MvD1
Rechtsmethodiek: eigen cursus
DEEL 1: HET OBJECTIEVE RECHT
1. Objectief v. subjectief recht
2. Overzicht van objectief recht
3. Grensoverschrijdend recht
4. Metarecht
5. actualiteitsvoorbeelden
1.Het objectieve en het subjectieve recht
Objectief recht
= een geheel van rechtsregels:
- gedragsregels, abstract geformuleerd, met algemene draagwijdte, van toepassing op alle gelijkaardige
concrete gevallen(geen voorrechten)
o imperatief-dwingend: geen afwijking mogelijk, op straffe van nietigheid (= geen
rechtsgevolgen aan gekoppeld)
o suppletief-aanvullend: afwijkingen zijn toegestaan (=je heb mogelijkheid om af te wijken, doe
je dat niet dan zijn deze suppletieve regels van toepassing zijn)
- bijkomende regels die het institutionele kader vormen voor de toepassing en de afdwinging van de
gedragsregels
o organisatie van de staatsmachten
o procedureregels
= opgelegd, ontvangen en bekrachtigd door de maatschappij (gewoonte of door bevoegde organen)
doel rechtsregels: ordening van de maatschappij, door het bieden van:
- rechtszekerheid (voorspelbaarheid, vastheid, algemeenheid, consistentie van de rechtsregel)
- het waarborgen van rechtvaardigheid
- afdwingbaar door of krachtens het maatschappelijk gezag: uitvoering en bij overtreding sanctionering
Subjectief recht
= werking van het recht op het individuele niveau, wat wij als individu uit dat objectief recht kunnen halen
= Recht als dynamisch gegeven. Aandacht gaat uit naar de wijze waarop een rechtsregel uit het obj. Recht
werkt.
= de concrete aanspraak die men aan een rechtsregel uit het objectieve recht ontleent
, MvD2
Een juridische gedragsnorm die is vastgelegd in rechtsregel, heeft hypothetische structuur (“als…
dan…”)
(bv Art. 1382 BW., schade en schuld staan in causaal verband) VOORWAARDEN:
- Als er een fout is begaan door een schuldige partij (eigenlijk mogen we geen juridische fouten maken)
(bv. Als er een strafrechtelijke regel is: toch nog goede huisvader -> geen roekeloos gedrag, mensen
wegduwen van de trap)
- Als er een fout begaan is door een verschuldigde partij, en de schade veroorzaakt door een ander.
- Als er een fout is begaan door een schuldige partij, en de schade veroorzaakt aan de ander een
oorzakelijk verband staat. (bv jij valt van trap door iemand anders die tegen jou liep)
=> Dan pas moet de schuldige partij deze schade vergoeden!
- Rechtsregel is in algemene bewoording opgesteld dus bij de toepassing v/d norm op concrete
feiten wordt nagegaan of de feiten beantwoorden aan de hypothese in de norm. Kan leiden
tot veel toepassings – en interpretatievragen .
De 3 elementen in een rechtsregel
- Rechtssubject
- Rechtsfeit
- Rechtsgevolgen
Rechtssubject
= de titularis of houder van het recht, dit is vanaf je geboren bent. Het rechtssubject is diegene die rechten en
plichten kan hebben en voor wie de rechtsregel gevolgen, m.n. rechten en plichten, met zich meebrengt. Zij
kunnen zowel natuurlijke (fysieke) personen zijn, als rechtspersonen (vennootschappen, stichtingen,
verenigingen).
Rechtsfeit
= het feit waaraan de rechtsregel rechtsgevolgen verbindt.
- Natuurlijke gebeurtenissen
- Feitelijke menselijke gedragingen (een feit dat we gedaan hebben zonder de bedoeling juridische
gevolgen te verkrijgen)
- Rechtshandelingen (handelingen die door mens wordt gesteld met oog op rechtsgevolgen)
Rechtsgevolg
= het gevolg dat de rechtsregel aan het rechtsfeit verbindt. Ook die gevolgen kunnen zeer verscheiden zijn:
- ontstaan, wijzigen of uitdoven van subjectieve rechten
- ontstaan, wijzigen of uitdoven van rechtsplichten en de sanctionering ervan bij overtreding van
een rechtsplicht
- wijziging in de rechtstoestand van een rechtssubject
een subjectief recht geeft aan de titularis bepaalde juridisch bekrachtigde bevoegdheden ten aanzien van
bepaalde zaken of aanspraken jegens bepaalde personen en die juridisch afdwingbaar zijn
, MvD3
2.Het overzicht van het objectieve recht
De opdeling in rechtstakken of rechtsgebieden
=domeinen van het recht die zich inlaten met de regeling van facetten van het maatschappelijke leven die een
of meerder gemeenschappelijke kenmerken delen. Per rechtstak of rechtsgebied gelden doorgaans eigen
regels en beginselen die men in de andere rechtstakken niet of niet altijd op dezelfde wijze terugvindt.
Rechtsdogmatiek of juridische doctrine:
- bestudeert het recht zoals het is en het best wordt toegepast binnen het rechtssysteem zelf
o vs. De metajuridica of soc. Wetenschappen die het recht als een maatschappelijk,
economisch, politiek enz. fenomeen bekijken
- structureert het recht in rechtstakken
o onderverdelen rechtssysteem met eigen kenmerken
o leidde in Eu per rechtstak tot codificaties (wetboeken) en uitbouw van rechtbanken
o gebruikt in de opbouw van de rechtenopleiding, juridische literatuur, databanken
(boomstructuur), opstelling van de rechtsbibliotheek
- burgerlijk wetboek, handelswetboek, strafwetboek
verdere onderverdeling in rechtstakken, rechtsdomeinen, rechtsgebieden: deze onderverdelingen worden ook
in publicaties en in juridische databanken gehanteerd.
onderscheid privaatrecht en publiekrecht
= niet absoluut
- moderne welvaartsstaat en grotere rol voor de overheid in private aangelegenheden
- soms gebruik van zowel publiek- als privaatrechtelijke technieken door de overheid
- nieuwere rechtsdomeinen bevatten regels uit beide rechtsdomeinen
, MvD4
we kunnen immers geen scherp onderscheid meer maken tussen beiden, sommige rechtstakken krijgen
daardoor een gemengd karakter door toenemende inmenging in en deelname aan het
maatschappelijke leven door de overheid.
Milieurecht, sportrecht, vreemdelingenrecht behoren ook beide
Rechtsregels op meerdere bevoegdheidsniveaus tot stand laten komen, in Belgische context (federale
staat, gemeenschappen en gewesten)
Privaatrecht
regelt de verhoudingen tussen de rechtssubjecten onderling in een private context, d.w.z. wanneer er geen
verband is met de uitoefening van het staatsgezag
- rechtssubjecten op voet van gelijkheid en vrijheid
vaak mogelijkheid om af te wijken van of keuzes te maken tussen de oplossingen die de wetgever heeft
uitgewerkt voor de regeling van onderlinge verhoudingen
- de wettelijke regeling heeft dan een aanvullend karakter (suppletief), voor het geval de partijen
zelf niets hebben uitgewerkt
maar privaatrechtelijke regels kunnen ook een dwingend karakter hebben (dwingend recht, imperatief)
- relatief (door ‘beschermde’ partij in te roepen)
- absoluut wanneer zij de openbare orde of goede zeden raken (door rechter ambtshalve toe te
passen)
» wet is van openbare orde wanneer zij “de essentiële belangen van de staat of van de
gemeenschap raakt of (…) in het privaatrecht de juridische grondslagen vastlegt waarop
de economische of de morele orde van de maatschappij rust”