BEWEGINGSWETENSCHAPPEN
1 SOORTEN SPIEREN
1.1 BELANGRIJKSTE TONISCHE SPIEREN ‘HOUDINGSSPIEREN’
-> fixerende spieren -> bij disbalans in lichaam zullen deze spieren verkorten; doel
behandeling: spier(en) weer op lengte brengen met rekoefeningen
Lichaamsdeel Spier(en)
Nek M. trapezius pars descendens
Borst M. pectoralis major
Arm M. biceps brachii – caput longum
M. triceps brachii – caput longum
Bil M. piriformis
Heup M. iliopsoas
Bovenbeen M. rectus femoris
Hamstrings M. biceps femoris
M. semimembranosus
M. semitendinosus
Kuitspier M. gastrocnemius
1.2 BELANGRIJKSTE BEWEGINGSSPIEREN ‘FASISCHE SPIEREN’
-> dynamische spieren -> bij disbalans in lichaam zullen deze spieren verzwakken; doel
behandeling: spier(en) trainen op kracht
Lichaamsdeel Spier(en)
Schouders en arm M. trapezius pars ascendens
M. trapezius pars transversa
M. rhomboideus major en minor
M. serratus anterior
M. extensor digitorum communis
M. triceps brachii (caput brevis)
M. extensor carpi radialis longus en brevis
Buik M. rectus abdominis
Bil M. gluteus maximus
M. gluteus medius
Bovenbeen M. vastus medialis
M. vastus lateralis
M. vastus intermedius
Onderbeen M. tibialis anterior
M. peroneus longus
! de spieren van de Rotator Cuff (schouder) en de M. deltoïdeus (gemend tonisch en fasisch)
1.3 ETYMYOLOGIE
De meeste begrippen betreffende ‘bewegen’, die we momenteel in het beroepsleven
gebruiken, zijn gebaseerd op de kunstmatige en analytische waarneming van het menselijk
lichaam ten opzichte van de zogenaamde ‘anatomische houding’.
! echter dagelijkse bewegingen uiten zich altijd in een combinatie van bewegingen. Zo
herkennen we 2 diagonalen in de enkel: inversie/ eversie EN plantair flexie voet – abductie
voorvoet – pronatie os calcaneum/ dorsiflexie voet – adductie voorvoet – supinatie os
calcaneum
2 INLEIDING ‘BEWEGINGSWETENSCHAPPEN’
,Een lichaam functioneert niet op basis van bv. ‘hefbomen’. Langs het scapula bv. is er geen
transport van hefbomen.
3 PNF (PROPRIOCEPTIEVE NEUROMUSCULAIRE FACILITATIE)
3.1 INLEIDING
Doel: faciliteren van functionele bewegingen om functiegerichte doelen te bereiken
Alle bewegingen die wij in ADL uitvoeren kunnen herleid worden naar enkele patronen
Hebben een vaste afgesproken nummering
De titel van het patroon is de beschrijving bij de schouder
De rotatiecomponent is belangrijk
Krachtgreep: pink en ringvinger/ fijne greep: de andere 3 vingers
Patroon 1: flexie – adductie – exorotatie; pols: radiale flexie, krachtgreep toe
-> kruimels van tafel vegen
Patroon 2: extensie – abductie – endorotatie; pols: ulnaire extensie, krachtgreep open
-> bv. BH achteraan zelf vastdoen
Patroon 3: flexie – abductie – exorotatie; pols: radiale extensie, fijne greep open
-> bv. wijnfles ontkurken
Patroon 4: extensie – adductie – endorotatie; pols: ulnaire flexie, fijne greep toe
-> speerwerpen
! Als je de 4 patronen hebt geoefend, dan heb je alle spieren van de arm en schouder
functioneel laten werken
Elk
patroon kan uitgevoerd worden met:
De elleboog gestrekt houdend
2
, De elleboog buigend
De elleboog strekkend
-> hiernaast een voorbeeld van de rotatiecomponent, binnen
patroon 3, met de elleboog buigend
3.2 BASISPRINCIPES OM TE BEGELEIDEN
Optimale weerstand: om spiercontractie te faciliteren, de motorische controle te
verbeteren , het bewegingsgevoel te vergroten (‘proprioceptieve weerstand’) en de
kracht te vergroten (gewone manuele weerstand, volgens trainingsdriehoek)
Uitgerekte beginstand: daarbij mogelijke rekreflexen: om een beweging te faciliteren
start je in de uitgerekte stand. Het bevel ‘beweeg’ zou voldoende moeten zijn om,
onder uw begeleiding, de gewenste beweging uit te lokken, te faciliteren
Irradiatie (uitstraling van de sterke naar de zwakke componenten) en reïnforcement
(zwakkere spieren versterken door gelijktijdig meer manuele weerstand te geven aan
de sterke synergistische spiergroepen)
Juist manueel contact, vooral met een lumbricaal greep. Te vergelijken met ‘guiding’
Body position (je staat zelf ergonomisch in de lijn van de beweging, zie tiltechnieken)
Verbale stimulus
Visuele stimulus
Tractie (faciliteert bewegen) en aproximatie (faciliteert stabiliteit)
Timing (hand of voet altijd eerst laten bewegen), soms stoppen en benadrukken
(isometrisch) van een onderdeel (timing for emphasis – tijd om de nadruk te leggen)
! we oefenen van proximaal naar distaal, we starten met ritmische initiatie. Passief het
patroon uitvoeren en stilaan actief laten mee doen. Onderweg kunnen we extra technieken
toepassen zoals herhaalde contracties om een onderdeel te versterken, of HRAC om te
stretchen.
3.3 DOELEN
Beweging aanleren -> EX
Ritmische initiatie
Herhaalde stretch (EN kort excentrisch)
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper EllenPellis. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.