Toegepaste verpleegkunde 1
Het verpleegproces van A TOT Z
Het verpleegproces = klinisch redenen
= methode die erop gericht is het verpleegkundig handelen te sturen en te structureren
Het is een cyclisch proces
Stappen:
1. Verzamelen van informatie
® doel: de patiënt volledig in kaart brengen
2. Identificeren van verpleegproblemen & stellen van verpleegdiagnoses
3. Formuleren van doelstellingen
4. Acties plannen
5. Acties uitvoeren
6. Uitgevoerde acties evalueren
Voordelen:
De noden van de zorgvrager/patiënt vormen het uitgangspunt
® De betrokkenheid van de verpleegkundige wordt groter
® Het komt de vertrouwensrelatie ten goede
® De verpleegkundige gaat bewuster en gerichter om met zorg
® Er is geen ruimte voor routinematig handelen
6 fasen:
® Continu verzamelen van gegevens
® Probleemdefiniëring & stellen van verpleegdiagnose
® Formuleren van doelstellingen
® Plannen van de actie
® Uitvoeren van het actieplan
® Evaluatie
1) Fase 1: continu verzemelen van gegevens
Start bij opname of 1ste contact met de zorgvrager en loopt gedurende de volledige
zorgperiode
® Doorlopend proces
Enkel relevante gegevens worden verzamelt!
De belangrijkste informatriebron is indien mogelijk de zorgvrager zelf, aangevuld met de info
afkomstig van de zorgvrager zijn omgeving
Ordening van de bekomen info is noodzakelijk + registratie ervan in het (verpleeg)dossier
1
Silke loontiens
,Toegepaste verpleegkunde 1
Het doel?
® Identificeren van aanwezige en potentiële problemen
® Maken van een verantwoorde keuze tussen interventies
® Evalueren van het al dan niet bereikte resultaat
Methoden van gegevsnverzameling:
® Anamnese: opnamegesprek / anamnesegesprek, vervolganamnese, …
® Meetschalen / Meetinstrumenten
® Observatie
1.1) Anamnese
® komt tot stand doordat de arts/verpleegkundige gericht vragen stelt a.d. patiënt.
® Volgende zaken kunnen relevant zijn: leeftijd, gewicht, lengte, afkomst, ziektebeeld,
medicatiegebruik, systematische bevraging organen, familiale voorgeschiedenis,
medische antecedenten, verre reizen, sociale status (beroep, roken, drinken,
allergieën, seksueel gedrag, …)
Soorten gegevens
® Subjectieve gegevens:
o kunnen alleen door de zorgvrager worden bevestigd of ontkend. Je kan als
VK enkel afgaan op wat de patiënt zegt.
® Objectieve gegevens:
o deze gegevens kunnen ook door anderen waargenomen worden.
Probeer subjectieve gegevens zoveel mogelijk te objectiveren
Informatiebronnen:
® De zorgvrager zelf (primaire bron)
® Familie, vrienden, verwanten (secundaire bron)
® Andere verpleegkundigen (secundaire bron)
® Arts, kinesist, diëtiste, familiale helpster, … (secundaire bron)
2
Silke loontiens
,Toegepaste verpleegkunde 1
1.2) Meetschalen/meetinstrumenten
® Om een probleem nader te analyseren (bij een probleemgeoriënteerde anamnese)
zijn meetschalen een zeer handig hulpmiddel.
® Denk b.v. aan de Braden of Norton-schaal om het decubitus risico in te schatten en
de pijnanamnese (VAS, Gezichtjesschaal, …). Momenteel verschijnen er in de
literatuur zeer veel van dergelijke hulpmiddelen.
® monitoring: EKG, BD, T°, …
gezichtsschaal:
1.3) Observaties
® Bij elk patroon van Gordon zijn er aspecten die je kan observeren
® Deze observaties zijn een aanvulling op het (anamnese)gesprek.
® Bij bepaalde patiënten is dit de enige manier om rechtstreeks gegevens te bekomen
(cfr. coma, dementie, baby’s, …)
Awarness test
® Whodunnit
® Ball
Observaties mbv je zintuigen
® ogen : inspectie→ kleur- en vormveranderingen,geel, cyanose, grauw, rood, …,
houding, BWZ, …
® oren : ausculteren en percussie→ geluiden, (hart)tonen, uitingen van de patiënt,
ademhaling, ….
® tastzin : palperen → vormveranderingen, temperatuurveranderingen
® reukzin : geur van de uitscheiding, adem, urine, zweet, …
observaties
® Onopgemerkt
® Tactvol en bescheiden
® Holistische observatie
® Observeren in termen van concreet gedrag
® Scheiding maken tussen observatie en interpretatie
3
Silke loontiens
, Toegepaste verpleegkunde 1
Gezien het imense aanbod aan info is het hanteren an een kader noodzakelijk om de info te
ordenen !
1.4) Functionele patronen van Gordon
® Patroon van Gezondheidsbeleving en instandhouding
® Voedings- en stofwisselingspatroon
® Uitscheidingspatroon
® Activiteitenpatroon
® Slaap en rustpatroon
® Waarnemings- en cognitiepatroon
® 7. Zelfbelevingspatroon
® 8. Rollen en relatiepatroon
® 9. Seksualiteit
® 10. Stressverwerkingspatroon
® 11. Waarden en overtuigingspatroon
Alle bekomen gegevens ordenen onder juiste patroon
Nagaan of de informatie volstaat om de patiënt te begeleiden
Nagaan of het patroon function. /dysfunctioneel is
Prioriteiten stellen
Problemen, doelen en acties destilleren
1.4.1) gezondheidsbeleving en instandhouding
® Beschrijft wat de patiënt van zijn gezondheid en welbevinden vindt en hoe hij voor
zijn gezondheid zorgt.
o (gezondheidsbevorderende activiteiten, preventieve maatregelen, opvolging
medische en verpleegkundige voorschriften, …)
1.4.2) voedings-en stofwisselingen
® Beschrijft de opname van vocht en voedsel in verhouding tot de fysiologische
behoeften
o (individuele eet- en drinkpatroon, eettijden, voedselvoorkeur, gebruik van
voedings- en vitaminesupplementen, huiddefecten, toestand haren, nagels,
slijmvliezen, gebit, lichaamstemperatuur, lengte en gewicht, …)
4
Silke loontiens