Mediaonderzoek en innovatie
Inleiding
- Waarom zijn innovatieve onderzoeksdesigns en -methodes bel? andere methode = ander
resultaat
- 3 manieren om tot methodische innovatie te komen :
o Binnen discipline conventionele methodes bekijken en dan grenzen overschrijden
o Te bestuderen ond + onderzoeksobjecten uitbreiden; nog relevant? nog uitgebreid
genoeg?
o Onderzoekscultuur: gebr maken van methoden die binnen OZveld als nt-trad w
gezien/gebr
- Progressieve onderzoeksmethoden = over disciplinaire grenzen heen, over nieuwe
fenomenen, nt-klassieke aanpak en nt evidente omstandigheden waarom?
o Klassieke methoden nt altijd geschikt en laten sommige aspecten onderbelicht DUS
dan kunnen progressieve methoden kunnen details + nieuwe inzichten geven over:
Concreet gedrag; etnografie, experience sampling, eyetracking,…
Oorzaken: exp design
Emoties: cultural probing, fysiologische metingen,…
- Methoden voor digitale mediaonderzoek :
o Onderzoek (OZ) over dig media (transformaties): dig media als onderwerp
Over bestaande dig media/media innovaties (nieuwe, nog te ontw dig media)
o OZ adhv dig media: dig media als middel
Is gewoonte/routine geworden (VB: zoekmachines gebr om info te krijgen)
Dig media is nieuw en opkomend
- Human-computer interaction perspective = kruising van progressief OZ door en op dig media
o Technologie speelt cruciale rol in onze (dig) samenl; gebruiksgemak, menselijke zijde,
aanvaarding door gebruikers,… w steeds belangrijker DUS nood aan HCI
o Verandert onze rol als communicatiewetenschapper (VB: nieuwe OZV; hoe gaan mensen om met
nieuwe techn, hoe communiceren we via nieuwe commtechn, welke plaats nemen nieuwe media in binnen gezin,…)
o HCI = zeer breed domein om progressieve media en technieken (techn) te
bestuderen: focust op gebruikers en opkomende techn, multidisciplinair, progressief
- Human-computer interaction research = discipline die zich bezighoudt met ontwerpen,
evalueren en invoeren van interactieve computersys voor menselijk gebr en met bestuderen
van belangrijkste fenomenen (fen) die daarmee samenhangen
o Ontwerpen: mens-gericht ontwerp proces hoe ontwikkelen?
o Evalueren: bruikbaarheid, gebruikerservaring, waarden hoe evalueren?
o Invoeren: technische implementatie hoe implementeren in dagelijkse leven?
o Belangrijkste fen: alle grote fen die ermee te maken hebben
o Analyse, ontw en evaluatie wisselen elkaar continu af, daarna pas implementatie
,Hoofdstuk 1: Onderzoek binnen en over de grenzen van
de disciplines
1.1 Wat is een discipline?
- In breedste zin: onderwijs, wetenschap, regels en principes
- In sociologische zin: groep personen (gemeensch van wetenschappers en studenten) die
gedeelde gerichtheid hebben op theorie, obj, methoden en ook op 'disciplinerende'
gewoonten, gebruiken, regels...
1.2 Interdisciplinair onderzoek: waarom?
- Vooral in soc wetenschappen (wet) waar, in de loop van 20 ste eeuw, interdisciplinariteit op
gang komt
o VB van noodzaak van interdisciplinaire benaderingen van grote problemen: klimaatcrisis - Barry en Born bespreken 3
arg om voor aanpak probl nt alleen te vertrouwen op natuurwet, maar ook op soc-cult wet
- Het is van belang voor onderwijs: zelfs binnen 1 cursus van 1 disciplinair programma kunnen
we onze perspectieven openen + inzichten uit versch disciplines omarmen
- Als voorbereiding op toekomst: voor job in academische wereld (waar we te maken hebben
met ‘wicked problems’ (= probl dat je moeilijk kan def)) + als voorbereiding op arbeidsmarkt
- Omdat het ons helpt om; complexe, veelzijdige vragen te beantw, brede vraagstukken aan te
pakken, probl op te lossen die buiten bereik van discipline liggen
- Logica van verantwoording: verantw van wet OZ aan samenl
- Logica van innovatie: noodz van wet OZ om industriële/techn innovatie of econ groei te ↑
- Ontologische logica: transformatie van praktijk van OZ en opleiding, binnen en buiten
academische wereld, leidt tot identificatie van nieuwe probl en OZobj en OZrelaties
1.3 Interdisciplinair onderzoek: wat?
- Kenmerken:
o 2 of meer disciplines zijn erbij betrokken
o Hun interactie kan zich situeren op continuüm gaande van;
informele uitwisseling (eenvoudigweg aan elkaar overbrengen
van ideeën) tot volledige integratie van symbiose (integratie van
concepten, theorieën, perspectieven, vragen, methodologie, procedures,
epistemologie, terminologie, geg, outcome measures,…)
o Het vereist teamwork omdat gn enkele persoon in staat is om diepe inzicht te
behouden dat nodig is om echt interdisciplinair OZ te doen + denken al na over
complexiteit en kwantiteit van kennis binnen afzonderlijke disciplines
1.3.1 Andere vormen van transcendentie en disciplinariteit
- Monodisciplinair = werken rond 1 discipline
- Multidisciplinair = minstens 2 versch disciplines en die vgl, zelfde OZfenomenen en elk
bekijken vanuit andere discipline
- Crossdisciplinair = kijken hoe aspecten van 1 discipline verklaard w door aspecten van andere
- Interdisciplinair = integratie van disciplinaire sterke punten (onderlinge afh, samenwerking)
- Transdisciplinair = oversteek naar mye, met burgers in dialoog om echte mye probl aan te
pakken, impact en betrekken mye
- Postdisciplinair = benadering met intellectuele vrijheid, los van grenzen
, MONO, INTER en TRANS heel bel om te kennen! (rest is aanvulling)
1.4 Uitdagingen tot interdisciplinariteit
- Interdisciplinaire programma beoordeelaars vaak opgeleid in en vertegenwoordiger van 1
discipline
- Interdisciplinariteit heeft meer risico’s + vereist flexibiliteit in financiering en duur van project
- Vereist andere kwaliteitscriteria voor impact (VB: om impact op samenl te beoordelen, om collaboratieve
resultaten te evalueren, om individuen te evalueren voor promotie)
- Complexiteit van werken in heterogene teams
- Behoefte aan ‘interdisciplinair individu’: betrouwbaar, flexibel, geduldig, veerkrachtig, gevoelig voor anderen,
risico-minded, heeft dikke huid, heeft voorkeur voor diversiteit en nieuwe soc rollen, tolerantie voor ambiguïteit, ondernemend,
assertief, brede opleiding, heeft gevoel van ontevredenheid met monodisciplinaire beperkingen, divergente denkers...
1.5 Interdisciplinariteitsparadox
- Interdisciplinariteit is eig nt tegengesteld aan disciplinariteit, omdat zij voor haar
verwezenlijking een zeker besef van disciplinariteit veronderstelt
- Interdisciplinariteit is veeleer complementair aan disciplinariteit
1.6 Van modus 1 naar modus 2 kennisproductie
MODUS 1 MODUS 2
Disciplinair (wet onderverdeeld in versch Transdisciplinair, met en voor de samenleving
disciplines)
Academische context, gericht op wet kennis Context van toepassing, focus op reële probl
(fund OZ) (toegepast OZ)
Onderzoeker als afstandelijke, "neutrale" Onderzoeker als mye verantw, actor en
waarnemer veranderingsagent
Trad wetcomm en -verspreiding (VB: naar Co-creatie en participatieve wetcomm en -
vakgenoten, via tijdschriften, conferenties) verspreiding (VB: via burgerwetenschapsinitiatieven)
1.6.1 Citizen science (burgerwetenschapsinitiatieven)
- Citizen science = OZ met en voor mye, burgers betrekken in wet OZ
- Versch vormen van CS:
o Actieve vs meer passieve vormen van deelneming aan OZ
o KT vs LT deelname
o Kleinschalig vs grootschalig OZ
o Inclusiviteit, empowerment en impact
Andere burgers dan die uit de hogere en middenklasse?
Empowerment en impact op dns en mye in het alg?
o Onderzoeksgegevens (Open data? Kwaliteit?)
- Waarom citizen science?
o Om beter tegemoet te komen aan mye behoeften + reageren op behoeften v burgers
o Voor genereren van kennis:
Mensen kunnen ook nuttige wet kennis produceren
‘Wicked problems’ van vandaag kunnen alleen w aangepakt door co-creatie
van kennis tss wet (over grenzen van disciplines heen), beleidsmakers,
bedrijfsleven en burgers (dwz het zogenaamde ‘quadruple helix-model’)
, o Omdat we slimme burgers zijn met basisrechten : ipv dat andere partijen data over
ons verzamelen, waarom zouden we als burgers nt zelf data verzamelen en beheren,
en toegang eisen tot data die anderen (VB: OH, bedrijven) over ons verzamelen
o Omdat het belangrijke geletterdheden bevordert : wet geletterdheid (weten hoe OZ
werkt) + 21ste eeuwse vaardigheden (leren door te doen)
o Geeft mensen kracht van actie + betr om op zinvolle manier bij te dragen aan het
aanpakken van grote probl die we als ind nt kunnen opl:
Mensen zijn bereid te helpen maar weten vaak nt hoe ze dat moeten doen
Mensen zoeken verbinding met anderen rond thema dat hen interesseert
Hoofdstuk 2: Mixed-Method Research Design
2.1 Mixed-Methods onderzoek
- = gecombineerd gebr van kwal en kwant methoden binnen zelfde studie om 1 OZV te beantw
- Vaak geassocieerd met triangulatie = proces waarbij probl/vraag vanuit versch invalshoeken
w benaderd om een beter geïnformeerd beeld te krijgen zoveel mog inzicht opdoen!
o Voordelen: in 1 punt samenkomende bewijzen opleveren DUS vollediger beeld
o Nadelen: vereist gevorderd niveau van deskundigheid onderzoeker, complex, vraagt
veel tijd
- Er bestaan verschillende mixed-method onderzoeksdesigns, afhankelijk van:
o Implementatie = gegevens sequentieel vs. gelijktijdig verzameld
o Prioriteit = gewicht dat w toegekend aan kwal vs kwant benadering
o Integratie = stadium in OZproces waarin kwal en kwant geg w geïntegreerd
o Alg theoretisch perspectief (al dan nt beschikbaar) = beweringen over de vraag of
epistemologische en ontologische kwal en kwant onderzoeksstrategieën (strats) op
elkaar kunnen w afgestemd vs een bep niveau van pragmatisme
Pragmatici stellen dat; onderzoeksstrat moet gekozen w obv wat het best
past bij beantw van OZV + welke kwal/kwant (of combi) benaderingen het
best passen bij onderzoeksdoelstelling waarde erkennen van zowel kwal
als kwant benadering en nut van ze te combineren aanvaarden
2.2 Concurrent mixed-method designs
- Triangulatie/parallel ontwerp:
o Kwal en kwant onderdeel gebeuren op zelfde moment tijdens studie (zelfde gewicht)
o Daarna met elkaar vgl en aan elkaar relateren om beter begrip te krijgen over situatie
o Globale interpretatie
- Embedded ontwerp:
o Kwant onderdeel overheerst en kwal resultaten vullen kwant
aan/verbeteren die (dingen beantw die nt via kwant gingen)
2.3 Sequential mixed-method
designs
- Explanatory ontwerp: probeert verkl te vinden
o Start met kwant analyse
o Onverklaarbaar patroon nood aan extra uitleg adhv kwal methoden
- Exploratory ontwerp: verkennend