1|Pagina
INTRODUCTIE.
CULTURELE ANTROPOLOGIE
1. DE ONDEELBARE MENS
‘Negatieve’ wetenschappen positieve wetenschappen
Werpen niet weg waarvan niet met zekerheid vaststaat dat het fout is
Ultieme bewijzen worden er niet verwacht, wel theorieën die consistent zijn met
onze ervaring: intuïties en de subjectieve ervaring als een noodzakelijk
vertrekpunt
Bv. het maakt niet uit of voorouderlijke geesten ‘bestaan’, ze worden door
sommige mens wel ervaren!
De leefwereld – vol leven en ervaringen – is de habitat van de antropoloog: doel =
betekenis vinden door het leggen van relaties tussen gebeurtenissen
William James: de wetenschap die de onzichtbare relaties durft te bestuderen is
net radicaal empirisch, aangezien heel wat data zich aan de intuïtieve kant
bevindt, in het negatief vh direct waarneembare
De opgesplitste mens
Het mechanistisch en neoliberalistisch wereldbeeld steunt op het ‘opgesplitst’
mensbeeld waarnaar academische specialismen neigen
Alle mensen zijn individuen, maar de geïndividualiseerde SL ih Westen is anders
dan in bv. Azië
Het geïndividualiseerde individu is op zichzelf geworpen, draagt zelf de
verantwoordelijkheid van hun daden & vernauwt hun betekenis tot hun invloed
(liefst uiterlijk) waardoor men opgedeeld wordt in vakjes: de popster, de nerd, de
loser, …
Doel: antropologie als holistische wetenschap van identiteit en diversiteit, een
these bieden over de ondeelbare mens
Ingold: stap in die richting door de drie A’s te verenigen (Art, Architecture &
Archeology)
Waarschuwing: antropologie mag niet een radertje worden in het systeem
zonder het overzicht te kunnen behouden of in te kunnen grijpen wanneer de
machine efficiënt doordendert in de onbedoelde richting.
Andere mensbeelden bestuderen maakt ons bewuster & cultureel rijker
2. WAT IS ANTROPOLOGIE? WAAROM CULTUUR?
Antropologie = studie (logos) van de mens (anthropos)
Dé mens? Wat is de mens?
Moderniteit: de mens wordt opgedeeld lichaam/geest
Positivisme: beide onderdelen worden door speciliteitsdomeinen bestudeerd
(economie, psychologie, biologie, chemie, …)
DUS: er zijn aparte wetenschappelijk disciplines voor elk aspect, waarom dan nog
een studie over dé mens?
Specialisatie in disciplines (= probleem?)
Zorgt voor vooruitgang van kennis en technologie, maar opdelen is een
miskenning van het geheel
Gaat uit van een universele mens, niet van diversiteit, alles ceteris paribus (
antropologie: ‘culturen’ als uitgangspunt, en niet dé mens)
CULTURELE ANTROPOLOGIE | Introductie
,2|Pagina
Maakt de mens tot optelsom van aspecten, multidisciplinair maar de disciplines
interageren niet met elkaar ( antropologische synthese: ‘cultuur’, mens in
context, de ondeelbare mens)
‘Culturele’ antropologie = studie (logos) van de mens (anthropos) in zijn diversiteit en
universaliteit) = studie van culturen
Kijken naar wat mensen gelijk hebben (universaliteit) en waarin men verschilt
(diversiteit)
Na positivisme: the cultural turn (sinds 1970)
Tussen de stap van feit naar theorie / oorzaak naar gevolg / biologie naar
gedrag zit cultuur
Bv. feit over de verkoop van Kitkat in JP naar de theorie over de lexicale
associatie = cultuur
‘een cultuur’ is het cultureel systeem van een samenleving
Een betekenissysteem: samenhangend geheel van gebruiken, sociaal gedrag,
symbolen, habitus, …
Vele dingen zijn universeel maar worden anders ingevuld/geïnterpreteerd =
oorzaak van culturele misverstanden (bv. betekenis van gebaren)
Indien onderzoek doen tussen culturen: observatie > interview, want de
geïnterviewde heeft vaak niet een besef in wat men anders doet. Je kan
diversiteit sneller opsporen door ze zelf te ervaren
3. DIMENSIES VAN ANTROPOLOGIE
Dimensie: verklaring op micro- of macro-niveau
Vb. werk van Berlinde De Bruyckere = dode dieren
Biografische verklaring van haar werk (micro): haar vader die vaak jaagde en haar
liet zien hoe ze een dier moest villen = akelig, shockerend gevoel
Maatschappelijke interpretatie (macro): The Age of Terror
Daartussen (meso): ervaringskader van ‘het lijden’, mensen met dezelfde cultuur
erkennen de pijn en de terreur in haar werk
De verklaringen op beide niveaus zijn anders, maar wel beide juist!
Dimensie: cultureel – sociaal
Sociale systemen gaan over relaties tussen mensen met een eigen sociale
structuur (bv. relaties binnen bepaalde klassen)
Micro-niveau: de actor binnen een relatie
Meso-niveau: een groep mensen
Macro-niveau: de samenleving
Culturele systemen gaan over ideeën ook met een eigen culturele structuur (bv.
prioriteiten in je waarden en normen)
Micro-niveau: mijn verbeelding/fantasie
Meso-niveau: bv. een festival
Macro-niveau: de cultuur
Bv. sterftecijfers van een ramp, welke ramp?
Interessant: mensen geven een interpretaties aan een tabel vol getallen om te
proberen achterhalen over welke ramp het gaat
Ramp Titanic:
Sociaal, materieel effect: hogere sociale klasse verblijft op hoger dek (minder
doden)
Cultureel, ideëel effect: norm ‘vrouwen en kinderen eerst’
CULTURELE ANTROPOLOGIE | Introductie
,3|Pagina
MAAR achter elk cijfer schuilt er een persoonlijk verhaal = dimensie van rol van
de actor (gemaakte keuzen, het subject, …) = effect van agency (micro) naast
de structure (macro: zowel soc als cult)
Extremen op een continuüm: (antropologisch) materialisme – (antropologisch)
idealisme
Materialisme: menselijk gedrag komt fundamenteel voort uit materiële processen
en verandert in functie daarvan
Vb. ‘de nikab gelaatsbedekking ontstond uit de materiële noodzaak van
huwelijkstrouw in dichtbevolkte nederzettingen’
Idealisme: de basis van het menselijke gedrag en verandering ervan is het
denken. Denken is cognitief (via betekenissystemen) en/of subjectief (door
waarnemend bewustzijn)
Vb. ‘het gebruik van de nikab komt voort uit de scheiding van mannen- en
vrouwenwereld, waarbij vrouwen zich niet met de publieke sfeer identificeren’
Dimensies van ‘uw’ antropologie, iemands mensbeeld
Speelt bewustzijn, taal of idee volgens jou een hoofdrol, of zijn dat materiële
connecties in brein en omgeving?
Is de mens een speelbal van de sociale en culturele structuren, of een gebruiker
ervan?
4. ANTROPOLOGISCHE BENADERINGEN VAN CULTUUR
De twee dimensies van antropologie bepalen vier visies op cultuur
Structuur Actor
MoSov: machtsstructuur, mens als MAggy: aanpassing aan materiële
groepslid omstandigheden, de mens als dier
Materialisme
Reactie nikab: “Het gebruik overleeft
Reactie nikab: “Het gebruik volgt want is in het belang van zowel
uit de ondergeschikte sociale mannen als vrouwen door
positie van vrouwen en bewaart huwelijksontrouw en afgunst in de
die sociale verhouding.” groep te vermijden.”
ISidore: creativiteit, de mens als IdA: leefwereld, de mens als subject
programma
Idealisme
Reactie nikab: “Het gebruik komt Reactie nikab: “Het gebruik is deel
voort uit de universele van de leefwereld van vrouwen.
symbolische oppositie binnen/ Verbod erop tast hun identiteit aan
buiten waarbij vrouw: man :: en zal voor reactie zorgen zoals
privaat : publiek.” hogere waardering van het gebruik.”
5. DEFINITIE VAN CULTUUR
8 invullingen/kenmerken van cultuur: cultuur is...
1. Aangeleerd (en overgedragen) 5. Subjectief
2. Adaptief 6. Geconstrueerd
3. Gedeeld (en geïntegreerd) 7. Sociaal gestructureerd
4. Symbolisch 8. In een sociaal proces
CULTURELE ANTROPOLOGIE | Introductie
, 4|Pagina
Definitie: een cultuur is…
een geheel van praktijken (van dagelijkse gebruiken tot uitzonderlijke praktijken
zoals rituelen en kunst) alsook opvattingen over wat is (assumpties) en over wat
moet (overtuigingen, waarden, normen)
die aangeleerd en overgedragen worden en evolueren in adaptatie aan een
veranderende omgeving
aangeleerd (actor) en niet aangeboren, niet herkenbaar aan gelaat of
huidskleur: nurture vs nature
adaptief (materieel): aanpassing aan materiële omstandigheden in interactie
met de omgeving
en die min of meer samenhangen (geïntegreerd en dus niet als los zand) en via
symbolen gedeeld worden door de leden van een groep,
gedeeld (structuur): geïntegreerde structuur rond politiek, economie,
verwantschap, …
symbolisch (ideëel): talig, elk teken verwijst naar andere tekens in een
systeem
leden die subjecten zijn en hun ervaringen gezamelijk tot leefwereld maken,
subjectief (actor): perspectief op realiteit, cultuurrelativisme. Perspectief van
buitenstaander (etic) en binnenstaander (emic). Veel hangt af van hoe het
beschreven wordt, zie nacirema!
Geconstrueerd (ideëel): identiteit en leefwereld scheppen uit perspectieven
en kaders
een geheel ingebed in sociale structuur en sociale processen.
Sociaal gestructureerd (structuur)
In sociaal proces (materieel): bv. globalisering
6. DE VIER VELDEN VAN ANTROPOLOGIE
In VS bestuderen antropologen het fenomeen in vier velden
1. Biologische en fysieke antropologie 3. Linguïstische antropologie
2. Archeologie 4. Culturele en sociale antropologie
DEEL 1.
CULTUURMATERIALISME
1. MATERIËLE VERKLARING VAN CULTURELE VERSCHILLEN
CASE 1: waarom bestaat vrouwenemancipatie in het westen?
Cultuurmaterialist legt zich niet neer bij ethische antwoorden op vragen (hier:
ongelijkheid, minderwaardigheid , …). Hij wil net die ethiek verklaren
Vrouwenemancipatie in het westen door urbanisatie!
Fabrieken hadden goedkope arbeidskrachten nodig: iedereen aan het werk
(dus ook vrouwen)
Gezinnen hadden meer geld nodig door de stijgende levensonderhoudingskost
(vrouwen ah werk)
Daarnaast: kinderaantal daalt tijdens urbanisatie waardoor vrouwen meer de
domestische wereld kon verlaten
Versus rurale agrarische SL:
Grote kroost zorgt net voor levensonderhoud: iedereen werkt mee op het land
Samenwerking volgens taakverdeling: vrouw als barend mens en domestiek
CULTURELE ANTROPOLOGIE | Introductie