Volledige boek werd verwerkt in 57 pagina's lange samenvatting. De samenvatting bevat details uit het boek, voorbeelden, arresten en voorbeeldvragen vermeld door de prof in de lessen. Er worden ook verwijzingen gemaakt naar pagina's in het boek voor extra duidelijkheid.
,Inhoud
Deel 1 – inleidende begrippen en basiskenmerken.........................................................................................................3
Begrippen.................................................................................................................................................................... 3
Essentiële kenmerken van een democratisch grondwettelijk systeem.......................................................................4
Deel 2 – de normenhiërarchie.........................................................................................................................................8
De grondwet................................................................................................................................................................8
De wetgevende akten................................................................................................................................................10
Bijzondere meerderheidswetten- en decreten..........................................................................................................12
Koninklijke besluiten.................................................................................................................................................12
Ministeriële besluiten................................................................................................................................................13
België als unitaire, territoriaal gedecentraliseerde staat...........................................................................................14
Deel 3 – de federale politieke instellingen....................................................................................................................15
De monarch...............................................................................................................................................................15
Het parlement...........................................................................................................................................................18
De regering................................................................................................................................................................26
Federale politieke instellingen...................................................................................................................................29
(institutionele samenhang tussen parlement en regering)........................................................................................29
Boek pagina 108-124.................................................................................................................................................35
Deel 4 – de gemeenschappen en de gewesten.............................................................................................................38
Inleiding..................................................................................................................................................................... 38
De staatshervorming.................................................................................................................................................38
Concepten................................................................................................................................................................. 39
Gewesten.................................................................................................................................................................. 40
Deel 5 – belangenconflicten en bevoegdheden............................................................................................................50
Belangenconflicten....................................................................................................................................................54
Bevoegdheidsconflicten............................................................................................................................................55
Deel 6 – rechtsbescherming tegen overheidsoptreden.................................................................................................55
Overzicht................................................................................................................................................................... 55
Grondwettelijk hof....................................................................................................................................................58
Grondwettelijk recht
2
,Deel 1 – inleidende begrippen 1. parlementarisme
= het uitoefenen van het bewind is verdeeld tussen de
en basiskenmerken vorst (regering) en een nationale vergadering.
Begrippen
2. de ontwikkeling van fundamentele rechten en
Publiek recht vs. Privaat recht vrijheden
Wat is ‘recht’ : regels die ontstaan wanneer een groep = willekeur van de vorst aan de band willen leggen.
mensen zich in een samenlevingsverband gaan een vrij man kon niet worden gevangengenomen
organiseren en waaraan die groep zichzelf zonder wettelijke procedures = habeas corpus
onderwerpt. principe
geschreven of ongeschreven (bv. algemene
beginselen van behoorlijk bestuur) De fundamentele rechten en vrijheden of de
rechtsregels/normen. grondrechten
verplichting tot naleven van de regels De kerngedachte van de grondrechten is dat er
sancties bij niet-naleving grenzen zijn aan het staatsgezag en meer bepaald dat
de overheid zich niet mag mengen in persoonlijke
Privaatrecht: regels die alleen de verhouding tussen aangelegenheden van de burgers.
particulieren regelen. - de overheid mag niemand willekeurig
= bv. verbintenissenrecht: contracten oppakken en in de gevangenis zetten zonder
enig vorm van proces.
Publiekrecht: regels die het optreden van de overheid = het creëren van een ‘staatsvrije sfeer’ basisidee,
en de verhouding van de overheid tot de burgers een levensdomein dat vrij moet zijn van
beheersen. overheidsbemoeienis.
= grondwettelijk recht, administratief recht, strafrecht - Het recht op een mens-waardig bestaan
en belasting recht = de overheid moet zorgen voor een
bestaansinkomen, onderwijs,…
Staatsbegrip
Staten territoriale eenheden waarvan de bevolking In hoofdzaak = vrijheidsrechten (opgemaakt in 1831)
onderworpen is aan een soeverein gezag. In 1994 sociale en economische rechten (art. 23)
Sleutel: soevereiniteitsbegrip
= hoogste macht op hun grondgebied drager van Grondwettelijk recht
het opperste gezag en dit niet ontlenen aan een = betreft de inrichting en de werking van de overheid
andere instantie. in haar drie vormen (= trias politica).
heeft 2 dimensies = legt de basisprincipes van een democratische
rechtsordening vast
- Externe dimensie: als soevereine staten zijn = + bill of rights (= opsomming van fundamentele
staten onafhankelijk van elkaar en staat ze op rechten die aan elke mens moet worden
gelijke hoogte. gegarandeerd)
- Interne soevereiniteit: het staatsgezag is
onbeperkt en het hoogste in zijn soort. Grondwettelijk recht heeft dus 2 functies:
Betekent 2 dingen: 1. de organisatie van een democratische
1. staat bepaald zijn eigen regeringsvormen overheidsmacht
2. onderdanen onderwerpen zich aan de - de overheid geeft zichzelf vorm in de
nationale wetgever zonder de mogelijkheid grondwet
om onrechtvaardige wetten en regeringen
aan te klagen.
- constitutie = handeling waardoor een
samenleving zich tot een staat vormt en de
aard en vorm van het staatsbestel vastlegt
De gedachte erachter is dat de overheid niet alles mag
(staatsorganen creëren, bevoegdheden
en dat er grenzen zijn aan het staatsgezag.
vastleggen)
Dit wordt gesteund door 2 processen, bedoeld om de
burgers te beschermen tegen willekeur en tirannie.
2. de beperking van die overheidsmacht
- machtsuitoefening is niet onbeperkt en mag
De 2 processen: niet willekeurig zijn
3
, om dat tegen te gaan 2 technieken De regels in de grondwet houden juridische
- Overheidsmacht verdelen over verschillende verplichtingen in
geen enkele wet staat boven de grondwet en dus
instellingen
moeten de regels nageleefd worden, voornamelijk
- Fundamentele rechten/vrijheden verankeren ivm. Het overheidsoptreden)
in de grondwet
Grondwet Landen met een grondwet zijn niet automatisch een
1. = het document waarin de meest fundamentele democratie.
regels die de overheid moet eerbiedigen zijn Er is sprake van Sham constitutions
samengebracht.
Een democratische grondwet staat voor een ideaal:
2. = grondslag en grens voor iedere machtsuitoefening
door de overheid.
- Overheid staat in dienst v/d burgers en hun
onvervreemdbare (enkel inperken door
omstandigheden) rechten en vrijheden
De grondwet is dus de basis
Het heeft een hogere status dan andere rechtsnormen - Gekozen leiders die het recht eerbiedigen
in het rechtsbestel. - Overheidsmacht wordt verdeeld over
Dit omdat het een bijzonder karakter heeft. De
verschillende instanties
grondwet bepaald hoe een staat is ingericht en heeft
dus standvastigheid nodig. - Geschillen worden bekeken door
grondwettelijke verschansing wordt gebruikt als onafhankelijke rechters
techniek om die standvastigheid te vrijwaren.
Rechtsstaat
- Wijzigen van de grondwet kan enkel door
= een staat waarin ook de gezagsdragers gebonden
ingewikkelde procedures
zijn door het recht, waarvan ze de toepassing
verzekeren.
In België is er sprake van een ‘hink-stap-sprong’-
Centraal: scheiding der machten.
procedure wijzigingsprocedure.
= verloopt via 3 fases (artikel 195 v/d grondwet)
1. verklaring(en) tot herziening van de grondwet Essentiële kenmerken van een
(kamer & senaat), uitgevaardigd door de koning democratisch grondwettelijk
(regering dus). systeem
= zij heten de preconstituante = fundamentele eigenschappen die in één of andere
= de 3 organen die samen verklaring afleggen tot variant in elke grondwet van een democratische staat
herziening van de grondwet aanwezig moeten zijn.
Gevolg: ontbinding van beide kamers voorwaarden om de grondwet democratisch te
laten worden.
2. nieuwe verkiezingen (want kamers zijn ontbonden)
A – in welke mate zijn de fundamenten van een
3. nieuwe samengestelde kamers gaan met een democratie aanwezig?
bepaalde meerderheid beslissen welke
grondwetsbepalingen (die reeds aanvaard werden) nu 1. scheiding der machten
effectief zullen wijzigen. = techniek om de macht van de overheid te begrenzen
= actoren hier de constituante (de en zodoende ruimte te scheppen voor individuele
grondwetgevende machten) vrijheid.
Voorwaarden voor het hele proces (= dubbele 2/3 de Oorsprong: Montesquieu
meerderheid of supermeerderheid) Gaf het een speciaal karakter: voert de
- Ten minste 2/3 v/d stemmen moet in het scheiding der machten aan als een barrière
voordeel van de wijziging zijn in beide kamers tegen machtsmisbruik. Hij ziet het als een
ideaal, toekomstbeeld
- Ten minste 2/3 v/d leden in beide kamers
moet aanwezig zijn De leer van de scheiding der machten heeft 2
aspecten:
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur elise-bossuyt. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.