Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Sociologie 2020 (1ste bachelor pedagogische wetenschappen ugent) €3,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Sociologie 2020 (1ste bachelor pedagogische wetenschappen ugent)

 95 vues  2 fois vendu

Dit is een volledige samenvatting van het vak sociologie uit de 1ste bachelor van Pedagogische Wetenschappen aan UGent.

Aperçu 4 sur 67  pages

  • Oui
  • 15 décembre 2020
  • 67
  • 2019/2020
  • Resume
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (8)
avatar-seller
yahlivermeire
HOOFDSTUK 1: Sociologie, een eerste
kennismaking
Doelstelling
 omschrijven van de sociologische zienswijze aan de hand van de sociologische verbeelding en
een conceptuele analyse van gedrag, sociaal handelen, interactie en context
 Het voorstellen van de sociologie als wetenschap met kwantitatief en kwalitatief onderzoek
 Afbakening maken tussen sociologie en andere wetenschappen
 Wat is sociologie? -> specifieke zienswijze, studie-object, onderscheid andere disciplines
 Een voorbeeld: Onderwijsvormen naar SES-score
-> sociologisch belangrijk: relaties en interacties tussen actoren en hoe deze worden beïnvloed
door sociale positie

1.1. Inleiding: niet iedereen leeft even lang
 Vaak ziekten leven en dood -> gezien als biologische fenomenen MAAR niet alle mensen zijn
even krachtig. Krachtig geboren? Meespelende elementen hierin?
 Uit onderzoek kwam dat:
- Vrouwen gemiddeld een hogere levensverwachting hebben dan mannen
- Mensen met hoger diploma leven langer dan zij met een lager onderwijsniveau
- Mensen met een hoger diploma hebben een betere gezondheid over het algemeen
 Hoe verklaren we deze? -> voer voor sociologen

De verklaring… relaties tussen mensen
 Redeneringen: opleidingsverschillen leiden tot sociale ongelijkheid en dus verschil levenskansen
1) Hoge opleiding stimuleert vermogen om ingewikkelde problemen in te schatten (vb. ivb met
medische problemen) en lange scholing zorgt voor vorming van de persoonlijkheid
2) Diploma -> Job, hoe hoger diploma, hoe beter de job en loon (waardoor betere buurt, zorg, ..)
3) Bij goede job -> meer kans op variatie in werk en gezondere omstandigheden. Naargelang het
opleidingsniveau is er een hogere arbeidstevredenheid (beter in vel)
Kenmerken werkomstandigheden kunnen in dagelijkse leven doorspelen, bv als je geen initiatief
moet nemen op werk, zal je deze eigenschappen minder hebben in het echte leven
 Samengevat: Hogere opleiding leidt tot materiële voordelen en bepaalt ook de persoonlijke
vorming. Men heeft de mogelijkheden en vaardigheden ontwikkeld om gezonder te leven (bv
voldoende beweging is belangrijk, …) zorgt voor de hogere levensverwachting
MAAR sommigen denken ze dat mensen lang leven vanwege het sterke gestel of dat iemand
slaagt in het leven door er kei hard voor te werken
-> Sociologen erkennen de psychologische en biologische component maar zijn ervan overtuigd
dat de sociale omgeving een cruciale factor is

1.2. De sociologische verbeelding
 Het startpunt van de sociologische verklaring : de sociologische verbeelding
= individuele gebeurtenissen plaatsen en verklaren vanuit het geheel van sociale relaties die zelf
een specifieke historische oorsprong hebben.

, Bij vragen als: Hoe komt het dat mensen werkloos zijn? -> gebruik sociologische verbeelding om
een antwoord te kunnen bieden
 Die biografie wordt dan bekeken vanuit een ruimer geheel, niet als individu gezien: subject.
 Individuele gebeurtenis binnen sociale structuur (geheel van sociale relaties, samenleving) en
sociale structuren plaatsen binnen historische context
 Mens = homo sociologicus
- vertegenwoordiger van sociale eenheid
- vertegenwoordiger van sociale categorie
 Sociale relaties bepalen de biografie van mensen en zijn zelf resultaat van een historisch proces
- Bv. Werkloosheid van de 50 plussers: vroeger studeerden veel af met een diploma
middelbaar onderwijs. Bij werk zoeken -> hoge schooleisen en technologie eisen
- Bv. Abortus en jeugdcriminaliteit : een verband? In de jaren 90 sterke daling van de
jeugdcriminaliteit -> Lag dit aan eco omstandigheden? Aan verstrengde wapenwet?
Er werd gesteld dat de daling werd veroorzaakt door de legalisatie van abortus in de jaren 70
omdat het leidde tot afname van ongewenste kinderen die indien ze geboren werden in
sterke mate terecht zouden gekomen zijn in het criminele milieu omdat er niet naar hen
werd omgekeken. (-> gedachte-experiment: wat als dit niet zou hebben plaatsgevonden?)

1.3. Van gedrag tot samenleving
 Bouwstenen van de biografie en maatschappelijke omgeving : context, sociale interactie, gedrag




1.3.1 Gedrag
 Elke actie of reactie van een individu (bevat objectief en subjectief waarneembare dimensie)
 Objectief waarneembare/externe componenten -> die door ten minste twee individuen (ego en
alter) kan worden waargenomen (gesproken taal, gebaren, bewegingen…)
 Subjectieve/interne component -> door één waarnemer (ego) waarneembaar -> onderdelen:
1) Motivationele component: de drijfveren van het handelen die aanzetten tot gedrag
2) Emotionele component: innerlijke gevoelens van angst, onrust, schaamte…
3) Cognitieve component: waarbij je de werkelijkheid gaat vormen
4) Reflexieve component: wat wijst op het beeld dat je hebt over jezelf
 Deze vier doorkruisen elkaar, bv. het beeld dat je over jezelf vormt geeft een beeld over je
identiteit en is altijd zowel reflexief (je beschouwt jezelf vanuit een externe positie), cognitief (je
identificeert jezelf met een persoon) en emotie (je schaamt je of bent trots over wie je bent)
 Verwevenheid van intern en extern is dat de meeste emoties samen gaan met
gelaatsuitdrukkingen.

1.3.2 Sociaal handelen
 Gedrag – Handelen – Sociaal handelen

, Handelen is doelgericht gedrag (een mentale projectie van eindresultaat)
Bv. bij kijken naar uitgang lokaal, bereiden we verlaten voor (doel), makkelijker dan
 Sociaal handelen is doelgericht naar anderen toe, maar GEEN projectie massa gedrag/imitatie

!!! Max weber : sociale handelingstypologie
 Handelen is sociaal als bij plannen handeling -> rekening met wat anderen deden, doen, etc
 Vier types van sociaal handelen met motieven tot handelen
Instrumenteel rationeel handelen of doel rationeel handelen Motief: pragmatisch
Waarde rationeel handelen Motief: axiologisch
Affectief handelen = emotioneel handelen Motief: affectief
Traditioneel handelen (vs reflexief) Motief: traditie


1) Instrumenteel rationeel handelen
- Doel bereiken binnen specifieke handelingssituatie waarin andere personen of objecten.
- Sommige objecten zullen eerder de voorwaarden bepalen waaronder tot doelrealisatie kan
worden overgegaan, die voorwaarden zijn de condities van het handelen -> ONWIJZIGBAAR
- Andere objecten/mensen zullen faciliterend werken en dit zijn de middelen waarover de
actor kan beschikken om zijn/haar voorgestelde doel te realiseren -> WIJZIGBAAR
- Volgens Weber bevat elke handelingssituatie middelen en condities
- Kenmerkend: actoren wegen af welke middelen best geschikt zijn voor realiseren doel
2) Waarde rationeel handelen
- Bewust geloof in de waarde volheid van de handeling staat centraal. Die waarde kan van
ethische, esthetische, religieuze of andere aard zijn. (handeling = waardevol, niet doel)
- Religieuze roeping, plichtsgevoel of nastreven schoonheid (welke kosten ook) (Bv Dalai L)
- Ook hier kunnen er condities en middelen zijn maar men moet nagaan welk aspect de boven
hand haalt: efficiëntie of de inherente waarde volheid van de handeling zelf
3) Affectief handelen
- Volgen van je gevoelens en is een ongecontroleerde reactie op een bepaalde stimulus
- Betekenis is niet altijd duidelijk maar kan meestal wel worden gerationaliseerd
- Bv wielrenner wint titel uit wraak voor dopingaantijgingen
4) Traditioneel handelen
- Volgt uit ingeworteld gewoonte handelen (herhaling van handeling en verplicht karakter)
- lokaliseert zich in de sociale dimensie en niet in de individuele dimensie (bv kerk huwelijk)
- MAAR als mensen zich echter bewust zijn van traditie en die zelf gaan waarderen dan kunnen
wordt dit als waarde rationeel handelen beschouwd
- Tegengesteld aan traditioneel handelen staat reflexief handelen en is gebaseerd op stoppen,
denken, kiezen. Deze breekt de continue lijn van verleden naar heden. Men moet nadenken
over de richting die hij/zij wenst uit te gaan.

1.3.3 Interactie
 Sociaal handelen = onderbouw voor interactie
 Interactie is gevormd door handelingen van persoon én de reactie door een andere persoon.
 Als twee of meer mensen een gedeelde of complementaire betekenis aan elkaars handelen
geven waarbij het handelen een zekere herkenbaarheid en voorspelbaarheid heeft.

,  Sociaal handelen -> externe doelen (bv volgen tradities) maar soms herkennen we de ultieme
motieven zoals sociale erkenning, seksuele lust bevredigen of maximale winst halen…
 Twee soorten motieven: opdat en omdat motieven, mensen zullen handelen opdat iets zal
worden gerealiseerd en het zal daarom een omdat motief worden voor de andere persoon
Bv. persoon A en B ontmoeten elkaar. Als persoon A zijn hand uitsteekt dan doet hij/zij dit
opdat persoon B dit zou beschouwen als een groet en als persoon B op een gepaste manier
reageert dan reikt hij/zij ook de hand uit omdat persoon A tot een begroeting over ging.
 Initiatief tot interactie is een kwestie van initiatief recht en volgplicht

1.3.4 Vormen van interactie
1) Samenwerking of coöperatie
- Sociale eenheden proberen samen een doel te realiseren
- Voor samenwerking moet er een akkoord (stil of afgesproken) zijn om samen een doel te
bereiken en moet er een minimum aan conformiteit zijn
- Interacties gebaseerd op samenwerking en conformiteit maken geordend samenleven
mogelijk en zijn een kernobject van de sociologie.
2) Conformiteit
- Akkoord over wat er in de interactiesituatie zal gebeuren (vb: kennisoverdracht leraar-
leerling) en een akkoord over hoe de overdracht zal gebeuren (vb: leraar legt uit, lln zwijgen)
- Deviatie/afwijking is het omgekeerde en houdt in da één van de partners zich niet houdt aan
de al dan niet expliciet afgesproken regels. (vb. leerlingen praten tijdens de uitleg)
3) Ruil
- Niet alleen in economische context waarbij goed A voor goed B wordt geruild
- !! Blau zegt dat beloningen in sociale verbanden, meestal kosten betekent voor de ander. Als
iemand een dienst bewijst, zal meestal dankbaarheid getoond, indien geen wederkerig
gecompenseerd gedrag, dit als ondankbaar gezien.
- De neiging om anderen te helpen is vaak gegeven om te streven naar sociale erkenning
- Vaak is er een ongelijke verdeling bij kosten en baten (Bv. grote arbeid voor klein loon)
4) Conflict
- Ten minste één van de twee partijen gaan niet akkoord met de wijze waarop interactie
verloopt en doen een poging om het te laten verlopen volgens eigen zienswijze.
- Conflicten gaan ook over waarden, aanzien en macht
Bv. Ouders hebben als waarde het educatief project van hun kind, hun kind zet ontspanning
op de eerste plaats -> Conflict kan opkomen (hierbij straffen om ermee om te gaan)
- Niet altijd negatief, zo kan een conflict de stimulus zijn voor de ontwikkeling van nieuwe
regels (vb: ontstaan verenigde naties als antwoord op WOII)
- Een laatste basiskenmerk is dat groepen met een externe vijand zeer onverdraagzaam
worden, wat voor een groepscohesie kan zorgen

1.3.5 De stolling van interactie in cultuur en structuur
 Uit interacties groeien cultuur en structuur
Bv. 10 onbekende mensen op onbewoond eiland -> snel interageren, ze zullen afspreken maken,
visies hebben over juiste manieren, … (essentieel kenmerk cultuur: wat is goed en slecht)
 Structuur: verschillende posities zoals rijk-arm, bezitter en niet bezitter, machtigen en machte-
lozen -> Geheel van posities van actoren, de vorm van de interacties en relaties tussen actoren.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur yahlivermeire. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

64438 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€3,49  2x  vendu
  • (0)
  Ajouter