vlug toepassen – je ziet bepaalde signalen niet meer

o Schema’s beïnvloeden ook herinneringen
Experiment ‘priming’: verhaal over vrouw met 3 introverte en extraverte kenmerken → eerder iemand die in een
bibliotheek werkt of een huizenverkoper? Antwoord: bibliothecaris = introverte / huizenverkopen = extravert

• Prescriptief: bieden een beeld van hoe iets moet/kan zijn en stuurt ons gedrag
→ attributies zoeken die schema in stand houden
o need for cognition: openstaan voor nieuwe informatie, proberen schema aan te passen
o need for certainty: attributies die schema bevestigen
• Toegankelijker naarmate vaker en recenter opgeroepen
3

, → door schema’s vlugger verwerking info, label (niet altijd de werkelijkheid), waardoor er ruimte vrij komt voor
andere gedachten

Experiment: groep mensen worden 2 taken gegeven

1) informatie over Indonesië daarna test
2) omschrijven kenmerken persoon
a. niets gezegd over persoon, enkel foto
b. foto met label ‘skinhead’ → doen het beter op de 1e taak: door het label, heb je meer tijd voor de 1e taak

→ schema’s kunnen opgeroepen worden door een stimulus uit de omgeving




Configureren
Welke schema’s gebruiken we wanneer? Hoe komt het dat we op bepaalde manieren denken? Verschillende
effecten → effecten zorgen soms voor vertekening



Opvallende kenmerken

Hoe meer een kenmerk opvalt, des te gemakkelijker activeert het aansluitende schema


Dit schema wordt onmiddellijk als eerste geactiveerd: geslacht - huidskleur -leeftijd – naam
→ opvallendheid wordt ook bepaald door de context!



Primacy effect (S. Ash)

Informatie die we eerst over iemand krijgen beïnvloedt globale oordeel meer dan later verworven informatie
vb. twee tekstjes waarvan A begint met positieve en B begint met het negatieve → A krijgt de meest positieve beoordeling

• Je kan maar één keer een eerste indruk maken, vooral door lichaamstaal
kunstenaars, muziekgroepen die vastzitten aan eerste ticket (vb. cd)
• Verklaringen = werking korte termijngeheugen:
o Aan later verkregen informatie wordt minder aandacht besteed
o Wordt in het licht/functie van vroegere informatie geïnterpreteerd
o Behoefte aan afsluiten, zodra men ongeveer een beeld heeft

→ Je kan je wapenen tegen het primacy-effect als je voldoende gemotiveerd en alert blijft




4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur keylaacke. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

52928 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,39  3x  vendu
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté