Internationale betrekkingen
Les 1: introductie Globale politiek
Hoofdstuk 1 boek
Doelstellingen
1. Basiskennis (feiten, concepten,…)
2. Kritische attitude verwerven; feiten spreken niet voor zich
3. Op een wetenschappelijke manier de internationale politiek kunnen analyseren (m.b.v. concepten,
theorieën)
4. Die analyse schriftelijk en mondeling kunnen communiceren
Voorbeeld van kritisch analyseren
Simpelweg, er is geen twijfel mogelijk dat Saddam Hoessein nu over massavernietigings-wapens beschikt’
Dick Cheney, 26 augustus 2002
Klopt niet, maar werd wel door de media verspreidt
Nadenken over van wie komt het?, wat w er juist gezegd?
Categoriseren
Iran aanvallen (actueel)
= Vb van preventieve aanval
= Vb van “primacy”, dominantie, hegemonie-streven, offensief Realisme (= theorie)
= één stroming binnen Realisme (= metatheorie)
*Preventieve aanvallen --> een aanval om te voorkomen dat andere ons aanvalt --> dit is niet legaal maar usa en
Israël willen dit doen tegenover Iran (Iran is bezig met kernwapens hierdoor wil usa hen aanvallen) --> dit is een
voorbeeld van dominantie streven
Methodologisch:
- Kwantitatief/ kwalitatief
- Inductief/ deductief
Inductief: vanuit de realiteit
Deductief: vanuit algemene beginselen of theorieën
,soorten analyses
1. Beschrijvende
in kaart brengen van conflict, van probleem, van beleid, maar ook dan ga je moeten selecteren, bij welke
categorie, concept een sociaal feit behoort, categoriseren, niet op basis van emoties
2. Verklarende (2 soorten)
Sociaal-wetenschappelijke benadering (met onafhankelijke en afhankelijke variabele(n));
Politieke theorieën; historische, constructivistische benadering
Bvb. Democratie leidt naar vrede
Wrm denkt men dat poetin dit gdn heeft ? Voelt
zich bedreigd (bufferzone), imperialisme, wij
hebben rusland (Moskau) twee keer binnen
gevallen (napoleon en hitler), wij " pakken"
oekraine af (navo), schrik van de
democratisering
--> onze job --> welke verklaring is h-het best of
het belangerijkste
3. Evaluatieve
Iets beoordelen
4. Voorspellende
Moeilijk, politiek in praktijk zelden rationeel
Bvb. van voorspellende analyse " als democratie tot vrede leidt wrm maken we dan niet van heel de wereld
een democratie" --> zo zit het niet in elkaar, wij kunnen niet zeggen tegen china "jullie moeten ook een
democratie instellen", wij kunnen dit niet opleggen
5. Prescriptieve (of strategische)
Prescriptieve= aanbevelend, vanuit de expert aanbevelend aan het beleid Je kan de realiteit op meerdere
manieren bekijken Dus je moet eerst heel goed kunnen beschrijven
6. Normatieve
wanneer oorlog voeren ? welke instrumenten inzetten ? Wapens leveren aan Oekraïne ? Welke ?
Hoe belangrijk zijn mensenrechten in buitenlands beleid ? Vb Oeigoeren ? Wat met vluchtelingen naar
Europa ?
,Max Weber’s
dubbele ethiek
- Op het niveau van internationale politiek is er geen politie, controle --> er moet al eens gelogen, gedood,...
worden
1. Ethiek van de verantwoordelijkheid (= pragmatisme, incl.liegen, doden, nucleaire afschrikking, handel drijven
met Saudi-Arabie, China,…)
2. Ethiek van de overtuiging (= principieel)
Staat status: de staat mag als enige gebruik maken van fysiek geweld binnen zijn territoriaal gebied.
Verschillende projecties
Mercator Peeters
Meest gebruikt (Eurocentralisme) Meer juist
Verschillende systemen niveaus
Internationaal systeem
• Polariteit: uni-, bi-, multi-
Multilateralisme= landen beslissen om iets samen te gaan ondernemen (EU, Navo,…)
Bilateralisme= Een situatie waarin twee landen of organisaties een handelsovereenkomst hebben of
samenwerken om iets te bereiken: Deze golf van bilateralisme ondermijnt de multilaterale aanpak van
tariefverlagingen en kan een grote bedreiging vormen voor het open handelssysteem.
Unilateralisme= Wanneer een staat eenzijdig optreedt, zonder afhankelijk te zijn van de samenwerking van
andere staten, dan wordt wel gezegd dat sprake is van een unilaterale actie.
• Mate van “internationale gemeenschap”; int.samenwerking: uni- versus multilateralisme
• IO’s; int.recht; int.regimes
• Economisch: kapitalisme; globaal
• Geografie, geopolitiek
Geopolitiek -> dat Engeland een eiland is heeft ook invloed op de politiek, USA ligt heeeeel veillig gelegen
, Staten-niveau
Grote versus kleine (Oekraïne vs. Rusland)
Er zijn grote en kleine staten die grote zijn vaak de machtige staten en hebben meer macht -> volgens de
realisten of realisme
Sterke versus zwakke
Status-quo versus expansionistische/revisionistische
Expansionistische staten => waarbij de focus vooral ligt op uitbreiden
Democratische versus autoritaire
Sub-statelijke actoren
Politieke partijen, Administraties (FOD Buit Zaken, Defensie,…), Elite(s)
Belangengroepen, Religies
Volkeren, talengemeenschappen
Multinationals --> coca cola, meta, google (hebben soms meer macht dan staten)
Publieke opinie
NGO’s --> non-govermental oganisisations (amnesty international, greenpeace
= private, niet- commerciële groepen die hun doelen verwezenlijken zonder geweld/ het aanzetten tot geweld.
Erkend door de VN gelijktijdig met UNVRM
• Operationeel: uitvoeren van ontwikkelingsprojecten. (nationaal, internationaal)
• Advocacy: promoten/ verdedigen van een bepaalde oorzaak. Publieke belangengroepen, promotional
pressure groups
Meningen zijn verdeeld: enerzijds vormen ze een groot tegengewicht ten opzichte van bedrijfsorganisaties.
Anderzijds dragen ze bij tot radicalisering,…
Individueel niveau
Bovenstaande niveaus kennen vele interactie gebieden
• Politiek/diplomatiek
• Militair
• Economisch
• Cultureel
• Sociaal
• Psychologisch
Zo komen we tot een Juristisch instument om conflicten in
kaart te brengen