100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting alle hoorcolleges en werkcollege's Pathologie en Dieetleer van Nefrologie en Geriatrie 5.2 €8,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting alle hoorcolleges en werkcollege's Pathologie en Dieetleer van Nefrologie en Geriatrie 5.2

 71 keer bekeken  12 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling

Samenvatting alle hoorcolleges en werkcollege's Pathologie en Dieetleer van Nefrologie en Geriatrie 5.2. Incl. voorbeelden uit WC's en cassusen. Van de opleiding Voeding & Diëtetiek aan de Hogeschool van Amsterdam (HvA).

Voorbeeld 4 van de 42  pagina's

  • 5 april 2021
  • 42
  • 2020/2021
  • Samenvatting
avatar-seller
Samenvatting Nefrologie en Geriatrie 5.2

Pathologie HC 1 – Werking nieren
Functie van de nieren
1. Uitscheiding van afvalproducten metabolisme (o.a. ureum (= kwijtraken stikstof), creatinine (=
afvalstof spiereiwitten), urinezuur (= afvalstof DNA), fosfaat (= van botten), H+ (= zuur) , H2O (=
water)).

2. Uitscheiding van overtollig ingenomen stoffen (o.a. H2o (water), Na, K, Ca, fosfaat).

3. Regulering van homeostase in het lichaam van: H2O, Na, K, zuur/base evenwicht, Ca en fosfaat.

4. Productie van hormonen/vitamine:
- Renine/angiotensine I  te maken met bloeddruk
- Erythropoëtine (EPO)  stimuleert beenmerg om rode bloedcellen te maken
- 1,25-vitamine D  laatste stap om D actief te maken gebeurt in de nieren. D zorgt dat calcium
wordt opgenomen uit darmen.

Anatomie nieren




Nieren zorgen ervoor dat je afvalstoffen kwijtraakt via urine die ze produceren. Ze filteren dus de
afvalstoffen uit het bloed.

Uit 1e jaar:
Urineleider (Ureter) = vervoert urine naar de blaas
Blaas (Bladder) = opslag urine
Urinebuis (Urethra) = via deze weg verlaat urine het lichaam
Nierslagader = voert ongefilterd bloed aan. Dit is directe aftakking van de aorta, hier is de bloeddruk
hoog, dit moet omdat het er doorheen gepompt moet worden zodat het goed gefilterd wordt.
Nierader = voert gefilterd bloed af
Renal Artery = zuurstofrijk bloed toevoeren naar organen vanaf het hart
Renal Vein = zuurstofarm bloed afvoeren terug naar hart

Aorta met aftakking naar elke nier. De bijnieren hebben niks met vormen van urine te maken maar
zijn hormoonklieren.

HC 1 Pathologie:
- Renal pelvis (nierbekken/pyelum) = verzamelen urine
- Cortex = nierschors
- Medulla = merg
- Nefronen = productie urine (diurese) (gaat dan van nierkelk (calix) naar ureter naar blaas) en
filteren het bloed.

Het nefron (niereenheid) – Volgorde weten!

,Zorgen dus voor filteren bloed en urine productie.




Glomerulus en kapsel van Bowman




Glomerulus = aangesloten op arterie en vene. Het is een soort theefilter, er wordt vocht door de
gaatjes geperst en komt vervolgens in het kapsel van Bowman. In glomerulus begint dus het proces
van filtratie.

Fysiologie
- Filtratie in Glomerulus = vorming voorurine, alleen bloedcellen en eiwitten blijven achter in het
bloed, de rest komt in kapsel van Bowman. Niet alle moleculen kunnen erdoorheen (> 70.000 niet),
omdat je sommige stoffen niet in de voorurine wilt hebben.
 170 liter voorurine in 24 uur (is 20% van hoeveelheid bloed dat door nierarteriën stroomt =
filtratiefractie)
 Glomulair Filtration Rate (n: 120 ml per minuut)
- Reabsorptie in Tubulus = actief/passief (kost geen energie), waardevolle stoffen worden weer in het
bloed opgenomen. Actief is glucose die je wilt houden dus eruit wordt gehaald, passief is dat je
buiten een hoge concentratie van zout hebt en dat vocht aan trekt (osmose) dit kost dan geen
energie.
- Secretie in Tubulus = actief (kost energie), vanuit capillairen worden nog meer afvalstoffen aan
nierkanaaltjes gegeven en uiteindelijk verlaat de gevormde urine de nieren.




Starling krachten  Dus dit vindt allemaal plaats in glomerulus/kapsel van Bowman
Deze persen het door de gaatjes heen.
Osmotische druk = twee ruimtes waarbij de ene ruimte en bepaalde concentratie bevat en de andere
ruimte een lagere concentratie met een membraam ertussen. Gaat naar de laagste kant.

Uittredende krachten = zorgt dat voorurine geproduceerd wordt
- Hydrostatische capillaire druk (50 mmHg): zorgt ervoor dat vocht door de gaatjes wordt geperst.
Heeft een relatie met de bloeddruk, als je een lage bloeddruk hebt dan produceer je geen voorurine
meer en plas je niet meer.

,- Capsulaire colloïd osmotische druk (0 mmHg): dit zit in kapsel van Bowman. Als hier veel eiwitten in
zitten ten opzichte van het bloed dan trekt dat vocht aan. Normaal gesproken staat deze op 0 omdat
je geen eiwitten in je urine hebt zitten. Eiwitten zijn namelijk vrij grote moleculen en kunnen niet
door die gaatjes heen, daarnaast heeft albumine een belangrijke functie in bloed dus wil je hier niet
doorheen hebben.

Naar capillair gericht krachten = vocht proberen terug te krijgen in capillairen
- Capsulair hydrostatische druk (-15 mmHg):
- Capillair colloïd osmotische druk (-25 mmHg)  met name albumine, deze gaat omhoog als
eiwitten in urine komen, komen dan eiwitten in kapsel van Bowman die vocht aantrekken.

Als je alles bij elkaar optelt hou je nog 10 mmHg netto positief over, dit zorgt er voor dat de stroming
van vocht van capillairen naar kapsel van Bowman gaat.




Path WC 2 en 3:
In glomerulus is het proces van filtratie, dus bloed gaat richting kapsel van Bowman. Dit is netto
positief. Anders zou je niet meer plassen, tenzij de druk heel laag wordt door bijvoorbeeld uitdroging.
Dit moet altijd door gaan anders vergiftig je jezelf. Stap 1: de hydrostatische capillaire druk (50
mmHg) die perst het als het waren in het kapsel van Bowman. Dan komt die de capsulair
hydrostatische druk (-15 mmHg) en de capillair colloïd osmotische druk (-25 mmHg) tegen, want op
bepaald moment bestaat er ook een vloeistofdruk in het kapsel van Bowman en die werkt tegen. De
HP (50) wint want die is hoger.
Dan heb je nog de capillaire colloïd osmotische druk die wil dat vocht terug vaten in gaat. Dit zijn de
hoeveelheid eiwitten die in bloed zitten (stipjes), met name albumine die er niet doorheen kan. Raakt
geconcentreerder (meer stipjes) omdat er vocht uit geperst word. Vocht wil dan weer terug het vat
in door de hoge concentratie eiwitten.
Bij zieken nieren gaat er nog een andere kracht spelen en die zorgt ervoor dat er nog meer vocht
uittreedt. Stel dat de gaatjes net iets te groot worden, door een ziekteproces, dan kunnen er eiwitten
doorheen en krijg je die in het kapsel van Bowman. Deze eiwitten trekken dan vocht aan en dan ga je
meer voorurine produceren. Dit kan in het begin leiden tot meer plassen. Dus de colloïd osmotische
druk in kapsel van Bowman gaat omhoog (van 0 naar hoger) wat vocht aantrekt.

Hypertensie is een risicofactor voor ontstaan van nierschade, maar ook geeft nierschade hypertensie.
Nier verhoogd namelijk de bloeddruk zodat er meer vocht gefilterd wordt. Hydrostatische capillaire
druk is hierbij het belangrijkst omdat die een relatie heeft met de RR. Als filtratie terugvalt omdat
capillair beschadigd is, gaat de RR omhoog en zorgt dat RAAsysteem wordt aangezet. Angiotensine
en aldosteron zorgen dat de RR omhoog gaan.
Om dit te voorkomen worden ACE remmers gegeven, die zorgen dat RAAsysteem verminderd en RR
naar beneden gaat.

Processen in de tubulus  Dus reabsorptie en secretie
1. Proximale tubulus (proximal convoluted tubulus)
- 60-80% van volume wordt reabsorptie filtraat  groot deel uit vocht gehaald

, - Actieve reabsorptie ionen (Na, K)  worden eruit getrokken waardoor osmolariteit van voorurine
naar beneden gaat, dus lage concentratie in voorurine en hoge erbuiten.
- Passieve reabsorptie van anionen (Cl)  Na+ en K+, chloor is negatief en gaat mee om in evenwicht
te blijven
- Passieve reabsorptie van water (H2O)
- Reabsorptie (actief) van alle glucose, aminozuren en eiwitten
- Aan einde osmolariteit zelfde als in het filtraat (stof die in kapsel van Bowman zit)
- Niet reguleerbaar, het is een autonoomproces.

2. Lis van Henle
- Zorgt voor osmotische gradiënt in nieren via tegenstroomprincipe.
 Osmotische gradiënt is dat je in de buitenkant een andere osmolariteit hebt dan in de
binnenkant. Dus verloop van osmolariteit in de nier, die ontstaat door functie van de Lis van
Henle
 Tegenstroomprincipe is een stroming (in dit geval bloed) gaat naar het koude gedeelte toe en
weer omhoog, hierbij twee stromen tegen elkaar in en dan krijg je uitwisseling van warmte.
In de nier is een osmotische gradiënt boven 600, dit is laag, en lager 1200, dit is hoog. Dit
ontstaat doordat er een dalend en stijgend stuk is, water wordt dan gebypast waardoor je
een hoge concentratie krijgt onderin. Hoge osmolariteit is hoge concentratie van opgeloste
deeltjes wat vocht aantrekt dus vocht kan erdoorheen.
- Reabsorbeert 6% van volume filtraat
- Actieve reabsorptie NaCl
- Niet reguleerbaar




Dalende deel alleen reabsorptie water en stijgende deel alleen zouten (K, Na, Cl), hierdoor gaan er zo
min mogelijk belangrijke zouten en water verloren en er zo veel mogelijk wordt teruggehaald naar
lichaam. Dit gebeurt over concentratieverschil.

3. Distale tubulus (distal convuluted tub)
- Regulatie onder invloed van hormonen (ADH/antidiuretisch hormoon, aldosteron,
PTH/Parathyreoïd hormoon)  Deze is dus controleerbaar hierdoor
- Secretie K, onder invloed van aldosteron  vooral bij een te veel in het lichaam
- Reabsorptie van 15% van het originele filtraat
- Tubulaire vloeistof bevat geen aminozuren, glucose en eiwitten bij gezonde nieren  zijn er al
uitgehaald in proximale tubulus

4. Verzamelbuis
- Passief transport water
- Regulatie van permeabiliteit onder invloed van ADH  water kan alleen terug gehaald worden
onder aansturing van dit hormoon, word afgegeven bij tekort van water uit lichaam en daardoor kan
er extra water teruggehaald worden.
- Belangrijk voor concentreren urine

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Donnaveld. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 78252 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,49  12x  verkocht
  • (0)
  Kopen