GRONDSLAGEN VAN HET STRAFRECHT
Examen
● 20 meerkeuzevragen
○ 10/20
○ terminologie heel belangrijk
● open vragen
○ gestructureerd en to the point
○ 10/20
● inhoud
○ kennisvragen
○ correcte juridische termen gebruiken
○ tekstanalyse (fouten uithalen of woorden aanvullen die ontbreken)
⇒
○ basisprincipes van recht toepassen inzicht
● kennen
○ alles van hoorcollege
○ teksten die worden besproken
○ actualiteit
○ gastcollege
Eindcompetenties
● theorie en praktijk begrijpelijk maken
● juristen begrijpen
● hoe?
○ grote indelingen (een probleem plaatsen in de rechtstakken)
○ basisterminologie
○ grote lijnen van de methode o.a. hiërarchie en normen
○ inhoud belangrijkste delen recht (vanuit standpunt privépersoon)
H1: Recht en rechtswetenschap
1: Wat is recht?
Recht = methode waar je rationeel en logisch moet nadenken
Definitie van recht is moeilijk MAAR het is wel nuttig want enkel een juridisch probleem
behoeft een juridische oplossing MAAR de definitie is nooit volledig sluitend
Recht is meestal gelijk aan rechtsregels
● afdwingbaar via de overheid (geweldmonopolie = overheid is als enige bevoegd wet
op te leggen)
● er is een methode, jargon, …
● de facto (=feitelijk, werkelijk) meestal financiële balans afgezegd optreden
Rechts = rationeel opgebouwd geheel van afgelijnde begrippen en normen, waaraan van
overheidswege opgelegd, minstens van overheidswege erkende, sancties kleven, die langs
instellingen kunnen worden afgedwongen en waarvan de bedoeling is de orde in de
samenleving te organiseren, te handhaven of te herstellen
● rationeel = er wordt over nagedacht
○ rede
○ in opbouw, logica
○ niet harteloos, wel empatisch aandacht slachtoffers, horen van kinderen
● begrippen, normen, instellingen
○ strikte terminologie
○ kloof met juristen en gewone burgers
○ misdaad = zwaarste misdrijf
○ woonplaats = waar uw domicilie staat
○ eigendom = gaat over onroerend goed
1
, ■ roerend goed = kan je meenemen
■ onroerend goed = wat vaststaat huis
● middel maatschappelijke orde
○ regelen, handhaven, herstellen
■ regels ordenen de maatschappij maar de regels zijn niet voldoende
daarom moeten we de regels handhaven
■ herstelfunctie: herstel zal nooit volstaan voor het leed van de
slachtoffers schadeclaim
○ (beperkt) beleid: overheid en rechters hebben beleid
○ (de)regulering
■ er wordt veel gereguleerd en dat komt door de VS daar wordt alles in
detail beschreven in de wet
● sanctie door of erkend door de overheid met oog op handhaving
○ door de overheid boete, gevangenis
○ erkend door de overheid verborgen gebrek = iets dat niet in orde is en niet
wordt gezegd
○ sancties zijn er om recht te handhaven
● nuance: diverse rechtsstelsels (België = continentaal systeem/ civil law)
○ wet is de basis voor het recht = civil law
○ common law = rechter beoordeeld en kijken dan naar elkaars uitspraken in
gelijksoortige zaken
2: Recht - rechtvaardigheid - rechtswetenschap - rechtspraktijk - rechtsbedeling
Rechtvaardigheid = verhouding middel/ doel
● doel van het recht is rechtvaardigheid en dat blijkt onder andere uit:
○ eed van advocaten, magistraten, …
○ debatten politieke regelgevende instellingen
⇒
● doel wordt soms niet bereikt gebrek in het recht
⇒
○ rechter weinig ruimte ze moeten de wet toepassen marge in strafrecht
○ toepassen van op zich goede regel kan slecht uitvallen
● rechtspositivisme versus natuurrecht
○ positief recht = rechtsregels = enige bindende
○ natuurrecht = algemene normen en waarden die iedereen heeft je mag niet
moorden
Rechtswetenschap = recht is in theorie rationeel
● paradigma’s
○ iedereen wordt geacht de wet te kennen - geen rechtsdwaling (= zeggen dat
je niet wist dat iets in de wet stond) als geldig verweer
○ indeling in rechtstakken
● gediplomeerde juristen (universitaire studie)
○ professionalisering
○ uitzondering: Hof van Assisen, Arbeidsrechtbank, Onderneming Rechtbank,
Strafuitvoeringsrechtbank
■ lekenrechters in die rechtbanken buiten Hof van Assisen
● gevolg: gevaar voor kloof jurist/ anderen
● MAAR: recht wordt in de praktijk toegepast door mensen dus het is ook niet perfect
en er kunnen fouten inzitten
● privaatrecht = horizontaal = tussen personen onderling
2
, ● publiekrecht = verticaal = tussen persoon en overheid
● strafrecht = publiekrecht omdat de overheid de regels opgelegd
Rechtspraktijk = wettelijke vs werkelijke land
● probleem: onvoorzienbaarheid (= wet loopt altijd achterop) voor wetgever
⇒
○ geweld groepen op sociale media geweld groepen mogen niet maar online
is het moeilijk om ze te achterhalen
● interpretatie nood (= iets subjectiefs) voor de rechter
● missen is menselijk (ook juristen zijn mensen)
● andere invloeden van waarden
○ niet juridisch Beleidszaken, kosten, personeelsgebrek
○ juridisch
● let op: niet alles wat gebeurt in verband met recht is recht
● altijd onderscheid tussen wet en realiteit
⇒
● als het geen wet is geen misdrijf
● regio kan zelf beslissen om iets niet te vervolgen: kan omdat er te veel werk aan is,
omdat ze geen mensen genoeg hebben, er te veel geld nodig is, …
Rechtsbedeling
● recht hebben is niet hetzelfde als recht krijgen
● reden: verbod eigenrichting (= zelf recht in handen nemen), het moet via de overheid
gebeuren (geweldmonopolie)
● terminologie
○ rechtspraak of rechtsbedeling (= rechters die recht spreken) = rechtspraktijk
sensu stricto (= in strikte zin)
○ rechtspraak sensu stricto = enkel van de rechterlijke macht
● rechtbank bepaald sanctie in concreto
● MAAR: mensen missen al eens (= gerechtelijke dwaling) of verschillen van mening
3: Een recht? Of publiek of privaatrecht?
Twee soorten verhoudingen
● essentie: horizontale of verticale relaties
● onderscheid is vaak moeilijk en een probleem heeft verschillende aspecten
● onderscheid is op de terugtocht (naar ‘monisme’ = internationaal publiekrecht?)
○ goede trouw - gewekt vertrouwen
■ goede trouw = contracten goed naleven (burgerlijk privaatrecht)
■ gewekt vertrouwen = de goede trouw in publiekrecht
○ arbeidsrechtbank - arbeids- en sociaal recht
○ PPS = publiek private samenwerking
■ overheid is niet altijd in staat om alles alleen te regelen dus schakelen
ze hulp in van privé bedrijven zoals gemeentebestuur die aan privé
firma vragen om bib te bouwen
Belang van het onderscheid
● rechtbanken burenproblemen
○ rechtbank voor publiekrecht = Raad van State
● terminologie
○ concessie
■ privaatrecht: alleenrecht om een goed te verkopen zoals auto’s
3
, ■ publiekrecht: concessie wordt gegeven om gebruik te maken van
openbaar domein
● denk categorieën
● heuristiek = uitvinding leer/ wetenschap om methodisch iets te vinden
Criteria voor het onderscheid
● niet kijken naar de aard van de partijen die voor u zit om te weten als het privaat of
publiek is burgerlijke aansprakelijkheid = als iemand anders schade loopt door uw
fout dan moet je die schade herstellen of betalen
● criteria als het privaat of publiek is
○ geweldmonopolie
○ nuttig? en dient het voor het algemeen belang?
● functioneel criterium = wat is de functie van de overheidsingrijpen?
○ als de beslissing derden (= die buiten de situatie staan) bindt dan wordt
privaatrecht publiekrecht examencommissie
● organiek = volgen van de regels/ iets dat uit de wet voortvloeit
4: Internationalisering
⇒
Steeds meer “grensoverschrijdende” problemen recht internationaliseert meer en meer
● drugstrafficaten
● criminaliteit wordt internationaler
● ⇒ om het op te lossen verschillende middelen zoals internationale verdragen
Steeds meer “niet-nationaal” gevormd recht
● supranationaal: rechtstreeks en niet-rechtstreeks werkend EU
○ instelling die over instellingen dingen kan beslissen
○ rechtstreeks werkende normen = iedereen is daaraan gebonden
verordeningen
○ niet-rechtstreeks werkend richtlijnen
● internationaal
○ qua inhoud
■ interstatelijk = internationaal publiekrecht/ volkenrecht
■ inter-rechtssubjecten = IPR (= internationaal privaatrecht) liefde in het
buitenland/ transnational law
○ qua toepasselijke norm
■ subsidiariteitsbeginsel = besluiten op zo laag mogelijk niveau maken
5: Rechtswetenschap en metajuridica
Vanaf nu: positief recht zelf inhoudelijk
Metajuridica = recht op bredere manier bekijken en niet als het object van een andere
wetenschap zoals: filosofisch, ethisch, economisch, sociologisch, historisch, vergelijkend en
criminologisch
6: Opzet en doelstellingen cursus (zie bovenaan)
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper EllaPeeters. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,49. Je zit daarna nergens aan vast.