Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Sociologie samenvatting H1-13 €7,49   Ajouter au panier

Resume

Sociologie samenvatting H1-13

5 revues
 328 vues  17 fois vendu

Uitgebreide samenvatting van sociologie. Ik behaalde met deze samenvatting een 17/20. Het is een combinatie van de slides en het boek van hoofdstuk 1 tot en met 13. Hoofdstuk 14, 15 en 16 heb ik gewoon geleerd uit het boek.

Aperçu 4 sur 154  pages

  • Non
  • 1-13
  • 12 février 2017
  • 154
  • 2015/2016
  • Resume
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (7)

5  revues

review-writer-avatar

Par: jefroek • 11 mois de cela

review-writer-avatar

Par: ManouMoyson • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: marevanbosbeke • 4 année de cela

review-writer-avatar

Par: dominicsayre • 5 année de cela

review-writer-avatar

Par: marthedesmedt9 • 6 année de cela

avatar-seller
elienvanblyenbergh
Sociologie



DEEL 1: DE SOCIOLOGIE ONTDEKKEN
Hoofdstuk 1: de sociologische verzuchting
1.1 Wat is sociologie? Een poging tot definitie, die gelukkig maakt
 De definities helpen niet om de wetenschap ‘sociologie’ te begrijpen
 Iedereen die een inleiding tot de sociologie schrijft, voelt zich geroepen om een definitie van
sociologie te geven, omdat het een recente sociale wetenschap + vrij onbekend is
 Sociologie als een avontuur
1. = jonge discipline  heel levendig, het is geen levenloos object dat in een paar moeilijke
zinnen kan worden gedefinieerd
2. Diep verdeelde wetenschap
o Sociologen zijn het maar over 1 zaak echt eens: het is moeilijk om sociologie te
definiëren
 In diverse boeken: definities gebrekkig
 Definitie sociologie van Max Weber (Bekende Duitse sociologie 1864-1920)
o = wetenschappelijke poging om het sociale handelen te begrijpen, met de bedoeling op
die manier tot een causale verklaring van het verloop en de effecten van dat handelen te
komen
o Definitie met 2 kanttekeningen:
 Vele bestuderen dezelfde verschijnselen, soortgelijke opvattingen over een
verklaring, dezelfde theorieën, dezelfde grondleggers
 Sociologische verklaring moet oorzakelijk zijn: oorzaak - gevolgrelatie
 Voorbeelden van definities die niet gebrekkig zijn:
o ‘Sociologie is de wetenschap van enigszins stabiele structuren en processen van sociale
aard’ (Van Doorn & Lammers)
o ‘Sociologie is een vorm van sociaal onderzoek dat heel verschillende vormen aanneemt.’
(Blackwell Encyclopedia of Sociology)
 Deze definities zijn:
o Voor iemand die niet weet wat sociologie is: nietszeggend tot onbegrijpelijk
o Voor iemand die wel weet wat sociologie is: best oppervlakkig + onvolledig
kunnen dus (eventueel) kennis kernachtig samenvatten, als men het heeft begrepen
nadruk ligt op begrijpen!
 In de moeilijkheid om tot een definitie van de sociologie te komen schuilt de belangrijkste
sociologie les:
o Definities kunnen gebruikt worden om een verschijnsel vast te leggen
 Bv: definiëren wat een contract is adhv de voorwaarden aan wat het contract
moet voldoen
o MAAR ze zijn veel minder geschikt om een verschijnsel te begrijpen
 dit geldt ook voor sociologie! Sociologie is een levendige wetenschap, die zich
o.i. van haar eigen bevindingen en inzichten geregeld vernieuwt. Om het te leren
kennen moeten we zonder vooroordelen haar bekijken en misschien wel
meebeleven




1

, Sociologie


1.2 Wat sociologie ons leert
1.2.1 De belangrijkste sociologische les

“Alles is contingent, maar daarom niet arbitrair”

 Alles is contingent…
o Gemakkelijk gedeelte
o Alles in de samenleving had zich ook anders kunnen ontwikkelen in de loop van de
geschiedenis  variatie in tijd en ruimte
o Bv: de wijze waarop we verliefd worden, wijze waarop we ons aan tafel gedragen,
bepaalde instituties
o Voorwaarden contingent
‐ Het is niet noodzakelijk
‐ Het is niet onmogelijk
het had dus ook anders kunnen zijn dan dat het nu is
 …maar daarom niet arbitrair (of willekeurig)
o Moeilijker gedeelte
o Contingent ≠ arbitrair
o Het is niet omdat een bepaalde instelling bij ons een andere vorm aanneemt dan in
andere culturen, dat er geen goede redenen bestaan voor de vorm die het bij ons heeft
aangenomen
 De sociale wetenschappen hebben het bewustzijn van het contingente verspreid
o Hebben ons geleerd dat gewoonten, handelingswijzen, opvattingen over gerechtigheid
en instellingen ergens anders totaal anders zijn en ze dus ook bij ons op een andere
manier kunnen ontwikkelen
 Bijvoorbeeld: het huwelijk
o Antropoloog George Murdock (1897-1949) bracht zo informatie over zo veel mogelijk
bestaande en verdwenen culturen samen  Murdock-Files (565 culturen)
 Soort van encyclopedie over verschillende culturen
 Informatie over verwantschapssystemen, verdeling werk man + vrouw,
rechtssystemen, politieke organisatie…
 Door middel van vragen bv: vanaf wanneer is iemand oud?
o Huwelijksstelsel
 Monogaam
‐ = twee partners (van dezelfde of verschillende sekse) verbinden zich
exclusief met elkaar
‐ In 20% van de culturen  relatief kleine minderheid van de bekende
culturen kiest hiervoor
 Polygamie
‐ = een persoon van het ene geslacht verbindt zich met verschillende
personen van het andere geslacht
‐ In 80% van de culturen
‐ 2 soorten
> Polygynie= 1 man kan huwen met verschillende vrouwen
(79.3%)
> Polyandrie= 1 vrouw kan huwen met verschillende mannen
(0.7% of 4/565)
o Conclusie: huwelijk is contingent

2

, Sociologie


 Het ligt niet vast maar is afhankelijk van de samenleving
 Langzaamaan is onze cultuur zich bewust geworden van de diversiteit van culturen
o Vanaf de opening van de wereld en ontdekkingsreizen
o Media daarvan is de sociologie en de antropologie
o Geen gemakkelijk proces!
 Variatie van culturen en instellingen (= het contingente) wordt dikwijls ontkent
o “Sommige culturen verschillen van de Europese, enkel tijdelijk, omdat ze achterlijk zijn”
 Er is variatie maar die kan men ordenen op 1 as
 Langzaamaan zouden zij zich ontwikkelen in precies dezelfde instellingen,
wetten, en gewoonten als de westerse
 De wereld zou dus convergeren naar de maatschappij zoals in EU en Amerika

1.2.2 Contingentie
Amerikaanse socioloog Howard Becker (1963)

 “Afwijkend gedrag wordt door de samenleving geproduceerd”
 Voorbeeld:
o In sommige culturen bestaat verkrachting binnen het huwelijk niet
 De man heeft seksueel recht op zijn vrouw, ook tegen haar wil
o In andere culturen bestaat dit wel en moet er instemming zijn van de vrouw
o In België werd verkrachting binnen het huwelijk pas ingevoerd in 1979. In Nederland en
Engeland pas in 1991.
o Vandaag lijkt zo’n wet vanzelfsprekend. Belangrijke veranderingen kunnen zich dus in
een vrij korte tijd voltrekken
 Sociologie met betrekking tot afwijkend gedrag heeft een dubbele taak:
1. Verklaren waarom bepaalde individuen tot afwijkend gedrag komen
2. Verklaren waarom bepaalde gedragingen in bepaalde samenlevingen afwijkend zijn en in
ander niet

1.3 Contingent, maar niet arbitrair
JEAN-JACQUES ROUSSEAU (18DE EEUW):
 Frans denker
 Van: Wetten en reglementen opgelegd door God of door de natuur
o Evident dat mensen deze wetten respecteren
 Naar: Wetten en reglementen door mensen gemaakt
o Als ze tot inzicht komen dat we die zelf maken zal het respect ervoor verdwijnen volgens
Rousseau
 Zeer verontrustende les: waarom zouden we die wetten dan respecteren, als we ze toch zelf
maken en kunnen aanpassen?
“hoe kan de mens de wet doen eerbiedigen, als zij er zich van bewust worden dat zij die zelf
hebben gemaakt ?”
 Vergelijking met een spel: het spel is pas mogelijk als iedereen de regels kent
o Deze regels kan je niet permanent in vraag stellen en blijven veranderen
 Oplossing: religie moet de mensen aanzetten en motiveren om de wetten te respecteren en hun
plichten na te leven
 Religie moet doelbewust bijdragen tot burgerdeugd  degelijke burgers kweken


3

, Sociologie


o =Kritiek op het Christendom
 Deze nieuwe religies die de aandacht voor burgerdeugd centraal stellen noemde hij civiele
religies

WAAROM IS HET CONTINGENTE NIET ARBITRAIR?
 = rode raad doorheen de sociologie
 Maar de sociologie heeft geen pasklaar antwoord
 Deze vraag werd in de loop van de geschiedenis van de sociologie op sterk verschillende
manieren aangepakt (zie: A, B, C)
A. VERLICHTING EN TEGEN-VERLICHTING

Bestaan beiden al even lang, nl. van: 18de eeuw
 Verlichting:
o Leidde tot het geseculariseerde, geïndividualiseerde en gerationaliseerde denken in de
19de E
o Religie als ordehaver werd verworpen want religie is hinderlijk
o Positief mensbeeld
 De mens moet naar zijn natuur leren leven
‐ Moet eigen rede en redeneervermogen volgen
 Kennis van natuur krijgt men via de wetenschap
 Die kennis zal redelijk gedrag bevorderen
 Dat zal bijdragen tot geluk, maatschappelijke rust en vooruitgang
 Tegen -Verlichting
o Geen positief beeld van de menselijke natuur
o Handelen uit eigen belang Egoïsme + onrecht
 Als bepaalde regels het nastreven van het eigen belang belemmerden, zouden
mensen zeggen dat die regels willekeurig waren en ze verwerpen
o Godsdienst en gezag zijn nodig om het samenleven te regelen
 Limieten moeten worden opgelegd
o Zonder geloof:
 Bijgeloof, blind respect voor traditie, manipuleren met rituelen…
B. GRONDLEGGER VAN DE SOCIOLOGIE: AUGUST COMTE
 Fransman (1798-1857)
 Grondlegger van de sociologie bedacht te term ‘sociologie’
 Voorstander van de Verlichting
o Sociale fysica: als we het menselijk handelen bekijken dienen we ons geen metafysische
vragen te stellen over de uiteindelijke oorsprong/bestemming/bedoeling. Onze aandacht
moet gaan naar het ontdekken van regelmaten in het gedrag. Deze moeten zoals in de
natuurwetenschappen de onveranderlijkheid van echte wetmatigheden hebben.
 3 opeenvolgende stadia in de menselijke ontwikkeling
1) Theologische: religieuze: verklaring voor verschijnselen wordt gezocht in
bovennatuurlijke krachten
2) Metafysische: verklaring voor verschijnselen wordt gezocht in abstracte begrippen
3) Positivisme: verschijnselen worden verklaard door andere verschijnselen,
wetenschappelijke denken, samenleving wordt door de rede gestuurd
 Gevoelig voor argumenten van de Tegen-Verlichting!


4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur elienvanblyenbergh. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

64438 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,49  17x  vendu
  • (5)
  Ajouter