(MvD)1
Eigen cursus: inleiding tot het privaat recht
Deel I: situering van het privaatrecht
- Hoofdstuk 1: publiekrecht vs. Privaatrecht
- Hoofdstuk 2: privaatrecht
- Hoofdstuk 3: rechtsbronnen van het burgerlijk recht
- Hoofdstuk 4: indeling van het burgerlijk recht
- Hoofdstuk 5: kenmerken en evoluties burgerlijk recht
, (MvD)2
HOOFDSTUK 1 & 2:
Wat is recht?
= Geheel van gedragsregels die strekken tot het ordenen van samenleven van mensen en die kunnen
worden afgedwongen door (toedoen van) de overheid
= geheel van afdwingbare gedragsregels
Classificatie van recht: summa divisio (=hoofdonderscheid)
- Publiek recht
- Privaatrecht
Publiek recht
= Staatsgezag, algemeen belang
Regelt
- Werking van de overheid
- Verhouding tussen de overheden
- Verhouding tussen de overheid en de burger
Privaatrecht
= Regelt de onderlinge verhouding tussen burgers onderling (en tussen de burger en de overheid
indien de overheid niet als overheid handelt) bv. verhouding tussen 2 burgers die met elkaar in het
huwelijk treden, 2 personen sluiten met elkaar een huurovereenkomst
=Onderscheid tussen het materieel privaatrecht (inhoudelijke rechtsregels) en het gerechtelijk
privaatrecht (procesrecht; afdwinging van materiële rechten; met publiekrechtelijke component)
Onderdelen van het materieel privaatrecht:
- Burgerlijk recht (of ‘civiel recht’):
• Regelt de verhoudingen tussen burgers onderling in het algemeen
• ‘Gemeen’ privaatrecht
- Bijzonder privaatrecht (deels gemengde rechtstakken):
• Regelt de verhoudingen tussen burgers in bijzondere relaties
• Ondernemingsrecht, sociaal recht (bv.AO) , economisch recht
Opzet opleidingsonderdeel: hoofdzakelijk burgerlijk recht dus gemeen privaatrecht = belangrijkste
component van het privaatrecht Relevantie:
1/ in het algemeen van toepassing indien er geen bijzondere regimes gelden
2/ zelfs van toepassing in bijzondere regimes indien die bijzondere regimes voor bepaalde
aspecten geen bijzondere regels voorzien = gemeenrechtelijke werking bv. arbeidscontracten
, (MvD)3
HOOFDSTUK 3:
Waar vinden we burgerlijk recht?
In de wetgeving 3 stukken + andere bronnen maar deze zijn in wezen minder belangrijk
“Wetgeving”
- BW 1804 (oud) – NBW
- Bijzondere wetgeving
- Regionalisering – internationale en supranationale verdragen 1
Andere bronnen van burgerlijk recht
- Algemene rechtsbeginselen
- Gewoonte
- Rechtspraak en rechtsleer
HOOFDSTUK 4:
Onderverdeling gemeen privaatrecht
Personen- en familierecht
Vermogensrecht
Familiaal vermogensrecht (=brug tussen 2 bovenste)
Personen- en familierecht (“P&F”)
- Niet-patrimoniale/ niet-vermogensrechtelijke/ niet in geld waardeerbare aspecten
en elementen van de persoon of de familie
- “Personenrecht”: niet-patrimoniale elementen inherent aan de persoon Wat is
mijn naam? Wat is mijn geslacht? Kan ik deze veranderen?
- “Familierecht”: niet-patrimoniale elementen van de familie
• Verticaal: in opgaande en neergaande lijn: zijn regels met betrekking tot
adoptie of ouderlijk gezag, afstaan, verhouding ouder en kind,…
• Horizontaal: tussen partners
Vermogensrecht
- Regelt de vermogensrechtelijke/patrimoniale/ de in geldwaardeerlijke aspecten,
gevolgen van rechtsverhoudingen
- Valt uiteen in
1
Sommige wetgevingen zijn niet meer nationale materie, sommige zijn nu gewestelijk/ deelstatelijk= geregionaliseerd .
, (MvD)4
• Goederenrecht of zakenrecht: patrimoniale verhoudingen tussen een
persoon en een goed bv. is een huis of goed mijn eigendom?
• Verbintenissenrecht: patrimoniale verhoudingen tussen personen
(schuldeiser en schuldenaar) Bv. een huurovereenkomst
• Overeenkomstenrecht: patrimoniale gevolgen van een overeenkomst
Familiaal vermogensrecht
- Slaat brug tussen P&F en vermogensrecht
- Regelt de vermogensrechtelijke gevolgen van het (personen- en) familierecht
• Vermogensrechtelijke gevolgen van de relatie
• Vermogensrechtelijke gevolgen van het overlijden
HOOFDSTUK 5:
Algemeen
Burgerlijk Wetboek = 1804 = ‘Code Napoléon’
doordrongen van het gedachtengoed van de Franse Revolutie – Liberté, égalité, fraternité
Van Ancien Régime naar Code Napoléon: van economisch immobilisme naar economisch
liberalisme
- Autonomie en zelfbeschikkingsrecht (vrijheid)
- Voor iedereen (gelijkheid)
- Eigendom (premisse voor vrijheid en gelijkheid)
We komen uit het AR , code napoleon wordt ingevoerd = de juridische vertaling van de
basisbeginselen of krachtlijnen van de FR dat een revolte is tegen het AR
Grote principes uit het burgerlijk recht
- Artikel 544 BW: eigendomsrecht
- Artikel 1134 BW: contractvrijheid
• En: bindende kracht van de overeenkomst (verantwoordelijkheid)
- Artikel 1382 BW: foutaansprakelijkheid
Burgerlijk recht is in de regel van aanvullend recht
, (MvD)5
- Van toepassing indien en in de mate dat er geen andersluidende regeling is getroffen
- Bijvoorbeeld: wettelijk huwelijksvermogensstelsel
Burgerlijk wetboek: sedert 1804 geëvolueerd
1/ Vermaatschappelijking van het privaatrecht
• Waarom? U doet wat u wil
• Techniek:
- Voornamelijk dwingend recht vanuit solidarisering
» Opgelet: tweede reden van dwingend recht: europeanisering
– infra
» Zie bv ocharme-wet om huurder te beschermen
- Toepassingen:
» wilsleer en vermaatschappelijking wilsleer door
vertrouwensleer
» relativiteit van de rechtshandeling en vermaatschappelijking
door tegenwerpelijkheid
2/ Meergelaagdheid
• Enerzijds europeanisering en internationalisering
• Anderzijds regionalisering en versnippering: de hogere/ Europese norm
doorsijpelt in het privaatrecht
3/ Constitutionalisering: toenemende invloed van grondrechten op het privaatrecht
• Wat? we moeten zien dat ons privaatrecht in overeenstemming is met de
hogere norm
• Voorbeelden : kinderen en hun positie tegenover hun ouders waren
verschillend naargelang deze ouders gehuwd of ongehuwd
Toekomst van het BW?
- Aftuigen? – versnippering?
- Heropbouwen? – hercodificatie?
het laatste, daar is men momenteel al met bezig
, (MvD)6
Deel 2: basisconcepten en -beginselen
- Hoofdstuk 1: het rechtssubject en de vermogensleer
- Hoofdstuk 2: subjectieve rechten
- Hoofdstuk 3: rechtshandeling
, (MvD)7
HOOFDSTUK 1:
Wat is een rechtssubject?
= De spelers/actoren in het burgerlijk recht; degenen voor wie het burgerlijk recht geldt
= Rechtssubject (of “(rechts)persoon”) =
- de mogelijke drager van rechten en verplichtingen
- diegene aan wie het objectieve recht rechten en verplichtingen toekent
Twee soorten rechtssubjecten (= personen; = rechtspersonen sensu lato)
- Natuurlijke persoon
- Rechtspersoon (sensu stricto)
1.Natuurlijke persoon (of fysieke persoon)
= elke mens
=/= dier, plant, voorwerp, …
Persoon = mogelijke drager van rechten en plichten:
- Zowel niet-vermogensrechtelijke rechten en verplichtingen
- Alle vermogensrechtelijke rechten en verplichtingen = “vermogen”
VRAAG: WIE IS ER ALLEMAAL AANSPRAKELIJK KOE/TREIN? WAAROM IS KOE NIET
AANSPRAKELIJK? OMDAT HET GEEN RECHTSSUBJECT IS
Vermogen
= “juridisch geheel van vermogens-rechtelijke (of: in geld waardeerbare, of: patrimoniale) rechten
(actief) en verplichtingen (passief)”
- = Juridisch geheel <-> feitelijk geheel
o Juridisch geheel : in rechte als geheel erkend
o Feitelijk geheel : niet in rechte als geheel erkend bv. Hoopje boeken
- Van vermogensrechtelijke rechten en plichten
o Actief en passief
o Vermogen kan dus deficitair zijn: vermogen =/= rijkdom!
= juridische algemeenheid
- Gevolg: vermogen is dynamisch; fluctueert permanent
- Opgelet:
o Bepaalde goederen hebben bepaalde functie
o Zakelijke subrogatie 2(of zaakvervanging) indien die goederen uit het vermogen
verdwijnen
o Bijvoorbeeld: art. 10 Hyp.W. (art. 3:10 NBW)
Hypotheek tot zekerheid van een schuld
2
dit is omdat een bepaald goed uit het vermogen verdwijnt en dan een ander goed intreed, dit goed zal dan dezelfde functie opnemen bv.
Koopt huis en wil lenen, ze vragen dan waarborg of hypotheek, bv je moet dan ook een brandverzekering nemen, stel het huis brand af, is
er nog wel dat hoopje geld van de verzekering waar de bank op kan rekenen
, (MvD)8
Samenstelling vermogen: “Jan, de advocaat”
- Vermogen – actief
o Goederen (huis, wagen, inboedel, boeken, pc’s,
bankrekeningen/effectenrekeningen, …)
o Vorderingen op cliënten
o Vorderingen op bv huurder
- Vermogen – passief
o Lening voor aanschaf woning
o Verplichtingen tegenover leverancier (bv voor aankoop nieuwe pc’s)
o Verplichtingen tegenover bv huurder
Vermogensleer: verbinding tussen persoon en vermogen
- 1/ Elke persoon heeft een vermogen
- 2/ Alleen een persoon heeft een vermogen
- 3/ Zolang de persoon bestaat, heeft hij een vermogen
- 4/ Elke persoon heeft (in beginsel) slechts één vermogen
Ad 1/ en 2/:
- Als:
o Persoon: mogelijke drager van rechten en plichten;
o Vermogen: geheel van vermogensrechtelijke rechten en plichten
- Dan logischerwijs:
o Elke persoon heeft vermogen (1)
o Alleen een persoon heeft een vermogen (2)
Ad 3/ :
zolang de persoon bestaat, heeft hij vermogen
- Onoverdraagbaarheid van het vermogen
Maar: overdraagbaarheid van de bestanddelen van het vermogen
- Bij overlijden gaat vermogen over op één of meer andere levende personen
(Vermogen overledene blijft dus bestaan, maar gaat op in vermogen van ander
perso(o)n(en))
Ad 4/:
Elke persoon heeft in beginsel slechts één vermogen
- Ondeelbaarheid van het vermogen
- Logisch, persoon is ondeelbaar, dus vermogen is dat ook
- Artikel 7-8 Hyp.W. (art. 3:35 en 3:36 NBW): schuldenaar staat met zijn volledige
vermogen in voor de schulden; integrale vermogen is het onderpand van de
schuldenaar
o Uitzondering: Onbeslagbare goederen, bv art. 1408 Ger.W.; gezinswoning
zelfstandige (onder voorwaarden)
- Regel: ondeelbaarheid: artikel 7-8 Hyp.W. (art. 3:35 en 3:36 NBW)
- Uitzondering: afgescheiden vermogens:
o (Onbeslagbare goederen) bv. beddengoed
o Kwaliteitsrekening, bv derdenrekening Jan
o Naar aanleiding van het overlijden – art. 802 BW (aanvaarding onder voorrecht)
en art. 878 BW (boedelscheiding)
, (MvD)9
Mogelijkheid voor een erfgenaam om het nalatenschap te aanvaarden OF te weigeren OF beneficiair
te aanvaarden onder voorrecht van boedelscheiding : wil erfgenaam zijn maar wil niet instaan voor
de schulden van de overledenen
In dat geval moet de erfgenaam het passief vergoeden, de schulden vergoeden, in hoeverre
het actief van de erfenis het toelaat bv er zit 100 actief en 200 passief , dan moet u maar 100
dragen van de schulden want u heeft maar 100
Men heeft tijdelijk 2 vermogens: het erfvermogen en eigen vermogen, zolang dat niet
duidelijk is hoe het zit met betaling schulden blijven dat 2 vermogens, pas als de vereffening
verlopen is, worden deze 2 samengevoegd
Als schuldeiser, kan je vragen of de boedels gescheiden blijven
Vraag examen: wat is het vermogen en bespreek de principes van de vermogensleer
“vermogen is boeken advocaat” = schabouwelijk Nederlands!!!!!: je moet juridische
definitie geven en de vier principes uitleggen en toelichten, met betrekking tot 4 de
concept, niet enkel regel geven ook nuancering (zie taalgebruik)
2.Rechtspersoon
- Vertrekpunt: verschillende (natuurlijke) personen doen dingen samen, om allerhande
redenen
o Commerciële redenen;
o Religieuze redenen;
o Culturele redenen;
- En wensen dat die groepering in rechte wordt erkend, bv om financiële redenen (risico
indijken) of om praktische redenen (gemak)
- Recht heeft via fictie een bijkomend rechtspersoon gecreëerd: de rechtspersoon in de
enge betekenis van het woord: is abstract en fictie, bv een vennootschap
= Rechtspersoon = groepering van rechtssubjecten of een voor een bepaald doel afgezonderd
vermogen (1) dat in een gegeven rechtssysteem (4) ten aanzien van het recht wordt behandeld als
een zelfstandige eenheid, die als zodanig subject van rechten en plichten is en een eigen vermogen
kan hebben (2), dat het uitsluitend of het preferentieel executieobject van schuldeisers uitmaakt (3)
4 componenten:
Ad 1/
RP is groepering van rechtssubjecten of voor een bepaald doel afgezonderd vermogen
- Groepering van rechtssubjecten
o Publiekrechtelijke RP: opgericht door overheid bv gewesten
o Privaatrechtelijke RP: opgericht door private personen
- Vereniging: beoogt geen winst, gen lucratief doel bv. Vzw
- Vennootschap: beoogt winst, hebben wek lucratief doel
- Afgezonderd vermogen
o Stichting
- Van openbaar nut: dient een door de wet erkend doel van algemeen
belang bv. Rode kruis
- Private stichting: dient een privaat belangeloos doel bv. Eigenaar
kunstcollectie en wil deze samenhouden in geval van overlijden