Samenvatting van de cursustekst plantkunde en inleiding tot medicinale planten, deel plantkunde. Dit is voor de studierichting farmaceutische wetenschappen. De samenvatting bevat de verschillende processen m.b.t. de plant die je zal moeten beschrijven op het examen (academiejaar ). Handig is om de ...
Samenvatting cursus plantkunde en medicinale planten, deel plantkunde
Richting: Farmaceutische wetenschappen
Levenscycli
Fungi – Basidiomycota
1. Spore landt op geschikte plek en vormt mycelium onder de oppervlakte met 1-kernige cellen.
2. 2 Hyfen met verschillende paringsfactor (- en +) groeien bij elkaar en de cellen van beide
mycelia versmelten zodat er nu cellen met 2 kernen ontstaan. Dit is een dikaryoot mycelium,
deze kan zeer dens worden tot compacte massa = button.
3. Deze groeit de aarde uit en expandeert tot basidioma = paddenstoel.
4. Aan de onderkant van de kap hangen basidia aan dunne vleesachtige uitgroeingen(hyfen)
5. In volwassenstadium versmelten beide kernen, ondergaan meiose(4 kernen) en veranderen
in basidiosporen
6. Basidiosporen komen vrij om nieuw mycelium te laten ontstaan
Mossen – Bryophyta
1. Aanmak van gametangia aan uiteinden van bladachtige scheuten, mannelijke en vrouwelijke
en soms zelfs aan dezelfde plant.
2. In de archegonia(vrouwelijk) wordt eicel gemaakt, wordt afgescheiden van de buitenwereld
door een nek waarin een kanaal loopt. Kanaal eerst gevuld met cellen maar in volwassen
stadium breken de cellen af.
3. De antheridia(mannelijk) bevatten komma vormige spermacellen. Deze komen vrij wanneer
de antheridia een waterdruppel absorberen en opzwellen, de cellen hebben 2 flagellen.
4. Archegonia stellen proteïnen, zuren en andere substanties vrij die spermacellen aantrekken
in de kanalen. Na versmelting ontstaat een diploïde zygote. Deze groeit snel uit tot embryo
en later tot een sporofyt.
5. De calyptra , soort kapje dat over de sporofyt hangt, bevat de sporocyten die meiose
ondergaan en vormen haploïde sporen.
6. Komen vrij door verandering in omringende vochtigheid en geven aanleiding tot fijne
draadvormige structuren die na verloop van tijd vertakken tot protonemata.
7. Licht en andere omstandigheden optimaal dan wordt op geregeld afstand bladachtige
knoppen gevormd., die rhizoïden aanmaken aan de basis en tot bladachtige gametofyten
uitgroeien.
Varens – Polypodiophyta
1. Sporofyt is de overheersende structuur en bestaat uit bladeren(fronds), rhizoom en
adventiefwortels die langsheen de rhizoom ontstaan.
2. Bij vormen fronds worden deze uitgerold, in volwassen stadium ontstaan zwart/bruine
vlekjes, streepjes, cirkeltjes. Dit zijn clusters van sporangia en worden sori genoemd.
3. In sporangia ondergaan de sporen meiose, waarna door wind verspreid
4. Kiemende sporen geven aanleiding tot Irish Valentine, gametofyten die eruitzien als een
groen hart, wordt de prothalli genoemd.
5. Hier worden Archegonium en antheridia gevormd
6. Bevruchting van de eicel alleen met sperma van ander prothallium
7. Slechts 1 eicel per prothallium ontwikkelt tot nieuwe sporofyt, ongeacht aantal bevruchte
eicellen
,Naaktzadigen - Gymnospermen
1. Mannelijk is er de pollenkegel die ontwikkelt op de sporofyt(wat de hele boom is) met
microsporangium waarin de microsporocyt zit.
2. Vrouwelijk is er de zaadkegel die ook ontwikkeld op de sporofyt met een ovule. Dit is een
megaspornagium waarin een megasporocyt wordt geproduceerd. Het megasporangium is
omhuld door integument wat later de zaadhuid vormt.
3. Door meiose van micro en mega sporocyten ontstaan er van elk 4 haploïde mega en
microsporen.
4. De microgametofyten bevinden zich in een pollenkorrel die door de wind op de ovule
terechtkomt. In de ovule zit het archegonium en megagametofyt
5. Op de ovule belandt, zal er een pollenbuis ontstaan die het archegonium ingroeit waar de
megasporen zich bevinden.
6. De pollen reizen door de pollenbuis waarna er bevruchting zal plaatsvinden.
7. Uit de zygote zal een embryo ontwikkelen die zich daarna volledig ontwikkeld tot nieuwe
sporofyt
Bedektzadigen – Angiospermen
1. In de helmknop van de meeldraden van de plant bevindt zich een microsporangium met
microsporocyten, deze ondergaan meiose waarna er microsporen ontstaan. Deze delen en
ontstaat generatieve cel en pollenbuiscel.
2. De mannelijke gametofyten bevinden zich in de pollenkorrel en deze komt op de stamper
terecht.
3. Hieruit groet een pollenbuis richting de carpellen.
4. In de carpellen zit megasporangium met megasporocyten die ook meiose ondergaan waarna
er megasporen ontstaan.
5. De pollenbuis groet de embryozak/vrouwelijke gametofyt in waarna de pollen erdoorheen
reizen en er treedt bevruchting op.
6. Tegelijkertijd ontstaat er ook een endosperm kern die triploïd is.
7. Het zaadje groeit nu uit tot volledige plant en bloem
, Hoofdstuk 1: Aspecten, concepten & nomenclatuur
1: Microscopie en de introductie van de cel als levende entiteit
Niet belangrijk
2: Concepten en nomenclatuur
A: Meercelligheid van de plant: celtheorie versus organismetheorie
Fylogenie = ontstaan Ontogenie = ontwikkeling
Celtheorie: evolutie van eencelligen via kolonievorming naar meercellige groenwieren en
landplanten.
Organismetheorie: Plantencellen zijn onderverdelingen van het organisme plant.
Plasmodesmata(cytoplasmakanaaltjes) laten transport toe en verbinden alle cellen en geven
ontstaan van de symplast, daarbij doorboren ze de celwanden. De celwanden vormen een
continuüm, de apoplast. Cellen die in symplastisch contact staan bevinden zich in een symplastisch
domein.
B: Onbepaalde of indeterminate groei
Stengen en bladeren(scheut) en wortels blijven groeien tijdens de vegetatieve ontwikkeling.
Iteratieve groei: Door activiteit van apicale meristeem worden steeds nieuwe modules van een
knoop en een internodium(phytomeren) toegevoegd aan de stengel.
Aan de knoop zijn 1 of meer bladeren ingeplant.
Okselknoop is een rustend meristeem in de oksel van het blad.
Meerjarige planten gebruiken iteratieve groei bij de organisatie van de stam en takken. Het apicaal
meristeem legt in het eerste jaar bladeren aan en vormt op het einde van het groeiseizoen een
eindknoop die lijkt op een okselknop.
In volgend groei seizoen groeien de eindknop en okselknoppen uit tot een deel stengel en een reeks
bladeren. Dit herhaald zich elk groeiseizoen.
Houtachtige planten hebben ook een diktegroei via iteratief patroon. Elk groeiseizoen ontstaat een
laag xyleem en floeem door delingen van het cambium, in de stengel en wortel. Xyleem wordt
herkend als de jaarringen.
Deze onbepaalde groei is uniek voor planten en hangt af van groeperingen van stamcellen in
meristemen. Sommige cellen in apicale meristemen blijven hun gehele leven dezelfde functie
behouden vanaf embryonaal stadium. Het zijn embryonale stamcellen
De apoplast blijft steeds aanwezig gedurende de levensduur.
C: Celexpansie en celelongatie
Wordt besproken bij primaire groei
D: Nomenclatuur
Cel bestaat uit een protoplast en celwand
De protoplast bestaat uit het protoplasma omgeven door celmembraan/plasmalemma
Protoplasma bestaat uit cytoplasma en membraan-gelimiteerde organellen
Cytoplasma is een oplossing en suspensie met eiwitcomplexen zoals ribosomen
Vacuole wordt begrensd door vacuole-membraan of tonoplast
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur rgroeneveld. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.