APSYCHO; H4 HET GEHEUGEN
Intentioneel vs spontaan Bedoeling om te onthouden vs zomaar (bv geuren)
Herinneringen altijd vervormd, andere belevingen Reconstructie ≠ reproductie (film, foto,…)
1. DE VELE BETEKENISSEN VAN HET WOORD ‘GEHEUGEN’
1.1 AUTOMATISCH EN BEWUSTE NAWERKING GEHEUGENINHOUDEN
EXPLICIET GEHEUGEN (knowing what) IMPLICIET GEHEUGEN (knowing how)
= declaratief leren = procedureel leren
= inzichtelijk leren/ cognitief proces = niet inzichtelijk
je kan onder woorden brengen
je kan het vergeten je kan het niet vergeten
Bv studeren, ervaringen,… Bv fietsen, autorijden, zwemmen,…
EPISODISCH GEHEUGEN SEMANTISCH GEHEUGEN
= autobiografisch geheugen
= prospectieve geheugen
Ervaringen uit het verleden Kennis opgeslagen volgens betekenissen
Sterke neuronenverbindingen, makkelijker om op te noemen.
Geheugen > herinneringen > neuronen actiever
3 soorten geheugen
SENSORISCH GEHEUGEN KORTETERMIJN GEHEUGEN LANGETERMIJNGEHEUGEN
Deel van de waarneming Tijdelijke buffer Permanente opslag
Geen info opslaan, alleen buffer
Bv ‘je kan info 20sec opslaan in KTG’ -> FOUT
, 1) ZINTUIGELIJK geheugen/ Sensorisch geheugen
Iconisch geheugen Houdt beeld vast, alles erop en eraan, binnen 1 seconde
Echoïsch geheugen Staat in voor geluid, seconden
Tactiel geheugen Gaat over tast, nazinderen van aanrakingen
2) WERKGEHEUGEN/ Kortetermijn geheugen = nu-bewustzijn
Reageren 7 x 2 elementen (chunking = groeperen), 20 seconden ( Maintenance
Inprenting
Reproducti rehearsal = herhalen)
e
Ik doe het niet Ene oor in andere eruit
In toekomst Ik ga erover nadenken, en zeg het je morgen Lange termijngeheugen
= Functioneel spoor Korte tijd blijven functioneren van een specifiek neuronencircuit.
(Senso&KTG) Tijdelijke verandering in brein, actieve neuronen weer non-actief.
KORTETERMIJN ≠ WERKGEHEUGEN
Eenvoudige visie Nieuwe theorie (Baddeley&Hitch)
Bewerkt& verwerkt
1 Centrale bestuurder; waar gaat aandacht aan? (cocktailparty-effect)
2 Buffers:
Fonologische lus (maintenance rehearsal)
= Gehoor
Senso : echolisch -> KTG: fonolofische lus
Doelbewust
Visuospatiaal schetsblad (vasthouden beeldtenis)
= beeld
Senso: econisch -> KTG: Visuospatiaal schetsblad
Episodische buffer (eenzelfde bijeen brengen totaalbeeld)
= Samenvoegen
3) PERMANENT geheugen/ lange termijngeheugen
Oneindig, latentiefase
=Structureel spoor Fysiek geheugenspoor, brein veranderd, nieuwe neuronenschakkeling,
structuur veranderd
& functioneel spoor