100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting biologie VWO 6 hoofdstuk 20 Planten €2,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting biologie VWO 6 hoofdstuk 20 Planten

1 beoordeling
 26 keer bekeken  0 keer verkocht
  • Vak
  • Niveau

Samenvatting biologie VWO 6 over planten. Dit hoofdstuk zit ook in de bundel. (hoofdstuk 17 tot en met 21)

Voorbeeld 2 van de 6  pagina's

  • 15 mei 2021
  • 6
  • 2020/2021
  • Samenvatting
  • Middelbare school
  • 6

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: almaszafarr1 • 1 jaar geleden

avatar-seller
Samenvatting biologie hoofdstuk 20 Planten

Paragraaf 20-1 Veredelen

Een nieuwe plantensoort kweken is lastig. Veredelaars en kwekers passen het proces van
klassiek veredelen al eeuwenlang toe.
Bij klassiek veredelen van planten speelt geslachtelijke voortplanting een rol. Bij
geslachtelijke voortplanting komt stuifmeel uit de meeldraden op de stempel: de bestuiving.
In de natuur spelen de wind en bijen en hommels een rol. Het gevolg is dat de mannelijke
gameten via stuifmeelbuizen naar het vruchtbeginsel gaan. Daar versmelten ze met de
vrouwelijke gameten in de zaadbeginsels: de bevruchting. Het zaad groeit uit tot planten en
dit leidt tot nieuwe combinaties van allelen bij de nakomelingen. Door herhaaldelijk
selecteren op bepaalde kenmerken verdwijnen (per ongeluk) andere eigenschappen.
Een goed gelukt ras kun je ongeslachtelijk voortplanten. Er ontstaan geen nieuwe
eigenschappen maar hierbij ga je ze vermeerderen. Bij ongeslachtelijke voortplanting zijn de
nakomelingen genetisch identiek aan de ouderplant. Dit heet ook wel klonen.

Je zelfgemaakte plantenras mag niet ziek worden. Het is belangrijk dat je de levenscyclus van
de schimmel kent. Schimmels groeien uit sporen. Die sporen zweven overal in de lucht.
Komt een spore op een bloemblad of vrucht terecht, dan kiemt hij en groeit hij de plant in.
Er ontstaat een netwerk van schimmeldraden, het myecelium. Dit groeit door de hele plant
heen. De aangetaste plantendelen kleuren bruin en verrotten. De schimmel vormt een pluis:
de sporendragers. De nieuwe sporen verspreiden zich. Als je kennis hebt van DNA,
genomics, dan kun je resistentiegenen in een plant plaatsen en rassen kweken die resistent
zijn tegen bepaalde schimmels. Om naar een gewenst gen te zoeken kun je een stukje DNA
als herkenningspunt markeren. Dit is een DNA-marker. Je kunt bij nakomelingen makkelijk
checken of ze het gewenste gen bij zich dragen.

Bouw je resistentiegenen van tomaten via genetische modificatie van tomaten in bij rozen,
dan ontstaan rozenplanten met extra genen die coderen voor de nieuwe eigenschap, dit zijn
gmo-planten. Als er genen van een andere soort plant is ingebouwd in een plant, dan zijn dit
transgene planten. Als er genen van dezelfde soort plant is ingebouwd in een plant, dan zijn
dit cisgene planten. Bij genetische modificatie isoleert een laborant het gewenste gen uit de
cellen van het donororganisme. Hij kiest vervolgens een geschikte bacteriesoort om het gen
over te brengen in een cel van de ontvangende plant. Bacteriën beschikken over plasmiden,
deze dienen als transportmiddel om het gen over te brengen. De bacteriën worden nu
gekloond en dat groepje wordt in een plant gebracht. Het over te brengen gen wordt
gemarkeerd (markergen). Dan voegt hij een bepaald antibioticum toe waardoor de cellen
die het gen niet hebben opgenomen sterven. De cellen die overblijven gaan op
weefselkweek. Hieruit ontstaat van één cel uiteindelijk een hele plant.

Bijna alle wilde rozensoorten in Nederland zijn polyploïd: ze hebben meerdere sets
chromosomen (3n, 4n, 5n. 6n, 7n, 8n).De verschillende soorten rozen zijn ontstaan als
hybriden uit vooroudersoorten. De meeste snijrozen hebben 28 chromosomen en zijn
tetraploïd (4n, n=7). Met behulp van colchicine kunnen onderzoekers popyploïdie opwekken
door de vorming van trekdraden tijdens de mitose te verhinderen.
Er treedt non-disjunctie op: chromatiden van de dubbelchromosomen gaan na de deling van
het centromeer niet meer uit elkaar. Dit is een genoommutatie.

, Tijdens de meiose treedt recombinantie op, doordat de chromosomen twee aan twee
groeperen, waarbij uitwisseling van DNA door crossing-over kan plaatsvinden.

Paragraaf 20-2 Opname en transport van water

Het zoutgehalte van de bodem neemt steeds meer toe: verzilting. Dit zorgt voor problemen.
Door laboratorium- en veldproeven stellen onderzoekers vast welke rassen het meest
zouttolerant zijn en wat de beste manier van irrigeren is. Planten nemen water met daarin
opgeloste mineralen op via wortelharen. Wortelharen vergroten het worteloppervlak en
daarmee de opnamecapaciteit. Na de opname gaan water en zouten via celwanden, de
apoplast-route, of via celmembranen en grondplasma, de symplast-route, richting het
midden van de wortels. Hieromheen ligt de endodermis. Endodermiscellen hebben in de
dwarsbanden een laagje kurk. Dit vormt een waterdichte afsluiting. Vanaf hier reizen water
en mineralen enkel verder via de symplast-route. Na de centrale cilinder gaan water en
mineralen in speciale transportbuisjes, de houtvaten. De opgenomen zouten gaan via actief
transport naar de centrale cilinder. De concentratie in de centrale cilinder stijgt.
Watermoleculen volgen door osmose. Dit zorgt voor een lichte overdruk waardoor water via
houtvaten naar boven wordt geperst. Dit is de worteldruk. Worteldruk is te zien wanneer er
weinig verdamping is en de worteldruk relatief hoog is door een hoge bodemtemperatuur.
De worteldruk perst waterdruppels via poriën de bladeren uit: guttatie.

Houtvaten lopen door in de stengel en de bladeren. Het zijn nauwe, holle houten buisjes. Ze
ontstaan uit langgerekte cellen met celwanden die met houtstof versterkt zijn. De cel is
afgestorven en de tussenwanden met de boven- en onderliggende cellen zijn verdwenen. Er
is een buis gevormd. Houtvaten vervoeren water en opgeloste zouten van de wortels naar
de andere delen van een plant. Watermoleculen trekken elkaar aan: cohesie. Het water
vormt een lange waterdraad in de houtvaten. Watermoleculen en moleculen in de wanden
van de houtvaten trekken elkaar ook aan: adhesie. Dit helpt de watermoleculen in de nauwe
houtvaten omhoog. Net als een rietje in de ranja: de ranja staat altijd iets hoger in het rietje.

Voor hoge planten is de worteldruk niet voldoende. Door de verdamping trekken de
bladeren als het ware de waterdraden via de houtvaten uit de wortels omhoog: de
verdampingsstroom. Door de stroom komen water en zouten omhoog die de bladeren
nodig hebben om bijvoorbeeld bladgroen te maken. Ook koelen de bladeren door
verdamping af. Dat voorkomt oververhitting.

Door osmotische processen beweegt water in de richting van de hoogste concentratie
opgeloste stoffen. De waterpotentiaal op een bepaalde plek, is de optelsom van alle
krachten die invloed hebben op de stroomrichting van het water. Water stroomt richting de
plek met de laagste waterpotentiaal. De waterpotentiaal van zuiver water is 0. Zijn er stoffen
opgelost, dan is deze negatief. In de top van een plant is de waterpotentiaal nog negatiever
door de zwaartekracht. Door de optelsom van alle betrokken krachten (zwaartekracht,
worteldruk, cohesie, adhesie, verdamping en osmose) heeft de plant een verloop in de
waterpotentiaal van hoog naar laag. Door deze gradiënt stroomt water omhoog.

Verdamping vindt vooral plaats via huidmondjes: openingen in de bladeren en stengels,
omgeven door twee speciale sluitcellen. Zijn de huidmondjes dicht: geen verdamping. Staan
ze open: wel verdamping. Een hoge luchtvochtigheid remt de verdampingssnelheid. Bomen
die in het voorjaar nog geen bladeren hebben, verdampen geen water.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper baskreeftenberg. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 75323 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€2,99
  • (1)
  Kopen