Volledige samenvatting van het geschiedenis-deel van het vak Europese Politieke Integratie, gegeven door professor Vos. Dit zijn de volledige notities van elke les
Hoofdstuk 1: Theoretische benaderingen van Europese
integratie
Voor iets gezegd kan worden over de geschiedenis van Europa eerst moeten
we theorieën bekijken
Jaren ‘40-‘50: EU- eenmaking
Er werd iets gecreëerd dat raar was (EN nog raar is)
- EU-eenmaking: supranationale elementen
o Landen staan macht af aan iets dat BOVEN hen staat
o Normaal: landen = basiseenheden
Bestaan naast elkaar en kunnen onderling afspraken maken
Er bestond nog niets dat daar BOVEN stond
Nu WEL: Europese Unie
Raad van Europa (zie actua – lesweek 1) is dit NIET
o Dit is intergouvernementeel = afspraken tussen
regeringen
Landen kunnen hier ten alle tijden mee
stoppen
NAVO is dit NIET
o Dit is intergouvernementeel
- Europese Unie = vanaf het begin al supranationaal
o Landen ervaren dat bepaalde beslissingen BOVEN hen worden
beslist + kunnen worden afgedwongen
o DUS ze geven een stuk soevereiniteit af
Er ontstaat verschillende voorspellingen, visies
o Bepaalde wetenschappers: het supranationale zal steeds
belangrijker worden
o <-> Andere wetenschappers: het supranationale zal beperkt blijven
Er ontstonden theorieën over de verdere eenmaking van Europa
o Enkele voorbeelden
Psychologie
1
, Focus op mensen
Wie komt overeen met wie?
Focust vooral op de ontmoetingen tussen mensen
Intergouvernementele theorie (zie hierna uitgebreider)
Gaat ervan uit dat elk land bepaalde belangen heeft
van daaruit wordt onderhandeld
Op grote Europese tops: leiders van ALLE landen
komen met hun eigen belangen in gedachten samen en
proberen zo samen afspraken te maken
DUS focus op grote Europese tops: ontmoetingen van
staats- en regeringsleiders
Neo-functionalisme (zie hierna uitgebreider)
Het gebeurt juist NIET op die Europese tops
o Daar moet je niet naar kijken
Tops nemen wel beslissingen MAAR dit is een
bevestiging van iets dat op dat moment onvermijdelijk
is
Focus op Europese Commissie en Hof van justitie
o WANT daar worden keuzes gemaakt en het is op
deze dynamieken dat je aandacht moet vestigen
Spreken elkaar tegen MAAR vullen elkaar ook aan voor een stuk
Theorieën vanaf WOI tot kort na WOII
1. Federalisme
- Veel denkers, academici (die vaak politiek actief waren)… droomden van
een soort federatie (~ federalisme)
o WANT nationale staten (apart) zijn NIET meer in staat om de
veiligheid van mensen te waarborgen
WANT in Europa: ene oorlog na andere
Als landen apart blijven: landen zullen blijven ruzie maken
Manier om dit te verbeteren: bouwen van een Europese superstaat
o = ‘Verenigde Staten van Europa’
Verschillende landen blijven apart bestaan MAAR worden
ondergebracht in een federatie
- <-> andere denkers: dit is een utopie!
o Mensen zullen zich hier NOOIT bij betrokken worden
2
, o Het probleem ZELF wordt NIET opgelost (verschuift enkel maar)
Er zijn problemen tussen staten worden opgelost door een
superstaat
2. Functionalisme
- Start vanuit hetzelfde beeld als hierboven: staten maken ruzie, veel
onveiligheid
o Manier om dit op te lossen: NIET politiek oplossen met superstaat
o WEL functioneel en rationeel: welk probleem kunnen we best op
welk niveau oplossen?
DAN: instellingen/organisaties oprichten die die problemen
oplossen
NIET 1 superstaat
WEL geval per geval
o Bv. Afspraken over scheepvaart
intercontinentale scheepvaart commissie
o Bv. Afspraken over luchtvaart mondiale
samenwerking
o Bv. Afspraken over Schelde bilaterale
afspraken tussen België en Nederland
3. Transactionalisme/ pluralisme
1 en 2 zijn fabeltjes
- Focus op staten
o WANT deze zullen ALTIJD de macht in handen houden
o DUS Europese Unie = verzameling van een veelheid aan aparte
staten
Hebben allemaal een eigen taal, cultuur, gewoonten
Loyauteit van mensen gaat enkel uit naar die staten
- MAAR die staten kunnen WEL onderlinge afspraken maken
o DUS internationale organisaties zijn mogelijk
MAAR geen supranationale component
De landen, staten blijven de basis behouden hun
eigen soevereiniteit
3
, Theorieën die de feitelijke integratie vanaf de jaren ’50
trachten te verklaren (2 GRAND THEORIES)
Start van de Europese eenmaking: °EGKS (1950)
1. Neo-functionalisme
- DUS landen zijn bereid om een stuk van hun soevereiniteit af te geven aan
iets dat BOVEN hen staat daarop wordt toegekeken door rechtbank: Hof
van Justitie
o Samen met EGKS opgericht
- Bouwt verder op functionalisme MAAR nieuwe invulling
- Op vlak van kolen en staal samenwerken = functioneel
o WANT als dit samen wordt geregeld, gaat iedereen erbij winnen
MAAR daardoor komt er iets op gang dat je niet meer kan stoppen:
sneeuwbaleffect/ spill-over
o <-> functionalisten: we regelen eerst kolen en staal samen
DAN zien we wel wat er daarna functioneel is om samen te
regelen
o Neo-functionalisten: we vertrekken vanuit een samenwerking voor
kolen en staal MAAR dit zal ertoe leiden dat EGKS steeds groter zal
worden
Steeds meer zaken zullen in het integratieweb terechtkomen
Spill-over: ene vloeit over in het andere
- Hoge Autoriteit = zorgt voor het beheer van die kolen en staal
o = voorloper Europese Commissie
MAAR had meer macht en bevoegdheden
o Daardoor: druk om andere thema’s die hiermee verwant zijn ook te
laten regelen door die Hoge Autoriteit
Bv. transport
Dit leidt ertoe dat landen steeds meer met elkaar vervlochten
raken
DUS meer instellingen nodig om dit allemaal te
beheren
o DUS meer EN krachtigere Europese instellingen
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur marieverhaege4. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.