Samenvatting van het boek Algemene economie van Jan Bouckaert en Diana De Graeve (tiende editie). Het vak inleiding tot de economie wordt gegeven in de eerste bachelor SEW/TEW/Handelsingenieur. Door deze samenvatting te gebruiken ben ik geslaagd voor het examen, boek was niet meer nodig.
Redelijk wat foute in formules en dergelijke. Ook wel wat foute redeneringen, soms dingen volledig omgedraaid. Toch ettelijke keren moeten kijken in mijn cursus.
H1: Wat is economie?
1 Inleiding
Economie: houdt zich bezig met financiële markten en met problemen zoals inflatie, afbouw van de
staatsschuld …
Economische wetenschap = probeert op een welbepaalde manier inzicht te geven in hoe onze
maatschappij zich organiseert. Hiernaast is het ook een menswetenschap die keuzeproblemen
bestudeert.
2 Fundamenteel economisch probleem: veelvuldige behoeften vs
schaarse middelen
Nut economische analyse: het gevolg van spanning die ontstaat tussen de individuele en collectieve
behoeften van een samenleving & anderzijds de schaarse beschikbare behoeften
Economische analyse = nagaan hoe bedrijven, mensen, overheden en allerlei organisaties keuzes
maken en wat daarvan de individuele en maatschappelijke gevolgen zijn
2.1 Menselijke en maatschappelijke behoeften
Behoefte = aanvoelen van een tekort en verlangen om dit tekort aan te vullen
- individueel
- collectief
Rangorde & intensiteit vd behoeften zijn verschillend tussen personen en veranderen in de tijd en
naargelang de omstandigheden
Economie spreekt zich in principe niet uit over de waarde van de behoeften, maar men doet objectief
wetenschappelijk onderzoek.
vb: alcoholgebruik
2.2 Schaarse middelen en de noodzaak te kiezen
Schaarse middelen = economische goederen
- materiële diensten
- immateriële diensten
Niet-schaarse middelen = vrije goederen
vb: lucht
Ook overheid heeft schaarsteproblemen
- proberen efficiëntie na te streven: maximum halen uit de beschikbare middelen
2.3 Het maken van keuzes en opportuniteitskosten
Opportuniteitskost = de werkelijke kosten van een gemaakte keuze zijn niets anders dan de waarde
van het beste alternatief dat men opgeeft door deze keuze te maken
vb: pas afgestudeerde student
- onmiddellijk een voltijdse baan?
- nog verder specialiseren?
de student zal altijd iets moeten opgeven: verder studeren is nog geen loon hebben, boeken kopen …
Dore Blockx Sociaal-economische wetenschappen
,2.4 Economie: een definitie
Economie = een sociale wetenschap die tot voorwerp heeft het beheer van schaarse middelen
Hier komen 3 typische problemen bij kijken:
- stabilisatieprobleem: volledige aanwending → alles gebruiken wat we hebben, niets laten liggen
- allocatieprobleem: toewijzing → kiezen wat je met de middelen gaat doen
- distributieprobleem: verdeling → aan wie worden de middelen gegeven?
2.4.1 Wat? Hoeveel?
(allocatie)
Beslissen welke goederen en diensten aangeboden worden en in welke hoeveelheden, rekening
houden met de niet-onuitputtelijk beschikbare middelen.
2.4.2 Hoe?
(allocatie)
Realisatie van een gegeven hoeveelheid productie komt doorgaans tot stand met verschillende
combinaties van schaarse productiefactoren zoals arbeid, materialen en kapitaal.
2.4.3 Waar?
Rekening houden met de locatie van de markt & locatie van de inputmarkten die een onderneming
wil bedienen bij het kiezen van een vestigingsplaats.
2.4.4 Voor wie?
(verdeling)
Naar wie gaan de voordelen van de productie?
Mensen bieden in ruil voor een loon arbeidsprestaties aan.
2.5 Micro- en macro-economie
Micro-economie:
- voornamelijk te maken met allocatie- en distributieproblemen
- bestudeert het gedrag van individuele economische agenten
- individueel & onderling
Macro-economie:
- voornamelijk te maken met stabilisatieprobleem
- bestudeert de invloed van het menselijke gedrag op de werking van een economie
Niet alle problemen makkelijk in te delen als macro-economisch of micro-economisch!
3 Het productieproces
3.1 De productiefactoren
Macro-economisch vlak: 3 productiefactoren
- arbeid
- natuur
- kapitaal
1 Arbeid
arbeidsprestaties zowel fysiek als intelligent
- moeilijk te meten, maar meestal kijkt men naar het aantal gepresteerde arbeidsuren of het aantal
arbeidsdagen
Dore Blockx Sociaal-economische wetenschappen
,2 Natuur
= natuurlijke rijkdommen
vb: bodem met eigen vruchtbaarheid, ondergrond met grondstoffen
- zeer ongelijk verdeeld over diverse landen
- moeilijk om omvang te meten
3 Kapitaal
= alle reële kapitaalgoederen, geheel van de door mensen geproduceerde productiemiddelen
3.2 Het productieproces
Primaire productiefactoren:
- arbeid zowel fysisch als intellectueel
- natuur: grond, lucht, ruimte, klimaat
Afgeleide productiefactor:
- kapitaal zoals gebouwen, machines, infrastructuur
Duurzame productiegoederen = goederen die meerdere keren gebruikt kunnen worden
Investeren = verhogen van de hoeveelheid reële kapitaalgoederen
= uitstel van consumptie
KT: investeren & consumptie zijn alternatieven
LT: beide gaan samen
intermediair goed = een goed dat geen finaal
goed is, maar een goed dat we nodig hebben om
iets anders te laten werken
economische goederen: stromen door naar
gezinnen of bedrijven
3.3 De productiefunctie
= technische relatie tussen de hoeveelheid productiefactoren en de maximale output die men
daarmee kan produceren
Productieproces is combinatie van input & output
- meerdere productiestadia
- inzet van arbeid, kapitaal en natuur met als doel de productie van economische goederen
- consumptiegoederen & kapitaalgoederen
Dore Blockx Sociaal-economische wetenschappen
, Productiefunctie: X =f (L, N , K)
K = kapitaal, L = arbeid & N = natuur
→ geeft de relatie tussen de hoeveelheid productiefactoren en de hoeveelheid economische
goederen
vb: Graan & kleding
- graan: afnemend marginaal product dus de toegevoegde productie per extra hoeveelheid arbeid
vermindert (lichte buiging)
- kleding: constant marginaal product dus de toegevoegde productie per extra hoeveelheid arbeid
blijft gelijk (lineair)
4 De productiemogelijkhedencurve van een land
Er moet een keuze gemaakt worden:
- alle arbeid toewijzen aan graan dus geen arbeid voor kledij
- alle arbeid toewijzen aan kledij dus geen arbeid voor graan
- combinatie van zoveel arbeid aan graan & zoveel arbeid aan kledij
Punt Z: niet bereikbaar met huidige hoeveelheden
beschikbare productiefactoren
Duidelijke illustratie keuzeprobleem:
welk punt van de curve wordt gekozen?
2 beheerproblemen duidelijk:
- volledige aanwending van middelen (punt U): niet alle beschikbare productiefactoren worden benut
- allocatie van middelen: in welk punt zal er geproduceerd worden?
2 Verruiming van de productiemogelijkheden
Arbeidsverdeling = specialisatie in het productieproces
Vooruitgang in de technologische kennis: verhoogt de arbeidsproductiviteit
→nieuwe en meer geperfectioneerde kapitaalgoederen
Wijzigingen in de economische ordening
vb: verlenging schoolplicht, verandering in het eigendomsrecht …
Al deze elementen zorgen voor een verschuiving van de productiemogelijkhedencurve naar RECHTS.
= technologische vooruitgang
Nieuwe productiefunctie: X =f ( L, N , K ,T )
T = technologische vooruitgang
6 Het marktmechanisme vs centrale planning
6.1 Centrale planning
Centraal geleide economie: relevante beslissingen worden aan een centraal orgaan toevertrouwd
- interne consistentie vh plan cruciaal
Dore Blockx Sociaal-economische wetenschappen
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper blockxdore. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.