• Publiek
- Intern publiek, op alle niveaus vd organisatie
- <-> financial accounting heeft externe doelgroepen als publiek
Laagste niveau Middle management Hoogste niveau
• Fysische en operationele informatie • Geaggregeerde informatie • Accountinginformatie
• Frequent • Minder frequent • Minder frequent
• Doel: verbeteren en controleren • Doel: nemen • Doel: nemen van
van operationele processen informatiebeslissingen strategische beslissingen
• Doel
- Impact van de beslissingen genomen door werknemers en managers te communiceren naar
de interne leden van de organisatie.
- Feedback, controle, aanbevelingen
• Beperkingen
- Geen vorm- of wettelijke voorschriften -> mogelijkheid om geen management accounting
systeem op te zetten
• Type informatie
- Betrekking op heden, verleden en toekomst
• Soort informatie
- Subjectief en beoordelend
• Draagwijdte
- Gedesaggregeerd, zin voor detail
• TIP: kunnen vergelijken met de kenmerken van Financial accouting (!)
Four-stage model of cost system design (Foto toevoegen slide 11)
→ Stages: 4 mogelijke toestanden waarin een informatiesysteem zich kan bevinden.
→ Stage waarin bedrijf zich bevindt heeft invloed op potentieel vh bedrijf en op rol en functie van MA
1. Stage 1: Onvoldoende voor financiële rapportering
2. Stage 2: Systeem geschikt voor financiële rapportering
- Ontoereikend voor ondersteunen operationele controle en strategische beslissingen
o Werkelijke kosten komen niet aan het licht
o Geen regelmatige operationele informatie
3. Stage 3: Afzonderlijke systemen
4. Stage 4: Geïntegreerde systemen
- Enterprise resource planning
1
,HOOFDSTUK 2: KOSTENBEGRIPPEN EN KOSTPRIJSCOMPONENTEN
Kost gaat altijd over wat er verbruikt is! We berekenen dus de kost van de verbruikte eenheden en de
waarde van de voorraad gaat dus over de huidige, niet-verbruikte voorraad.
• Totale arbeidskost = RSZ werkgever + brutoloon + andere arbeidskosten
• Netto loon = brutoloon – RSZ werknemer – voorheffing belasting
• Andere arbeidskosten = vb: extralegale voordelen
AFSCHRIJVINGEN
• Lineair:
Investering/levensduur = afschrijving per jaar
• Degressief:
= versneld afschrijven
= lineaire afschrijving x 2 in eerste jaar, maar eerste jaar max 40% van investering
Na eerste jaar: 40% van de restwaarde
Restwaarde = investering – reeds geboekt afschrijvingen
Als het bedrag van het degressieve stelsel kleiner wordt dan dat van het lineaire stelsel, moet je
overschakelen naar het lineaire stelsel! (tenzij je het laatste jaar gewoon nog het resterende
bedrag moet afschrijven om de restwaarde op nul te zetten. Dit kan natuurlijk wel kleiner zijn dan
het lineaire bedrag)
, BUSINESS UNIT RAPPORT: STRUCTUUR (P&L = profit & loss -> resultatenrekening)
Net sales = verkoopprijs, omzet, verkopen na aftrek kortingen
- Cost of goods sold/Cost of sales = aankoopprijs van dat wat je verkoopt, de productkosten,
(productkosten) kost van verkochte goederen, van de verkopen
Cost of goods sold: voor een productiebedrijf of retailer
Cost of sales: voor een dienstenbedrijf
= Gross profit/Gross margin = bruto marge = Net sales – cost of goods sold/sales
= verkoopprijs - aankoopprijs
- Periodekosten = verschil tussen gross profit en operating profit
-> bezoldigingen Ze beïnvloeden de gross profit NIET, maar de operating profit
-> afschrijvingen wel
-> gebouwen Vb: personeelskosten, afschrijvingskosten
-> … -> enkel de lonen die niet direct met het product verbonden
zijn!
= Operating profit (EBIT)
- Interest
= EBT
- Taxes
= Net profits
→ productkosten zijn enkel alle aankoopkosten gemaakt bij het produceren van het product dat je
verkoopt -> productiekosten (ook de loonkosten die direct te maken hebben met de productie!)
→ Alle andere kosten zijn periodekosten (Niet-productiekosten)
RESULTATENREKENING (RR)
KOSTEN OPBRENGSTEN
INKOPEN OMZET
+ aankopen grondstoffen
+ aankoopkosten grondstoffen
VOORRAADWIJZIGING GRONDSTOFFEN VOORRAADWIJZIGING GEREED PRODUCT
+ beginvoorraad + waarde eindvoorraad
- eindvoorraad
(! Niet aankopen! Deze staan apart bij inkopen op de RR)
DIENSTEN EN DIVERSE GOEDEREN
+ indirecte productiekosten
+ administratiekosten
+ verkoopskosten
BEZOLDIGINGEN
+ directe lonen
+ sociale lasten op directe lonen
BEDRIJFSRESULTAAT = OPBRENGSTEN – KOSTEN
Of extracomptabel bedrijfsresultaat = omzet – productiekosten omzet – administratie en verkoopskosten
→ ! voorraadwijziging van grondstoffen is een kost want deze verbruiken we! Als we grondstoffen bijkopen
zetten we dit bij inkopen. Maar: als we meer produceren dan verkopen, dan wijzigt onze voorraad gereed
product in de positieve zin: er kopt voorraad bij en dit schrijven we dus onder opbrengsten in de RR.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper heleen123. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.