Managementproces = Het brengen (sturen) van een organisatie naar haar
doel. Het brengen naar dat doel is de taak van het management of de leiding.
1. Doelstelling bepalen
o Zoeken & vastleggen behoeften markt
o Formuleren haalbare doelstellingen
2. Realiseren met winkelpersoneel
o Bepaling missie/visie
o Planning
o Organiseren
1.2 SWOT-ANALYSE
Swot analyse
Confrontatie matrix: kijken hoe zwakten intern aan te pakken
, 1. aanvallen: Hoe kan ik mijn
sterkte benutten om in te
spelen op een kans?
Bv. personalisatie online
2. Verdedigen: Hoe kan ik een
sterkte benutten om een
bedreiging tegen te houden?
Bv. automaten omdat ze
minder open zijn
3. Versterken: Hoe kan ik mijn
zwakte versterken door in te
spelen op een kans?
Bv. aankoopgroepering doen
om dure oven te kopen samen
4. Terugtrekken: Hoe kan ik een zwakte versterken om een bedreiging af
te weren?
Bv. samen kopen
1.3 MISSIE, VISIE, KERNWAARDEN EN STRATEGIEVORMING
Missie = reden van bestaan. Wie zijn we? Wat leveren we?
Visie = wat en wie wil de organisatie zijn?
Voorbeeld Amazon
o Missie: lage prijzen
o Visie: waar customers alles online kunnen kopen
1.4 KERNWAARDEN EN DOELSTELLINGEN
Kernwaarde = gemeenschappelijke opvattingen over wat mensen belangrijk
of wenselijk vinden (om te zijn).
Met de waarden kan de onderneming een fundament leggen om een netwerk
uit te bouwen. Vb. met welke (ethisch verantwoorde) leveranciers willen we
samenwerken?
Doelstellingen = na missie, visie en kernwaarden kan men doelstellingen
formuleren. Hoofddoelstelling = belangrijkste doelstelling organisatie
1. Primaire hoofddoelstelling: heeft te maken met de activiteit van de
onderneming. Vb. wat wil men verkopen en aan wie?
Bv. hema: verkoop zelf ontworpen artikelen die voor iedereen
betaalbaar zijn
2. Verder liggende hoofddoelstelling: wat wil men bereiken met die
hoofddoelstelling? Vb. winst, inkomen, werkgelegenheid creëren
Bv. schrijfwaren moeten op jaarbasis een omzetgroei van 2% realiseren
2
,Nevengeschikte doelstellingen = staan op niveau van verder liggende
hoofddoelstellingen.
1. Sociale doelstellingen: te maken met personeelsbeleid van de
onderneming.
Bv. met arbeidsomstandigheden, promotie en scholing.
2. Maatschappelijke doelstellingen: te maken met maatschappelijke
vraagstukken waarbij de retailer een rol wil spelen.
bv. maatschappelijk verantwoord ondernemen, het aannemen van
medewerkers uit bepaalde specifieke doelgroepen zoals langdurig
werklozen, oudere medewerkers, medewerkers van allochtone afkomst
meer kansen geven en milieumaatregelen.
3. Management/ organisatorische doelstellingen: te maken met de
organisatie (de bestuurlijke inrichting). Het gaat hierbij om snel kunnen
reageren op veranderende situaties, flexibiliteit van managers en
werken met zelfsturende teams.
Torfs
o Sociale: open communicatie, respect voor medewerkers,
talentontwikkeling, doorgroeikansen
o Organisatorische: reageren op e commerce
1.5 FORMULEREN DOELSTELLING
Doelstelling moet … zijn
o Aanvaardbaar: voor leden in en om de onderneming
o Haalbaar: in praktijk uitvoerbaar
o Duidelijk: medewerkers moeten deze begrijpen
1.6 KPI
KSF = kritische succesfactor = factoren die bepalen of men een doelstelling
haalt of niet
KPI = key performance indicator = Formuleert met SMART
belangrijk dat KPI’s voldoen aan volgende kenmerken
3
, o periodiek meetbaar (per uur/dag/week/maand) toekomstgericht
(gericht op een doelstelling) beïnvloedt direct het resultaat van de
organisatie niet financieel gebonden
o vastgesteld door management, maar beïnvloedbaar door medewerkers
o meer is minder (beter drie goed gedefinieerde KPI’s dan een waslijst
matig
o omschreven)
o beter meerdere kleine realiseerbare stappen dan in één keer een te
grote stap.
2. KPI’S VAN DE RETAILER
2.1 KERN EN STUURGETALLEN
Interne analyse van sterkten en zwakten in de organisatie, waar
storemanager normaal gezien vanop de hoogte is en dus kan aan werken?!
MAAR
Dagelijkse operaties maken dit moeilijk Retailer is doener / heeft het druk &
verliest overzicht
KPI’s maken het overzichtelijker voor de WM om dagelijks/wekelijks bezig
te zijn met verbeterpunten
KPI dashboard:
o storemanager zal
dagelijks/ wekelijks
KPI’s in kaart brengen
via kassasysteem
o Maar doet prognose
voor 12 weken & niet
voor heel jaar door
externe factoren bv.
lidl die sluit,
wegenwerken, acties
(emojis), weer, pandemie
Kerngetal = alles wat in cijfers uit te drukken is. Prestatiegegeven dat inzicht
geeft in de inzet voor en/ of de resultaten van retailing
Stuurgetal = een kengetal wordt een stuurgetal als het gebruikt wordt om te
sturen. Worden KPI’s genoemd.
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur audreydesmyter. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.