Context 3 - politiek en actualiteit
------------------------------------------------------------------------------------------------------
A. De Kenmerken van het Ancien Regime 3
1. De grote aanwezigheid van geweld 3
a. Het religieuze geweld tegenover moslims en vice versa 3
b. Het religieuze geweld tegenover de joden 4
2. De standenmaatschappij 5
a. Indeling van de maatschappij in groepen/standen, rechtsongelijkheid, organische
visie op de maatschappij en het katholieke lotsdenken 5
b. Drie redenen waarom de massa destijds de rechtsongelijkheid, organische visie
op de maatschappij en het katholieke lotsdenken aanvaarde 6
c. De bevoorrechte groepen/standen 7
3. De vier kenmerken van de samenwerking tussen kerk en staat 8
B. Het humanisme (De Moderne Tijden: 1450-1648) 9
C. De overgangsperiode van het Ancien Régime naar de Hedendaagse Tijd
(1648-1789) 13
1. De herverdeling van Europa na de Vrede van Westfalen in 1648 en dit naar aanleiding
van de godsdienstoorlogen (1568-1648) 13
a. De aanleiding en het verloop van de godsdienstoorlogen, de scheiding van de
Nederlanden 13
2. Het overwicht van de wereldlijke macht op de kerkelijke macht 15
3. De doorbraak van het vorstelijk absolutisme 15
4. De opkomst van de Europese nationale staten: de unitaire staten 15
5. Het economisch systeem van mercantilisme en dat van de vrijemarkteconomie
(economisch liberalisme) 16
6. Het politieke liberalisme 17
a. John Locke en de volkssoevereiniteit 17
b. De vier basisbeginselen van de rechtsstaat 18
c. De toepassing van de rechtsstaat in de hedendaagse periode 19
7. Het Verlichtingsdenken 23
a. Situering 23
b. De kritiek van de verlichtingsdenkers op de standenmaatschappij en hun
alternatieven 23
c. De vijf algemene kenmerken van het verlichtingsdenken 24
d. De toepassing op de scheiding van kerk en staat 27
D. De kenmerken van het nationalisme 29
1. Zelfstudie 2 (deel 2) - Handboek blz. 5 - 10 29
2. Aanvulling en actualisering over populisme 31
E. Zelfstudie 3 34
1. Het interbellum 34
2. Een maatschappij in beweging 38
F. Zelfstudie 4 46
1. Hoofdstuk 18: Het huidige Belgische kiessysteem: Federaal land 46
G. Hoofdstuk 18: Het huidige Belgische kiessysteem 52
H. Hoofdstuk 19: De indirecte of de vertegenwoordigende democratie 53
1
,I. Gastles - politiek gebruik van sociale media 60
1. Inleiding - De arena’s van politieke communicatie 60
2. In de geest van de kiezer 60
a. Michigan model 60
b. Rational choice model 60
c. Image model 61
3. Politieke marketing op het niveau van de partij 61
a. Political Branding 61
b. Agenda setting 61
c. Sociale media 62
4. Politieke marketing op het niveau van de politicus 63
a. Personal Branding 63
b. Celebrity politics 63
c. Halo-effect, charisma en populisme 63
5. Reflectie - Het contrast tussen politiek als job en imago 64
J. Gastles 65
1. Introduction 65
2. Historical context 65
a. Russische propaganda in het Georgische landschap, het imperialistische idee van
Rusland 65
b. Het politieke landschap van Georgië 65
3. Media landscape in Georgia 66
4. Propaganda techniques 66
a. Case study: Georgia’s pre-election media propaganda 67
5. Media regulation and freedom of press 67
6. Comparative analysis 67
2
, A. De Kenmerken van het Ancien Regime
Situering: ruimtelijk en tijdsindeling
➔ Westerse geschiedenis in twee delen
➔ Late middeleeuwen (12e eeuw - 15e eeuw)
➔ Moderne tijden (15e eeuw - midden 17e eeuw)
➔ Overgang naar de hedendaagse tijd na de Franse Revolutie (1789)
Het Ancien Regime vs. Hedendaagse Tijd
➔ Het oude regime = late middeleeuwen + moderne tijden + de overgangsperiode
➔ Tegenhanger is de hedendaagse tijd.
Kenmerken van het Ancien Regime
1. De grote aanwezigheid van geweld
➔ Crimineel geweld met een andere mentaliteit dan vandaag
◆ vroeger: oog om oog, tand om tand
➔ Geweld in eigen handen van mensen, zelfs in hogere klassen
◆ zwaardgevechten om discussie op te lossen
➔ Geen strafrecht(boek) → recht in eigen handen
◆ chaos/ anarchie (=wetteloosheid)
➔ Mensen werden opgepakt → gefolterd → geëxecuteerd (opgehangen, verdronken,
verbrand)
➔ Crimineel geweld door geen aanwezigheid van de strafwet
➔ Religieus geweld
◆ late middeleeuwen en verder
◆ geïnitieerd door de katholieke kerk en uitgevoerd door de staat
◆ staat + kerk = 1 geheel (samenwerking)
◆ samenwerking staat en kerk bij vervolging van anders/niet-gelovigen
a. Het religieuze geweld tegenover moslims en vice versa
Vijanden van katholieke kerk:
➔ De heidenen
◆ = ongelovigen
◆ eigenlijk → alles gelovigen
◆ vb. moslims/joden
◆ kerk → ‘er is maar 1 absolute waarheid en de rest is niet juist, ongelovig’
◆ radicalisme, fundamentalistisch denken
◆ eerste kruistocht katholieken → tegen moslims
➔ De ketters
◆ = christenen die kritiek hadden op de katholieke kerk
● de werking van de katholieke kerk (rijkdom) → buiten armen uit
● de wijze dat de katholieke kerk de bijbel interpreteert
◆ canoniek recht = eigen kerkelijke regels ontwikkeld opgesteld door kerk (niet
te vinden in evangelie)
● geen seks voor huwelijk
3
, ◆ aangehouden als ketter → ondervraagd door vertegenwoordiger van staat,
toegeven of niet toegeven → gefolterd, vermoord, …
b. Het religieuze geweld tegenover de joden
Verhouding katholieken en joden
➔ Joden en christenen baseren zich op het oude testament → jezus = jood, vlucht van
joden uit egypte en zoektocht naar eigen land
➔ Gelijkenis: God (O.T.) = God van de joden en de christenen
➔ Verschil: nieuwe testament = leven van jezus opgetekend door de apostelen,
apostelen zien jezus als de verlosser (= messias) op aarde
➔ Joden aanvaarden dit niet
➔ Katholicisme werd dominanter in Europa (enige toegestane godsdienst in de 4e
eeuw na christus)
➔ Religieus antisemitisme1 ontstaan na mislukte bekering van joden tot het
katholicisme
➔ Joden werden vervloekt door de katholieke kerk
Religieus antisimetisme uit zich op 3 manieren
➔ Joden worden vervloekt door de katholieke kerk
◆ de joden zouden volgens de kerk jezus vermoord hebben
◆ 'godsmoordenaars'
◆ kerk is pas in 1997 afgestapt van die beschuldiging
➔ Discriminatie van de joden
◆ 1215: Concilie2 van Lateranen
◆ daar beslist om discriminerende maatregelen te nemen tegen de joden
● niet studeren aan universiteiten (alleen katholieke universiteiten →
monopolie over kennis)
● ze kregen geen overheidsambten → daar geen werk krijgen (staat
werkt dus mee)
◆ verplicht om in getto’s te gaan wonen
◆ verplichte kentekens (in sommige Europese steden en landen) (ster, hoed)
➔ Complottheorieën tegen de joden
◆ = wanneer men een bepaalde groep er valselijk van beschuldigd in het
geheim plannen te smeden om anderen op de een of ander manier opzettelijk
te beschadigen, te benadelen, te overmeesteren, of te vernietigen
● valselijk: fake news, je kan het niet wetenschappelijk aantonen
● in het geheim: hoe kan het bewezen worden als het geheim is?
◆ vaak verspreid in onzekere tijden (vb. Corona)
◆ 14e eeuw - zwarte pest (pandemie)
● ontdekt door overzeese handel, ratte, en virus mee met schepen
◆ complottheorie tegen de joden
● joden hadden de melaatsen omgekocht om het bronwater te
besmetten
◆ dit leidt tot religieus antisemitisme → polarisatie3 (wij katholieken tegen zij
joden)
◆ uitsluiting van de joden → aparte vreemde groep
1
antisemitisme = jodenhaat
2
concilie = bijeenkomst van kerkelijke leiders (met paus, in Rome) + kerkelijke leer ontwikkelen
3
polarisatie = het versterken van tegenstellingen tussen partijen of bevolkingsgroepen
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur daniquededecker. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €11,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.