- Wat is geletterdheid?
= Je kunt lezen en of schrijven in een taal.
Let op: Je kunt geletterd zijn voor het Nederlands, maar een andere taal (bv. Chinees) niet
kunnen lezen.
Drie fasen
- Ontluikende geletterdheid = 0 – 3 jaar
Ontdekken dat symbolen of logo’s bij een winkelketen horen
- Beginnende geletterdheid = 4 -6 jaar
Oog voor letters die hetzelfde eruit zien of hetzelfde klinken
- Gevorderde geletterdheid = vanaf groep 4
Kinderen kunnen min of meer lezen en worden hier beter in. Ze kunnen betekenis aan
teksten geven.
- Let op: De scheidslijnen van leeftijden lopen niet heel strak, verscheelt per kind.
- (ontluikende en beginnende) Geletterdheid gaat niet alleen over het kunnen lezen, maar ook
over het kunnen horen van rijm klanken.
- Functioneel analfabetisme = Niet geletterd genoeg om mee te komen in de maatschappij
Let op: Als je niet genoeg kunt lezen in het Nederlands heb je een probleem. Omdat veel
dingen per formulier geregeld moeten worden.
Waar werken we naar toe?
- Doel in groep 3: Kinderen kunnen eenvoudige teksten lezen en begrijpen
Het proces van leren lezen begin je eigenlijk al mee in groep 1.
Hoe zorg je ervoor dat je dit kunt lezen in groep 3?
(zie hieronder)
,Hoe? Tussendoelen!
Doel: Om uiteindelijk een bovenstaand tekstje te kunnen lezen, zijn er tussendoelen opgesteld.
Tussendoelen 1 -7 werk je aan in groep 1 tot en met 3
De tussendoelen lopen door elkaar heen.
8,9,10 zijn voor de hogere groepen
1. Boekoriëntatie
2. Verhaalbegrip
3. Functies van geschreven taal
4. Relatie tussen gesproken en geschreven taal
5. Taalbewustzijn
6. Alfabetisch principe
7. Functioneel ‘schrijven’ en ‘lezen’
8. Technisch lezen & schrijven, start
9. Technisch lezen & schrijven, vervolg
10. Begrijpend lezen & schrijven
1. Boekoriëntatie
- Belangstelling ontwikkelen voor boeken & geschreven taal:
1. LLN weten in welke richting boeken worden gelezen
o Vooraan & achterin eindigen
2. Lln weten dat verhalen een opbouw hebben
3. Lln kunnen aan de hand van de omslag van een boek de inhoud al enigszins voorspellen
4. Lln begrijpen dat illustraties en tekst samen een verhaal vertellen (geldt voor
prentenboeken).
5. Lln weten dat je vragen over een boek kunt stellen. Deze vragen helpen je om goed naar een
verhaal te luisteren te letten op de illustraties
2. Verhaalbegrip = begrijpen hoe een verhaal in elkaar zit
- Begrip taal voorleesboeken: conclusies na verhaal, voorspellingen tijdens verhaal.
- Opbouw verhalen: situatieschets en episode
Oefenen door:
- Naspelen tijdens vertellen (makkelijkst)
- Navertellen met illustraties
- Navertellen zonder illustraties (lastigst)
Dit kan bijvoorbeeld door:
- Een Kamishibaivertelling: Verteltheater . Bekijk het filmpje van Daniël, de eigenaar van de
boekwinkel ‘De kleine kapitein in Rotterdam’
Vertellen of voorlezen met een Kamishibai - YouTube
- Interactief voorlezen
, 3. Functies van geschreven taal
- Communicatief doel van geschreven
Logo’s hebben een doel (WC’s)
- Permanente karakter van geschreven taal
Geschreven taal blijft hetzelfde
- Kinderen weten dat tekenen & tekens produceren mogelijkheden biedt tot communicatie
4. Relatie tussen gesproken en geschreven taal
- Gesproken woorden kunnen worden vastgelegd (op papier, filmpje etc.)
- Geschreven woorden kunnen worden uitgesproken
- Woorden als globale eenheden lezen/schrijven
o Kleuters die weten van welk stoeltje van wie is (Naamkaartje – afzonderlijke letters
kennen ze niet)
Voorbeeld: taaltekening
Kan ook voor hogere groepen, maar dan met een schrijftekst
Didactische opbouw groep 1-2
1. Vertelronde in de kring over een ervaringsonderwerp
o Dit kan alles zijn. Vertel over jouw ervaring (van
docent) en laat kinderen ook praten.
o Hierdoor ontstaan er allemaal ideeën bij leerlingen
waar ze over kunnen tekenen (ervaring wakker
roepen)
2. Aan tafel een tekening maken over een vertelde ervaring
3. Individuele bijschrijfgesprekken
o Je gaat kort met een kind in gesprek over de tekening en je schrijft een boodschap
erbij
4. Taaltekeningen tonen en voorlezen in de kring
o Als afsluiting in de kring!
Een taaltekening
- Is een getekende mededeling - Communicatiesituatie
- Gaat over een echte eigen ervaring = makkelijker om over te vertellen en te tekenen
- Hoeft niet ‘mooi’ te zijn
- Bevat details = boodschap zo goed mogelijk over te brengen
- Heeft verband met een verteld verhaal
- Gaat samen met een gesprek = mondelinge taalvaardigheid (groei woordenschat)
- Gaat samen met een geschreven tekst.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper SophieSchenkeveld. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.