Marketing Management
Hoofdstuk 1: Marke0ng
1.1 Wat is marke-ng?
• GOOD MARKETING
à Laat het bedrijf er slimmer uitzien
• GREAT MARKETING
à Zorgt ervoor dat de klanten hun slim voelen
• Marke&ng is:
è Niet alleen VERKOPEN
ð Bevredigen behoeFen klanten
ð Leveren klanGevredenheid op winstgevende manier
ð Opbouwen duurzame klantrelaJes op basis van:
à klantwaarde
à klanGevredenheid
àklantloyaliteit
• DOEL?
ð Nieuwe klanten aantrekken à superieure waarde te beloven en geven
ð Bestaande klanten behouden à blijvend tevreden te stellen
è Marke1ng = een sociaal en managementproces
ð waarin individuen en groepen verkrijgen waaraan zij behoeFen hebben en wat zij
wensen,
ð door producten en waarden te creëren
ð deze met andere uit te wisselen.
è Bedrijfscontext: winstgevende relaJes met afnemers opbouwen en in stand houden.
1.2 Marke-ngproces
• 5 soorten processen
Stap 1: Markt en afnemersbehoe;en analyseren
• Hebben we allemaal een portefeuille die hetzelfde gaat zijn?
ð Antwoord: Nee, niet iedereen een andere portefeuille naar boven halen
, 1) Behoe'en
ð 5 soorten behoe<es
ð We voelen als klant à ergens een tekort hebben
à algemeen
à universeel
à MoJverend
1. Fysiologische behoe;en
ð Gaat over: Honger, dorst, slaap,…
ð Ik heb honger à dus verse groenten en fruit gaan kopen of
naar restaurant om iets te eten of naar de frituur,…
2. behoe;e aan bescherming en veiligheid
ð gaat over veiligheid, stabiliteit, economische zekerheid,…
3. Socialen behoe;en
ð Aan vriendschap, liefde, erbij horen
ð bv. een abonnement bij een sportclub
4. Behoe;en aan erkenning en respect (=waardering)
ð Succes, presJge, status
ð Dure spullen aanschaffen à krijgen op manier waarom je die aankoop doet
ð Bv. Een elektrische wagen kopen à voor milieu
5. Behoe;en aan zelfontplooiing => vragen!!!
ð Bereiken wat men kan
ð Bv. door studeren of ontspanning in Yoga te stoppen
2) Verlangens
ð Heel individueel
ð Kan beetje beïnvloed worden door cultuur
ð Bv. verlangen naar welke producten je ooit wilt beziGen, reizen die je ooit wilt doen
à Individueel
à Cultureel
à Onbeperkt
ð Bv. Nood aan zonnecrème à verlangt naar terrasje met zon
ð Bv. Waarom kinderen kindertandpasta nemen? à Prentjes, smaak, ingrediënten,…
3) Vraag
àIndien KOOPKRACHT & bereidheid
ð Eenmaal koopkracht à bereidt om dat te kopen
ð Veel bedrijven gaan slim mee om = de a^etaling
4) Producten, productvoordeel en waarde & tevredenheid
ð Product: tastbaar, dienst of beleving à bv. Tomorrowland, pretpark = beleving
ð Productenvoordeel: voordeel in kijker zeGen à bv. aankoop gsm kijken naar: prijs,
merk, kleur, geheugen, camera,…
,à Producteigenschap die waarde creëert
ð Waarde & tevredenheid: tevredenheid à klant transacJe wilt aangaan
à waarde à behoe<ebevrediging à tevredenheid
5) Ruil & TransacAes
à Kern van markeJng: behoeFen/wensen bevredigen door ruil
6) Markten
ð Klanten die hopelijk in toekomst aanschaffen
ð Bv. SpoJfy à studentenabonnement voordeliger à later niet meer maar kunnen niet
zonder
à huidige en potenJële kopers
• Market research
ð Consument & markt onderzoeken
ð MarkJnformaJe & klantgegevens verzamelen
Stap 2: Klantgestuurde strategie ontwikkelen
• In welke behoeFen willen we voorzien?
• Welke klanten gaan we bedienen?
à doelmarkt
à segmentaJe
à doelgroepkeuze
• Hoe kunnen klanten best bedienen?
à waardeaanbod of value proposiJon à differenJaJe en posiJonering
Stap 3: Marke-ngprogramma opzeNen
• Marke1ng mix
ð Prijs
ð Product
ð Plaats
ð PromoJes
• 7ps service marke1ng
ð Prijs
ð Product
ð Plaats
ð PromoJes
ð People
ð Physical evidence
ð Process
Stap 4: Winstgevende rela-es opbouwen en klantetevredenheid realiseren
è CRM = Customer RelaJonship Management
ð Opbouwen + onderhouden winstgevende klantenrelaJes
ð DOOR buitengewoon goede klantwaarde + tevredenheid te leveren
, ð Bv. Klantenkaart, korJng,…
• Trends
ð Zorgvuldig geselecteerde klanten > focus winstgevende klanten
ð Duurzame relaJes > lange termijn
ð Direct/intensief contact > door nieuwe technologieën
Stap 5: waarde van klanten krijgen om winst en klantentevredenheid te realiseren
ð Waarde alle klanten = omzet en winst
ð Waarde individuele klant = customer lifeJme value
è RetenJe = hoeveel besteed je aan bepaald merk = aan waarde aan
bedrijf geleverd
ð Bv. Nutella eenmalig of heel je leven lang eten
1.3 Marke-ngmanagementconcepten = 5 soorten
• Welke filosofie lig aan basis markeJngstrategieën?
• Welk gewicht toegekend aan belangen van klanten, organisaJe + maatschappij?
1) Produc-econcept
ð Consument = verkiest producten die beschikbaar + betaalbaar is
ð Bedrijf = focus op efficiënte producJe + distribuJe
ð Nu7g in 2 situaJes:
à Vraag > aanbod
à hoge producJekost
ð Bv. ford = bekend geworden à massa producJe aan lopende band = producJe van 1
naar heel veel = efficiënJe
2) Productconcept
ð Consument = koopt producten beste kwaliteit/ pres(en)taJes/ innovaJes
ð “een goed product verkoopt zichzelf”
ð Bedrijf = focus op conJnue productverbetering
ð Gevaar = markeJngbijziendheid
ð Bv. Nokia = waren zodanig bezig met een gsm te maken die niet kapot ging à
smartphones vergeten
ð Bv. Dyson = handdrogers in wc à dyson maakte die drogers zodat druppels niet op
grond vielen
3) Verkoopconcept
ð Consument = koopt alleen product à aangeboden wordt
ð Bedrijf = focus op (agressieve) verkoop + promoJe
ð Gevaar = “we verkopen wat we maken” ipv. “we maken wat we kunnen verkopen”
ð Nujg in 2 situaJes:
à aanbod > vraag
à ‘Unsought’ goederen = niet bezochte goederen à bv. typische verkoop bloemen,
pannenkoeken à door jeugdbeweging/sportclub,…