Deze samenvatting is gebaseerd op de lessen rechtssociologie aan de UAntwerpen van het jaar 2023 gedoceerd door prof dr. Bernaerts. De samenvatting bevat de powerpoint en bijkomende lesnotities.
H1: Waarover gaat rechtssociologie?
Verschil rechtssociologie & rechtswetenschap
Methode: manier waarop rechtswetenschap wordt behandeld
Perspectief: waar staat onderzoeker ten aanzien van het recht?
Rechtssociologie Rechtswetenschap
Methode
Empirisch Doctrinaire
Law in the action -> ‘is’ Methode die meerdere methoden
Belang van wetenschappelijke omarmt en technieken omvat
gegevensverzameling Normatief
Empirisch onderzoek Law in the books -> ‘ought’ = ‘is’
Niet argumentatief: een hypothese Argumentatief (standpunt = verdedigd
kan ontkracht worden met argumenten)
Rechtsmethodiek
≠ ethisch, maar interne systematiek
Perspectief
Extern Intern
Toeschouwersperspectief Bewaken coherentie van het recht
Coherentie ≠ zorg Deelnemersperspectief
Weinig verband met rechtspraktijk Activistische rol, positie van de rechter
Bredere visie over recht Rechtspraktijk
Feitelijke ongelijkheid confronteren
met het juridische
gelijkheidsbeginsel
Dubbele institutionalisering
Juridisering
Rechtssociologie versterkt het recht als opleiding en als maatschappelijke praktijk:
Versterking van de opleiding.
Wetenschappelijk karakter van de opleiding;
Kritische reflectie over het vakgebied / het recht;
Onderzoekende houding;
Samenwerking stimuleren met andere disciplines.
Versterking van het recht
Groei van evidence-based beleid en wetgeving (zeker in tijden van fake news van belang).
Het recht met haar professionals in de samenleving plaatsen.
Afbraak van ‘ivoren torens’.
H1: wat is rechtssociologie
Instituut:
Sociologie: sociaal gebeuren dat ankerplaats is geworden in manier waarop er sociaal wordt
gehandeld
Recht: bv. het Vlaams mensenrechtsen instituut
1.1 inleiding
1.2 belang van de sociologie voor de beoefening van het recht
1.2.1 De pleinvrees van juristen
Juristen met diploma in de rechten zouden zich met bepaalde missies moeten vereenzelvigen en
verantwoordelijkheid moeten opnemen
-> obstakel: juristen bekijken het recht als instrument
Recht is een middel en geen doel op zich
Recht als vaardigheid om middel te kunnen gebruiken (nadruk op vaaridgheden ontwikkelen
om het recht te kunnen gebruiken)
1.2.1 Sire, il n’y a plus d’intellectuels
Geen pleinvrees, eerder geen voorvechters van universele waarden en intrinsieke waarde van het
recht
Utilitair individualistisch denken
1.2.3 Rechtenstudenten zijn niet allen studenten in het recht
,Ralph Dahrendorf (Duits-Engelse socioloog) stelt enkele karakteristieken op van rechtenstudenten in
Duitsland (1964) -> in 1999 beantwoord Koen Raes de vraag of ze ook in België van toepassing zijn.
Enkelen niet:
er zijn in België niet per se mindee vrouwelijke studenten
Enkelen wel:
rechtenstudenten komen vaak uit de hogere klassen
wetenschappelijke interesse in het recht blijft beperkt
o weinig doctoraten
o weinig theoretisch-wetenschappelijke interesse in het recht -> voorkeur
‘pleitoefeningen’
o studenten willen op meer efficiënte wijze diploma halen
1.2.4 De rechtenstudie als beroepsopleiding
De opleiding instrumentaliseert: curriculum wordt georiënteerd naar mer ‘maatschappelijke noden’
Het onderwijsgebeuren instrumentaliseert: de leerstof wordt tot ‘syllabus-kennis’ herleid en alles wat
geen leerstof is verliest zijn relevantie
1.2.5 Juristen en sociologen
18e eeuw: juristen dachten sociologen te zijn
la nature des choses -> de juristen zouden niet anders dan de feitelijke verhoudingen tusse
mensen hebben beschreven
sociologen zullen zich keren tegen deze nature des choses: contractuele vrijheid is volgens
hen niet van groot belang en bleek brutale uitbuiting te dekken
2de helft 19e eeuw: proto-sociologie
proto-sociologie: voorloper sociologie -> begonnen het recht met maatschappelijke
verhoudingen te contrasteren, ze gaan wijzigingen en verschillen aanduiden
sociologen geven kritiek op liberale rechtsorde: recht beschermt de belangen van de
heersende klasse
vertrekpunt: hoe ervaart de SL het recht? -> ongebreidelde contractuele vrijheid leidt tot
uitbuiting
1900 – 1945
1900: pas echt als empirische wetenschap, beschrijft wat het recht is & doet
Begin 20e eeuw: Wende draagt bij tot industrialisering van het recht
o Opkomst ‘legal realism’ in de VS = instrumentele respons op een meer sociologische
benadering vh recht waarbij recht als instrument van sociale verandering, van policy
en social engineering werd gezien
1950: rechtssociologie waarschuwt voor rechtsinstrumentalisme
, Enkele kanttekeningen rechtsinstrumentalisme
Foute veronderstelling wetgever: denkt dat hij enige wetgever is en dat de maatschappij een
monistisch veld is dat slaafs de wet naleeft
SL bestaat uit ‘semi-autonome sociale velden’ die (niet-statelijke) regels maken en de
effectiviteit vh statelijke recht beïnvloeden
1.2.6 Sociologisch anti-instrumentalisme
3 effecten van rechtsregel
Bedoelde rechtsregel
Onbedoelde rechtsregel
Regel met perverse gevolgen (onbedoeld EN gaat in tegen doel dat regelgever voor ogen had)
Rechtssociologische benaderingen (4):
Sociologische evaluatie van wetgeving
Normatieve, causale (oorzaak (= de wet) en gevolg (= bepaalde wenselijke gedragingen)) en
finale veronderstellingen van wetgever worden getoetst aan concrete sociale werking
o ‘policy analysis’: het beleid analyseren (“bereikt het doel de gevolgen?”)
o Waarom belangrijk? -> zonder sociaal wetenschappelijk onderzoek naar de gevolgen
kijken zorgt ervoor dat het doel dat de wetgever voor ogen had onaangetast blijft ->
met swo kan aangetoond worden of het doel effectief wel/niet wordt bereikt
Voorwaarden voor doorwerking van rechtsnorm in de praktijk – Aubert
Doelgroep formele norm kent en begrijpt.
Doelgroep ervan overtuigd is dat de overheid het meent.
Doelgroep moet in staat zijn om norm na te leven.
Doelgroep ervan overtuigd is dat naleving in haar of het algemeen belang is. Doelgroep moet
begrijpen waar norm vandaan komt (belang doelgroep / algemeen belang)
Doelgroep kan vaststellen dat niet-naleving tot sancties leidt.
Vaak niet alle voorwaarden voldaan (drugswetgeving -> de gebruikers begrijpen de inhoud
van de norm niet)
Sociologische mobiliseringstheorieën
Mobilisatie vh recht: beroep doen op het recht, het gebruik vh recht om doel te bereiken
o Ongelijkheid in juridisch mobiliseringspotentieel
o Organisaties spelen rol in vertalen & activeren van recht voor hun leden zodat
doelgroep zich kan mobiliseren (‘knowledge about law’)
Bv. organisaties van ua die studenten helpen om huurwetgeving van koten te begrijpen
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lefevermyrthe2005. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,56. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.