STRATEGIE 4
Les 1 digitale communicatie
1.1 communicatiestrategie
Online communicatieaudit
Soorten audits
➢ Paid media audit
• Hoe scoren onze ads?
• Welke technieken gebruiken we (retargeting)?
➢ Owned media audit
• Hoe komen bezoekers op de site?
• Hoeveel komen er?
• Hoe snel/ traag converteren ze?
• Waar haken ze af?
➢ Earned media audit
• Wie praat er over ons?
• Op welke kanalen?
• Wat zeggen ze?
➢ Borrowed media audit
• Hoeveel engagement halen we ?
• Welke content scoort goed?
CUSTOMER FLOW = Wat is de weg dat iemand aflegt tot en met het punt van conversie?
TO WHOM
•bij wie moet er iets veranderen
WITH WHAT EFFECT
•welk gewenste doel wil je bahalen
WHO
•met welke sterktes/kansen ga je dat doen
WHAT? THROUCH WICH CHANNEL
•hoe en met welke kanalen ga je vertellen
ZACHTE CONVERSIE = mensen verder duwen in de customer joruney, zonder dat ze iets moeten kopen
HARDE CONVERSIE = aankoop
Pagina 1 van 44
,STRATEGIE 4
1.2 customer journey VS digital marketing
Do fase is het punt van conversie
• Inschrijven voor infodag
• Iets kopen op site of via socials
De care fase zorg je ervoor dat je klanten terug komen, dit moet je
goed onderhouden want zij zorgen voor het meeste winst
Nieuwe klanten kosten geld
DIGITALE FUNNEL = een schematische voorstelling van hoe een
website eruitziet, van de see tot de do fase
Moment of truth
ULTIMATE MOMENT OF TRUTH = het moment in je care fase dat iemand zo veel houdt van je product dat die het
doorvertelt
Met deze doelgroep verdien je het meest, want ze komen altijd terug en zorgen voor word-of-mouth
Communicatiemix of mediamix
Owned media
= media die je in eigen bezit hebt, waar je eigen data van hebt: websites, e-mail marketing, apps,…
+veel ruimtes voor goede content
+veel kennis over online gedrag van klant
+communicatie met klanten die zelf op je site terecht komen
-je bereikt alleen mee wie je kent
-laag bereik
Paid media
= de media die je aankoopt en waar je voor betaald: paid social media, google ads, influencer marketing,…
+je spreekt nieuwe doelgroepen aan
+je kan targeting (digitaal)
-duur
-is vooral op korte termijn
Earned media
= je verdiende media en alle aandacht die je van andere krijgt: dankzij tevreden klanten, via journalisten of
bloggers, via reviews,…
+heeft een impact op lange termijn
+zorgt voor brand building
-is niet gemakkelijk te krijgen
-kan zich tegen je keren (bad publicity)
Pagina 2 van 44
,STRATEGIE 4
Borrowed/ shared media
= geleende media, je profiel op techplatformen: Instagram, Tiktok, Youtube
+brand building
+viraliteit impact
-afhankelijk van algoritmes
-zonder engagement heb je geen bereik
Interesses bepalen bij Instagram wat je terug ziet, bij Tiktok is dat hoe lang je naar iets kijkt
1.3 Trends in het vakgebied
Trends
Je moet rekening houden met trends, ze veranderen snel en constant
➢ Instant kritische consument
je moet rekening houden met de klant die zeer kritisch is (als de klant ziet dat iets te lang gaat duren tegen dat
het aankomst bestellen ze niet meer
➢ Schrijnend aandachtstekort
je social page moet genoeg vertellen over je merk in 3 seconden
• Wat kan je merk voor de klant doen
• Op je foto een duidelijk logo
• Duidelijk huismerk
• Highlight (niet te veel) + titel moet duidelijk zijn
• Gepinde post: inspelen op belangrijke behoeftes
➢ Impulsief
inspelen op de latente behoefte = dingen die je niet wist dat je nodig had
goede communicatie van het product is hierbij belangrijk
➢ Triggers
strijd om aandacht (5seconden)
VVA : VERANTWOORDELIJKE VOOR DE AANKOPEN = de persoon die bepaald wat er in het huis gekocht wordt
je moet communiceren juist waar de VVA zit, je moet opvallen en zorgen dat die jouw kiest
hoe val je op?
• Je moet vaak betalen
• Zorgen voor goede content
➢ Zoekgedrag
genZ zoekt op tiktok VS millenials zoeken op google
Pagina 3 van 44
, STRATEGIE 4
SOCIAL LEANING = wanneer de consument het aankoopgedrag van anderen binnen zijn sociale omgeving imiteert
omdat hij gelooft dat hij gelijkaardige positieve ervaringen zal hebben met het product.
VERLIESAVERSIE = wanneer de klant aarzelt om een product te kopen, zelf als het een goede prijs heeft omdat hij
zich richt op het idee dat hij geld verliest door de aankoop te doen ipv te focussen op de voordelen van het product
4C’s
niet kennen maar kunnen beargumenteren tijdens examen
➢ Convenience ondermaats
• Je wil nieuwe schoenen kopen, maar levertijd is 14 dagen
➢ Consumer cost ondermaats
• Je vindt een andere webshop, levertijd morgen, 30% duurder
• Je vindt een plek waar je ze meteen kan kopen, maar je moet
ondergrondse parking betalen
➢ Communication ondermaats
• Je vindt een winkel waar je ze kan kopen, maar je moet te veel
doorklikken en de site is niet mobiel beschikbaar
➢ Consumer solution ondermaats
• Je vindt andere schoenen, direct leverbaar, goedkoop, maar de
reviews zeggen dat ze niet goed zitten
3V’s
1. Verdienen van aandacht
maak duidelijk waarom je klant bij jou moet zijn en wat ze aan je hebben
→ trigger de klant
2. Vasthouden van aandacht
leid je bezoeker niet af
3. Verzilveren van aandacht
niet te veel keuzes aanbieden, te veel keuzestress zorgt voor een keuzeparadox, zorg dat je to the point
communiceert
bij een volledige keuzevrijheid kiezen mensen wat andere kiezen
KEUZE PARADOX = wanneer je te veel keuzes biedt aan de klant waardoor ze niet meer kiezen
FIGHT-FLIGHT-FREEZE-REACTIE = reactie die mensen ervaren bij een stress situatie.
FIGHT = is wanneer de klant voor zijn rechten opkomt, bv dat hij belt naar de klantenservice bij een verkeerd
gestuurd product
FLIGHT = (vluchten) bv zijn wanneer de website te traag is en de klant de website verlaat.
FREEZE = (bevriezen) zou kunnen gebeuren wanneer de klant twijfelt en daardoor niet kan kiezen bij een
productaankoop, de aankoop wordt stilgezet
Pagina 4 van 44