100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Seneca hoofdstuk 13: Binding en natievorming maatschappijwetenschappen VWO 6 €2,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Seneca hoofdstuk 13: Binding en natievorming maatschappijwetenschappen VWO 6

 11 keer bekeken  0 keer verkocht
  • Vak
  • Niveau
  • Boek

Alle begrippen die aanbod komen in hoofdstuk 13: Binding en natievorming + belangrijkste dingen duidelijk op een rijtje

Voorbeeld 2 van de 5  pagina's

  • Nee
  • 13
  • 19 april 2021
  • 5
  • 2020/2021
  • Samenvatting
  • Middelbare school
  • 6
avatar-seller
Hoofdstuk 13: Binding en natievorming

Identiteit:
Beeld dat iemand heeft van zichzelf en als kenmerkend beschouwd voor de groep waar hij
deel van uitmaakt.
 Persoonlijke identiteit:
Zelfbeeld dat mensen krijgen aangeleerd door ouders en vrienden.
 Sociale identiteit:
Mensen voelen zich verbonden met eigen groep.
 Collectieve identiteit:
Beeld dat mensen hebben tov andere groep.

Bindingen:
Dezelfde waarden, ervaringen en belangen.
—> kunnen leiden tot groepsvorming.
 Affectieve bindingen:
Afhankelijk van familie en vrienden. —> emotioneel
 Cognitieve bindingen:
Afhankelijkheid van ouders, leraren en dokters. —> kennis
 Economische bindingen:
Afhankelijk van werk en banken.
 Politieke bindingen:
Afhankelijk van overheid. —> collectieve goederen: onderwijs, zorg en veiligheid

Paradigma’s over bindingen:
Functionalisme-paradigma:
Actoren vervullen een bepaalde functie in de samenleving en vertonen onderling
samenhang, en er wordt gekeken hoe deze samenleving bij elkaar blijft.
—> structuur: macroniveau + consensus
 Groepen (gezinnen, kerken) zorgen voor sociale cohesie in de samenleving; áls de
samenleving een dominante cultuur heeft met gedeelde waarden én de individuele
leden zijn geïntegreerd in de groepen.

Conflict-paradigma:
Het zien van ongelijkheid als motor in de samenleving, conflicten leiden tot noodzakelijke
veranderingen.
—> structuur: macroniveau + conflict
 Er zijn tegen- en subculturen die de dominante cultuur niet aanhangen: de sociale
cohesie is gebrekkig als gevolg van sociale ongelijkheid en uitbuiting.

Sociaal-constructivisme-paradigma (=interactionisme):
Het gedrag van mensen wordt vooral bepaald door hoe mensen zelf de werkelijkheid zien,
kan wel veranderen door anderen.
—> actoren: microniveau + consensus

 De sociale cohesie is plaats- en groepsgebonden obv de multiple identity (=
verschillende sociale posities en bijbehorende rollen)

, Rationele-actor-paradigma:
Het kiezen van actoren om hun eigenbelang zoveel mogelijk na te streven.
—> actoren: microniveau + conflict
 Actoren onderhouden sociale bindingen als de kosten-baten-analyse positief is.

Soorten groepsvorming:
 Formele groepen:
Vastgelegde regels, doelen, procedures en hiërarchie
 Informele groepen:
Géén vastgelegde regels, doelen, procedures en hiërarchie
 Primaire groepen:
Leden onderhouden persoonlijke en emotionele relatie met elkaar
→ micro + meso
 Secundaire groepen:
Leden onderhouden een functionele en doelgerichte relatie met elkaar
→ macro + sociale controle

Vijf fasen van groepsvorming:
1. Oriëntatiefase:
Onzekerheid overheerst over de manier van het met elkaar om gaan.
2. Conflictfase:
Botsende opvattingen (conflicten) en onzekerheden hoe ermee om te gaan.
3. Integratiefase:
Een zeker evenwicht komt op stand tussen opvattingen over samenwerking.
4. Uitvoeringsfase:
Consensus over samenwerking.
5. Ordefase:
Institutionalisering van regels

In- en uitsluiting bij groepsvorming:
 Ingroup:
Individuen die een gemeenschappelijke sociale identiteit voelen.
Sociale controle:
Groepsleden controleren elkaars gedrag door middel van positieve en negatieve
sancties.
—> Stereotyperingen / vooroordelen over de outgroep worden gecultiveerd.
 Outgroup:
Groepen waar geen gemeenschappelijke sociale identiteit mee wordt gevoeld.
—> competitie/strijd
Stereotypering:
Vaststaande gegeneraliseerde beelden die van toepassing worden verklaard op
iedereen die lid is van de (out)groep.
Vooroordeel:
Oordelen voordat je informatie hebt ontvangen over een persoon of (out)groep die
niet in overeenstemming zijn met de werkelijkheid.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper verabeerepoot. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 72042 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen

Laatst bekeken door jou


€2,99
  • (0)
  Kopen